"Werkwijze voor het opnemen van één of meer lagen soepel
materiaal vanaf een stapel en inrichting die deze werkwijze toepast" Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het opnemen van één of meer lagen soepel materiaal zoals textiel, meer speciaal weefsel, vilt, plastiekfolie, rubber
<EMI ID=1.1>
wijze toepassen.
Men weet dat het in de industrie dikwijls noodzakelijk
is dat, vanaf een stapel lagen, bijvoorbeeld geweven of gebrei-
de stoffen, vilt, enz. steeds één of een welbepaald aantal lagen tegelijkertijd moeten afgenomen worden om verder te worden verwerkt.
Een voorbeeld hiervan is onder andere te vinden in de kledingnij verheid waar op een bepaalde plaats een hoeveelheid
lagen textiel, vilt of dergelijke in de geschikte vorm en afmeting wordt gesneden waarna, vanaf de aldus gesneden stapel
lagen, één na één, één laag of meerdere lagen afgenomen worden.
Bij het opnemen van zulke lagen vanaf een stapel heeft
men, zoals bekend, af te rekenen met het feit dat de verschil- lende lagen een bepaalde natuurlijke aanhechting bezitten die,
in het geval van textiel of vilt dat gevormd is op basis van kunststoffen nog vergroot wordt door de elektrostatische la-
ding van de draden of vezels die voortkomt onder andere door
het snijden van de lagen. De onderlinge aanhechting van de
op elkaar geplaatste lagen wordt bovendien nog verstevigd door
het snijden zelf doordat op dat ogenblik de afgesneden randen enigszins worden omgeduwd en als het ware in elkaar gehaakt,
Nog een ander feit waardoor zulke lagen aan elkaar kleven is dat de zijranden dikwijls uitgerafelde dradenpf vezels ver-
tonen waardoor nog een bijkomende bevestiging van verschillen-
de lagen wordt verkregen.
Teneinde zulke lagen vanaf een stapel af te nemen heeft
men reeds verschillende oplossingen voorgesteld.
Een eerste oplossing bestaat erin dat men gebruik maakt van plaklint dat op de bovenste laag wordt aangebracht om deze op te nemen. Niet alleen is het met deze inrichting onmogelijk twee of meer lagen tegelijkertijd op te nemen,indien dat gewenst is,doch met zulke inrichting is men geenszins zeker van het aantal lagen dat men opneemt daar men hierbij geen' rekening houdt met de natuurlijke of toevallige aanhechting van twee boven elkaar gelegen lagen.
Een andere bekende oplossing voor het opnemen van
<EMI ID=2.1>
dicht te knijpen om materiaal van de laag vast te grijpen om aldus een laag stof op te nemen. Het gepast en regelbaar inbrengen van deze punten in een laag is hier onmogelijk daar men steeds met een grote verscheidenheid aan materialen te doen heeft en er geen rekening wordt gehouden met de natuurlijke of toevallige aanhechting van de boven elkaar liggende lagen.
Hetzelfde nadeel kent men bij een oplossing waarbij gebruik wordt gemaakt van borstels met haren die gekromd zijn uitgevoerd teneinde aldus een bepaalde indrukking in het textiel te verkrijgen om dit op te nemen.
Met de tot op heden bekende inrichtingen is men dus nooit zeker van het aantal lagen dat wordt opgenomen zodat deze inrichtingen, bijvoorbeeld in de konfektienijverheid, de normale werkcyclus zeer dikwijls storen.
De huidige uitvinding heeft dan ook betrekking op een werkwijze die de nadelen van de bekende inrichtingen systematisch uitsluit en waarmede wordt verkregen dat, met maximale zekerheid, vanaf een stapel lagen één of meer lagen opeenvolgend worden afgenomen.
Deze werkwijze bestaat hoofdzakelijk in het,in de nabijheid van twee tegenover elkaar gelegen uiteinden van de stapel lagen, samendrukken van deze stapel, teneinde minstens plaatselijk de op te nemen laag of lagen vlak te drukken; het vervolgens schuin in de op te nemen laag of lagen aanbrengen van een naalduiteinde of pinuiteinde; het in gespannen, respektievelijk uitgerokken, toestand brengen van de op te nemen laag of lagen en het aldus in deze toestand opnemen van deze laag of lagen.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te toenn zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, op schematische wijze enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van inrichtingen die de werkwijze volgens de uitvinding toepassen, waarbij deze beschrijving verwijst naar de bijgaande tekeningen waarin :
figuren 1 tot 5 vijf kenmerkende fazen weergeven van de werkwijze volgens de uitvinding; figuur 6 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 5 doch voor een inrichting waarbij steeds twee lagen tegelijkertijd worden opgenomen; figuur 7 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 5 doch voor een uitvoeringsvariante; figuren 8, 9,10 en 11 respektievelijk dezelfde fazen weergeven als deze volgens de figuren 2 tot 5, doch voor een inrichting die eveneens een uitvoeringsvariante vormt; <EMI ID=3.1>
11 waarbij twee lagen worden opgenomen;
figuren 13 en 14 nog twee uitvoeringsvarianten weergeven van de uitvinding.
<EMI ID=4.1>
weergegeven van de werkwijze volgens de uitvinding waarbij
de inrichting die deze werkwijze toepast in haar eenvoudigste
<EMI ID=5.1>
die in dit geval gevormd worden door een blokje, lat of derge-lijke en die in de nabijheid zijn geplaatst van twee tegenover
<EMI ID=6.1>
<EMI ID=7.1>
gebracht.
Zoals in de figuren op overdreven wijze is weergegeven
<EMI ID=8.1>
groter is dan het aantal lagen waaruit hij bestaat vermenigvuldigd'met de dikte d van iedere laag en dit onder andere door het feit dat deze lagen, enerzijds, niet volledig vlak zijn
en, anderzijds, doordat tussen zulke lagen lucht aanwezig is.
Volgens de huidige uitvinding zal men dan ook door
<EMI ID=9.1>
einde te verkrijgen dat, ter plaatse van deze elementen 1 en 2, minstens de op te nemen laag, respektievelijk lagen, vlak worden gedrukt, zoals weergegeven in figuur 2. Bij voorkeur zal dit drukken van de elementen 1 en 2 als doel hebben de lagen waaruit de stapel 3 bestaat zodanig samen te drukken dat minstens de bovenrand van de tweede laag, van boven af bekeken op een afstand is gelegen van het ondervlak van de elementen 1 en 2 die gelijk is aan de dikte d. In de praktijk zal dit erop neerkomen dat men de stapel 3 zodanig samendrukt dat de dikte van de stapel 3 herleid wordt tot het aantal lagen vermenigvuldigd met een dikte d van één laag.
Nadat de stapel op deze wijze is samengedrukt zal men
<EMI ID=10.1> een loodrechte afstand komt ten opzichte van het ondervlak van <EMI ID=11.1>
de dikte d van een op t�emen laag materiaal.
Vervolgens zal men, zoals in figuur 4 is weergegeven,
<EMI ID=12.1>
zichte van de er onderliggende laag 9 zodat de aanhechting tussen deze lagen 8 en 9 wordt verbroken. De voornoemde ver-
<EMI ID=13.1>
toestand bevindt, het eenvoudig opwaarts bewegen van de druk-
<EMI ID=14.1>
gelegd waar zij verder kan verwerkt worden.
Door het over geschikte afstand verschuiven of verplaat-
<EMI ID=15.1>
verplaatsen.
Inderdaad volstaat het, zoals bijvoorbeeld in figuur 6 is weergegeven, de naaldjes 6 en 7 zodanig uit te schuiven,
<EMI ID=16.1>
aantal op te nemen lagen, doch groter dan het aantal op te nemen lagen min één laagdikte. Zoals weergegeven in figuur 6 verkrijgt men aldus dat twee lagen tegelijkertijd worden opgenomen.
Het is duidelijk dat, alhoewel in deze uitvoering slechts
<EMI ID=17.1>
naaldjes achter elkaar kunnen geplaatst worden waarbij eveneens volgens de lengterichting van het blokje of lat één of meer rijen naaldjes kunnen voorzien worden.
Bij voorkeur zal men de drukelementen 1 en 2 als
latten uitvoeren die een lengte bezitten die overeenstemt
met de plaatselijke afmeting van de lagen waarbij in de druk- elementen 1 en 2 meerdere rijen naaldjes zijn voorzien.
De helling waaronder de naalden in de dukelementen 1
en 2 zijn aangebracht kan vast gekozen worden voor een bepaald
te verwerken materiaal,doch tevens kan men deze naalden zo-
<EMI ID=18.1>
de helling ervan, ten opzichte van de drukelementen, instel- baar is.
In figuur 7 is een uitvoering weergegeven waarbij de
<EMI ID=19.1>
element dat in dit geval gevormd wordt door een schijf of cilinder, respektievelijk 10 en 11, die kunnen aangedreven worden via assen, respektievelijk 12 en 13.
In dat geval zal men, zoals hiervoor, de lagen mate-
<EMI ID=20.1>
vervolgens schuin in het materiaal inbrengen en dit over een afstand die overeenstemt met het gewenst aantal op te nemen lagen materiaal om tenslotte de elementen 10 en 11 te ver-
<EMI ID=21.1>
en het materiaal wordt aangespannen of uitgerckken waarna de laag, respektievelijk lagen, eenvoudig kunnen opgenomen worden.
<EMI ID=22.1>
die gebaseerd is op het principe volgens figuur 7, waarbij
<EMI ID=23.1>
<EMI ID=24.1>
<EMI ID=25.1>
<EMI ID=26.1>
<EMI ID=27.1>
<EMI ID=28.1>
In figuur 12 is tenslotte de inrichting volgens de <EMI ID=29.1> lagen worden opgenomen.
Zoals reeds gezegd zal men bij voorkeur de drukelementen 1-2, 10-11 of 14-15 steeds een lengte geven die gelijk is
<EMI ID=30.1>
eventueel meerdere zulke naaldjes kunnen voorzien worden afhankelijk van het te verwerken materiaal.
<EMI ID=31.1> figuren 11, 12 is het duidelijk dat de hoek van de naaldjes, ten opzichte van de horizontale tijdens het indringen ervan in de laag of lagen, eenvoudig kan gewijzigd worden door de schijven of cilinders 10-11 of halve schijven of halve cilin- <EMI ID=32.1>
Ook kan men, indien grote stukken moeten afgenomen worden, meer dan twee drukelementen aanbrengen die ieder naaldjes bezitten teneinde aldus de laag materiaal ook tussen de
<EMI ID=33.1>
In figuur 13 is een uitvoering weergegeven waarbij
de drukelementen gevormd worden door platen, respektievelijk
20-21, met daarin meerdere rijen op onderling gelijke afstanden ten opzichte van elkaar geplaatste gaatjes 4-5 die allen, steeds zoals hiervoor, schuin gericht zijn en waarin de naalden 6-7 kunnen verplaatst worden. Deze laatste kunnen,
<EMI ID=34.1>
25 zal men de inprikdiepte kunnen regelen van de naalden indien deze inprikdiepte niet wordt geregeld door het instellen der naalden zelf.
Men verkrijgt door het gebruik van zulke twee platen dat men, afhankelijk van de vorm van. de te behandelen lagen,
<EMI ID=35.1>
omtrek van de lagen volgen, ofwel kan men ze allen laten uitsteken en ervoor zorgen dat er zeker naalden buiten de omtrek vallen van de lagen zodat steeds tot aan deze omtrek wordt gewerkt om de lagen op te nemen.
Ook kan men, wanneer er lagen met verschillende afmetingen vanaf verschillende stapels moeten afgenomen worden, afhankelijk van de vorm der verschillende lagen,de naalden met verschillende inprikdiepten laten uitsteken waarbij als-
<EMI ID=36.1>
enz. kan opgenomen worden.
De werkwijze is steeds dezelfde doch in dit.geval moeten de bovenplaten 22-23, nadat de drukplaten 20-21 omlaag zijn gebracht, schuin naar buiten geduwd worden.
In figuur 14 is nog een uitvoeringsvariante weergege-
<EMI ID=37.1>
enigszins groter dan de plaatselijke afmetingen der naalden.
Deze uitvoering geeft dezelfde voordeler als de vorige
Method of incorporating one or more layers smoothly
This invention relates to a method for receiving one or more layers of flexible material such as textile, more special fabric, felt, plastic foil, rubber
<EMI ID = 1.1>
apply in a manner.
It is known that it is often necessary in industry
is that, from a stack of layers, for example woven or knitted
the fabrics, felt, etc. must always be removed one or a specific number of layers at the same time in order to be further processed.
An example of this can be found in, among other things, the clothing industry, where a quantity is present at a certain place
layers of textile, felt or the like are cut into the appropriate shape and size and then cut from the stack thus cut
layers, one by one, one layer or several layers.
When recording such layers from a stack
As is known, the fact that the different layers have a certain natural attachment which,
in the case of textiles or felts formed on the basis of plastics is further increased by the electrostatic
thing of the threads or fibers that comes out among other things
cutting the layers. The mutual attachment of the
superimposed layers is furthermore reinforced by
the cutting itself because at that moment the cut edges are slightly pushed over and, as it were, hooked together,
Yet another fact by which such layers stick together is that the side edges often have frayed threads or fibers.
tones, thus providing an additional confirmation of different
the layers is obtained.
In order to take such layers from a stack
several solutions have already been proposed.
A first solution is to use adhesive tape that is applied to the top layer to receive it. Not only is it impossible with this device to record two or more layers at the same time, if desired, but with such a device one is by no means certain of the number of layers to be included as it does not take into account natural or accidental adhesion. of two superimposed layers.
Another well-known solution for recording
<EMI ID = 2.1>
to pinch to grip material from the layer to receive a layer of dust. The appropriate and controllable insertion of these points into a layer is impossible here, since a wide variety of materials is always involved and the natural or accidental adhesion of the superposed layers is not taken into account.
The same drawback is encountered in a solution in which use is made of brushes with bristles which are of curved design in order to thus obtain a certain impression in the textile in order to receive it.
Thus, with the devices known to date, one can never be sure of the number of layers that will be taken up, so that these devices, for example in the manufacture industry, very often disturb the normal operating cycle.
The present invention therefore relates to a method which systematically eliminates the drawbacks of the known devices and with which it is obtained that, with maximum certainty, one or more layers are removed successively from a stack of layers.
This method mainly consists in compressing this stack, in the vicinity of two opposite ends of the stack of layers, in order to at least locally flatten the layer or layers to be received; subsequently arranging a needle end or pin end obliquely in the layer or layers to be included; bringing the layer or layers to be picked up in a tensioned, or stretched, condition, respectively, and thus taking up said layer or layers in this condition.
With the insight to better demonstrate the characteristics of the invention, below, by way of example without any limiting character, a few preferred embodiments of devices applying the method according to the invention are schematically described, wherein this description refers to the accompanying drawings in which:
Figures 1 to 5 show five typical phases of the method according to the invention; figure 6 is a view similar to that of figure 5, but for a device in which two layers are taken up at the same time; figure 7 is a view similar to that of figure 5, but for an embodiment variant; figures 8, 9, 10 and 11 respectively represent the same phases as those according to figures 2 to 5, but for a device which also forms an embodiment variant; <EMI ID = 3.1>
11 incorporating two layers;
figures 13 and 14 represent two more embodiments of the invention.
<EMI ID = 4.1>
depicts the method of the invention wherein
the device that applies this method in its simplest
<EMI ID = 5.1>
which in this case are formed by a block, lath or the like and which are placed in the vicinity of two opposite
<EMI ID = 6.1>
<EMI ID = 7.1>
brought.
As exaggerated in the figures
<EMI ID = 8.1>
is greater than the number of layers it consists of multiplied by the thickness d of each layer, partly due to the fact that these layers, on the one hand, are not completely flat.
and, on the other hand, because air is present between such layers.
According to the present invention, one will therefore continue
<EMI ID = 9.1>
in order to obtain that, at the location of these elements 1 and 2, at least the layer or layers to be included are printed flat, as shown in figure 2. Preferably, this printing of the elements 1 and 2 will have the aim of printing the layers of the stack 3 such that at least the top edge of the second layer, viewed from above, is spaced from the bottom surface of the elements 1 and 2, which is equal to the thickness d. In practice, this will mean that the stack 3 is compressed in such a way that the thickness of the stack 3 is reduced to the number of layers multiplied by a thickness d of one layer.
After the stack has been compressed in this way one will
<EMI ID = 10.1> a perpendicular distance to the bottom plane of <EMI ID = 11.1>
the thickness of a layer of material.
Then, as shown in Figure 4, one will
<EMI ID = 12.1>
view of the underlying layer 9 so that the adhesion between these layers 8 and 9 is broken. The aforementioned
<EMI ID = 13.1>
state, simply moving the pressure
<EMI ID = 14.1>
where it can be further processed.
By shifting or moving it over a suitable distance
<EMI ID = 15.1>
move.
Indeed, it is sufficient, as shown for example in figure 6, to extend the needles 6 and 7 in such a way,
<EMI ID = 16.1>
number of layers to be included, but greater than the number of layers to be included minus one layer thickness. As shown in Figure 6, one thus obtains that two layers are taken up simultaneously.
Obviously, although in this embodiment only
<EMI ID = 17.1>
needles can be placed one behind the other, whereby one or more rows of needles can also be provided along the longitudinal direction of the block or bar.
Preferably, the pressure elements 1 and 2 will be used as
perform slats that have a length to match
with the local dimension of the layers, with several rows of needles being provided in the pressure elements 1 and 2.
The slope under which the needles in the dowel elements 1
and 2 can be fixed for a specific one
material to be processed, but these needles can also be
<EMI ID = 18.1>
its inclination relative to the pressure elements is adjustable.
Figure 7 shows an embodiment in which the
<EMI ID = 19.1>
element which in this case is formed by a disc or cylinder, 10 and 11, respectively, which can be driven via shafts 12 and 13, respectively.
In that case, the layers will be
<EMI ID = 20.1>
then insert obliquely into the material and this over a distance that corresponds to the desired number of layers of material to be picked up, in order to finally move the elements 10 and 11
<EMI ID = 21.1>
and the material is tensioned or stretched, after which the layer or layers can be easily taken up.
<EMI ID = 22.1>
which is based on the principle according to figure 7, where
<EMI ID = 23.1>
<EMI ID = 24.1>
<EMI ID = 25.1>
<EMI ID = 26.1>
<EMI ID = 27.1>
<EMI ID = 28.1>
Finally, Figure 12 shows the device according to the <EMI ID = 29.1> layers to be recorded.
As already stated, the pressure elements 1-2, 10-11 or 14-15 will preferably always be given a length that is the same
<EMI ID = 30.1>
possibly several such needles can be provided depending on the material to be processed.
<EMI ID = 31.1> Figures 11, 12, it is clear that the angle of the needles, relative to the horizontal during their penetration into the layer or layers, can be easily changed by using the discs or cylinders 10-11 or half discs or half cylinder <EMI ID = 32.1>
If large pieces have to be removed, it is also possible to provide more than two pressure elements, each of which has needles, so that the layer of material is also between the
<EMI ID = 33.1>
Figure 13 shows an embodiment in which
the printing elements are formed by plates, respectively
20-21, containing several rows of holes 4-5 placed at mutually equidistant relative to each other, all of which, as before, are all oriented obliquely and in which the needles 6-7 can be moved. The latter can,
<EMI ID = 34.1>
It will be possible to control the penetration depth of the needles if this penetration depth is not controlled by adjusting the needles themselves.
One obtains by using such two plates that, depending on the shape of. the layers to be treated,
<EMI ID = 35.1>
follow the outline of the layers, or one can let them all protrude and make sure that needles fall outside the perimeter of the layers so that you always work up to this perimeter to pick up the layers.
Also, when layers of different dimensions are to be removed from different stacks, depending on the shape of the different layers, the needles can be allowed to protrude with different penetration depths, whereby as-
<EMI ID = 36.1>
etc. can be recorded.
The procedure is always the same, but in this case the top plates 22-23 must be pushed obliquely outward after the pressure plates 20-21 have been lowered.
Figure 14 shows another embodiment variant.
<EMI ID = 37.1>
slightly larger than the local size of the needles.
This version gives the same advantage as the previous one