NL8501533A - Connector met naar keuze te maken interne electrische verbindingen. - Google Patents
Connector met naar keuze te maken interne electrische verbindingen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8501533A NL8501533A NL8501533A NL8501533A NL8501533A NL 8501533 A NL8501533 A NL 8501533A NL 8501533 A NL8501533 A NL 8501533A NL 8501533 A NL8501533 A NL 8501533A NL 8501533 A NL8501533 A NL 8501533A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- cable
- connector
- connecting elements
- space
- passage
- Prior art date
Links
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01R—ELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
- H01R13/00—Details of coupling devices of the kinds covered by groups H01R12/70 or H01R24/00 - H01R33/00
- H01R13/46—Bases; Cases
- H01R13/502—Bases; Cases composed of different pieces
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01R—ELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
- H01R13/00—Details of coupling devices of the kinds covered by groups H01R12/70 or H01R24/00 - H01R33/00
- H01R13/66—Structural association with built-in electrical component
- H01R13/665—Structural association with built-in electrical component with built-in electronic circuit
- H01R13/6658—Structural association with built-in electrical component with built-in electronic circuit on printed circuit board
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01R—ELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
- H01R25/00—Coupling parts adapted for simultaneous co-operation with two or more identical counterparts, e.g. for distributing energy to two or more circuits
- H01R25/003—Coupling parts adapted for simultaneous co-operation with two or more identical counterparts, e.g. for distributing energy to two or more circuits the coupling part being secured only to wires or cables
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Microelectronics & Electronic Packaging (AREA)
- Coupling Device And Connection With Printed Circuit (AREA)
- Details Of Connecting Devices For Male And Female Coupling (AREA)
- Connections Arranged To Contact A Plurality Of Conductors (AREA)
- Geophysics And Detection Of Objects (AREA)
- Connector Housings Or Holding Contact Members (AREA)
Description
« i
84.5067/AA/MvC
Korte aanduiding: connector met naar keuze te maken interne electrische verbindingen.
5 De uitvinding heeft betrekking op een connector omvattende een omhulsel met binnen het omhulsel twee groepen van door een bevestigingsstuk gevoerde en aan het bevestigingsstuk bevestigde electrisch geleidende verbindingselementen, die elk aan een uiteinde ervan een stift of een bus hebben, waarbij 10 de stiften en/of bussen van elke groep op afstand van elkaar en parallel aan elkaar aangebracht zijn en in een betreffend koppelgedeelte voor de betreffende groep aan de omgeving blootgesteld zijn zodat een electrisch geleidende verbinding verkregen kan worden met een overeenkomstige groep van complementaire 15 verbindingselementen van een andere eenheid en waarbij respectievelijke geleiders van een van buitenaf in het omhulsel gevoerde kabel met respectievelijke verbindingselementen verbonden zijn. De uitvinding heeft in het bijzonder betrekking op een connector voor toepassing op het gebied van seismische 20 exploratie, waarbij elke groep twee verbindingselementen omvat en de kabel twee met de betreffende verbindingselementen verstreng bonden geleiders heeft, die buiten de connector met een/ged-foonsverbonden kunnen zijn. Het ene koppelgedeelte van de connector kan gekoppeld zijn met een andere aansluiteenheid, die 25 verbonden is met een hoofdkabel die naar een meet- en regel-eenheid voert. Het andere koppelgedeelte van de connector kan, eventueel via een van koppelstukken aan de uiteinden ervan voorziene verlengkabel, gekoppeld zijn met een andere connector.
Een connector van deze soort is bekend uit het Amerikaanse 30 octrooischrift US 4.445.741. Bij de bekende connector bestaan de verbindingselementen uit twee parallel naast elkaar aangebrachte staven, die elk aan een uiteinde een bus en aan het andere uiteinde een stift hebben. De staven zijn op relatief grote afstand van de uiteinden van de staven in het midden 35 aan een bevestigingsstuk bevestigd. Elk van de geleiders zijn in een lus door in het bevestigingsstuk gevormde doorgangen gevoerd en de uiteinden van de geleiders zijn aan de staven bevestigd. De staven, het bevestigingsstuk en een eindgedeel-te van de kabel zijn afdichtend opgenomen in een zodanig ge-C - ' ' Ά Ί X
\ J iCr- i - J -J Q
- 2 - 4 9 goten rubberen omhulsel dat een koppelgedeelte van de ene connector afdichtend in een koppelgedeelte van een andere connector of van een andere aansluiteenheid gestoken kan worden, waarbij een stift in een bus gestoken wordt voor het daarbij 5 verkrijgen van een electrisch contact. Bij een andere uitvoeringsvorm van deze bekende connector omvat een van de twee groepen verbindingselementen van een connector slechts stiften en omvat de andere groep slechts bussen. Bij toepassing op het gebied van seismische exploratie omvat daarbij een groep verbindings-10 elementen een dikke stift en een dunne stift voor twee verschillende polariteiten en omvat de andere groep een bus met grote binnendiameter respectievelijk een bus met kleine binnen-diameter voor polariteiten die overeenkomen met de betreffende stiften.
De bekende connector heeft als bezwaar dat deze niet ge-15 schikt is voor^electrisch in serie verbinden van strengen geo-foons wanneer een aantal connectors aan elkaar gekoppeld zijn en elke van een connector uitgaande kabel verbonden is met een streng geofoons.
Omdat de koppelgedeelten van de bekende connectors bij 20 de uiteinden van de door staven gevormde verbindingselementen gevormd zijn, ontstaat bij het in serie koppelen van een aantal van dergelijke connectors, waarbij een overeenkomstig aantal strengen geofoons electrisch parallel met elkaar verbonden worden, een lange staf van in elkaar overgaande connectors.
25 Bij toepassing in het veld kunnen de verbindingselementen, in het bijzonder de bussen, daarbij door buiging van de staf gemakkelijk beschadigd worden.
De uitvinding beoogt de bezwaren van de bekende connector op te heffen.
30 De uitvinding verschaft daarom een connector van de in de aanhef genoemde soort die zich daarvan onderscheidt doordat de groepen verbindingselementen zodanig op afstand van elkaar aan het bevestigingsstuk bevestigd zijn dat alle stiften en bussen zich parallel aan elkaar aan een kant van het bevesti-35 gingsstuk uitstrekken, en dat de verbindingselementen aan de tegenoverliggende kant van het bevestigingsstuk verbonden zijn met op een gedrukte bedradingskaart aangebrachte geleiderbanen. Hierbij kan een keuze gemaakt worden uit verschillende gedrukte bedradingskaarten die elk volgens een voor de betreffende be- S5V1533 - 3 - m ft dradingskaart specifiek patroon aangebraohte geleiderbanen hebben. Bij een bepaalde gedrukte bedradingskaart kunnen daarom de stiften en bussen met dezelfde polariteit via de geleiderbanen met elkaar en met een betreffende geleider van de kabel 5 verbonden zijn, zodat bij het aan elkaar koppelen van een aantal connectors de met de betreffende kabels verbonden strengen geofoons electrisch parallel verbonden. Bij een andere gedrukte bedradingskaart kunnen de verbindingselementen van de ene polariteit via een geleiderbaan met elkaar verbonden zijn en kunnen 10 de verbindingselementen van de andere polariteit elk met een respectievelijke geleider van de kabel verbonden zijn, zodat bij het aan elkaar koppelen van een aantal connectors de met de kabels verbonden strengen geofoons electrisch in serie verbonden worden. In het laatste geval moeten de verbindingsele-15 menten van een van de koppelgedeelten van de laatste connector in de serieketen kortgesloten worden, wat door middel van een geschikt patroon van de geleiderbanen binnen deze connector zelf kan plaatsvinden of door middel van een andere daarvoor geschikte kortsluitconnector.
20 Daar de connectors alle dicht bij elkaar aan elkaar ge koppeld kunnen worden, waarbij de verbindingselementen zich alle binnen een relatief klein gebied bevinden, wordt beschadiging van de verbindingselementen bij toepassing in het veld tegengegaan.
25 Omdat de connector volgens de uitvinding geschikt is om uitgevoerd te worden met verschillende gedrukte bedradings-kaarten, is de connector bij voorkeur zodanig uitgevoerd dat het omhulsel bestaat uit een basisdeel en afsluitdeel, die afdichtend aan elkaar bevestigd zijn en daarbij een holle ruimte 30 vormen, waarbij het bevestigingsstuk zodanig in het basisdeel is aangebracht en de kabel in de ruimte gevoerd is, dat de geleiders van de kabel in de ruimte met de verbindingselementen en/of met de geleiderbanen verbonden zijn. Hierdoor kunnen, uitgaande van gelijke basisdelen en gelijke afsluitdelen, door 35 toepassing van verschillende gedrukte bedradingskaarten overeenkomstig verschillende connectors verkregen worden. Daarbij kunnen in de holle ruimte van de connector de eindgedeelten van kabels met verschillende diameters opgenomen worden.
Bovendien zijn het basisdeel en het afsluitdeel bij voor- «h .3 r? “T “f ö o y i o 3 o 4 · - 4 - keur losneembaar aan elkaar te bevestigen. De connector is daardoor niet alleen modulair maar ook demontabel uitgevoerd, waarbij defecte onderdelen ervan vervangen kunnen worden. Ook wanneer als gevolg van' een te grote op de kabel uitgeoefende 5 trekkracht de electrische verbinding van de geleiders van de kabel met de geleiderbanen of met de verbindingselementen gestoord is, of wanneer de kabel buiten de connector beschadigd is, kunnen deze defecten met behoud van de connector gerepareerd worden. Bovendien kan de kabel gevormd worden door de aansluit-10 kabel van een enkele geofoon of van een streng geofoons, waarbij deze kabel op de juiste lengte afgesneden wordt en direct, dus zonder koppelstukken, binnen de connector met de betreffende verbindingselementen verbondeïv worden.
Teneinde de geleiders binnen de connector op trek te ont-15 lasten is de connector bij voorkeur zodanig uitgevoerd dat het afsluitdeel uit stijf materiaal bestaat, dat het afsluitdeel tussen de met het basisdeel te vormen ruimte en de omgeving een doorgang met een oplegrand voor een in de ruimte aangebrachte stijve ring heeft, dat de doorsnede van de doorgang 20 in de richting van de ruimte toeneemt, en dat in de doorgang een zich tot buiten het afsluitdeel uitstrekkende tule van buigzaam materiaal is aangebracht waarvan het gedeelte binnen de doorgang de wand van de doorgang raakt, waarbij de kabel vanuit de ruimte via de ring en de tule naar buiten gevoerd 25 is en de kabel een op de ring steunend blokkeerstuk heeft dat de verplaatsing van de kabel naar buiten tegengaat.
Voor het verschaffen van een trekontlasting voor de geleiders binnen de connector verdient het bovendien de voorkeur dat het bevestigingsstuk een door een uitsparing van de gedrukte 30 bedradingskaart stekende lip met daarin een oog heeft en dat geleiders van de kabel met een of meer windingen om de rand van het oog geslagen zijn.
De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekening. In de tekening toont: 35 Fig. 1 een aanzicht van de connector volgens de uitvinding met het afsluitdeel ervan in doorsnede;
Fig. 2 een onderaanzicht van de connector van fig. 1;
Fig. 3 een aanzicht van het basisdeel van de connector van fig. 1 voorzien van bevestigingsstuk en gedrukte bedradings- 8501533 • *.
- 5 - kaart;
Fig. 4 een bovenaanzicht van het basisdeel van fig. 3;
Fig. 5 een doorsnede van het basisdeel langs de lijn V-V van fig- 4;
5 Fig. 6 een doorsnede van het basisdeel langs de lijn VI-VI
van fig- 4;
Fig. 7 een aanzicht vai^/^ëvestigingsstuk van de connector van fig- 1;
Fig. 8 een bovenaanzicht van het bevestigingsstuk van fig.
10 7;
Fig. 9 een doorsnede van het bevestigingsstuk langs de lijn IX-IX van fig. 8;
Fig. 10 een doorsnede van het bevestigingsstuk langs de lijn X-X van fig. 8; 15 Fig. 11 een bovenaanzicht van de gedrukte bedradingskaart van de connector van fig. 1;
Fig. 12 een onderaanzicht van de gedrukte bedradingskaart van fig. 11;
Fig. 13 een bovenaanzicht van een andere uitvoeringsvorm 20 van de gedrukte bedradingskaart van de connector van fig. 1;
Fig. 14 een onderaanzicht van de gedrukte bedradingskaart van fig. 13;
Fig. 15 een schematische voorstelling voor het koppelen van een aantal connectors voorzien van gedrukte bedradings- 25 kaarten voor het verkrijgen van parallel verbonden strengen geofoons;
Fig. 16 een schematische voorstelling van de electrische verbindingen die verkregen worden bij de koppeling volgens fig. 15; 30 Fig. 17 een schematische voorstelling voor het koppelen van een aantal connectors met een andere gedrukte bedradingskaart voor het verkrijgen van een serieverbinding van strengen geofoons; en
Fig. 18 een schematische voorstelling van de electrische 35 verbindingen die verkregen worden voor de koopeling volgens fig. 17.
De in fig. 1 getoonde connector omvat een basisdeel 1 van buigzaam rubber en een afsluitdeel 2 van hard isolerend materiaal. Het basisdeel 1 omvat een bevestigingsstuk 3 van hard isolerend S5C:533
# I
- 6 - materiaal. Het afsluitdeel 2 en het bevestigingsstuk 3 kunnen uit nylon bestaan. Het bevestigingsstuk 3 heeft tot in het afsluitdeel 2 stekende uitsteeksels 4 waarin een gat 5 met inwendige schroefdraad is gevormd. Het basisdeel 1 en het af™ 5 sluitdeel 2 zijn door middel van in de gaten 5 geschroefde schroeven 6 aan elkaar bevestigd. Tussen de kop 7 van een schroef 6 en een oplegrand van het afsluitdeel 2 naast een doorgang voor de schroef 6 is een eindgedeelte van een koord 8 van een niet getoonde stofkap aangebracht. De schroef 6 gaat tussen 10 het afsluitdeel 2 en het bovenvlak van het betreffende uitsteeksel 4 door een ring 9, die bestaat uit buigzaam materiaal en die een afdichting verzorgt voor de tussen het basisdeel 1 en het afsluitdeel 2 gevormde ruimte 10. Het basisdeel 1 heeft aan de kant van het afsluitdeel 2 een omtreksribbe 11, 15 die buigzaam ingrijpt in een corresponderende groef 12 van het afsluitdeel 2.
Het bevestigingsstuk 3 is voorzien van vier in de hoeken van een rechthoek aangebrachte doorgangen 13, 14, 15, 16. In de doorgangen 13, 14 zijn stiften 17 respectievelijk 18 gevat.
20 In de doorgangen 15 en 16 zijn bussen 19 respectievelijk 20 gevat. De binnendiameters van alle doorgangen 13-16 zijn verschillend om verwisseling van de stiften en bussen bij de montage te voorkomen.
De stiften 17, 18 en de bussen 19, 20 vormen de verbindings-25 elementen van de connector en zijn zodanig aangebracht in rubberen koppelgedeelten 21 respectievelijk 22, die aan de omtrek elk corresponderende groeven en ribben hebben, dat een koppelgedeelte 22 van een connector op afdichtende wijze in een koppelgedeelte 21 van een andere connector gestoken kan 30 worden en daarbij de stiften 17, 18 in de bussen 20 respectievelijk 19 van het koppelgedeelte 22 gestoken kunnen worden, zodat tussen de betreffende stiften en bussen een electrisch contact verkregen wordt.
De hartafstand a tussen de stiften 17, 18 is daarbij groter 35 dan de hartafstand b tussen de bussen 19, 20. De hartafstand a is bijvoorbeeld 12% groter dan de hartafstand b.
De binnendiameters van de bussen 19, 20 zijn groter, bijvoorbeeld 3,5%, dan de diameters van de met deze bussen te verbinden stiften 18 respectievelijk 17.
40 Het gedeelte van elke stift 17, 18 dat in het bevestigings- 8501533·
V
- 7 - stuk 3 gevat is is dikker dan de rest van de stift, in het bijzonder het gedeelte dat in een bus gestoken kan worden, om de nadelige invloed van een wrikbeweging tegen te gaan.
De uiteinden van de stiften 17, 18 en bussen 19, 20 worden 5 aan de kant van het afsluitdeel 2 elk gevormd door een staafje 23, 24, 25 respectievelijk 26, die gaan door openingen 27, 28, 29 respectievelijk 30 van een gedrukte bedradingskaart 31 die aan de kant van het afsluitdeel 2 tegen het bevesti-gingsstuk 3 aangebracht is. De gedrukte bedradingskaart heeft 10 nog een ander stel openingen 32, 33 voor het doorlaten van de blanke uiteinden van de geleiders 34, respectievelijk 35 van een kabel 36 die via een ring 37 en een tule 38 van buigzaam materiaal van buiten de connector in de ruimte 10 gevoerd is.
In het eindgedeelte van de kabel 36 is een blokkering, in het 15 bijzonder in de vorm van een knoop in de kabel, aangebracht, die voorkomt dat de kabel 36 uit de connector getrokken wordt.
De vorm van de tule 38 en de wand 39 van het afsluitdeel waarmee de tule 38 in aanraking is zijn zodanig, dat naarmate een grotere kracht uitgaande van de connector op de kabel 36 uit-20 geoefend wordt de tule 38 meer tegen de wand 39 geklemd wordt, waarbij een radiale kracht op de kabel 36 in de doorgang van de tule 38 uitgeoefend wordt, zodat het uit de ruimte 10 trekken van de kabel 36 tegengegaan wordt. Om de aders 34, 35 van de kabel 36 apart op trek te ontlasten is het bevestigingsstuk 25 3 voorzien van een uitsteeksel 40 met een doorgang 41 dat via een centrale uitsparing 42 in de gedrukte bedradingskaart 31 in de ruimte 10 van het afsluitdeel 2 steekt. De geleiders 34 en 35 kunnen dan enkele keren door het gat 41 gevoerd worden.
30 De gedrukte bedradingskaart 31 heeft aan een kant een ge-leiderbaan 43 die de openingen 27 en 30 omvat voor het verbinden van de stift 17 met de bus 20, en heeft contactvlakjes 44, 45 voor de stift 18, respectievelijk de bus 19. Op de andere kant van de kaart 31 is een geleiderbaan 46 aangebracht voor 35 het verbinden van de stift 18 met de bus 19, terwijl contactvlakjes 47 en 48 voor de stift 17 respectievelijk de bus 20 aangebracht zijn. De gaten 27 t/m 33 zijn doorgemetalliseerd.
De geleiderbanen 43 (of 46) en contactvlakjes 44 en 45 (of 47 en 48) zijn in fig. 4 in verband met de duidelijkheid niet 8501533 J · - 8 - getoond.
De in de figuren 11 en 12 getoonde gedrukte bedradingskaart 31 is, zoals toegelicht aan de hand van de figuren 15 en 16 geschikt voor het electrisch parallel verbinden van een aantal 5 strengen geofoons, die elk aan het uiteinde van een kabel 36 een connector van de in fig. 1 getoonde soort hebben.
De figuren 13 en 14 tonen een andere uitvoeringsvorm van de gedrukte bedradingskaart 31', die, zoals toegelicht aan de hand van de figuren 17 en 18, geschikt is voor het elec-10 trisch in serie verbinden van een aantal strengen geofoons, die elk aan het uiteinde van een kabel een connector zoals getoond in fig. 1 hebben.
Er wordt aangenomen dat alle dikke stiften 18 en brede bussen 19 aansluitingen met positieve polariteit vormen en 15 dat alle dunne stiften 17 en smalle bussen 20 aansluitingen met negatieve polariteit vormen, De positieve polariteit is door middel van verdikkingen 49 op de buitenkant van het basisdeel 1 aangegeven.
Fig. 15 toont een aantal gelijke connectors 50, die elk 20 voorzien zijn van de in de figuren 11 en 12 getoonde gedrukte bedradingskaart 31 en waarvan de electrische verbindingen binnen de connector 50 en de locaties van de bussen en de stiften schematisch getoond zijn. De connectors 50 worden zoals getoond zodanig in serie gekoppeld dat steeds een koppelgedeelte 22 25 van de ene connector 50 in een koppelgedeelte 21 met stiften 17, 18 van een andere connector 50 gestoken wordt. Hierbij zullen de geleiders 34, 35 van de kabels 36 van de verschillende connectors 50 parallel met elkaar verbonden worden. Het in fig. 15 getoonde bovenste koppelgedeelte 22 of het onderste 30 koppelgedeelte 21 kan via een geschikte andere connector verbonden worden met een hoofdkabel die naar een meet- en regel-eenheid voert.
Fig. 16 toont schematisch de volgens de koppeling van fig.
15 tot stand gebrachte electrische verbindingen.
35 De in . fig. 17 getoonde connectors 50' zijn gelijk aan de connectors 50 behalve dat in plaats van de gedrukte bedradingskaart 31 de in de figuren 13 en 14 getoonde kaart 31' in elke connector 50' aangebracht is. De connectors 50' worden op dezelfde wijze als toegelicht aan de hand van fig. 15 aan 8501533 * - 9 - elkaar gekoppeld. Een kortsluitconnector 51 met een koppelge-deelte 22 met kortgesloten bussen wordt daarbij in het koppel-gedeelte 21 van een van de twee eindconnectors 50' van een groep connectors 50' gestoken. Zoals schematisch in fig.
5 18 getoond, wordt met de koppelingswijze van fig. 17 een serie-verbinding verkregen van met de respectievelijk connectors 50' verbonden strengen geofoons.
Er wordt opgemerkt, dat de geofoons van elke met een kabel 36 verbonden streng geofoons volgens een willekeurige rangschikking met elkaar en met de geleiders 34, 35 van de kabel verbonden kunnen zijn.
- conclusies - 8501533
Claims (5)
1. Connector omvattende een omhulsel met binnen het omhulsel twee groepen van door een bevestigingsstuk gevoerde en aan het bevestigingsstuk bevestigde electrisch geleidende verbindingselementen, die elk aan een uiteinde ervan een stift of 5 een bus hebben, waarbij de stiften en/of bussen van elke groep op afstand van elkaar en parallel aan elkaar aangebracht zijn en in een betreffend koppelgedeelte voor de betreffende groep aan de omgeving blootgesteld zijn zodat een electrisch geleidende verbinding verkregen kan worden met een overeenkomstige 10 groep van complementaire verbindingselementen van een andere eenheid en waarbij respectievelijke geleiders van een van buitenaf in het omhulsel gevoerde kabel met respectievelijke verbindingselementen verbonden zijn, met het kenmerk, dat de groepen verbindingselementen zodanig 15 op afstand van elkaar aan het bevestigingsstuk (3) bevestigd zijn dat alle stiften (17, 18) en bussen (19, 20) zich parallel aan elkaar aan een kant van het bevestigingsstuk uitstrekken, en dat de verbindingselementen aan de tegenoverliggende kant van het bevestigingsstuk (3) verbonden zijn met op een gedrukte 20 bedradingskaart (31, 31') aangebrachte geleiderbanen.
2. Connector volgens conclusie 1, met het ken merk, dat het omhulsel bestaat uit een basisdeel (1) en afsluitdeel (2), die afdichtend aan elkaar bevestigd zijn en daarbij een holle ruimte (10) vormen, waarbij het bevesti-25 gingsstuk (3) zodanig in het basisdeel (1) is aangebracht en de kabel (36) in de ruimte (10) gevoerd is, dat de geleiders (34, 35) van de kabel (35) in de ruimte (10) met de verbindingselementen en/of met de geleiderbanen verbonden zijn.
3. Connector volgens conclusie 2, met het ken- 30. e r k, dat het basisdeel (1) en het afsluitdeel (2) losneembaar aan elkaar bevestigd zijn.
4. Connector volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het afsluitdeel (2) uit stijf materiaal bestaat, dat het afsluitdeel (2) tussen 35 de met het basisdeel (1) te vormen ruimte (10) en de omgeving een doorgang met een oplegrand voor een in de ruimte (10) aangebrachte stijve ring (37) heeft, dat de doorsnede van de 8501 533 - 11 - doorgang in de richting van de ruimte (10) toeneemt, en dat in de doorgang een zich tot buiten het afsluitdeel (2) uitstrekkende tule (38) van buigzaam materiaal is aangebracht waarvan het gedeelte binnen de doorgang de wand (39) van de 5 doorgang raakt, waarbij de kabel (36) vanuit de ruimte (10) via de ring (37) en de tule (38) naar buiten gevoerd is en de kabel (36) een op de ring (37) steunend blokkeerstuk heeft dat de verplaatsing van de kabel (36) naar buiten tegengaat.
5. Connector volgens een van de voorgaande conclusies, 10 met het kenmerk, dat het bevestigingsstuk (3) een door een uitsparing (42) van de gedrukte bedradings-kaart (31, 31') stekende lip (40) met daarin een oog (41) heeft en dat de geleiders (34, 45) van de kabel (36) met een of meer windingen om de rand van het oog (41) geslagen zijn. "" · « · · · 8i” Λ .1 ·- -7 ‘Ψ 0. i 3 30
Priority Applications (5)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8501533A NL8501533A (nl) | 1985-05-29 | 1985-05-29 | Connector met naar keuze te maken interne electrische verbindingen. |
AT86200928T ATE51325T1 (de) | 1985-05-29 | 1986-05-27 | Verbinder mit wahlweise herzustellenden inneren elektrischen verbindungen. |
EP86200928A EP0203671B1 (en) | 1985-05-29 | 1986-05-27 | Connector with internal electrical connections to be made optionally |
DE8686200928T DE3669812D1 (de) | 1985-05-29 | 1986-05-27 | Verbinder mit wahlweise herzustellenden inneren elektrischen verbindungen. |
US06/868,320 US4720267A (en) | 1985-05-29 | 1986-05-28 | Connector with internal electrical connections to be made optionally |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8501533 | 1985-05-29 | ||
NL8501533A NL8501533A (nl) | 1985-05-29 | 1985-05-29 | Connector met naar keuze te maken interne electrische verbindingen. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8501533A true NL8501533A (nl) | 1986-12-16 |
Family
ID=19846056
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8501533A NL8501533A (nl) | 1985-05-29 | 1985-05-29 | Connector met naar keuze te maken interne electrische verbindingen. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4720267A (nl) |
EP (1) | EP0203671B1 (nl) |
AT (1) | ATE51325T1 (nl) |
DE (1) | DE3669812D1 (nl) |
NL (1) | NL8501533A (nl) |
Families Citing this family (12)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4811311A (en) * | 1987-10-13 | 1989-03-07 | Mark Products Incorporated | Seismic detector assembly having polarized terminals |
DE4214711C1 (nl) * | 1992-05-02 | 1993-06-03 | Richard Hirschmann Gmbh & Co, 7300 Esslingen, De | |
US6302724B1 (en) * | 1997-01-30 | 2001-10-16 | Fci Americas Technology, Inc. | Cable connector having strain relief |
SE512400C2 (sv) * | 1997-07-31 | 2000-03-13 | Ericsson Telefon Ab L M | Koaxiellt anslutningsdon |
US6475032B1 (en) * | 2001-06-07 | 2002-11-05 | Houston Connector, Inc. | Geophysical connector |
JP4172334B2 (ja) * | 2003-06-13 | 2008-10-29 | 住友電装株式会社 | 電気接続箱 |
FR2860652B1 (fr) * | 2003-10-01 | 2006-02-17 | Canon Europa Nv | Equipement electronique stabilise |
CN101599604A (zh) * | 2008-06-04 | 2009-12-09 | 鸿富锦精密工业(深圳)有限公司 | 线缆连接器 |
WO2015081064A1 (en) | 2013-11-27 | 2015-06-04 | Fci Asia Pte. Ltd | Electrical power connector |
CN107104308A (zh) * | 2016-02-22 | 2017-08-29 | 陈功 | 电连接器 |
JP6838711B2 (ja) * | 2017-10-16 | 2021-03-03 | 住友電装株式会社 | 2つの回路体へのワイヤハーネスの接続構造 |
JP7402746B2 (ja) * | 2020-05-28 | 2023-12-21 | ヒロセ電機株式会社 | 充電用コネクタユニット |
Family Cites Families (18)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL295889A (nl) * | ||||
GB398681A (en) * | 1931-11-25 | 1933-09-21 | British Thomson Houston Co Ltd | Improvements in and relating to electric couplings of the plug and socket type |
US2108907A (en) * | 1933-08-08 | 1938-02-22 | Walter A Frantz | Attachment plug |
GB448643A (en) * | 1935-01-11 | 1936-06-12 | Gen Electric Co Ltd | Improvements in or relating to grips for holding insulated electric conductors |
FR1216692A (fr) * | 1959-02-12 | 1960-04-27 | Lignes Telephoniques Souterrai | Dispositif de jonctions multiples |
FR1344678A (fr) * | 1963-01-14 | 1963-11-29 | Bendix Corp | Connecteur électrique |
US3327280A (en) * | 1965-05-12 | 1967-06-20 | Aai Corp | Protective device for a terminal member |
US3391381A (en) * | 1965-10-23 | 1968-07-02 | Hallett Mfg Company | Shielded electrical connector |
DE2209514A1 (de) * | 1972-02-29 | 1973-09-06 | Daut & Rietz Kg | Stecker, insbesondere miniaturstecker |
US3879098A (en) * | 1973-11-08 | 1975-04-22 | Gen Electric | Connector with safety closure |
US3993859A (en) * | 1974-07-29 | 1976-11-23 | Geo Space Corporation | Fluid-tight enclosure for geophone and cable |
US4258970A (en) * | 1979-03-05 | 1981-03-31 | The Bendix Corporation | Electrical cable and molded protection cap assembly |
GB2104304B (en) * | 1981-06-16 | 1985-01-16 | Bicc Plc | An improved overhead electric transmission or distribution system |
US4445741A (en) * | 1981-10-13 | 1984-05-01 | Houston Geophysical Products, Inc. | Double-plug seismic connector |
US4470134A (en) * | 1982-03-26 | 1984-09-04 | Litton Resources Systems, Inc. | Marsh case for a geophone |
US4438292A (en) * | 1982-08-25 | 1984-03-20 | Mark Products, Inc. | Waterproof housing assembly for geophones |
US4477136A (en) * | 1982-10-29 | 1984-10-16 | Mark Products Incorporated | Takeout connector |
DE3311443A1 (de) * | 1982-12-22 | 1984-06-28 | Siemens AG, 1000 Berlin und 8000 München | Elektrisches entstoerfilter |
-
1985
- 1985-05-29 NL NL8501533A patent/NL8501533A/nl not_active Application Discontinuation
-
1986
- 1986-05-27 EP EP86200928A patent/EP0203671B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1986-05-27 DE DE8686200928T patent/DE3669812D1/de not_active Expired - Fee Related
- 1986-05-27 AT AT86200928T patent/ATE51325T1/de not_active IP Right Cessation
- 1986-05-28 US US06/868,320 patent/US4720267A/en not_active Expired - Fee Related
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0203671B1 (en) | 1990-03-21 |
US4720267A (en) | 1988-01-19 |
EP0203671A1 (en) | 1986-12-03 |
ATE51325T1 (de) | 1990-04-15 |
DE3669812D1 (de) | 1990-04-26 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8501533A (nl) | Connector met naar keuze te maken interne electrische verbindingen. | |
CY1105472T1 (el) | Διαταξη οπτικης αναγνωρισης καλωδιωσεων ή αγωγων | |
US6396990B1 (en) | Multi-purpose communications cabinet | |
US5700157A (en) | Electric jack with display means | |
CN1118465A (zh) | 用于数据总线的输入/输出模块 | |
MXPA00009034A (es) | Mejoras en sistema de suspension, acoplamiento, alineacion, y paso de cables de energia electrica para luminarios fluorescentes. | |
FI911702A (fi) | Pollist foer teleteknik. | |
CN1070289A (zh) | 阴阳共体式电连接器 | |
JPH09115594A (ja) | コネクタ・ブロック用装着ブラケット | |
US5661453A (en) | Wire harness assembly fixture retainer holder and detector | |
DE3861888D1 (de) | Elektrisches freileiterseil mit integrierten lichtwellenleitern. | |
BR8802847A (pt) | Disposicao para blindar eletricamente uma abertura em um alojamento de conector eletrico e montagem de conector | |
US9946038B1 (en) | Cable tracing type jumper cable | |
NL8900994A (nl) | Verlichtings- en controle-inrichting voor een beveiligingskontaktdoos. | |
DE69719184D1 (de) | Kabelzusammenbau für elektrische Signalleitungen | |
JP5749977B2 (ja) | ケーブル識別具、ケーブル識別方法 | |
CA1295657C (en) | Inert gas lighting system and means therefor | |
DE59300438D1 (de) | Stecker- oder Schaltschrankeinsatz mit einer Zugentlastung und zum Anschluss für Abschirmungen. | |
CN1272972A (zh) | 用于保护性继电器的接线盒 | |
ATE243888T1 (de) | Steckverbinder für ein geschirmtes kabel | |
NL8901099A (nl) | Connector met een buigzaam verbindingselement met gedrukte bedrading. | |
NL8501532A (nl) | Connector. | |
CN114207954A (zh) | 用于将照明设备电连接到电气轨道的适配器,包括此类适配器和电气轨道的照明系统 | |
CN218819797U (zh) | 桥架灯具 | |
DE69711567D1 (de) | Anschlussvorrichtung von elektrischen Kabel mit ein oder einer Mehrzahl vom Leitern |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |