NL8005295A - Verpakkingsbuidel. - Google Patents

Description

5- Λ

803313/Ti/CP

Korte aanduiding: Verpakkingsbuidel

De uitvinding heeft betrekking op een verpakkingsbuidel bestaande uit een buidelplano, bestaande uit tenminste twee aan de randen met elkaar verbonden kunststof folieplano’s, waartussen een tussenstuk, in het bijzonder een papierplano, 5 opgenomen is en waarbij de buidelplano onder vorming van een aan één zijde open zak en een sluitlas is omgevouwen met zodanig met elkander verbonden zijden, dat telkens de dwars op voor- en rugwand gerichte zijden en bodemwanden gevormd zodat een verpakkingsbuidel met gevouwen zijden ontstaat, in het 10 bijzonder voor het opbergen van losse tabak. Losse tabak wordt in de praktijk tot nu toe uitsluitend in zachte buidels verpakt, die uit een uit meerdere lagen bestaande buidelplano door thermisch lassen vervaardigd is. De tabak wordt in een aan de bovenzijde geopende zak opgeborgen. In gesloten toe-15 stand wordt een sluitstrip over de zak aangebracht of eromheen gewikkeld.

De bovenstaande buidel is in twee basisuitvoeringen bekend. De zogenaamde wikkelbuidel vormt door het uitsluitend verbinden van voor- en rugwand van de buidelplano een aan de 20 randvlakken vlak toelopende zak. de sluitstrip is daarbij betrekkelijk lang en wordt om de zak gewikkeld.

Het type waarop de uitvinding betrekking heeft vormt in het gebied van de zak een dwars tot voor- en rugwand zich uitstrekkende bodem en passend aangebrachte zijwanden, die in ge-25 sloten toestand van de buidel in het gebied van de opening van de zak in naar binnen gerichte zijvouwen overgaan - dit is de zogenaamde zijvouwbuidel. In de uitgangspositie zijn bodem-wand en zijwanden naar binnen wijzende, tussen voorwand en rugwand zich uitstrekkende, hoofdzakelijk in V-vormige vouwen 30 gevormd. Door de vulling van de zak behoudt deze onder het opvouwen van de zijwanden en de bodemwand overwegend een vierkantige vorm.

Deze bovenstaande buidel is zonder uitzondering van een tussen de foliebaan uit kunststof aangebrachte tussenstuk, na-35 melijk een bedrukte papierbaan voorzien. Deze strekt zich over de volle breedte en lengte van de buidelbaan uit, aldus tot de smeltnaden aan zij- en eindkanten. Bij het opvouwen van de zak tijdens het vervaardigen van zij- en bodemwanden wordt de pa- 80 0 5 29 5 -2- pierplano eveneens omgevouwen, zodat deze zich niet alleen in de bodemwand, maar ook in de zijwanden uitstrekt.

De pogingen van de laatste tijd zijn daarop gericht, bij buidels van bovenstaande typen een hogere dichtheid en daar-5 door het behouden van de aroma van de tabak over een langere tijd te waarborgen. Beoogd wordt een geschikte, werkzame sluiting van de opening van de zak te verkrijgen. Zolang deze sluiting door ingesmolten of ingelijmde strookvormige elementen, smeltnaden of dergelijke vervaardigd is, levert dit moei-10 lijkheden op in het randgebied van de zak, omdat daar een aantal van ongevouwen raateriaallagen opgestapeld is, die een toereikend dichten van de sluiting tegen gaan. Ook blijkt, dat het vervaardigen van nauwkeurige zijwanden problematisch is.

Deze uitvinding beoogt een buidel van de in de aanhef be-15 sproken soort, aldus met zijwanden en bodemwand in het gebied van de zak, nog verder te verbeteren, en wel zó dat door dienovereenkomstige uitvoering van de buidelplano een dichtere sluiting vervaardigbaar is.

Hiertoe is de buidel daardoor gekenmerkt dat zich de tus-20 senplano (papierplano) uitsluitend in het gebied van de voor bodem en rugwand alswel in het gebied van de sluitingsstrip onder vrijlating van de zijwanden uitstrekt.

Deze volgens de uitvinding vervaardigde buidel respek-tievelijk buidelplano ter vervaardiging daarvan heeft een pa-25 pierplano, die smaller is als de buidelbaan. In het gebied van de zak en de sluitstrip blijft daarna aan beide zijden een van de papierplano vrijgelaten strook over uitsluitend bestaande uit de beide folieplano’s. Afmeting en aanbrengen van de papierplano aan de binnenzijde van de buidelbaan is zodanig ge-30 daan, dat de door de zijvouwen gevormde zijwanden van de zak overwegend respektievelijk geheel vrij zijn van de papierplano. In het bijzonder eindigt de papierplano exact in de tussen voor-en rugwand enerzijds en zijwanden anderzijds gevormde vouwkant.

Hieruit volgen een aantal voordelen. Naast de materiaal-35 besparing (papier) is er voor alles een verpakkingstechnisch eenvoudige toepassing van de zijvouwen respektievelijk zijwanden, die zonder de verstijvende papierplano exacter gevouwen en in lijn gebracht kunnen worden. In het gebied van de opening 80 0 5 29 5 * è -3- van de zak zijn er minder door vouwen over elkander liggende lagen, zodat hier een spleet en voegvrije sluiting kan worden aangebracht.

De van de papierplano vrije zijwanden waarborgen een op-5 tische controle van de inhoud, wanneer doorzichtige foliën worden gebruikt.

De sluiting van de zak kan op verschillende manieren uitgevoerd zijn. Gunstig is het aanbrengen van een na het vullen van de zak te gebruiken sluitstrook op de buidelbaan, die de 10 opening zo sluit, dat bij het gebruiken van de buidel het met de hand openen zo eenvoudig mogelijk is. Hiervoor is vooral te gebruiken een zogenaamde "peel-seal" sluiting als bekend uit het DE-OS 19 49 723. Als alternatief is het mogelijk, een speciaal sluitstrookje in de opening aan te brengen, bijvoor-15 beeld in de uitvoering van fig. 1 van het DE-OS 25 47 049.

De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekening.

Fig. .1 toont een buidel voor het bewaren van tabak in gedeeltelijk geopende toestand, in perspektieftekening.

Fig. 2 toont een voor de vervaardiging van een buidel vol-20 gens fig. 1 gebruikte buidelplano.

Fig. 3 toont de gereedzijnde buidel volgens fig. 1 bij de geopende sluitstrip in vooraanzicht.

Fig. 4 is een zijaanzicht van de buidel volgens fig. 3.

Fig. 5 is een horizontaaldoorsnede in het vlak V-V in 25 fig. 4-

Het in de tekeningen voorgestelde uitvoeringsvoorbeeld van een buidel van het type "verpakkingsbuidel met gevouwen zijwanden" dient voor de verpakking van losse tabak 10. Deze wordt opgeborgen in een zak 11, die tezamen met een sluitstrip 12 30 uit een meerlagige, rechthoekige buidelbaan 13 (fig. 2) vervaardigd is.

De zak 11 is door voorwand 14, rugwand 15, een hiertoe dwarsgerichte bodemwand 16 en eveneens dwarsgelegen zijwanden 17 en 18 begrensd. De zak 11 heeft daarna in gevulde toestand 35 een overwegend vierkante vorm.

Op de aan de bodemwand 16 overliggende zijde wordt tussen een handgreepstrip 19 de voorwand 14 en de rugwand 15 respek-tievelijk de aan deze aansluitende sluitstrip 12 een opening 20 ο η η ς 29 5 -4- voor de toegang tot de inhoud van de zak 11 vervaardigd. In gesloten toestand van de buidel (fig. 1, 3 en 4) ligt de hand-greepstrip 19 op de sluitstrip 12. De sluitstrip 12 kan nu op de zak 11 gelegd worden of bij voldoende lengte om deze gewik-5 keld worden.

Voor de ingebruikname van de buidel is de opening 20 goed afgesloten. In het onderhavige geval zijn de handgreepstrip 19 en de sluitsrip 12 door elkaar toegekeerde sluitstroken 21 en 22 afneembaar met elkander verbonden. Deze voor de voltooiing 10 van de buidel op de buidelbaan 13 op de juiste plaats opgelegde sluitstroken 21 en 22 zijn bijvoorbeeld volgens het '^el-sea!" principe vervaardigd. Zij strekken zich over de gehele breedte van de buidel respektievelijk buidelplano 13 uit.

Bodemwand 16 en zijwanden 17»18, worden bij de onderhavige 15 buidel uit het gebied van de buidelplano 13 gevormd, die voor de vulling van de zak 11, aldus in vlakke uitgangstoestand van de buidel als in hoofdzakelijk V vormig naar binnen gerichte vouwen verschijnen. In opgevouwen toestand volgens fig. 1 blijft deze V vormige invouwing in het gebied van de (gesloten) 20 opening 20 bewaard. Zoals uit fig. 4 duidelijk blijkt, gaat de invouwing geleidelijk in de dwars op de voor de de rugwand 14, 15 gerichte zijwanden 17, 13 over. In het gebied van de zijdelings niet met elkander verbonden gebiecta van de sluitstrip 12 en de handgreepstrip 19 ontstaan door het metaaloverschot dien-25 tengevolge de zijwanden 17,18, zijstroken 23 en 24, die hier naar binnen omgevouwen zijn en daardoor een dubbelwandig gebied van de buidelplano 13 vormen.

De buidelplano 13 als uitgangsprodukt voor de buidel zelf is rechthoekig gevormd. Door omvouwen van een deelgebied ont-30 staan op dezelfde wijze voorwand 14, rugwand 15 etc. Voorwand 14 en rugwand 15 zijn tijdens het vormen van de zijwanden 17, 18 ongeveer in' het middenvlak op dezelfde wijze met elkander verbonden, bijvoorbeeld door smeltnaden 25. Deze vormen tegelijkertijd de naar binnen gerichte vouwkanten van de V-vormige 35 ingevouwen zijdewanden 17, 18, bij plat toegevouwen zak. Deze smeltnaden 25 strekken zich uit tot minstens aan de verzegel-stroken 21, 22 uit, zover deze voorhanden zijn.

De buidelplano 13 is uit verscheidene, in het onderhavige 80 0 5 29 5 * > -5- geval drie lagen opgebouwd. Tussen twee foliënplano’s 26 en 27 is een tussenstuk in de vorm van een papierbaan 28 opgenomen. Deze foliënplano’s 26, 27 zijn rondom met elkander verbonden, vooral door smeltnaad 29. De papierplano 28 is daarna volle-5 dig door de folieplano’s 26 en 27 ingesloten.

De papierplano heeft een geringere breedte als de buidel-plano 13 respektievelijk de folieplano’s 26, 27. Deze dwars-afmeting van de papierplano 28 is hier zodanig gekozen, dat deze zich bij de gereedzijnde buidel exact over de breedte van 10 de voorwand 14, rugwand 15 en de bodem 16 uitstrekt. Zoals uit fig. 5 duidelijk blijkt, is de papierplano 28 soms totin het gebied van een vouwkant 30 tussen voorwand 14 en rugwand 15 enerzijds evenals de zijwanden 17, 18 anderzijds gevoerd, en ondersteunt daardoor het behoud van de vorm van de (gevulde) 15 zak 11. De zijwanden 17, 18 zijn geheel vrij van de papierplano 28, hebben daardoor een voldoende geringe dikte en voor alles een hogere vormbaarheid in betrekking tot vouwvormingen.

Daar de papierplano 28 over de gehele lengte gelijke breedte houdt, zijn ook de zijstroken 23, 24 in het gebied van de 20 sluitstrip 12 en de handgreepstrip 19 zonder papierplano gevormd en eveneens voldoende dunwandig. Daardoor ontstaan in het gebied van de opening 20 aan de einden minder lagen door deze opgevouwen zijstroken 23 en 24. Deze leveren een betere sluiting op door de sluitstroken 21 en 22 of door een andere sluit-25 constructie. Door de over de gehele breedte van de buidelbaan 13 doorlopende sluitstroken 21 en 22 worden ook de zijstroken 23, 24 met elkaar respektievelijk met de sluitstrip 12 en handgreepstrip 19 verbonden.

De onderhavige buidel tekent zich ook door een bijzondere 30 vormstabiliteit hoofdzakelijk in vierkantvormig patroon.

Om het bij het openen van de buidel het het eerst vrij aan te pakken buitenrandgebied van de sluitstrip 12 te stabiliseren, is hier een dwarsdoorlopende versterkingsstrook 31 aangebracht. Deze bestaat bijvoorbeeld uit papier en is door 35 thermisch samenlassen aan de binnenkant op de sluitstrip 12 aangebracht. Dit aanbrengen wordt bijvoorbeeld zó gedaan, dat de versterkingsstrook 31 na het binnenvouwen van de zijstroken 23, 24 aangebracht wordt en daarmee deze aan zijn einden over- 80 0 5 29 5 -6- dekt en in hun positie fixeert.

De papierplano 28 is in het onderhavige geval telkens met tussenruimten aan de randverbindingen van de folieplano's 26, 27 aangebracht. Om zo exact mogelijk de relatieve toestand 5 van de papierplano 28 aan de binnenzijde van de buidelbaan 13 te zekeren is deze met de foliebanen 26, 27 verbonden. Bij de onderhavige uitvoeringsvoorbeelden zijn twee diagonaal tegenover elkander liggende fixeerpunten 32 voorzien, die bij de vervaardiging van de buidelplano 13 met geschikte smeltstiften 10 door puntvormig thermisch versmelten vervaardigd worden.

80 0 5 29 5

Claims (8)

1. Verpakkingsbuidel bestaande uit een buidelplano, bestaande uit tenminste twee aan de randen met elkander verbonden kunststof folieplano’s, waartussen een tussenstuk, in het bijzonder een papierplano, opgenomen is en waarbij de buidelplano 5 onder vorming van een aan één zijde open zak en een sluitlas is omgevouwen met zodanig met elkander verbonden zijden, dat telkens de dwars op voor- en rugwand gerichte zijden en bodem-wandengevormd zodat een verpakkingsbuidel met gevouwen zijden ontstaat, in het bijzonder voor het opbergen van losse tabak, 10. e t het kenmerk, dat de tussenplano (papierbaan 28) uitsluitend in het gebied van voorwand (14), rugwand (15), bodemwand (16) en de sluitlas (12), onder vrijlating van de zijwanden (17, 18), aanwezig is.

2. Buidel volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, 15 dat de folieplano's (26, 27) tenminste in het gebied van de zijwanden (17, 18) uit doorzichtig (transparant) materiaal, in het bijzonder uit thermoplastisch materiaal bestaat.

3. Buidel volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk, dat de papierplano (28) als een over de gehele lengte 20 gelijke brede strook vervaardigd is.

4. Buidel volgens een der conclusies 1 tot 3, m e t het kenmerk, dat de papierplano (28) aan de binnenzijde van de buidelplano (13) ongeveer in het midden gefixeerd is, in het bijzonder door tenminste twee diagonaal tegenover el- 25 kander liggende lasplaatsen (fixeerpunt 32).

5. Buidel volgens een der conclusies 1 tot 4, m e t het kenmerk, dat over de gehele breedte van de buidelplano (13) doorlopende sluitstroken (verzegelstroken 21, 22) opgeplakt zijn, die na het vullen van de zak (11) in het gebied van 30 de opening (20) daarvan tegenover elkaar liggen en door akti-vering met elkander verbindbaar zijn.

6. Buidel volgens een der conclusies 1 tot 5, m e t het kenmerk, dat door de zijwanden (17, 18) in het gebied van de sluitstrip (12) en handgreepstrip (19) vervaardigde zij- 35 stroken (23, 24) naar binnen gevouwen zijn.

7. Buidel volgens een der conslusies 1 tot 6, m e t het »0 0 5 29 5 -8- kenmerk, dat de vrije rand van de sluitstrip (12) van een dwars gerichte versteviging, in het bijzonder van een voorbeeld uit papier bestaande, aan de binnenkant aangebrachte ver-stevigingsstrook (31) voorzien is. 5

8. Buidel volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de einden van de verstevigingsstrook (31) de naar binnen gevouwen zijstroken (23, 24) bedekken. » 80 0 5 29 5