NL9202043A - Steigerklem met een door een wig fixeerbaar afsluitelement, welke steigerklem geschikt is voor het inklemmen van buizen met verschillende diameters. - Google Patents

Description

Titel: Steigerklem met een door een wig fixeerbaar afsluitelement, welke steigerklem geschikt is voor het inklemmen van buizen met verschillende diameters

De uitvinding heeft betrekking op een steigerklem voor het losmaakbaar met elkaar verbinden van twee buizen, in het bijzonder twee steigerbuizen, welke steigerklem is voorzien van twee, in hoofdzaak U-vormige buis-opneemdelen, die elk een buis-fixatieruimte bepalen, welke buis-fixatie-ruimte in hoofdzaak wordt begrensd door de basis en de benen van het U-vormige buis-opneemdeel, waarbij een, door de benen begrensde buis-inbrengopening van elk U-vormig buis-opneemdeel, afsluitbaar is met ten minste één afsluitelement dat althans scharnierbaar is verbonden met een, van de basis afgekeerd uiteinde van één van de benen en in een gesloten stand fixeerbaar is met een wig, en waarbij de bases van de U-vormige buis-opneemdelen, al dan niet roteerbaar, zodanig met elkaar zijn verbonden, dat de buis-inbrengopeningen van de respectieve buis-opneemdelen van elkaar zijn afgekeerd.

Een dergelijke steigerklem is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 71.17188 en is met name geschikt voor het op eenvoudige wijze met elkaar verbinden van steigerbuizen. Doordat de inklemming tot stand wordt gebracht door het vastslaan van een wig is de steigerklem snel te monteren en demonteren.

Een bezwaar van de bekende steigerklem is dat deze slechts geschikt is voor het inklemmen van één type steigerbuis met een constante diameter. In sommige gevallen bestaat er behoefte aan een steigerklem die geschikt is voor het inklemmen van meerdere typen buizen met verschillende diameters. Dit is met de bekende steigerklem niet mogelijk.

De uitvinding beoogt een steigerklem, die, onder behoud van de voordelen van de bekende steigerklem, geschikt is voor het inklemmen van buizen met verschillende diameters.

De steigerklem wordt hiertoe volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de benen van de U-vormige buis-opneemdelen scharnierbaar zijn verbonden met de bij de betreffende benen behorende basis, waarbij elk buis-opneemdeel is voorzien van instelmiddelen die zijn ingericht voor het zodanig variëren van de grootte van de buis-fixatieruimte dat buizen met verschillende diameters in de buis-opneemdelen inklembaar zijn.

Doordat de benen van elk buis-opneemdeel scharnierbaar zijn verbonden met de basis van het bijbehorende buis-opneemdeel kan de grootte van de fixatieruimte worden aangepast aan de diameter van de in te klemmen buis. De instelmiddelen maken het mogelijk voor elke in te klemmen buisdiameter dezelfde afsluitmiddelen toe te passen, zodat fixatie met behulp van de wig mogelijk is.

Teneinde een stabiele inklemming van de buis in het buis-opnamedeel te verwezenlijken is het, volgens een nadere uitwerking van de uitvinding, bijzonder gunstig wanneer het buis-opneemdeel is voorzien van buis-contactposities, via welke posities de inklemkrachten van het buis-opneemdeel overdraagbaar zijn op de in het buis-opneemdeel in te klemmen buis, waarbij de buis-contactposities zodanig zijn aangebracht dat, voor elke in de fixatieruimte in te klemmen buisdiameter, de buis door de inklemkrachten van de steigerklem symmetrisch wordt belast ten opzichte van een loodrecht op de basis van het opneemdeel lopende middellijn van de buis.

Doordat de inklemkrachten symmetrisch ten opzichte van de loodrecht op de basis van het opneemdeel lopende middellijn via de buis-contactposities op de buis worden overgedragen, treden er geen schuifkrachten tussen de buis en de basis van het buis-opneemdeel op, hetgeen een stabiele positie van de buis op de basis van het U-vormige buis-opneemdeel tot gevolg heeft.

Teneinde te bewerkstelligen dat de over te dragen inklemkracht bij elke buis-contactpositie ongeveer even groot is, is het volgens een nadere uitwerking van de uitvinding bijzonder gunstig wanneer de buis-contactposities zodanig zijn aangebracht dat de inklemkrachten, voor elke in de fixatie- ruimte op te nemen buisdiameter, naar de hartlijn van de buis zijn gericht. Bij een aldus uitgevoerde steigerklem zullen de inklemkrachten, doordat deze alle naar de hartlijn van de buis zijn gericht, voor elke buis-contactpositie ongeveer even groot zijn. Door de gelijkmatige verdeling van de inklemkrachten wordt de kans op overbelasting van de in te klemmen buis aanzienlijk verkleind.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen twee uitvoeringsvoorbeelden van de steigerklem, onder verwijzing naar de tekening, worden beschreven.

Fig. 1 is een zij-aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van de steigerklem, waarbij een buis met een kleine diameter is opgenomen; fig. 2 is een zij-aanzicht van de in fig. 1 weergegeven uitvoeringsvorm waarin een buis met een grote diameter is opgenomen; en fig. 3 is een zij-aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van de steigerklem, waarbij in getrokken lijnen de stand van de steigerklem is weergegeven voor een buis T met een kleine diameter en in gestippeld lijnen de stand van de steigerklem voor een buis T met een grote diameter.

Zowel de in fig. 1 als de in fig. 2 weergegeven uitvoeringsvorm van de steigerklem 1 voor het losmaakbaar met elkaar verbinden van twee steigerbuizen is voorzien van twee, in hoofdzaak U-vormige buis-opneemdelen la, resp. lb, die elk een buis-fixatieruimte 2 bepalen. De buis-fixatieruimte 2 wordt in hoofdzaak begrensd door de basis 3 en de benen 4a, 4b van het U-vormige buis-opneemdeel la, lb. Bij elk U-vormig buis-opneemdeel la, lb begrenzen de benen 3a, 3b een buis-inbrengopening 5, die afsluitbaar is met ten minste één afsluitelement 6 dat althans scharnierbaar is verbonden met een, van de basis 3 afgekeerd uiteinde van één van de benen 4b en in een gesloten stand fixeerbaar is met een wig 7. De bases 3a, 3b van de U-vormige buis-opneemdelen la, lb zijn, al dan niet roteerbaar, zodanig met elkaar verbonden, dat de buis- inbrengopeningen 5a, 5b van de respectieve buis-opneemdelen la,lb van elkaar zijn afgekeerd. De in de fign. 1-3 weergegeven uitvoeringsvoorbeelden worden alle gekenmerkt doordat de benen 4a, 4b van de U-vormige buis-opneemdelen 1 scharnierbaar zijn verbonden met de bij de betreffende benen behorende basis 3. Verder is elk buis-opneemdeel la, lb voorzien van instelmiddelen die zijn ingericht voor het zodanig variëren van de grootte van de buis-fixatieruimte 2 dat buizen met verschillende diameters in de buis-opneemdelen la, lb inklembaar zijn.

Verder geldt voor de weergegeven uitvoerings-voorbeelden dat het buis-opneemdeel la, lb is voorzien van buis-contactposities 8, via welke posities 8 de inklemkrachten van het buis-opneemdeel la, lb overdraagbaar zijn op de in het buis-opneemdeel la, lb in te klemmen buis T. De buis-contactposities 8 zijn zodanig aangebracht dat, voor elke in de fixatieruimte 2 in te klemmen buisdiameter, de buis T door de inklemkrachten van de steigerklem 1 symmetrisch wordt belast ten opzichte van een loodrecht op de basis 3 van het opneem-deel 1 lopende middellijn D van de buis T.

Meer in het bijzonder zijn de buis-contactposities 8 zodanig aangebracht dat de inklemkrachten, voor elke in de fixatieruimte 2 op te nemen buisdiameter, naar de hartlijn A van de buis zijn gericht.

Het eerste uitvoeringsvoorbeeld, dat is weergegeven in fign. 1 en 2, wordt gekenmerkt doordat elk buis-opneemdeel la, lb is voorzien van één, als afsluitelement dienende afsluit-beugel 6, waarbij de instelmiddelen zijn uitgevoerd als een, in de afsluitbeugel 6 aangebrachte sleuf 9, die voor elke in de fixatieruimte 2 op te nemen buisdiameter is voorzien van een steunvlak 10a, 10b voor een, met het vrije uiteinde van één van de benen 4b verbonden scharnierpen 11, met behulp van welke scharnierpen 11 de afsluitbeugel 6 scharnierbaar en verschuifbaar is verbonden met het betreffende been 4b, waarbij het andere been 4a bij het vrije uiteinde is voorzien van een sleufopening 12 waarin de afsluitbeugel 6 opneembaar is, waarbij de afsluitbeugel 6 aan het van de scharnierpen afkeerde einde is voorzien van een wigopening 13 waardoorheen de wig 7 zich uitstrekt, waarbij de wig 7 zodanig is uitgevoerd dat deze vrij beweegbaar en onlosmaakbaar is verbonden met de afsluitbeugel 6, en waarbij de wig 7 in de gesloten toestand van het buis-opneemdeel 1, aanligt tegen een van de fixatieruimte 2 afgekeerde zijde 14 van het been 4a, dat is voorzien van de sleufopening 12, en de van de scharnierpen 11 afgekeerde rand van de wigopening 13.

Een aldus uitgevoerde steigerklem is eenvoudig van constructie en biedt de mogelijkheid buizen T met verschillende diameters op stabiele wijze in te klemmen.

De steunvlakken 10a, 10b in de afsluitbeugel 6 voor de scharnierpen 11 zijn zodanig aangebracht dat de afsluitbeugel 6 zich in hoofdzaak evenwijdig uitstrekt aan de basis 3 van het betreffende buis-opneemdeel 1, indien de afsluitbeugel 6 zich in de gesloten toestand bevindt en het steunvlak 10a of 10b van de afsluitbeugel 6 dat past bij de diameter van de zich in de fixatieruimte 2 bevindende buis aanligt tegen de scharnierpen 11. Doordat de afsluitbeugel 6 zich in de gesloten stand in hoofdzaak evenwijdig aan de basis 3 van het buis-opneemdeel 1 uitstrekt en de buis-contactposities 8 zich aan weerszijden van een zich loodrecht op de basis 3 uitstrekkende middellijn M van de buis T bevinden zal de door de wig 7 op de afsluitbeugel 6 uitgeoefende spankracht gelijkmatig via de buis-contactposities 8 op de buis T worden overgebracht.

De scharnierpen 11 is in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld voorzien van twee afgeplatte kanten ter breedte van de sleuf 9 in de afsluitbeugel 6 en de sleuf 9 is voorzien van twee cilindrische boringen waarvan de randen de steunvlakken 10a, 10b voor de scharnierpen 11 vormen. Een aldus uitgevoerde afsluitbeugel 6 en aldus uitgevoerde instelmiddelen kunnen op economische wijze worden vervaardigd en bieden bovendien op eenvoudige wijze de mogelijkheid de steigerklem voor toepassing bij meer dan twee buisdiameters geschikt te maken.

Het eerste steunvlak 10a van het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld wordt gebruikt wanneer zich in de fixatieruimte een buis T met diameter van 42 mm bevindt en het tweede steunvlak 10b wordt gebruikt wanneer een buis T met een diameter van 48 mm wordt ingeklemd. Verder zijn de naar de fixatieruimte 2 toegekeerde zijden van de basis 3 en de benen 4a, 4b van het buis-opneemdeel voorzien van een concave contour met een zodanige vorm dat zich hierop, voor elke op te nemen buisdiameter, de buis-contactposities 8 bevinden. Door combinatie van de vorm van de concave contouren en de positionering van de steunvlakken 10a, 10b in de afsluitbeugel 6 wordt op een constructief eenvoudige wijze een zeer stabiele, en eenvoudig en veilig toe te passen steigerklem verschaft. De stabiliteit van de inklemming is vooral te danken aan het feit dat de inklemkrachten alle naar de hartlijn van de buis T zijn gericht en daardoor in hoofdzaak een gelijke grootte hebben.

Een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de steigerklem volgens de uitvinding is weergegeven in fig. 3.

Bij de steigerklem uit fig. 3 is elk been 4a, 4b van elk buis-opneemdeel la, lb aan het van de basis 3a, 3b afgekeerde vrije uiteinde voorzien van een scharnierbaar met dat been 4a, 4b verbonden, als afsluitelement 6a, 6b dienende afsluitbeugel. De ene afsluitbeugel 6a, die is voorzien van een sleuf 15 waarin de wig 7 vrij beweegbaar en onlosmaakbaar is opgenomen, en de andere afsluitbeugel 6b, die is voorzien van een haak 16, zijn onder samenwerking met de wig 7 in de gesloten stand fixeerbaar. Bovendien is elk been 4a, 4b van elk buis-opneemdeel la, lb aan het van de basis 3 afgekeerde vrije uiteinde voorzien van een scharnierbaar met dat been 4a, 4b verbonden, als instelmiddel dienend kantelelement 17. Het kantelelement 17 verkleint in een eerste stand de fixatieruimte 2 zodanig dat hierin een buis T met een kleine diameter inklembaar is. In een tweede stand laten de kantel- elementen 17 de fixatieruimte vrij, zodat hierin een buis T' met een grotere diameter inklembaar is.

Een aldus uitgevoerde steigerklem heeft het voordeel dat het absoluut is gewaarborgd dat de buis symmetrisch ten opzichte van een zich loodrecht op de basis van het buis-opneemdeel uitstrekkende middellijn D van de buis wordt belast. Een bijkomend voordeel van de wijze waarop de buis T, T' in de fixatieruimte wordt gefixeerd is dat de beide wiggen 7 van de steigerklem zich recht tegenover de bases 3 van de buis-opneemdelen la, lb bevinden. Door deze positionering zijn de wiggen 7 meestal goed toegankelijk voor fixatie daarvan. De elkaar kruisende, te fixeren steigerbuizen T vormen immers bij het vastslaan van de aldus gepositioneerde wiggen 7 meestal geen obstakel.

In het tweede uitvoeringsvoorbeeld zijn de kantel-elementen 17 door veren 18 voorgespannen in de eerste stand, waarbij de kantelelementen 17 zodanig zijn uitgevoerd en bevestigd, dat deze, bij het sluiten van het buis-opneemdeel la, lb, automatisch tegen de voorspankracht in, uit de fixatieruimte 2 wegklappen in een tweede stand, indien zich in de fixatieruimte 2 een buis T' met de grotere diameter bevindt.

Een aldus uitgevoerde steigerklem biedt het voordeel dat bij het inbrengen van een buis T, T' in het buis-opneem-deel la, lb en het afsluiten van de afsluitbeugels 6a, 6b de kantelelementen 17 automatisch de juiste stand aannemen. Hierdoor zijn vergissingen bij het monteren van steiger-stellages uitgesloten. De kantelelementen 17 nemen automatisch de juiste stand aan doordat, wanneer bij het sluiten van de buis-opneemdelen la, lb en de kantelelementen 17 het buis-oppervlak raken, bij een buis T met de kleine diameter, op de kantelelementen 17 een kracht wordt uitgeoefend die de kantelelementen 17 naar de ene zijde van het dode kantelpunt drukt, en bij een buis T met de grote diameter, een kracht op de kantelelementen 17 wordt uitgeoefend die de kantelelementen 17, tegen de voorspankracht in, naar de andere zijde van het dode kantelpunt drukt. Teneinde te bewerkstelligen dat de kanteling van de kantelelementen 17 ten opzichte van het dode kantelpunt goed verloopt, en niet wordt gehinderd door de wrijving tussen de in te klemmen buis T, T' en de kantelelementen 17, kan het bijzonder gunstig zijn wanneer de kantelelementen 17 op de naar de fixatieruimte toegekeerde vrije uiteinden zijn voorzien van een roteerbaar gelegerde rol waarmee de kantelelementen 17 bij het sluiten van het buis-opnamedeel la, lb de buis raken.

Bij een aldus uitgevoerde steigerklem zijn de buis-contactposities 8 voor een buis met kleine diameter gelegen op de basis 3 van het buis-opneemdeel la, lb en op de naar de fixatieruimte toegekeerde vrije uiteinden van de kantelelementen 17. Voor een buis T' met de grotere diameter zijn de buiscontactposities 8' gelegen op naar de fixatie-ruimte 2 toegekeerde zijden van de basis 3 en de benen 4a, 4b van het buis-opneemdeel la, lb, welke zijden concaaf zijn uitgevoerd.

Voor het tweede uitvoeringsvoorbeeld geldt dat deze geschikt is voor het inklemmen van een buis T met een diameter van 42 mm en een buis T' met een diameter van 48 mm.

Het is duidelijk dat de uitvinding niet is beperkt tot het beschreven uitvoeringsvoorbeeld maar dat diverse wijzigingen binnen het raam van de uitvinding mogelijk zijn.

Bij het eerste uitvoeringsvoorbeeld zou de sleuf met steunvlakken bijvoorbeeld kunnen zijn aangebracht in één van de benen van het buis-opneemdeel en zou de afsluitbeugel kunnen zijn voorzien van de scharnierpen. Het tweede uitvoeringsvoorbeeld zou kunnen zijn voorzien van een tweede stel kantelelementen voor een derde buisdiameter.

Claims (12)

1. Steigerklem voor het losmaakbaar met elkaar verbinden van twee buizen, in het bijzonder twee steigerbuizen, welke steigerklem is voorzien van twee, in hoofdzaak U-vormige buis-opneemdelen, die elk een buis-fixatieruimte bepalen, welke buis-fixatieruimte in hoofdzaak wordt begrensd door de basis en de benen van het U-vormige buis-opneemdeel, waarbij een, door de benen begrensde buis-inbrengopening van elk U-vormig buis-opneemdeel, afsluitbaar is met ten minste één afsluit-element dat althans scharnierbaar is verbonden met een, van de basis afgekeerd uiteinde van één van de benen en in een gesloten stand fixeerbaar is met een wig, en waarbij de bases van de U-vormige buis-opneemdelen, al dan niet roteerbaar, zodanig met elkaar zijn verbonden, dat de buis-inbreng-openingen van de respectieve buis-opneemdelen van elkaar zijn afgekeerd, met het kenmerk, dat de benen (4a, 4b) van de U-vormige buis-opneemdelen (la, lb) scharnierbaar zijn verbonden met de bij de betreffende benen (4a, 4b) behorende basis (3a, 3b), waarbij elk buis-opneemdeel (la, lb) is voorzien van instelmiddelen (9, resp. 17) die zijn ingericht voor het zodanig variëren van de grootte van de buis-fixatieruimte (2) dat buizen (T, T') met verschillende diameters in de buis-opneemdelen (la, lb) inklembaar zijn.

2. Steigerklem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het buis-opneemdeel (la, lb) is voorzien van buis-contact-posities (8, 8'), via welke posities (8, 8') de inklemkrachten van het buis-opneemdeel (la, lb) overdraagbaar zijn op de in het buis-opneemdeel (la, lb) in te klemmen buis (T, T*), waarbij de buis-contactposities (8, 8’) zodanig zijn aangebracht dat, voor elke in de fixatieruimte (2) in te klemmen buisdiameter, de buis (T, T') door de inklemkrachten van de steigerklem symmetrisch wordt belast ten opzichte van een loodrecht op de basis (3a, 3b) van het opneemdeel (la, lb) lopende middellijn (D) van de buis (T, T')-

3. Steigerklem volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de buis-contactposities (8, 8’) zodanig zijn aangebracht dat de inklemkrachten, voor elke in de fixatieruimte (2) op te nemen buisdiameter, naar de hartlijn (A, A') van de buis (T, T') zijn gericht.

4. Steigerklem volgens één van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat elk buis-opneemdeel (la, lb) is voorzien van één, als afsluitelement dienende afsluitbeugel (6), waarbij de instelmiddelen zijn uitgevoerd als een, in de afsluitbeugel (6) aangebrachte sleuf (9), die voor elke in de fixatieruimte (2) op te nemen buisdiameter is voorzien van een steunvlak (10a, 10b) voor een, met het vrije uiteinde van één van de benen (4b) verbonden scharnierpen (11), met behulp van welke scharnierpen (11) de afsluitbeugel (6) scharnierbaar en verschuifbaar is verbonden met het betreffende been (4b), waarbij het andere been (4a) bij het vrije uiteinde is voorzien van een sleufopening (12) waarin de afsluitbeugel (6) opneembaar is, waarbij de afsluitbeugel (6) aan het van de scharnierpen (11) afkeerde einde is voorzien van een wigopening (13) waardoorheen de wig (7) zich uitstrekt, waarbij de wig (7) zodanig is uitgevoerd dat deze vrij beweegbaar en onlosmaakbaar is verbonden met de afsluitbeugel (6), en waarbij de wig (7) in de gesloten toestand van het buis-opneemdeel (la, lb), aanligt tegen een van de fixatieruimte (2) afgekeerde zijde (14) van het been (4a) dat is voorzien van de sleufopening (12), en de van de scharnierpen (11) afgekeerde rand van de wigopening (13) van de afsluitbeugel (6) .

5. Steigerklem volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de steunvlakken (10a, 10b) in de afsluitbeugel (6) voor de scharnierpen (11) zodanig zijn aangebracht dat de afsluitbeugel (6) zich in hoofdzaak evenwijdig uitstrekt aan de basis (3a, 3b) van het betreffende buis-opneemdeel (la, lb), indien de afsluitbeugel (6) zich in de gesloten toestand bevindt en het steunvlak (10a, 10b) van de afsluitbeugel (6) dat past bij de diameter van de zich in de fixatieruimte bevindende buis (T, T’) aanligt tegen de scharnierpen (11).

6. Steigerklem volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de scharnierpen (11) is voorzien van twee afgeplatte kanten ter breedte van de sleuf (9) in de afsluitbeugel (6), waarbij de sleuf (9) is voorzien van ten minste twee cilindrische boringen waarvan de randen de steunvlakken (10a, 10b) voor de scharnierpen (11) vormen.

7. Steigerklem volgens één van de conclusie 4-6, met het kenmerk, dat de sleuf (9) is voorzien van twee steunvlakken (10a, 10b).

8. Steigerklem volgens conclusie 2 of 3 en één van de conclusies 4-7, met het kenmerk, dat de naar de fixatieruimte (2) toegekeerde zijden van de basis (3a, 3b) en de benen (4a, 4b) van het buis-opneemdeel (la, lb) zijn voorzien van een concave contour met een zodanige vorm dat zich hierop de buis-contactposities (8, 8') bevinden voor elke op te nemen buisdiameter.

9. Steigerklem volgens één van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat elk been (4a, 4b) van elk buis-opneemdeel (la, lb) aan het van de basis (3a, 3b) afgekeerde vrije uiteinde is voorzien van een scharnierbaar met dat been (4a, 4b) verbonden, als afsluitelement dienende afsluitbeugel (6a, 6b), waarbij de ene afsluitbeugel (6a), die is voorzien van een sleuf (15) waarin de wig (7) vrij beweegbaar en onlosmaak-baar is opgenomen, en de andere afsluitbeugel (6b), die is voorzien van een haak (16), onder samenwerking met de wig (7) in de gesloten stand fixeerbaar zijn, waarbij elk been (4a, 4b) van elk buis-opneemdeel (la, lb) aan het van de basis (3a, 3b) afgekeerde vrije uiteinde bovendien is voorzien van een scharnierbaar met dat been (4a, 4b) verbonden, als instel-middel dienend kantelelement (17), welk kantelelement (17) in een eerste stand de fixatieruimte (2) zodanig verkleint dat hierin een buis (T) met een kleine diameter inklembaar is, waarbij de kantelelementen (17) in een tweede stand de fixatieruimte (2) vrij laten, zodat hierin een buis (Τ') met een grotere diameter inklembaar is.

10. Steigerklem volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de kantelelementen (17) door veren (18) zijn voorgespannen in de eerste stand, waarbij de kantelelementen (17) zodanig zijn uitgevoerd en bevestigd, dat deze, bij het sluiten van het buis-opneemdeel (la, lb), automatisch tegen de voorspankracht in, uit de fixatieruimte (2) wegklappen in een tweede stand, indien zich in de fixatieruimte (2) een buis (Τ') met de grotere diameter bevindt.

11. Steigerklem volgens conclusie 2 of 3 en één van de conclusies 9 of 10, met het kenmerk, dat de buis-contact-posities (8, 8') voor een buis (T) met kleine diameter zijn gelegen op de basis (3a, 3b) van het buis-opneemdeel (la, lb) en op de naar de fixatieruimte (2) toegekeerde vrije uiteinden van de kantelelementen (17), en voor een buis (Τ') met de grotere diameter zijn gelegen op naar de fixatie-ruimte (2) toegekeerde zijden van de basis (3a, 3b) en de benen (4a, 4b) van het buis-opneemdeel (la, lb), welke zijden concaaf zijn uitgevoerd.

12. Steigerklem volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste een buis (T) met een diameter van 42 mm en een buis (Τ') met een diameter van 48 mm inklembaar is.