BE905465A - Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting. - Google Patents
Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting. Download PDFInfo
- Publication number
- BE905465A BE905465A BE0/217191A BE217191A BE905465A BE 905465 A BE905465 A BE 905465A BE 0/217191 A BE0/217191 A BE 0/217191A BE 217191 A BE217191 A BE 217191A BE 905465 A BE905465 A BE 905465A
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- wires
- drive device
- chamber
- wall
- engagement
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F15—FLUID-PRESSURE ACTUATORS; HYDRAULICS OR PNEUMATICS IN GENERAL
- F15B—SYSTEMS ACTING BY MEANS OF FLUIDS IN GENERAL; FLUID-PRESSURE ACTUATORS, e.g. SERVOMOTORS; DETAILS OF FLUID-PRESSURE SYSTEMS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- F15B15/00—Fluid-actuated devices for displacing a member from one position to another; Gearing associated therewith
- F15B15/08—Characterised by the construction of the motor unit
- F15B15/10—Characterised by the construction of the motor unit the motor being of diaphragm type
- F15B15/103—Characterised by the construction of the motor unit the motor being of diaphragm type using inflatable bodies that contract when fluid pressure is applied, e.g. pneumatic artificial muscles or McKibben-type actuators
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Analytical Chemistry (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- Fluid Mechanics (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Actuator (AREA)
Abstract
Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting bestaande uit een kamer 1 met een soepele elastish vervormbare wand 1' en buigzame onrekbare spiraaldraden 5 en 6, die zich naast elkaar rond wand 1' uitstrekken, waarbij een deel van de draden rechtsdraaiend en het andere deel linksdraaiend gewikkeld zijn, zodanig dat ze een hoekverdraaiing gama ten opzichte van elkaar kunnen ondergaan; de uiteinden van de draden zijn vast ten opzichte van de aangrijpingspunten 9 en 10 langs twee tegenoverliggende zijden van kamer 1; een toevoer 3 voor gas of afvloeistof onder druk in kamer 1 is voorzien ; wand 1' is vervormbaar dwars op verbindingslijn tussen aangrijpingspunten 9 en 10.
Description
<Desc/Clms Page number 1> BESCHRIJVING behorende bij een U ITVINDINGSOCTROOIAANVRAG E ten name van BEULLENS, Theophile voor : "Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting" <Desc/Clms Page number 2> De uitvinding heeft betrekking op een hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting die geschikt is voor de meest uiteenlopende toepassingen in allerhande domeinen. De thans bestaande aandrijfinrichtingen, welke hydraulisch of pneumatisch gestuurd worden, zijn meestal hetzij van het cilinder-zuiger type hetzij van het drukkamer-membraan type. Eerstgenoemde zijn in het algemeen relatief duur in aankoop en complex van constructie, waardoor ze meestal gevoelig zijn aan storingen, terwijl laatstgenoemde slechts relatief kleine verplaatsingen kunnen teweeg brengen, zodat de toepasbaarheid ervan dan ook beperkt is. Voor sommige toepassingen volstaat het bijvoorbeeld over een trekkracht te kunnen beschikken zonder de complexiteit van een dubbelwerkende cylinder-zuiger mechanisme of van een stangelstelsel bij de bekende membraanomvormers. De uitvinding heeft, enerzijds, tot doel o. m. aan deze verschillende nadelen te verhelpen van de hierboven vermelde bekende aandrijfinrichtingen en, anderzijds, een aandrijfinrichting te verschaffen, die toelaat op een zeer eenvoudige en efficiënte manier allerhande samengestelde bewegingen met een perfecte nauwkeurigheid uit te voeren. Tot dit doel omvat, de aandrijfinrichting, volgens de uitvinding, enerzijds, minstens een nagenoeg hermetisch afsluitbare kamer, welke minstens gedeeltelijk begrensd is door een uit nagenoeg elastisch vervormbaar materiaal bestaande wand, en, anderzijds, buigzame nagenoeg onrekbare spiraalvormig gewikkelde draden, welke zich nagenoeg naast elkaar minstens rond genoemde wand uitstrekken, waarbij een deel van deze draden rechtsdraaiend en het andere deel ervan linksdraaiend gewikkeld <Desc/Clms Page number 3> zijn, en dit zodanig dat twee willekeurige aldus kruisende draden een bepaalde hoekverdraaiing ten opzichte van elkaar kunnen ondergaan, en een uiteinde van elk van deze draden aan een zijde van genoemde kamer vast is ten opzichte van een aangrijpingspunt en het andere uiteinde ervan aan de tegenoverliggende zijde van deze kamer vast is ten opzichte van een ander aangrijpingspunt, en waarbij verder in deze kamer minstens één toevoeropening voorzien is waarlangs een gas of vloeistof onder druk ingebracht kan worden en genoemde wand minstens vervormbaar is volgens een richting dwars op de verbindingslijn tussen genoemde aangrijpingspunten, zodanig dat door het regelen van de gas-of vloeistofdruk in de kamer een relatieve verplaatsing van deze aangrijpingspunten plaats heeft. Doelmatig zijn nagenoeg evenveel rechtsdraaiende als linksdraaiende draden gewikkeld rond genoemde elastisch vervormbare wand. Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding heeft de kamer nagenoeg de vorm van een omwentelingslichaam, waarvan het omwentelingsoppervlak gevormd is door de soepele elastisch vervormbare wand, waarbij de aangrijpingspunten zich langs weerszijden van dit lichaam, nagenoeg op de as van dit laatste bevinden en genoemde draden spiraalvormig volgens de asrichting van dit lichaam, rond dit laatste gewikkeld zijn. Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van enkele bijzondere uitvoeringsvormen van de uitvinding ; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de draagwijdte niet van de gevorderde bescherming ; de hierna gebruikte verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren. Figuur 1 is een schematische langsdoorsnede, in ruststand, van een aandrijfinrichting volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 2 is een schematisch zijaanzicht, eveneens in rusttoestand, van een tweede uitvoeringsvorm van de aandrijfinrichting volgens de uitvinding. <Desc/Clms Page number 4> Figuur 3 is een analoog schematisch zijaanzicht, in werkstand, van de tweede uitvoeringsvorm. Figuur 4 is, op grotere schaal, een uitgesneden deel van deze tweede uitvoeringsvorm in ruststand. Figuur 5 is, op grotere schaal, ditzelfde uitgesneden deel van deze tweede uitvoeringsvorm in werkstand. Figuur 6 is een schematisch zijaanzicht, met gedeeltelijke doorsneden van een derde uitvoeringsvorm, in ruststand, van de aandrijfinrichting volgens de uitvinding. Figuur 7 is een schematische langsdoorsnede van een vierde uitvoeringsvorm, in ruststand, van de aandrijfinrichting volgens de uitvinding. Figuur 8 is een schematische voorstelling van een eerste specifieke toepassing van de aandrijfinrichting volgens de uitvinding. Figuur 9 is een schematische voorstelling van een tweede specifieke toepassing van de aandrijfinrichting volgens de uitvinding. In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde of analoge elementen. Algemeen heeft de uitvinding betrekking op een hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting welke hoofdzakelijk bestaat uit een hermetisch afsluitbare kamer 1, welke begrensd is door een uit nagenoeg elastisch vervormbaar materiaal bestaande wand 1', en uit buigzame nagenoeg onrekbare spiraalvormig gewikkelde draden 5 en 6, zoals staaldraden, welke zich nagenoeg naast elkaar onder de vorm van een mantel rond en aansluitend tegen deze wand l'uitstrekken. EMI4.1 zo Een deel 5 van deze draden zijn linksdraaiend, terwijl het andere deel 6 ervan rechtsdraaiend gewikkeld zijn, en dit met de nodige speling zodanig dat twee willekeurige aldus kruisende draden 5 en 6 een bepaalde hoekverdraaiing ten opzichte van elkaar kunnen ondergaan. Het ene uiteinde van elke draad 5 en 6, aan een EMI4.2 zijde van de kamer 1, is vast ten opzichte van een aangrijpingspunt 9, terwijl het andere uiteinde ervan, aan de tegenoverliggende zijde van deze kamer 1, vast is ten opzichte van een ander aangrijpingspunt 10. <Desc/Clms Page number 5> Verder is in deze kamer 1 een opening voorzien waarop een bij voorkeur soepele toevoerleiding 3 aangesloten is en waarlangs een gas of vloeistof onder druk in de kamer 1 gebracht kan worden. De wand l'van de kamer 1 is minstens vervormbaar volgens een richting dwars op de verbindingslijn tussen de aangrijpingspunten 9 en 10, zodanig dat door het regelen van de gas-of vloeistofdruk in de kamer 1 een relatieve verplaatsing van deze aangrijpingspunten plaats heeft. Bij voorkeur, zijn nagenoeg evenveel rechtsdraaiende 6 als linksdraaiende draden 5 gewikkeld rond de wand 1', en zijn deze in strengen of bundels onderling gevlochten tot een continu vlechtwerk, los ten opzichte van de wand 1', er steeds voor zorgend dat bovenvermelde hoekverdraaiing mogelijk blijft. Voor de duidelijkheid van de figuren, meer bepaald figuur 1, werden in deze laatste slechts een beperkt aantal draden op regelmatige afstanden over de wand l'van de kamer 1 voorgesteld. Het is echter zo dat in werkelijkheid deze op een zodanige afstand van elkaar gelegen zijn, enigszins afhankelijk van de aard van de wand l', dat wanneer vloeistof of gas onder druk in de kamer 1 gebracht wordt de wand niet dringt tussen de windingen van de draden 5 en 6. Dit is dan ook de practische betekenis die gegeven dient te worden aan bovenvermelde uitdrukking "nagenoeg naast elkaar onder vorm van een continue mantel.." Zoals duidelijk geïllustreerd werd door de figuren 2 en 3 zijn de aangrijpingspunten 9 en 10 beweegbaar ten opzichte van elkaar tussen twee uiterste standen : een ruststand, zoals in figuur 2, en een uiterste werkstand, zoals in figuur 3. In ruststand is de gas-of vloeistofdruk in de kamer I minimaal en is de hellingshoek van de spiraalvormig gewikkelde draden 5 en 6 bij voorkeur groter dan 36 , meer bepaald tussen 50 en 80 , terwijl in de uiterste werkstand deze hoek nagenoeg van de orde van grootte van 36 is. De reden van deze voorkeurshoeken zal hierna bij de meer uitvoerige beschrijving van de werking van de inrichting naar voor gebracht worden. <Desc/Clms Page number 6> In de figuren 4 en 5, die op grotere schaal een gedeelte van het door de draden 5 en 6 gevormd continue vlechtwerk voorstellen, wordt de hierboven aangehaalde hoekverdraaiing y, die de linksdraaiende en rechtsdraaiende draden 5 en 6 ten opzichte van elkaar ondergaan, tussen de ruststand en uiterste werkstand getoond. Teneinde een symmetrische uitzetting van de kamer 1 te bekomen onder de gas-of vloeistofdruk vertoont deze voor de meeste overwogen toepassingen bij voorkeur de vorm van een omwentelingslichaam, waarvan het omwentelingsvlak gevormd is door de soepele elastisch vervormbare wand l', met de aangrijpingspunten 9 en 10 op de omwentelingsas ervan, langs weerszijden van dit lichaam, en de draden 5 en 6 spiraalvormig gewikkeld volgens deze as rond dit laatste. Een uitgesproken voorkeur wordt veelal gegeven aan een cilindrisch omwentelingslichaam, zoals voorgesteld werd in de figuren. In de uitvoeringsvorm van figuur 7 bestaat de wand l'uit een cilindrische buis van soepel en elastisch materiaal, waarvan beide uiteinden door een stop 8 afgesloten zijn. In één van deze stoppen 8 is een opening voorzien waarop de toevoerleiding 3 aansluit. Verder is in alle in de figuren voorgestelde uivoeringsvormen aan elk van de zijden van de kamer l, waar de aangrijpingspunten 9 en 10 voorzien zijn, tussen deze kamer en het nabijgelegen aangrijpingspunt een stijf overgangsstuk 4 voorzien dat bestaat uit een mof in de vorm van een afgeknotte kegel en dat geschoven is over de spiraalvormig gewikkelde draden. Meer bepaald in de uitvoeringsvorm volgens figuur 7 klemt dit overgangsstuk 4 zowel de wand l'als de draden 5 en 6 op de stoppen 8. Bovendien, ten einde de dichtheid te verzekeren vertoont het overgangstuk een naar binnen gerichte ringvormige indeuking 11 die grijpt in een overeenkomstige indeuking in de stoppen 4. In de uitvoeringsvormen volgens de figuren 6 en 7 zijn de vrije uiteinden van de spiraalvormig gewikkelde draden in trossen, in de vorm van een afgeplatte kabel, ineengedraaid en vormen deze dus genoemde aangrijpingspunten 9 en 10, waarin bijvoorbeeld een bevestigingsopening voorzien is. <Desc/Clms Page number 7> Nog in verband met de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 vertoont deze een dubbele wand, welke, enerzijds, gevormd is door de hierboven reeds beschreven wand l'en, anderzijds, door een buitenmantel 2, eveneens uit soepel en elastisch vervormbaar materiaal waartussen de draden 5 en 6 gelegen zijn samen met een smeermiddel 16, zoals talk of grafiet bijvoorbeeld, dat toelaat de onderlinge wrijving tussen de draden 5 en 6 drastisch te verminderen en tegelijkertijd als bescherming voor de wand l' dienst doet. Eventueel kan, samen of in plaats van een smeermiddel, tussen de rechts-en linksdraaiende draden een vervormbare laag materiaal voorzien worden. Belangrijk is te noteren dat bij de overgang van ruststand naar werkstand theoretisch geen wrijving ontstaat zowel tussen de draden 5 en 6 onderling als tussen deze draden en de wand 1'. Inderdaad, deze rechtsdraaiend en linksdraaiend gewikkelde draden ondergaan enkel bij het veranderen van hun kruisingshoek een rotatie t. o. v. elkaar en volgen gewoon de bewegingen van de wand l'. Hieruit volgt dan ook dat de draden 5 en 6 op de plaats waar ze elkaar kruisen verbonden kunnen zijn zodat het geheel van deze draden dan eerder als een netwerk kan beschouwd worden. Verder volgt hieruit eveneens dat deze draden in de wand l'ingebed kunnen worden. Indien, zoals dit meestal het geval is, tussen de aangrijpingspunten slechts een translatie dient uitgevoerd te worden dan zijn bij voorkeur de hellingshoeken van de linksdraaiend en rechtsdraaiend gewikkelde draden dezelfde. Indien echter voor sommige toepassingen een schroefvormige beweging gewenst wordt dan volstaat het dat deze hellingshoeken onderling verschillend zijn. Thans wordt hierna, onder verwijzing naar de figuren 2 tot 5, de werking van de aandrijfinrichting volgens de uitvinding enigszins nader toegelicht. Wanneer geen overdruk heerst in de kamer 1 zullen de spiraaldraden 5 en 6 zich in de meest gestrekte stand bevinden, t. t. z. zal het aantal windingen per lengte-eenheid minimaal zijn. In dit geval zal de kruisingshoek 0 tussen de linksdraaiend en rechtsdraaiend gewikkelde <Desc/Clms Page number 8> draden zo klein mogelijk zijn. (zie figuur 4). De afstand tussen de aangrijpingspunten 9 en 10 is hierbij het grootst en de inrichting bevindt zich dan in ruststand. Door het verhogen van de druk in de kamer 1 zal de wand l'uitzetten en wordt een kracht op de draden 5 en 6 uitgeoefend. Deze kracht wordt door deze laatste opgenomen en langs de windingen ervan gedeeltelijk overgebracht op hun uiteinden en dus op de aangrijpingspunten 9 en 10. Door het uitzetten van de wand l'neemt de doormeter van de windingen van de draden 5 en 6 toe en, aangezien deze laatste nagenoeg onrekbaar zijn, worden de aangrijpingspunten 9 en 10 naar elkaar toe getrokken. De opgewekte kracht op de aangrijpingspunten 9 en 10 is het grootst wanneer genoemde kruisingshoek 0 het kleinst is en vermindert naarmate deze toeneemt. De werking gaat door tot de kruisingshoek tussen de spiraaldraden nagenoeg 1080 bereikt heeft. Op dit ogenblik wordt de trekkracht tussen de aangrijpingspunten nul en de doormeter van de uitgezette cilindrische wand l'het grootst. De aandrijfinrichting bevindt zich dan in de genoemde uiterste werkstand. Vastgesteld werd dat in deze stand, de afstandsvermindering tussen de aangrijpingspunten 9 en 10 bij een kruisingshoek van 1080 nagenoeg tot 40 % van de oorspronkelijke afstand tussen deze aangrijpingspunten, t. t. z. in de ruststand, herleid wordt. Stel dat de lengte van één winding van een spiraaldraad gelijk is aan K, dan blijkt dat de kracht uitgeoefend op de aangrijpingspunten beantwoordt aan de formule : F = P. (l-3 sin o). K /4. TT , waar P de druk is in de kamer 1 encode hellingshoek van de spiraaldraden voorstellen. Daar K/4. TT konstant is en gelijk is aan een cirkeloppervlak met K als omtrek, blijkt uit deze formule dat de opgewekte kracht F afhankelijk is van de toegepaste druk P en de hellingshoekoc van de spiraal. Wanneer bijvoorbeeld deze hellingshoek 90 benadert, dit is wanneer de afstand tussen de aangrijpingspunten het grootst is, dan is de kracht F =-2. P. K2/4. 1í wat dus een trekkracht is. <Desc/Clms Page number 9> Is bijvoorbeeld o < . = 36 (sinc = 73) dan blijkt de opgewekte kracht F nul te zijn. De voor één spiraal geldende hellingshoek EMI9.1 kan in de formule vervangen worden door de kruisingshoek zodat de formule overgaat in F = P. (i-3. r/. /4. Tenslotte, worden in de figuren 8 en 9 nog twee specifieke toepassingsvoorbeelden van de aandrijfinrichting volgens de uitvinding schematisch voorgesteld. Figuur 8 heeft betrekking op een ventiel dat bij middel van twee in elkaars verlengde geplaatste aandrijfinrichtingen volgens de uitvinding op een volledig automatische wijze gestuurd kan worden door het regelen van de druk in de kamers 1 van twee in elkaars verlengde geplaatste inrichtingen. Deze laatste zijn in hun aangrijpingspunten scharnierend met elkaar en ten opzichte van het ventiel gemonteerd, zodanig dat de bedieningsarm 12 ervan een hoekverplaatsing kan ondergaan tussen twee uiterste standen zoals aangeduid wordt door puntstreep lijn 12'. Hierbij ondergaan beide aandrijfinrichtingen een zekere rotatie rond hun vaste bevestigingspunten 13 en 14. Figuur 9 stelt een apparaat voor dat bijvoorbeeld als heftoestel, als automatische deuropener, enz.. kan dienst doen. Door het aanbrengen van een druk langs leiding 3 zwelt de slangvormige kamer 1 en ondergaat deze een verkorting van de orde van 40 % waardoor het beweegbaar aangrijpingspunt 10 een opwaartse verplaatsing ondergaat samen met een rotatie van het katrol wiel 15. De uitvinding is natuurlijk geenszins beperkt tot de hierboven beschreven en in de tekeningen voorgestelde uitvoeringsvormen van de inrichting en toepassingen van deze laatste, maar in het raam van deze uitvinding kunnen meerdere veranderingen overwogen worden o. m. wat betreft de vorm en afmetingen van de desbetreffende aandrijfinrichting, alsook wat betreft het toepassingsgebied ervan. Zo kan deze inrichting op een voordelige manier toegepast worden in de robotica, in de bouw van allerhande protheses, zoals kunstarmen en kunstbenen.
Claims (17)
- CONCLUSIES 1. Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting, met het kenmerk dat deze, enerzijds, minstens een nagenoeg hermetisch afsluitbare kamer, welke minstens gedeeltelijk begrensd is door een uit nagenoeg elastisch vervormbaar materiaal bestaande wand, en anderzijds, buigzame nagenoeg onrekbare spiraalvormig gewikkelde draden, welke zich nagenoeg naast elkaar minstens rond genoemde wand uitstrekken, omvat, waarbij een deel van deze draden rechtsdraaiend en het andere deel ervan linksdraaiend gewikkeld zijn, en dit zodanig dat twee willekeurige aldus kruisende draden een bepaalde hoekverdraaiing ten opzichte van elkaar kunnen ondergaan,en een uiteinde van elk van deze draden aan een zijde van genoemde kamer vast is ten opzichte van een aangrijpingspunt en het andere uiteinde ervan aan de tegenoverliggende zijde van deze kamer vast is ten opzichte van een ander aangrijpingspunt, en waarbij verder in deze kamer minstens één toevoeropening voorzien is waarlangs een gas of vloeistof onder druk ingebracht kan worden en genoemde wand minstens vervormbaar is volgens een richting dwars op de verbindingslijn tussen genoemde aangrijpingspunten, zodanig dat door het regelen van de gas-of vloeistofdruk in de kamer een relatieve verplaatsing van deze aangrijpingspunten plaats heeft.
- 2. Aandrijfinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat nagenoeg evenveel rechtsdraaiende als linksdraaiende draden gewikkeld zijn rond genoemde elastisch vervormbare wand.
- 3. Aandrijfinrichting volgens één van de vorige conclusies, met het kenmerk dat de linksdraaiend en rechtsdraaiend gewikkelde draden onderling gevlochten zijn, zodanig echter dat bovenvermelde hoekverdraaiing mogelijk blijft.
- 4. Aandrijfinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de draden in de vorm van strengen of bundels gevlochten zijn.
- 5. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 4, met het kenmerk dat de spiraalvormig gewikkelde draden een nagenoeg continu vlechtwerk vormen rond genoemde elastisch vervormbare wand van de hermetisch afsluitbare kamer. <Desc/Clms Page number 11>
- 6. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 5, met het kenmerk dat de spiraalvormig gewikkelde draden zich los van genoemde elastisch vervormbare wand uitstrekken.
- 7. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 6, met het kenmerk dat genoemde aangrijpingspunten beweegbaar zijn ten opzichte van elkaar tussen twee uiterste standen, een ruststand en een uiterste werkstand, waarbij in ruststand de gas-of vloeistofdruk in de kamer minimaal is en de hellingshoek van de spiraalvormig gewikkelde draden groter is dan 36 , bij voorkeur tussen 50 en 80 , en in de uiterste werkstand deze hoek nagenoeg van de orde van grootte van 36 is.
- 8. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 7, met het kenmerk dat de kamer nagenoeg de vorm heeft van een omwentelingslichaam, waarvan het omwentelingsoppervlak gevormd is door de soepele elastisch vervormbare wand, waarbij de aangrijpingspunten zich langs weerszijden van dit lichaam, nagenoeg op de as van dit laatste bevinden en genoemde draden spiraalvormig volgens de asrichting van dit lichaam, rond dit laatste gewikkeld zijn.
- 9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk dat de beide uiteinden van dit omwentelingslichaam elk door een stop afgesloten zijn en genoemde opening voor het inbrengen van gas of vloeistof onder druk in de door dit lichaam begrensde kamer in minstens één van deze stoppen voorzien is.
- 10. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 8 of 9, met het kenmerk dat het omwentelingslichaam nagenoeg cilindervormig is en bij voorkeur bestaat uit een buis van soepel en elastisch vervormbaar materiaal.
- 11. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 8 tot 10, met het kenmerk dat, aan elk van de zijden van het omwentelingslichaam, waar de aangrijpingspunten voorzien zijn, tussen dit laatste en het nabijgelegen aangrijpingspunt een nagenoeg stijf overgangsstuk voorzien is.
- 12. Aandrijfinrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk dat het overgangsstuk gevormd is door een mof in de vorm van een afgeknotte kegel die aan elk van de uiteinden van de kamer geschoven is over de spiraalvormig gewikkelde draden en deze laatste samen met de <Desc/Clms Page number 12> onderliggende wand van de kamer klemt op de stoppen die deze beide uiteinden afsluit.
- 13. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies I tot 12, met het kenmerk dat de vrije uiteinden van de spiraalvormig gewikkelde draden in trossen, in de vorm van een kabel, ineengedraaid zijn en vast zijn ten opzichte van de aangrijpingspunten.
- 14. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 13, met het kenmerk dat de draden tussen een dubbele wand begrepen zijn, waarin zich een smeermiddel bevindt voor de relatieve beweging van zijn draden.
- 15. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 14, met het kenmerk dat de hellingshoeken van de linksdraaiend en rechtsdraaiend gewikkelde draden nagenoeg dezelfde zijn.
- 16. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 14, met het kenmerk dat de hellingshoek van de linksdraaiend gewikkelde draden verschillend is van deze van de rechtsdraaiend gewikkelde draden.
- 17. Aandrijfinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 16, met het kenmerk dat een bij voorkeur vervormbare laag materiaal tussen de linksdraaiend en rechtsdraaiend gewikkelde draden voorzien is.
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE0/217191A BE905465A (nl) | 1986-09-22 | 1986-09-22 | Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting. |
EP87201738A EP0261721A3 (en) | 1986-09-22 | 1987-09-11 | Hydraulic or pneumatic drive device |
US07/099,007 US4841845A (en) | 1986-09-22 | 1987-09-21 | Hydraulic or pneumatic drive device |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE0/217191A BE905465A (nl) | 1986-09-22 | 1986-09-22 | Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE905465A true BE905465A (nl) | 1987-01-16 |
Family
ID=3844081
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE0/217191A BE905465A (nl) | 1986-09-22 | 1986-09-22 | Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4841845A (nl) |
EP (1) | EP0261721A3 (nl) |
BE (1) | BE905465A (nl) |
Families Citing this family (48)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5014515A (en) * | 1989-05-30 | 1991-05-14 | Welch Allyn, Inc. | Hydraulic muscle pump |
JP2846344B2 (ja) * | 1989-06-19 | 1999-01-13 | 株式会社ブリヂストン | 弾性伸長体を用いたアクチュエータ |
JPH0324304A (ja) * | 1989-06-20 | 1991-02-01 | Bridgestone Corp | 弾性伸長体を用いたアクチュエータ |
JPH03113104A (ja) * | 1989-09-25 | 1991-05-14 | Bridgestone Corp | 湾曲可能なアクチュエータ |
US5014600A (en) * | 1990-02-06 | 1991-05-14 | Welch Allyn, Inc. | Bistep terminator for hydraulic or pneumatic muscle |
US5031510A (en) * | 1990-03-22 | 1991-07-16 | Welch Allyn, Inc. | Evacuation spring for hydraulic/pneumatic muscle |
DE4107134A1 (de) * | 1991-03-06 | 1992-09-10 | Wenzel Ralph | Vorrichtung zum erzeugen einer zugkraft mittels druckmittel |
CH685388A5 (de) * | 1992-07-27 | 1995-06-30 | Branislav Previsic Mile Previs | Zugvorrichtung. |
US5351602A (en) * | 1992-08-05 | 1994-10-04 | The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Army | Jointed assembly actuated by fluid pressure |
DE4412422A1 (de) * | 1994-04-11 | 1995-10-12 | Werner M Ing Grad Homann | Muskelartiges Kraftelement |
DE19725591A1 (de) * | 1996-10-22 | 1998-12-24 | Homann Werner Dipl Ing Fh | Stellantrieb zur Umwandlung der Energie eines Fluids in eine mechanische Kraft |
DE19643649C1 (de) * | 1996-10-22 | 1998-02-19 | Homann Werner Dipl Ing Fh | Stellantrieb zur Umwandlung der Energie eines Fluids in eine mechanische Kraft |
GB2328981A (en) * | 1997-09-05 | 1999-03-10 | Richard Martin Greenhill | Improved component of mechanical actuator |
US6067892A (en) * | 1998-03-18 | 2000-05-30 | Erickson; Joel R. | Artificial muscle actuator assembly |
GB2335467A (en) * | 1998-03-20 | 1999-09-22 | Richard Martin Greenhill | Improved mechanical actuator |
US6209443B1 (en) * | 1998-07-09 | 2001-04-03 | Hiflex Technologies Inc. | Low pressure actuator |
DE20004326U1 (de) * | 2000-03-08 | 2000-06-21 | Festo AG & Co, 73734 Esslingen | Betätigungseinrichtung |
CA2343480C (en) * | 2001-04-06 | 2008-09-23 | Hiflex Technologies Inc. | Chain and cartridge actuator |
DE10139861B4 (de) * | 2001-08-14 | 2004-07-01 | Daimlerchrysler Ag | Radaufhängung eines Kraftfahrzeugs |
DE20115847U1 (de) * | 2001-09-26 | 2001-12-13 | Loctite Deutschland GmbH, 81925 München | Vorrichtung zur Ventilbetätigung und zum Stellen des Ventilhubs |
SE0200910D0 (sv) | 2002-03-22 | 2002-03-22 | Ecsibeo Ab | A liquid crystal device, a method for producing a liquid crystal device and a method for controlling liquid crystal device |
DE20205654U1 (de) * | 2002-04-12 | 2002-07-04 | FESTO AG & Co., 73734 Esslingen | Fluidbetätigter Kontraktionsantrieb und zugehöriger Kontraktionsschlauch |
US6868773B2 (en) * | 2002-08-13 | 2005-03-22 | Electro Cam Corporation | Fluidic actuator |
US6901840B1 (en) * | 2002-10-29 | 2005-06-07 | Joseph S. Yatsko | Angular actuator and control therefor |
JP2004244081A (ja) * | 2003-02-17 | 2004-09-02 | Toyo Jidoki Co Ltd | 袋のシール装置 |
DE10313189B4 (de) * | 2003-03-25 | 2016-07-07 | Magna Electronics Europe Gmbh & Co.Kg | Vorrichtung zum Anheben einer Kraftfahrzeugfronthaube mit einem Wegbegrenzungseelment |
DE102004045130A1 (de) * | 2004-09-17 | 2006-03-23 | Wolter, Dietmar, Prof. Dr.Med. | Kraftübertragungselement |
US7353715B2 (en) * | 2004-12-03 | 2008-04-08 | General Electric Company | System, apparatus and method for testing under applied and reduced loads |
US8210050B2 (en) * | 2004-12-03 | 2012-07-03 | General Electric Company | Apparatus and system for cyclic testing |
US8210051B2 (en) * | 2004-12-03 | 2012-07-03 | General Electric Company | System and method for cyclic testing |
JPWO2006080088A1 (ja) * | 2005-01-31 | 2008-06-19 | スキューズ株式会社 | アクチュエータ、駆動装置、及びハンド装置 |
DE102005008016A1 (de) * | 2005-02-22 | 2006-08-31 | Bayerische Motoren Werke Ag | Betätigungseinrichtung mit einem sich zwischen zwei Kopfstücken erstreckenden anisotropen Hohlkörper, insbesondere Schlauchkörper |
DE102005008017A1 (de) * | 2005-02-22 | 2006-08-31 | Bayerische Motoren Werke Ag | Durch Fluidkraft aktivierbare Betätigungseinrichtung |
WO2007035976A2 (de) | 2005-09-30 | 2007-04-05 | Paolo Ferrara | Vorrichtung zum flexibel steuerbaren bewegen von menschen oder gegenständen |
DE102005055210A1 (de) * | 2005-11-19 | 2007-05-24 | Zf Friedrichshafen Ag | Automatisiertes Schaltgetriebe und automatisierte Reibungskupplung |
GB2467762B (en) * | 2009-02-13 | 2013-08-14 | Shadow Robot Company Ltd | Robotic musculo-skeletal jointed structures |
US9541196B2 (en) | 2009-11-13 | 2017-01-10 | The Boeing Company | Miniature McKibben actuator |
US9097081B2 (en) * | 2011-11-07 | 2015-08-04 | Schlumberger Technology Corporation | Differential pressure actuator |
US10132336B1 (en) | 2013-04-22 | 2018-11-20 | Vecna Technologies, Inc. | Actuator for rotating members |
US9440361B1 (en) * | 2013-06-28 | 2016-09-13 | Daniel Theobald | Activation element and method |
US10280951B2 (en) | 2014-03-02 | 2019-05-07 | Drexel University | Articulating devices |
JP6632077B2 (ja) | 2014-12-11 | 2020-01-15 | R.U.Technologies株式会社 | アシスト装置、アシスト衣服、及びアシスト方法 |
CN106426143B (zh) * | 2015-08-28 | 2018-09-25 | 温州市洞头北岙晟立机械设计工作室 | 一种人工肌肉及其应用、机器人 |
WO2017047208A1 (ja) * | 2015-09-14 | 2017-03-23 | 国立大学法人東京工業大学 | マッキベン人工筋 |
US10340057B2 (en) | 2015-11-24 | 2019-07-02 | Cisco Technology, Inc. | Unified power and data cable |
DE102015225143B4 (de) * | 2015-12-14 | 2019-09-05 | Fraunhofer-Gesellschaft zur Förderung der angewandten Forschung e.V. | Linearaktor |
JP6889992B2 (ja) * | 2016-09-02 | 2021-06-18 | 株式会社ブリヂストン | 流体圧アクチュエータ |
US11927284B2 (en) | 2020-06-24 | 2024-03-12 | Winston Products Llc | Expandable hose |
Family Cites Families (23)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CA509387A (en) * | 1955-01-25 | H. Morin Alexandre | Elastic diaphragm | |
DE225834C (nl) * | ||||
US1025986A (en) * | 1911-07-29 | 1912-05-14 | Post & Lester Company | Bulb. |
DE503775C (de) * | 1929-03-11 | 1930-07-26 | Dimitri Sensaud De Lavaud | Vorrichtung zur Erzeugung eines UEber- oder Unterdruckes in Gasen oder Fluessigkeiten |
US2328970A (en) * | 1941-01-24 | 1943-09-07 | Robert H Farquhar | Pneumatic jack |
US2532143A (en) * | 1946-04-06 | 1950-11-28 | Jack & Heintz Prec Ind Inc | Accumulator |
US2483088A (en) * | 1946-06-20 | 1949-09-27 | Haven Hugh De | Tensioning device for producing a linear pull |
US2584431A (en) * | 1946-06-24 | 1952-02-05 | Walker Mfg Company Of Wisconsi | Expansible wall receptacle |
FR1003449A (fr) * | 1947-01-03 | 1952-03-18 | Membrane en forme de fourreau dont la paroi est constituée par des éléments d'étanchéité et par des éléments de traction | |
US2789580A (en) * | 1953-11-18 | 1957-04-23 | Standard Thomson Corp | Mechanical transducer with expansible cavity |
US2844126A (en) * | 1955-01-20 | 1958-07-22 | Clevite Corp | Fluid actuated motor system and stroking device |
FR1187335A (fr) * | 1957-11-27 | 1959-09-09 | Pneumatiques Caoutchouc Mfg | Système transformateur de travail par tuyau déformable |
GB1216321A (en) * | 1967-01-26 | 1970-12-16 | Audco Ltd | Improvements in and relating to fluid power actuators |
US3481254A (en) * | 1967-08-14 | 1969-12-02 | United Aircraft Corp | Composite structure |
US3579412A (en) * | 1968-05-29 | 1971-05-18 | Nasa | Fluid impervious barrier including liquid metal alloy and method of making same |
US3645173A (en) * | 1969-10-20 | 1972-02-29 | Trish Energetics Inc | Fluid actuator |
US3561330A (en) * | 1969-11-24 | 1971-02-09 | Stanley R Rich | Fluid operable motor |
DE2701843A1 (de) * | 1977-01-18 | 1978-07-20 | Dunlop Ltd | Verstaerkter schlauch |
JPS5881205A (ja) * | 1981-11-09 | 1983-05-16 | Shunji Hirabayashi | 流体圧アクチユエ−タ |
US4615260A (en) * | 1983-04-25 | 1986-10-07 | Bridgestone Corporation | Pneumatic actuator for manipulator |
US4733603A (en) * | 1983-11-21 | 1988-03-29 | Mirko Kukolj | Axially contractable actuator |
JPS60227003A (ja) * | 1984-04-25 | 1985-11-12 | Bridgestone Corp | 高忠実性の内圧応動弾性収縮筒 |
US4664232A (en) * | 1984-04-25 | 1987-05-12 | Bridgestone Corporation | Brake device for robot arm |
-
1986
- 1986-09-22 BE BE0/217191A patent/BE905465A/nl not_active IP Right Cessation
-
1987
- 1987-09-11 EP EP87201738A patent/EP0261721A3/en not_active Withdrawn
- 1987-09-21 US US07/099,007 patent/US4841845A/en not_active Expired - Fee Related
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0261721A3 (en) | 1988-11-09 |
EP0261721A2 (en) | 1988-03-30 |
US4841845A (en) | 1989-06-27 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
BE905465A (nl) | Hydraulische of pneumatische aandrijfinrichting. | |
US5251538A (en) | Prehensile apparatus | |
CA2147548C (en) | Nestable stent | |
EP0161750B1 (en) | Actuator | |
US3320957A (en) | Surgical instrument | |
CA1328391C (en) | Radially expandable endoprosthesis and the like | |
CN104999475B (zh) | 一种人工肌肉及其应用 | |
US2767938A (en) | Winding flexible material | |
US5018436A (en) | Folded bladder for fluid dynamic muscle | |
JPH037134A (ja) | 内部観察装置とその制御方法 | |
Yukisawa et al. | Modeling of extensible pneumatic actuator with bellows (EPAB) for continuum arm | |
CH644748A5 (de) | Sehnen- und/oder baenderersatzmaterial. | |
CN110023647A (zh) | 具有供应管线的快速运转升降装置和为此的能量引导链 | |
US4087990A (en) | Transmitting torque | |
US3990321A (en) | Push-pull, cable-type actuator | |
US2164278A (en) | Gripping device | |
US3638987A (en) | Open-mesh woven wire tube | |
US9231385B2 (en) | Method and tool for adjusting cable grips | |
SE7809764L (sv) | Kabeltransmission | |
SU377229A1 (ru) | МАНИПУЛЯТОР ДЛЯ МОНТАЖНЫХ И ПОГРУЗОЧНО-РАЗГРУЗОЧНЫХ РАБОТB^lBJU'^l.-' | |
JPH068335Y2 (ja) | コントロールケーブルのアウターケーシング | |
JP2536674B2 (ja) | 可撓管 | |
DE3530173C1 (en) | Operating unit with a rotary member | |
USRE17639E (en) | Flexible transmitting device | |
RU2777247C1 (ru) | Универсальный силовой манипулятор |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE | Patent lapsed |
Owner name: BEULENS THEOPHILE Effective date: 19900930 |