NL1030913C2 - Werkwijze voor het door middel van curtain coating aanbrengen van een of meer lagen op een ondergrond, alsmede decoratieve folie. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Werkwijze voor het door middel van curtain coating aanbrengen van een of meer lagen op een ondergrond, alsmede decoratieve folie.

5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het door middel van curtain coating aanbrengen van een of meer lagen op een ondergrond. Verder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een decoratieve of functionele folie, opgebouwd uit een ondergrond en daarop liggend een of meer lagen. Verder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een star paneel 10 waarvan ten minste een van de lagen een decoratieve folie is.

De werkwijze zoals vermeld in de aanhef is op zich bekend uit de Europese octrooiaanvrage EP 1 375 014. Volgens de daaruit bekende methode van curtain coating wordt een dunne vloeistoffilm via een spleetconstructie over nagenoeg de volledige breedte van een daaronder liggende ondergrond 15 aangebracht, waarbij de ondergrond dwars op de vloeistoffilm wordt verplaatst. Aldus wordt in feite een continu stromend vloeistofgordijn tussen de spleetconstructie en de daaronder liggende ondergrond tot stand gebracht, waarbij op de ondergrond ten gevolge van de zwaartekracht en het verplaatsen van de ondergrond een vloeistoffilm wordt gevormd. Het is volgens de curtain coatmethode 20 aldus mogelijk een boven de ondergrond gesitueerd uitstroomorgaan toe te passen, omvattende een aantal evenwijdig lopende spleten, welke spleten op enige regelmatige onderlinge afstand van elkaar zijn gelegen en waardoor verschillende vloeistoffen, te weten zogenaamde coatings worden geleid, zodat aldus op de zich verplaatsende ondergrond simultaan een aantal, over elkaar heen liggende 25 vloeistoffilms wordt aangebracht. Uit dit document is slechts te herleiden dat de ondergrond een papierbaan, kunststoffolie of een metaalfolie kan zijn. Dergelijke ondergronden, in het bijzonder de papierbaan, vertonen een beperkte bestandheid tegen vocht, een beperkte splijtvastheid en zijn moeilijk duurzaam te verlijmen op materialen die mechanisch, thermisch en chemisch worden belast.

30 Het door middel van curtain coating aanbrengen van een of meer lagen op een ondergrond is ook bekend uit de Internationale aanvrage WO 01/70418, waarbij een zogenaamde uit meerdere lagen bestaande release liner wordt vervaardigd, omvattende een ruglaag, een dragerlaag die de ruglaag bedekt en tenslotte een siliconen bevattende laag die over de dragerlaag is aangebracht, 1 0309 13 2 waarbij de verdeling van de siliconen in de daaronder liggende laag aan een bepaalde voorwaarde moet voldoen om aldus als een hechtlaag te kunnen fungeren.

Uit de Internationale aanvrage WO 2005/009758 is een strook vormige decoratieve bedekkingsfolie bekend, bestaande uit een dragerfolie van 5 papier en/of kunststof, een daarop liggende basislaag van door stralinghardbaar hars, welke basislaag abrasieve vulmiddelen bevat, en een op de basislaag gevormde deklaag van een door stralinghardbaar hars, welke deklaag geen abrasieve vulmiddelen bevat. Een dergelijke bedekkingsfolie wordt verkregen door de dragerfolie eerst te bedekken met de vloeibare basislaag, vervolgens het aldus 10 verkregen samenstel te drogen door middel van verwarmen en tenslotte het opbrengen van de vloeibare deklaag waarna het gemeenschappelijk uitharden en verknopen van basis- en deklaag plaatsvindt met UV- en/of elektronenstralen. Aldus zijn twee hardingsstappen noodzakelijk om het risico van het vermengen van de individuele lagen te voorkomen. Het aanbrengen van meer dan twee lagen is 15 volgens de hieruit bekende methode uiterst moeilijk te realiseren en economisch onaantrekkelijk.

Uit het Amerikaans octrooi 4.927.572 is een methode bekend om een decoratieve folie voor de veredeling van plaatmaterialen te produceren die deze nadelen opheft. Door gebruik te maken van componenten die na harding 20 met straling nog een thermische behandeling hebben gekregen is de weersbestendigheid significant verbeterd.

Uit internationale aanvrage WO 2005/005705 is het gebruik van multilayer curtain coating bekend voor stralingshardende coatings die toegepast worden voor de veredeling van textile fabrics. In dit patent wordt beschreven dat het 25 met deze meerlaagstechniek in combinatie met stralingshardende coatings waarvan tenminste een laag fluorhoudende groepen bevat mogelijk is om verschillende lagen met verschillende functionaliteiten aan te brengen om daarmee het textiel oliebestendig en waterbestendig te maken.

Uit het Brits octrooi GB 1,165,222 is een methode bekend voor het 30 bedekken van een cellulose-substraat met een thermo-hardende harssamenstelling, omvattende het op het substraat aanbrengen van een primer of grondlaag, door middel van een wals, sproei-installatie, borstels of het principe van een uit een enkele laag bestaande curtain coating, waarna het met de grondlaag bedekte substraat door een droogkamer wordt geleid om het oplosmiddel uit de grondlaag te 3 verwijderen. Aansluitend wordt het substraat, voorzien van de niet-geharde grondlaag, door een hardingsstation geleid, waarin infraroodstraling wordt toegepast om de grondlaag volledig te harden. Daarna wordt een toplaag over de aldus geharde grondlaag aangebracht, waarna vervolgens opnieuw het samenstel 5 door een droogkamer wordt geleid, gevolgd door een volledige harding door middel van infrarood.

Uit de Europese octrooiaanvrage 1 595 718 is een methode voor het vervaardigen van een decoratief laminaat bekend, waarbij in een eerste processtap een polymeer op een substraatoppervlak wordt aangebracht, waarna 10 aansluitend in een tweede processtap de aldus aangebrachte polymeerlaag gedeeltelijk wordt gehard, waarna op de gedeeltelijk geharde polymeerlaag een overlay-papier of non-woven materiaal wordt geplaatst. Het aldus verkregen samenstel wordt onder verhoogde temperatuur en druk verder bewerkt waardoor de polymeerlaag volledig wordt gehard. Om de hechting tussen de polymeerlaag en het 15 substraat verder te verbeteren is het mogelijk het substraat eerst van een grondlaag te voorzien waarna de polymeerlaag hierop wordt aangebracht.

De onderhavige aanvrager is houder van het Amerikaans octrooi US 6.660.370 waarin een methode is geopenbaard ter vervaardiging van een gekleurd, uit meerdere lagen bestaand composiet, door ten minste twee of meer, 20 door straling hardbare lagen op flexibele, ondersteunende lagen aan te brengen en vervolgens de ondersteunende lagen met elkaar te lamineren waarbij de door straling hardbare lagen tegen elkaar liggen. In het bijzonder worden twee flexibele ondersteunende lagen, elk voorzien van een door straling hardbare laag, met elkaar in contact gebracht, waarbij na samendrukken het gekleurde, uit meerdere lagen 25 bestaande composiet wordt verkregen waarna vervolgens de door straling hardbare lagen in een eerste stap gedeeltelijk worden gehard onder toepassing van niet meer dan 30 % van de maximale dosering van actinische straling, waarna vervolgens één van de ondersteunende lagen van het composiet wordt verwijderd. Tenslotte vindt in een tweede stap een volledige uitharding van de door straling hardbare laag plaats. 30 Volgens deze methode is in beginsel een gekleurd composiet materiaal te verkrijgen dat twee, door straling hardbare lagen omvat, waarbij een bepaalde minimale dikte van de lagen vereist is. Daarnaast vereist een dergelijke methode de toepassing van ten minste twee ondersteunende lagen die vervolgens worden verwijderd, waardoor een oppervlakte-verslechtering van de door straling hardbare laag mogelijk is.

4

Bovendien is er in een bepaalde uitvoeringsvorm mogelijk sprake van de vorming van bellen in de door straling hardbare lagen, bijvoorbeeld luchtbellen, hetgeen in de praktijk als ongewenst wordt ervaren.

Het doel van de onderhavige uitvinding is aldus het verschaffen van 5 een werkwijze voor het vervaardigen van een gekleurd, uit meerdere lagen bestaande decoratieve of functionele folie waarbij de hiervoor genoemde problemen worden voorkomen.

Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze ter vervaardiging van een gekleurd, uit meerdere lagen 10 bestaande decoratieve of functionele folie waarbij aan elk van de lagen specifieke eigenschappen kunnen worden toegekend.

Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze ter vervaardiging van een uit meer lagen bestaande decoratieve of functionele folie waarbij in de folie dunne lagen kunnen worden toegepast zodat 15 het verbruik aan grondstoffen tot een minimum is beperkt

De onderhavige uitvinding zoals vermeld in de aanhef wordt gekenmerkt doordat de ondergrond is gekozen uit de groep van geïmpregneerd papier, voorgeïmpregneerd papier, overlay papier, kernpapier, impregneerbaar papier en vloeistofopneembaar papier.

20 Onder toepassing van een dergelijk type ondergrond kan aan een of meer van de voornoemde doelstellingen worden voldaan. Het voorgeïmpregneerde papier is in de praktijk reeds door de papierbereider geïmpregneerd met harsen, bijvoorbeeld fenolharsen, melamineharsen, ureumharsen door straling hardbare harsenmengsels van voornoemde harsen met polymeerdispersies, of combinaties 25 hiervan. De geïmpregneerde papieren worden in een impregneerproces off-line van de papierfabricage geïmpregneerd met een of meer van de hiervoor genoemde materialen. Voor een specifieke omschrijving van de in de onderhavige uitvinding toepasbare ondergrondmaterialen wordt naar DIN 6730, Papier und Pappe, november 2001 verwezen, te weten: impregneerbaar papier “Impragnierrohpapier” is 30 een ongelijmd papier, voor impregneren voorbereid, overlaypapier is een "Laminatrohpapier” uit gebleekte celstof van hoge zuiverheid, ongevuld en bedrukbaar, kernpapier is “Kernrohpapier” dat reeds met een hars is doordrenkt, en vloeistofopneembaar papier is een papiertype dat vloeistof kan opnemen en vasthouden.

5

In het bijzonder is het volgens de onderhavige uitvinding mogelijk om simultaan verschillende lagen aan te brengen, waarbij de totale dikte van de opgebrachte lagen varieert van 10 tot 150 micrometer en waarbij de afzonderlijke laagdikte varieert van 2 tot 150 micrometer.

5 Als een geschikte laag kan een hars worden genoemd, in het bijzonder een hars dat een of meer functionele groepen bevat die onder invloed van UV-straling en/of elektronenstraling (EB) een netwerk vormen. De in de onderhavige uitvinding toegepaste harsen kunnen ook gedeeltelijk uitharden met EB/UV-straling en onder invloed van verhoogde temperatuur, vocht, zuurstof of, indien gewenst, 10 onder toepassing van een andere bestraling dan UV en/of EB verder vernetten.

Door gebruik te maken van harsen behorende tot de groep van door straling hardbare harsen en de bijzondere wijze van aanbrengen, in het bijzonder de curtain coatmethode, is er geen noodzaak voor een intermediaire stap om de afzonderlijke lagen te drogen en/of te vernetten, hetgeen een aanzienlijke besparing 15 teweegbrengt op het gebied van energie en kosten. Immers, doordat de lagen simultaan worden aangebracht op de ondergrond, kan vervolgens de van lagen voorziene ondergrond aan een enkele hardingsstap worden onderworpen, waarbij de door straling hardbare harsen zullen vernetten. Een voordeel van de onderhavige werkwijze is dat verscheidende lagen kunnen worden aangebracht zonder 20 tussendroging, c.q. uitharding van lagen afzonderlijk, waarbij de lagen ten opzichte van elkaar kunnen verschillen op het gebied van samenstelling en reologie. Aldus kunnen op de ondergrond in een enkele processtap bijvoorbeeld meerdere EB-lakken of EB-harsen worden aangebracht, waarbij zelfs individuele laagdiktes van 2 pm tot de mogelijkheden behoren. De uitvinders hebben decoratieve of 25 functionele folies vervaardigd die zijn opgebouwd uit vijf verschillende lagen.

Volgens de onderhavige uitvinding is het met name mogelijk om zo genaamde defect-vrije oppervlakken zonder pinn-holes te verkrijgen, waarbij het bovendien mogelijk is om tijdens de werkwijze bijzonder snel van kleur en/of type hars te wisselen, hetgeen aldus een zeer flexibele coating technologie is.

30 In een bijzondere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het gewenst dat als eerste laag, te weten de onderste laag, op de ondergrond een hechtingsbevorderende laag wordt aangebracht, zoals een primer. Deze eerste laag op de ondergrond kan worden toegepast om de ondergrond te impregneren. Het impregneren van papier kent vele technische voordelen, te weten verbetering van 6 brandvertraging, vochtbestandheid, verlijmbaarheid, stootvastheid en splijtvastheid. De onderste laag kan tevens dienen om de ondergrond tegen UV-straling te beschermen, of om de kleur van de ondergrond te maskeren. Aansluitend kunnen een of meer lagen worden aangebracht die door straling hardbare producten 5 omvatten, welke lagen al of niet van additieven zijn voorzien, bijvoorbeeld brandvertragende middelen, pigmenten, UV absorberende middelen, metaalwishkers, biociden, bacteriostatische middelen, anti-statische middelen, zelfreinigende middelen, krasvastbevorderende middelen, fluorhoudende middelen, siliconenhoudende middelen, matterende middelen, middelen ter verhoging van de 10 chemische bestandheid en vloeimiddelen. Het is bovendien mogelijk met zogenaamde effectpigmenten, bijvoorbeeld aluminium flakes, micapigmenten toe te passen om bijzondere esthetische effecten tot stand te brengen. Als toplaag kan bijvoorbeeld een laag worden toegepast die voortreffelijke eigenschappen vertoont op het gebied van chemische bestandheid of weersbestandheid. Om het 15 glansniveau van het uiteindelijk product te beïnvloeden is het mogelijk om als buitenste laag een heldere toplaag toe te passen, bijvoorbeeld een op water gebaseerde of een op oplosmiddel gebaseerde toplaag, zonder dat de uiteindelijke producteigenschappen van het composiet negatief worden beïnvloed. Tenslotte is het mogelijk een zeer dunne toplaag aan te brengen om bepaalde texturen of 20 structuren te verkrijgen.

In een bijzondere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding variëren de viscositeiten van de aan te brengen harsen van 200 tot met 3000 mPas. De productiesnelheid van de ondergrond ligt in het gebied van 50 tot 400 m/min. Voor de EB-stap worden bij voorkeur doseringen van 4 tot 60 kGray, spanningen 25 van 80 tot 300 kV toegepast.

Als voorbeelden van door straling hardbare lagen kunnen C,-Ce-alkylacrylaten en/of methacrylaten, in het bijzonder methylacrylaat of ethylacrylaten en/of methacrylaten, worden genoemd. De door straling hardbare acrylaten zijn ook met genoemde acrylaten geacryleerde oligomeren en geacryleerde moleculen. Als 30 een met hars geïmpregneerd papier kan een met fenolhars geïmpregneerd papier worden genoemd.

De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een decoratieve of functionele folie, opgebouwd uit een ondergrond en daarop liggend twee of meer lagen, gekenmerkt doordat ten minste twee lagen een dikte liggend in 7 het gebied van 2-30 μπη bezitten, waarbij in het bijzonder ten minste een van de lagen door straling hardbare bestanddelen omvat. In een bijzondere uitvoeringsvorm van de onderhavige decoratieve folie bezit ten minste een van de lagen een dikte in het gebied van 5-20 pm, waarbij de decoratieve folie in een bijzondere 5 uitvoeringsvorm als meubelfolie kan worden toegepast.

De hiervoor genoemde decoratieve of functionele folie wordt in een bijzondere uitvoeringsvorm als een zogenaamde decoratieve coating op platen of panelen aangebracht, vervaardigd uit lagen van papier verzadigd met fenolharsen, ureumharsen, isocyanaatharsen, melamineharsen of combinaties hiervan, of 10 vervaardigd uit hout, kunststof, met hars verzadigde, voorverdichte houtvezels en dergelijke, ter vorming van tegen weersinvloeden bestand zijnde platen of panelen voor zowel binnen- als buitengebruik.

De onderhavige uitvinding zal hierna aan de hand van een aantal voorbeelden worden toegelicht waarbij echter dient te worden opgemerkt dat 15 onderhavige uitvinding in geen geval tot dergelijke bijzondere voorbeelden is beperkt.

Voorbeeld 1

Een inrichting voor het door middel van curtain coaten aanbrengen van lagen werd toegepast, waarbij twee uitstroomopeningen, te weten spieetvormige 20 kanalen die zich over de breedte van de ondergrond uitstrekken, van de inrichting werden gebruikt om twee lagen simultaan aan te brengen, te weten een zwart gepigmenteerde, door straling hardbare coating en een transparante coating. De coatings bezitten een viscositeit van ongeveer 2000 mPas bij een temperatuur van 20 °C en werden aangebracht bij een temperatuur van 40 °C. De snelheid van de 25 ondergrond bedroeg 105 m/min en het coatinggewicht van de zwarte coating bedroeg 50 micrometer, waarbij het coatingsgewicht van de transparante coating 30 micrometer bedroeg. Als ondergrond werd een glad fenol-resol-geïmpregneerd papier toegepast. De 100% vaste stof coatings werden met EB gehard bij een dosering van 60 kGray en een spanning van 225 kV. Het resulterende decoratieve 30 materiaal bezit na harden geen oppervlakte-defecten, zoals pinn-holes of luchtbellen. Het aldus verkregen decoratief materiaal werd toegepast ter vervaardiging van een high pressure laminate (HPL) compacte plaat, waarbij het persen werd uitgevoerd door het decoratieve materiaal te plaatsen op een stapel van met fenolhars geïmpregneerde, voorverdichte vezelplaten, zogenaamde 8 prepregs, bij een druk van ongeveer 60 bar en een temperatuur van ongeveer 140 °C gedurende een periode van ongeveer 30 minuten. Het aldus verkregen decoratieve paneel bezat een voortreffelijke bestandheid tegen weersinvloeden en had tevens de beschikking over zeer goede oppervlakte-eigenschappen. Dankzij de 5 defectvrije coatingtechniek, te weten de methode van curtain coating, waren de eigenschappen van de aldus verkregen decoratieve panelen voortreffelijk ten opzichte van de huidige, op dit moment in de markt verkrijgbare HPL-platen.

Voorbeeld 2

Dezelfde inrichting als toegepast in voorbeeld 1 werd gebruikt, 10 waarbij echter drie lagen simultaan werden aangebracht: als onderste laag, te weten de laag die direct op de ondergrond wordt aangebracht, een samenstelling voorzien van een grijze kleur met een viscositeit van 900 mPas bij een temperatuur van 40 °C, als tussenlaag een samenstelling met een grijs metaalachtige kleur voorzien van een viscositeit van 1100 mPas bij een temperatuur van 40 °C en, als toplaag, 15 een transparante topcoat voorzien van een viscositeit van 630 mPas bij een temperatuur van 40 °C. De laagdikte van de onderste laag varieerde van 20 tot 60 micrometer, de laagdikte van de tussenlaag varieerde van 30 tot 60 micrometer en de laagdikte van de toplaag werd gehandhaafd op een dikte van 27 micrometer. De snelheid van de ondergrond bedroeg 75 m/min. De aldus aangebrachte coatings 20 werden door middel van EB gehard bij een dosering van 60 kGray en spanning van 225 kV. De aldus verkregen, decoratieve folie werd toegepast voor het vervaardigen van HPL-compacte platen, zoals toegelicht in voorbeeld 1. Het metaalachtig effect was bijzonder. De aluminiumdeeltjes in de metaalachtige coating bezaten een goede oriëntatie, waarbij geen defecten optraden, zoals blaren en streepvorming. 25 De bestandheid tegen weersinvloeden van de resulterende panelen was voortreffelijk. De panelen scoorden een grijsschaal van 4 na blootstelling aan een Florida simulatie volgens voorschriften TRICS 7354, op basis van ISO 4892, 3000 uur.

Voorbeeld 3 30 Een bedrukt decoratief papier werd als ondergrond toegepast waarbij twee lagen van een zogenaamde heldere coating, onder gebruikmaking van de curtain coatingmethode en -inrichting zoals vermeld in voorbeeld 1, werden aangebracht. De onderste laag, die direct contact met de ondergrond maakt, bestond uit een bindmiddel met adhesiepromotoren voorzien met een viscositeit van 9 250 mPas bij een temperatuur van 40 °C om aldus een snelle penetratie van deze coating in het papier tot stand te kunnen brengen. De topcoating was een transparante coating waarbij aan de formulering UV-absorptiemiddelen en HALS waren toegevoegd. De viscositeit van de topcoating bedroeg 680 mPas bij een 5 temperatuur van 40 °C. De twee afzonderlijke lagen werden toegepast in een filmdikte variërend van 50 tot 60 micrometer, waarbij de snelheid van ondergrond werd ingesteld op een waarde variërend van 60 tot 175 m/min. De harding werd met EB uitgevoerd bij een dosering van 60 kGray en een spanning van 225 kV. In de aldus verkregen, bedekte papieren waren geen oppervlakte-defecten 10 waarneembaar. Voortreffelijke resultaten werden verkregen wanneer de onderste laag een gewicht bezat van 30 g/m2 en de toplaag een gewicht van 30 g/m2. De met de aldus verkregen decoratieve folies vervaardigde HPL panelen bezaten voortreffelijke eigenschappen, in het bijzonder op het gebied van delaminatie. De aldus vervaardigde panelen waren bestand tegen een verblijftijd van 8 uren in 15 kokend water zonder dat daarbij delaminatie optrad, en de hechting van de coating op de ondergrond voldeed aan klasse 1 in een zogenaamde cross-hatch-test.

Voorbeeld 4

De inrichting zoals toegepast in voorbeeld 1 werd gebruikt, waarbij twee lagen simultaan worden aangebracht, te weten een wit gepigmenteerde, door 20 straling hardbare coating en een transparante coating die nano-particles bevat. De nano-coatings bezaten een viscositeit van 2500 mPas bij een temperatuur van 20 °C en werden aangebracht bij een temperatuur van 40 °C. De snelheid van de ondergrond werd gevarieerd van 75 tot 200 m/min en het coatinggewicht van de witte gepigmenteerde coating werd gevarieerd van 30 tot 60 micrometer, waarbij het 25 coatingsgewicht van de transparante coating op 40 micrometer werd gehandhaafd. De ondergrond was een met fenolhars geïmpregneerd papier. Voor de EB-harding werd een dosering van 60 kGray en een spanning van 225 kV toegepast. Het aldus verkregen decoratieve materiaal vertoonde geen oppervlakte-defecten en werd toegepast ter vervaardiging van HPL compacte panelen, onder de omstandigheden 30 zoals vermeld in voorbeeld 1. Het resulterende decoratieve paneel bezat voortreffelijke mechanische eigenschappen en een goede bestandheid tegen chemicaliën. Het paneel bleef onaangetast na een contact van 24 uren met zwavelzuur (85 %) en methylethylketon (MEK) volgens een test gebaseerd op EN 438, te weten een druppel testvloeistof onder petri-schaal bij kamertemperatuur.

t 030 9 1 3

Claims (10)

1. Werkwijze voor het door middel van curtain coaten aanbrengen van een of meer lagen op een ondergrond, met het kenmerk dat de ondergrond is 5 gekozen uit de groep van geïmpregneerd papier, voorgeïmpregneerd papier, overlay papier, kernpapier, impregneerbaar papier en vloeistofopneembaar papier.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de een of meer lagen een hars omvatten.

3. Werkwijze volgens conclusies 1-2, met het kenmerk, dat het hars is 10 gekozen uit de groep van door straling hardbare harsen.

4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de straling is gekozen uit de groep UV en elektronen (EB), of een combinatie hiervan.

5. Werkwijze volgens een of meer van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan de samenstelling van de lagen een of meer bestanddelen 15 worden toegevoegd, gekozen uit brandvertragende middelen, pigmenten, UV absorberende middelen, metaalwishkers, biociden, bacteriostatische middelen, anastatische middelen, zelfreinigende middelen, krasvastbevorderende middelen, fluorhoudende middelen, siliconenhoudende middelen, matterende middelen, middelen ter verhoging van de chemische bestandheid en vloeimiddelen, of 20 combinaties hiervan.

6. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies 3-5, met het kenmerk, dat de van een of meer lagen voorziene ondergrond aan straling wordt onderworpen om een vernetting van de harsbestanddelen tot stand te brengen.

7. Werkwijze volgens een of meer van de voorafgaande conclusies, 25 met het kenmerk, dat de eerste, op de ondergrond aangebrachte laag voor impregnering in de ondergrond zorgt waardoor de splijtvastheid en de bestandheid tegen vocht van het aldus verkregen samenstel worden verbeterd.

8. Decoratieve folie, opgebouwd uit een ondergrond en daarop liggend twee of meer lagen, met het kenmerk, dat ten minste twee lagen een dikte liggend in 30 het gebied van 2-30 pm bezitten.

9. Decoratieve folie volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat ten minste een van de lagen door straling hardbare bestanddelen omvat.

10. Paneel voorzien van een decoratieve folie volgens een of meer van de conclusies 8-9. 1 0309 1 3