NL8301506A - Inrichting voor het overbrengen van op een transportband toegevoerde rijen voorwerpen op een dwarslopende transportband. - Google Patents
Inrichting voor het overbrengen van op een transportband toegevoerde rijen voorwerpen op een dwarslopende transportband. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8301506A NL8301506A NL8301506A NL8301506A NL8301506A NL 8301506 A NL8301506 A NL 8301506A NL 8301506 A NL8301506 A NL 8301506A NL 8301506 A NL8301506 A NL 8301506A NL 8301506 A NL8301506 A NL 8301506A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- conveyor belt
- conveyor
- objects
- discharge end
- belt
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G47/00—Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
- B65G47/52—Devices for transferring articles or materials between conveyors i.e. discharging or feeding devices
- B65G47/64—Switching conveyors
- B65G47/641—Switching conveyors by a linear displacement of the switching conveyor
- B65G47/642—Switching conveyors by a linear displacement of the switching conveyor in a horizontal plane
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G15/00—Conveyors having endless load-conveying surfaces, i.e. belts and like continuous members, to which tractive effort is transmitted by means other than endless driving elements of similar configuration
- B65G15/22—Conveyors having endless load-conveying surfaces, i.e. belts and like continuous members, to which tractive effort is transmitted by means other than endless driving elements of similar configuration comprising a series of co-operating units
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G21/00—Supporting or protective framework or housings for endless load-carriers or traction elements of belt or chain conveyors
- B65G21/10—Supporting or protective framework or housings for endless load-carriers or traction elements of belt or chain conveyors movable, or having interchangeable or relatively movable parts; Devices for moving framework or parts thereof
- B65G21/14—Supporting or protective framework or housings for endless load-carriers or traction elements of belt or chain conveyors movable, or having interchangeable or relatively movable parts; Devices for moving framework or parts thereof to allow adjustment of length or configuration of load-carrier or traction element
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G2201/00—Indexing codes relating to handling devices, e.g. conveyors, characterised by the type of product or load being conveyed or handled
- B65G2201/02—Articles
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Attitude Control For Articles On Conveyors (AREA)
Description
-1-
NO 31672 Sdm/IvB
Inrichting voor het overbrengen van op een transportband toegevoerde rijen voorwerpen op een dwarslopende transportband.
De uitvinding betreft een inrichting voor het overbrengen van voorwerpen die door middel van een horizontale toevoer-transportband of soortgelijke transporteur worden toegevoerd, in op deze band gelegen, zich dwars daarover uitstrekkende, op een afstand van elkaar 5 gelegen rijen, naar tenminste één ten opzichte van de toevoertransportband dwarslopende transportband, omvattende een eerste, in dezelfde richting als de toevoer-transportband lopende horizontale transportband waarvan het afvoereinddeel, in de uitgangsstand daarvan, boven de dwarstransportband is gelegen en deze in wezen overdekt, en een tweede daarop aansluiten- 10 de transportband, zodat de voorwerpen van de eerste op de tweede transportband kunnen worden overgebracht, waarbij het afvoereinddeel van de eerste transportband in de lengterichting beweegbaar is tussen de genoemde uitgangsstand en een ingetrokken stand, in welke ingetrokken stand het af- voereind van de eerste transportband op een afstand van het opneemeind nddx* 15 van de tweede transportband en tennaastebij boven de / de eerste transportband gerichte zijkant van de dwarstransportband ligt, zodat de voorwerpen vanaf de eerste transportband op deze dwarstransportband kunnen vallen, terwijl middelen aanwezig zijn die in aanspreking op de aanwezigheid van voorwerpen in een goed gerichte rij op het zich, in de uitgangsstand, boven 20 de dwarstransportband bevindende afvoereinddeel van de eerste transportband en het gereed zijn van de dwarstransportband, het afvoereinddeel van de eerste transportband kunnen doen bewegen van de genoemde uitgangsstand naar de ingetrokken stand en weer terug naar de uitgangsstand. Een dergelijke inrichting is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 4-281757.
25 In het bijzonder dient zo'n inrichting voor het over brengen van gevormde voedingsmiddelen, in het bijzonder versnaperingen, zoals chocoladerepen, koekjes, enzovoorts van een continu werkende berei-dingsinrichting naar één of meer verpakkingsmachines, die elk worden gevoed door een dwarstransportband.
30 Bij de bekende inrichting zijn boven de toevoer transportband een aantal smallere, schuin omhoog lopende tussentransport-banden aangebracht, die elk van elke rij voorwerpen op de toevoer-transportband een deel overnemen en naar de genoemde eerste transportband overbrengen, die eveneens boven de toevoertransportband is gelegen en waarvan 8301506 '* * -2- de daarop gelegen deelrijen op de bijbehorende, naar een verpakkingsmachine leidende dwarstransportband kunnen vallen, door het in de ingetrokken stand brengen van het afvoereinddeel van de eerste transportband.
De tweede transportband sluit aan op de eerste trans-5 portband en dient voor het overnemenVfop de eerste transportband aankomende rijen voorwerpen, indien de dwarstransportband om de één of andere reden niet gereed is voor het ontvangen van deze voorwerpen, bijvoorbeeld doordat de bijbehorende verpakkingsmachine in ongerede is geraakt of doordat nog voorwerpen liggen op het onder het afvoereinddeel van de 10 eerste transportband gelegen deel van de dwarstransportband. Deze tweede transportband wordt daarbij continu in één richting aangedreven en brengt de, door de dwarstransportband geweigerde, vanaf de eerste transportband daarop overgebrachte voorwerpen weer terug op de toevoer-transportband, waartoe de tweede transportband voor het grootste deel naar de toevoer-15 transportband hellend is uitgevoerd. Deze teruggevoerde voorwerpen worden dan hetzij met de hand of automatisch naar een reserve-verpakkingsmachine overgebracht.
De bekende inrichting is betrekkelijk ingewikkeld en geeft geen oplossing voor het probleem dat ontstaat, wanneer bijvoorbeeld 20 de reserve-verpakkingsmachine uitvalt terwijl toch voorwerpen op de toevoertransportband zijn teruggebracht doordat deze voorwerpen om de een of andere reden niet op een dwarstransportband konden worden overgebracht.
Het doel van de uitvinding is een inrichting van het genoemde type te verschaffen die een oplossing voor het genoemde probleem 25 geeft en daarbij eenvoudiger is uitgevoerd.
Dit doel wordt bereikt doordat bij de inrichting volgens de uitvinding de tweede transportband zich in horizontale richting uitstrekt en tot voortbeweging zowel in de ene als in de andere richting kan worden aangedreven en het opneemeinddeel van de tweede transportband 30 in de lengterichting tot een over de dwarstransportband heen liggende uitgezette stand en weer terug in de uitgangsstand kan worden verplaatst, waarbij het opneemeind van deze band in de uitgezette stand van het opneemeinddeel daarvan naast het afvoereind van de eerste transportband in de ingetrokken stand daarvan en tennaastebij boven de naar de eerste transport-35 band gerichte zijkant van de dwarstransporteur ligt, en eerste middelen aanwezig zijn die in aanspreking op de aanwezigheid van een goed gerichte rij voorwerpen op het afvoereinddeel van de eerste transportband in de ^..uitgangsstand daarvan en het niet gereed zijn van de dwarstransportband, de tweede transportband over een bepaalde afstand in de hoofdtransport- 8301506 * . ** -3- richting doen voortbewegen voor bet overnemen van deze rij voorwerpen door de tweede transportband, en tweede middelen die in aanspreking op het vrij van voorwerpen zijn van het voorste deel, met een bepaalde lengte, van de eerste transportband, het afvoereinddeel daarvan doen intrekken 5 tot de ingetrokken stand en het opneemeinddeel van de tweede transportband tot over de dwarstransportband doen uitzetten, tot in de uitgezette stand daarvan, en deze transportband in de aan de hoofdtransportrichting tegengestelde richting doen voortbewegen, en derde middelen die daarna in aanspreking op de aanwezigheid van een rij goed gerichte voorwerpen op dit 10 einddeel en het gereed zijn van de dwarstransportband, dit einddeel doen intrekken naar de uitgangsstand en de tweede band doen stoppen, zodat de rij voorwerpen op de dwarstransportband kunnen vallen, en vervolgens de tweede transportband weer doen lopen in de tegengestelde richting en het einddeel weer doen uitzetten, indien het genoemde voorste deel van de 15 eerste transportband nog steeds vrij van voorwerpen is, welke derde middelen bij het niet gereed zijn van de dwarstransportband de tweede transportband slechts doen stoppen.
Op deze wijze wordt telkens een rij voorwerpen, die om de een of andere reden niet op de dwarstransportband kon worden over-20 gebracht, als het ware tijdelijk op de tweede transportband opgeslagen, waarna, indien gedurende een bepaalde tijd geen rijen voorwerpen door de eerste transportband worden aangevoerd, de tweede transportband de funktie van de eerste transportband kan overnemen en de daarop tijdelijk opgeslagen rijen voorwerpen op de dwarstransportband overbrengen.
25 In het bijzonder wordt bij een inrichting waarbij meerdere dwars-transportbanden aanwezig zijn, waarover de door de toevoer-transportband aangevoerde voorwerpen moeten worden verdeeld, volgens de uitvinding, de genoemde eerste transportband gevormd door de toevoertrans-portband terwijl tussen deze transportband en de tweede transportband een 30 aantal tussen-transportbanden is gelegen die alle in eikaars verlengde liggen en die elk zijn voorzien van een vaststaand opneemeind en een over een dwarstransportband reikend afvoereinddeel dat in de lengterichting heen en weer beweegbaar is, op dezelfde wijze als bij de eerste transportband, zodat het afvoereind van de eerste transportband samenwerkt met het 35 opneemeind van de daarnaast liggende tussentransportband en het afvoereind van de laatste tussentransportband samenwerkt met het opneemeind van de tweede transportband.
Hierbij leidt de laatste dwars transporBJaan^fnaar een reserveverpakkingsmachine. Valt nu één van de hoofdverpakkingsmachines 830 1 50 6 f i -4- uit, dan worden de anders op de naar deze verpakkingsmachine leidende dwarstransportband overgebrachte voorwerpen, vanaf de laatste tussen-transportband op de naar de reserveverpakkingsmachine leidende dwarstransport-, band overgebracht. Kan om de een of andere reden de naar de reservever-5 pakkingsmachine leidende dwarstransportband de voorwerpen niet opnemen, dan worden deze voorwerpen tijdelijk op de genoemde tweede transportband opgeslagen. Is na verloop van tijd de uitgevallen hoofdverpakkingsmachine weer werkzaam, dan komen geen voorwerpen meer aan op de laatste tussen-transportband, zodat dan de tweede transportband in tegengestelde richting 10 kan lopen om de daarop opgeslagen rijen voorwerpen op de naar de reserveverpakkingsmachine leidende dwarstransportband over te brengen, indien intussen deze dwarstransportband gereed is gekomen.
Op voordelige wijze is de inrichting volgens de uitvinding zodanig verder uitgevoerd, dat het opneemeinddeel van de tweede 15 transportband bovendien in de lengterichting, vanuit de uitgangsstand, tot in een ingetrokken stand kan worden verplaatst, in welke stand het eind van dit einddeel zich op een zodanige afstand van het afvoereind van de eerste transportband, in de uitgangsstand daarvan, bevindt, dat voorwerpen op deze eerste transportband in de daardoor gevormde tussenruimten 20 kunnen vallen, en middelen aanwezig zijn die in aanspreking op het aanwezig zijn van een niet goed gerichte rij voorwerpen op het afvoereinddeel van de eerste transportband, het opneemeind van de tweede transportband naar de genoemde ingetrokken stand doen bewegen en de tweede transportband in de hoofdrichting doen lopen.
25 Op deze wijze wordt voorkomen dat een eventuele niet goed gerichte rij voorwerpen op de tweede transportband wordt overgebracht ^5i.0Sat deze rij wordt verwijderd door het vallen in de tussenruimte, wat van groot belang is aangezien anders zo'n rij het overbrengen van op de tweede transportband gelegen verdere rijen voorwerpen naar de dwarstransport-30 band zou blokkeren.
Bij een inrichting, waarbij het afvoereind van de eerste transportband een ten opzichte van de bewegingsrichting voorste omleidorgaan en een daarachter gelegen en daarmee gekoppeld achterste om-leidorgaan voor de band omvat, zodat in deze band een lus wordt gevormd 35 tussen deze omleidorganen, en deze omleidorganen op een in de lengterichting verplaatsbare wagen of slede zijn gemonteerd die is verbonden met aandrijfmiddelen, worden deze aandrijfmiddelen volgens de uitvinding gevormd door een om een loodrecht op de verplaatsingsrichting staande as roteerbare kruk-orgaan waarvan het op een afstand van deze as gelegen aan- 8301506 -5- 4 % grijppunt draaibaar is verbonden met een arm die nabij het andere eind draaibaar in aangrijping is met de slede.
Bij voorkeur is daarbij de afstand tussen het genoemde aangrijppunt van het krukorgaan en de as veranderbaar, voor het 5 veranderen van de slaglengte, en is het aangrijpingspunt van de arm met de slede langs deze arm veranderbaar, voor het instellen van de uitgangs-1 stand.
Op eenvoudige wijze kunnen daarbij de aandrijf-middelen geschikt worden gemaakt voor het verkrijgen van de aanvullende 10 beweging van het opneemeinddeel van de tweede transportband, vanuit de uitgangsstand daarvan, naar een ingetrokken stand, doordat de arm tussen s de, door het krukorgaan en de slede gevormde delen wordt gevormd door een zuiger-cilindersamenstel waarvan de cilinder met het ene deel en de zuiger-stang met het andere deel draaibaar is verbonden.
15 De uitvinding wordt nader beschreven onder ver wijzing naar het in de tekening getoonde uitvoeringsvoorbeeld, waarin: figuur 1 in bovenaanzicht schematisch een inrichting volgens de uitvinding weergeeft, figuur 2 een aanzicht is in de richting van de 20 pijl II in figuur 1.
figuur 3 een aanzicht is in de richting van de pijl III in figuur 1.
figuur 4- :in bovenaanzicht de aandrijfmiddelen volgens de uitvinding schematisch weergeeft, 25 figuur 5 een andere uitvoeringsvorm van de aan- drijfmiddelen toont, en figuur 6 nog een andere uitvoeringsvorm van de aandrijfmiddelen weergeeft.
Zoals getoond in figuur 1 omvat de inrichting 30 een toevoer-transportband 1 waarop rijen voorwerpen 2 vanuit een niet getoonde bereidingsinrichting worden toegevoerd. Bij deze transportband is een richtmechanisme 3 aangebracht dat een om de scharnierpunten 4- op en neer zwaaibare richtlineaal 5 omvat, die normaal zich in de omhoog geklapte stand bevindt maar telkens wanneer de lichtstraal van de fotocellen 35 6 wordt onderbroken door een rij voorwerpen, tot vlak boven de transportband 1 naar beneden zwaait en voor een kort moment in deze stand blijft, zodat een voorwerp zoals getoond bij 2a dat buiten de rij ligt en dat de lichtstraal het eerst onderbrak in de rij wordt teruggeschoven, zodat een goed gerichte rij wordt gevormd. De transportband 1 heeft een afvoereind- 830 1 50 6 i v -6- deel 1' (zie figuur 2a) dat over de dwarstransportband 7 reikt, en dat een voorste omleidorgaan 8 en een daarachter gelegen achterste omleidor-gaan 9 omvat, welke omleidorganen 8 en 9 op een niet getoonde, in de lengterichting verplaatsbare wagen of slede zijn gemonteerd. Op deze wijze 5 kan het afvoereinddeel 1' van de in figuur 2a getoonde uitgangsstand naar de in figuur 2b getoonde ingetrokken stand1 worden verplaatst. Met 10 is een plaatsvast omleidorgaan aangegeven.
Achter de eerste transportband 1 is een eerste tussentransportband 11 gelegen, waarvan het opneemeinddeel over de plaats-10 vaste omleidorganen 12, 13 en 14 is geleid, zodat dit opneemeinddeel aansluit op het afvoereinddeel 1' van de eerste transportband 1, wanneer dit afvoereinddeel 1' zich in de, in figuur 2a getoonde uitgangsstand bevindt. Het niet getoonde afvoereinddeel van de eerste tussentransportband 11 is op dezelfde wijze uitgevoerd als het afvoereinddeel 1’ van de eerste 15 transportband 1, waarbij onder dit afvoereinddeel eveneens een dwarslopende transportband, overeenkomend met de dwarstransportband 7, is gelegen.
Boven het, zich in de uitgangsstand bevindende afvoereinddeel 1' van de eerste transportband 1 zijn twee op een afstand van elkaar gelegen foto-electrische cel-samenstellen 15 en 16 aangebracht, 20 terwijl boven de dwarstransportband 7 een diagonaals gericht foto-electrische cel-samenstel 17 aanwezig is, zoals getoond in het bovenste deel van figuur 2a, waarin een bovenaanzicht van het, zich onder het afvoereinddeel 1' bevindende deel van de dwarstransportband 7 is weergegeven.
Bij het in werking zijn, worden rijen voorwerpen 2 25 op de eerste transportband 1 aangevoerd en door de richtinrichting 3 eventueel gericht. Zo'n rij voorwerpen onderbreekt dan de lichtstraal van de foto-electrische cel 15, en wanneer daarna geen van de achterkanten van deze voorwerpen naar achteren uitsteekt voorbij deze lichtstraal en nog geen van de voorkanten van deze rij voorwerpen de lichtstraal van de foto-30 electrische cel 16 heeft onderbroken, zodat na het onderbreken van de lichtstraal van de foto-electrische cel 15, beide lichtstralen 15 en 16 ongehinderd zijn, dan is zo'n rij 2' in figuur 2a goed gericht tussen de foto-electrische cellen 15 en 16 aangekomen. Is op dat moment ook de dwarstransportband 7 gereed voor het opnemen van voorwerpen, waarbij in de 35 eerste plaats het onder de eerste transportband gelegen deel van deze dwarstransportband vrij van voorwerpen moet zijn, wat wordt aangegeven door de foto-electrische cel 17, doordat de lichtstraal daarvan niet is onderbroken, dan wordt het afvoereinddeel 1' van de eerste transportband 1 in de ingetrokken stand (figuur 2b) gebracht, zodat de rij voorwerpen 2' 8301506 V i -7- op de dwarstransportband valt. Daarna wordt het afvoereinddeel 1' weer in de uitgangsstand gebracht. De dan voorste rij voorwerpen 2" op de transportband 1 wordt vervolgens overgebracht op de eerste tussentransportband 11, omdat de dwarstransportband nog niet gereed is voor het opnemen van 5 deze rij. De rij voorwerpen 2'1 wordt vervolgens op dezelfde wijze als hierboven beschreven op de volgende niet getoonde dwarstransportband bij het afvoereind van de transportband 11 overgebracht.
Er kunnen al naar gelang de behoefte één of meerdere tussentransportbanden 11 achter elkaar, met bijbehorende dwarstransport-10 banden zijn aangebracht.
De laatste tussentransportbandjwerkt samen met een uitloop- of tweede transportband 20 (zie ook figuur 3). Het afvoereinddeel 19' van de transportband 19 is op dezelfde wijze als de eerste transportband over de omleidorganen 8', 9' en 10' geleid, waarbij de omleidorganen 15 8’ en 9' op een in de lengterichting verschuifbare slede zijn gemonteerd, zodat het afvoereinddeel 19' van de in figuur 3a getoonde uitgangsstand in de in figuur 3b getoonde ingetrokken stand fweer terug kan worden gebracht. Op dezelfde wijze is ook een dwarstransportband 21 aanwezig met het foto-electrische cel-samenstel 17' wat overeenkomt met het samenstel 20 17. Ook zijn met de foto-electrische cel-samenstellen 15 en 16 overeenkomende samenstellen 15' en 16' aangebracht, terwijl bovendien een diagonaals gericht foto-electrische cel-samenstel 22 (zie figuur 1) boven het voorste einddeel van de transportband 19 is aangebracht.
De uitlooptransportband 20 heeft een opneemeinddeel 25 20' dat om de met elkaar gekoppelde omleidorganen 23 en 2b is geleid en vervolgens om het plaatsvaste omleidorgaan 25. De omleidorganen 23 en 2b zijn bijvoorbeeld op een slede gemonteerd die verplaatsbaar is in de langsrichting van de transportband 20. Op deze wijze kan het opneemeinddeel 20' van de in figuur 3a getoonde uitgangsstand in een in figuur 3d 30 getoonde uitgezette stand, en bovendien in een in figuur 3g getoonde ingetrokken stand worden gebracht. Verder is een afvoer-glijbaan 26 tussen de transportbanden 19 en 20 en naast de dwarstransportband 21 aangebracht.
De dwarstransportband 21 leidt bijvoorbeeld naar een reserveverpakkingsmachine, zodat slechts rijen voorwerpen 2 op de trans-35 portband 19 aankomen, wanneer bijvoorbeeld een verpakkingsmachine aan het eind van één van de dwarstransportbanden 7 in ongerede is geraakt of wanneer om de een of andere reden zo'n dwarstransportband 7 zelf niet in staat is geweest een rij voorwerpen op te nemen. Dan worden de rijen voorwerpen 2 op dezelfde wijze als hiervoor beschreven voor de transport- 8301506
* L
-8- band 1, op de dwarstransportband 21 gebracht doordat telkens het afvoer-einddeel 19' in de ingetrokken stand (figuur 3b) wordt gebracht, nadat het goed gericht zijn van zo'n rij door de foto-electrische celsamenstellen 15' en 16' is aangegeven.
5 Is echter, om de een of andere reden, de dwarstrans- portband 21 niet in staat zo'n rij voorwerpen op te nemen, dan wordt zo'n rij voorwerpen 2'" door de transportband 20 overgenomen (figuur 3c) waarbij deze transportband 20 slechts over zo'n betrekkelijk korte afstand in de met de pijl aangegeven hoofdtransportrichting gaat lopen, dat dit voor-10 werp 2''' net wordt overgenomen, waarna de band 20 stopt. Moet daarna of na enige tijd weer een rij voorwerpen door de transportband 20 worden overgenomen, dan gaa.t deze weer in de genoemde richting over een korte afstand lopen, zodat rijen voorwerpen tijdelijk op de transportband 20 worden opgeslagen.
15 Is het euvel verholpen, zodat alle op de eerste trans portband 1 aankomende voorwerpen weer normaal via de dwarstransportbanden 7 naar de verschillende verpakkingsmachines worden gebracht, dan zal op een bepaald moment de transportband 19 vrij zijn van voorwerpen, wat door het foto-electrische celsamenstel 22 wordt aangegeven. Het afvoereinddeel 20 19' van de transportband 19 wordt dan in de ingetrokken stand gebracht waarna het opneemeinddeel 20' van de transportband 20 in de· uitgezette stand wordt geschoven (zie figuur 3d) zodat dit einddeel 20' over de dwarstransportband 21 heen komt te liggen. Wanneer dan de dwarstransportband 21 gereed is voor het opnemen van voorwerpen en een goed gerichte 25 rij voorwerpen 2'1' tussen de foto-electrische celsamenstellen 15' en 16' is aangekomen doordat de transportband 20 intussen in de richting tegengesteld aan de hoofdtransportrichting is gaan lopen, zodat het opneemeinddeel 20' afvoereinddeel is geworden, dan wordt dit einddeel 20' weer in de uitgangsstand gebracht (figuur 3e) waardoor de rij 2'M op de dwars-30 transportband 21 valt terwijl tevens de transportband 20 wordt gestopt. Daarna kan het einddeel 20' weer in de uitgezette stand (figuur 3d) worden geschoven en vervolgens weer in de uitgangsstand (figuur 3e) voor het op de dwarstransportband 21 overbrengen van een volgende rij voorwerpen Zuit enzovoorts totdat alle rijen voorwerpen op de transportband 20 zijn ver-35 wijderd.
Mocht echter op een bepaald moment de dwarstransportband 21 nog niet vrij zijn, dan stopt de transportband 20 en blijft in de stand aangegeven in figuur 3d totdat de dwarstransportband 20 gereed is, waarna het einddeel 20' in de uitgangsstand wordt gebracht zodat een 8301506 I * -intussen de foto-electrische celsamenstellen 15' en Ié' gelegen rij voorwerpen op de dwarstransportband 21 kan vallen.
De transportband 20 dient dus als een tijdelijke opslag voor rijen voorwerpen die niet op de dwarstransportband 21 konden 5 worden overgebracht, terwijl deze band tevens in staat is de daarop liggende rijen voorwerpen op de dwarstransport 21 over te brengen.
Het is daarbij van het allergrootste belang dat al deze op de transportband 20 tijdelijk opgeslagen rijen voorwerpen goed gericht zijn, aangezien een niet goed gerichte rij, wanneer deze tussen 10 de foto-electrische celsamenstellen 15’en 16' komt, één van de licht- ________________ stralen blijvend zal onderbreken met als gevolg dat deze rij niet op de dwarstransportband 21 kan vallen, daar het einddeel 20' dan niet naar de uitgangsstand wordt teruggebracht.
Om te voorkomen dat niet goed gerichte rijen voor-15 werpen op de transportband 20 komen, wordt zo'n rij afgevoerd. Daartoe wordt bij aankomst van zo'n rij 2*?w(zie figuur 3f) op de transportband 19 tussen de foto-electrische celsamenstellen 15' en 16', waarbij dus één van de lichtstralen, in figuur 3f de lichtstraal van de foto-electrische cel 15',onderbroken blijft?^het moment dat ook de lichtstraal van de 20 foto-electrische cel 16' wordt onderbroken, het einddeel 20' van de transportband 20 in een ingetrokken stand (figuur 3g) gebracht, zodat de rij voorwerpen ^van de transportband 19 afvalt en langs de afvoerglijbaan 26 wordt afgevoerd.
In figuur 4 is schematisch in bovenaanzicht het 25 aandrijfmechanisme voor het verplaatsen van het einddeel 19' van de transportband 19 en het einddeel 20' van de transportband 20 getoond. De omleidorganen 8' en 9' zijn gemonteerd op een schuifplaat 27 die door de schuifstangen 28 verschuifbaar wordt ondersteund. Een arm 29 is draaibaar om het punt 30 met de schuifplaat 27 verbonden, waarbij het draaipunt 30 30 verstelbaar is langs de in de plaat 27 aangebrachte gleuf 31, waardoor de stand van de omleidorganen 8' en 9' kan worden veranderd. Bij het andere eind is de arm 29 draaibaar verbonden met de kruk 32 door middel van het draaipunt 33 dat in een in de kruk 32 gevormde gleuf verplaatsbaar is voor het veranderen van de slaglengte van de kruk. De kruk 32 wordt tot 35 rotatie aangedreven door middel van de motor met reductiekast 34·, zodat bij elke omwenteling van de kruk 32 het einddeel 19' van de transportband 19 van de in figuur 3a getoonde uitgangsstand in de in figuur 3b getoonde ingetrokken stand en weer in de uitgangsstand wordt gebracht.
De omleidorganen 23 en 24 zijn gemonteerd op de 8301506
J X
-10- t schuifplaat 35 die door de schuifstangen 36 verschuifbaar wordt ondersteund. Aan de schuifplaat 35 is een zuiger-cilindersamenstel 37, om het punt 38 draaibaar bevestigd, waarbij het draaipunt 38 langs de in de plaat 35 aangebrachte gleuf 39 verschuifbaar is voor het instellen van de uit-5 gangsstand van het einddeel 20' van de transportband 20. Bij het andere eind is het zuiger-cilindersamenstel 37 draaibaar om het punt 40 verbonden met een kruk 41, waarbij het draaipunt 40 langs een in de kruk 41 gevormde gleuf kan worden verplaatst voor het veranderen van de slaglengte van de kruk. De kruk 41 is gemonteerd op een motor met reductiekast 42, zodat bij 10 de in figuur 4 getoonde kleinste lengte van het zuiger-cilindersamenstel 37, bij elke omwenteling van de kruk 41 het einddeel 20' van de in figuur 3a getoonde uitgangsstand naar de in figuur 3g getoonde ingetrokken stand en weer in de uitgangsstand wordt gebracht. Wanneer echter het zuiger-cilindersamenstel 37 wordt uitgezet dan wordt het einddeel 20' bij elke 15 omwenteling van de kruk 41 van de in figuur 3a getoonde uitgangsstand naar in figuur 3d getoonde uitgezette stand en weer in de uitgangsstand gebracht.
Het spreekt vanzelf dat het in het linkerdeel van figuur 4 getoonde aandrijfmechanisme ook kan worden toegepast voor het van de uitgangsstand in de ingetrokken stand en weer in de uitgangsstand 20 brengen van het einddeel 1' van de transportband 1 en van de afvoereind-delen van de tussentransportbanden 11 kan worden toegepast.
In figuur 5 is een andere uitvoeringsvorm van de aangrijping van een kruk 43 met een langs de schuifstangen 44 verschuifbare schuifplaat 45 getoond. Hierbij is een in wezen T-vormig tussenstuk 46 25 aanwezig, dat op de schuifplaat 45 is bevestigd door middel van het in de gleuf 47 van het tussenstuk 46 grijpend vastzetorgaan 48, zodat door het lossen van het vastzetorgaan 48 en het schuiven van de schuifplaat 45 en het weer vastzetten van het vastzetorgaan 48 de uitgangsstand van de schuifplaat 45 kan worden veranderd. Het tussenstuk 46 is voorzien van een dwars-30 gleuf 49 waarin een pen 50 steekt die is verbonden met het krukorgaan 43, waarbij de stand van de pen 50 ten opzichte van het krukorgaan 43 kan worden gewijzigd door een verschuiving in de gleuf 51, voor het veranderen van de slaglengte. De kruk 43 is weer gemonteerd op een motor met reductiekast 52.
35 In figuur 6 is een wijziging van de in figuur 5 getoonde uitvoeringsvorm weergegeven. Hierbij heeft het tussenstuk 46’ een schuin lopend hoofddeel waarin een ongeveer sinuslijnvormige gleuf 49' is gevormd. In figuur 6 zijn alle onderdelen die funktioneel overeen- 8301506 -11- komen met de onderdelen getoond in figuur 5 met het zelfde verwijzings-cijfer echter met toevoeging van een accentteken aangegeven.
Door de uitvoeringsvormen volgens de figuren 5 en 6 kunnen de tijdens het in werking zijn optredende snelheden en ver-5 snellingen van de schuifplaten op meer gunstige wijze worden verdeeld.
8301506
Claims (7)
1. Inrichting voor het overbrengen van voorwerpen die door middel van een horizontale toevoer-transportband of soortgelijke transporteur worden toegevoerd, in op deze band gelegen, zich dwars daarover uitstrekkende, op een afstand van elkaar gelegen rijen, naar ten 5 minste één ten opzichte van de toevoer-transportband dwars lopende transportband, omvattende een eerste, in dezelfde richting als de toevoer-transportband lopende horizontale transportband waarvan het afvoereinddeel in de uitgangsstand daarvan boven de dwarstransportband is gelegen en deze in wezen overdekt, en een tweede daarop aansluitende transportband, zodat 10 de voorwerpen van de eerste op de tweede transportband kunnen worden overgebracht waarbij het afvoereinddeel van de eerste transportband in de lengterichting beweegbaar is tussen de genoemde uitgangs- en een ingetrokken stand, in welke ingetrokken stand het afvoereind van de eerste transportband op een afstand van het opneemeind van de tweede transportband en 15 tennaastebij boven de naar de eerste transportband gerichte zijkant van de dwarstransportband ligt, zodat de voorwerpen vanaf de eerste transportband op deze dwarstransportband kunnen vallen, terwijl middelen aanwezig zijn die in aanspreking op de aanwezigheid van voorwerpen in een goed gerichte rij op het, zich in de uitgangsstand boven de dwarstransportband bevindende 20 afvoereinddeel van de eerste transportband en het gereed zijn van de dwarstransportband, het afvoereinddeel van de eerste transportband kunnen doen bewegen van de genoemde uitgangsstand naar de ingetrokken stand en weer terug naar de uitgangsstand, met het kenmerk, dat de tweede transportband zich in horizontale richting uitstrekt en tot voortbeweging 25 zowel in de ene als in de andere richting kan worden aangedreven en het opneemeinddeel van de tweede transportband in de lengterichting tot een over de dwarstransportband heen liggende uitgezette stand, en weer terug in de uitgangsstand kan worden verplaatst, waarbij het opneemeind van deze band, in de uitgezette stand van het opneemeinddeel daarvan naast het af-30 voereind van de eerste transportband in den^e^f°^estand daarvan en tennaastebij boven de naar de eerste transportband gerichte zijkant van de dwarstransporteur ligt, en eerste middelen aanwezig zijn die in aanspreking op de aanwezigheid van een goed gerichte rij voorwerpen op het afvoereinddeel van de eerste transportband in de uitgangsstand daarvan en 35 het niet gereed zijn van de dwarstransportband, de tweede transportband 8301506 -13- Λ V over een bepaalde afstand in de hoofdtransportrichting doen voortbewegen voor het overnemen van deze rij voorwerpen door de tweede transportband en tweede middelen die in aanspreking op het vrij van voorwerpen zijn van het voorste deel met een bepaalde lengte van de eerste transportband, het 5 afvoereinddeel daarvan doen intrekken tot de ingetrokken stand en het opneemeinddeel van de tweede transportband tot over de dwarstransportband doen uitzetten tot in de uitgezette stand en deze transportband in de aan de hoofdtransportrichting tegengestelde richting doen voortbewegen, en derde middelen die daarna in aanspreking op de aanwezigheid van een rij 10 goed gerichte voorwerpen op dit einddeel en het gereed zijn van de dwarstransportband, dit einddeel doen intrekken naar de uitgangsstand en de tweede band doen stoppen zodat de rij voorwerpen op de dwarstransportband kunnen vallen en vervolgens de tweede band weer doen lopen in de tegengestelde richting en het einddeel weer doen uitzetten, indien het 15 genoemde voorste deel van de eerste transportband nog steeds vrij van voorwerpen is, welke derde middelen bij het niet gereed zijn voor de dwarstransportband de tweede transportband slechts doen stoppen.
2. Inrichting volgens conclusie l,met het kenmerk, dat het opneemeinddeel van de tweede transportband bovendien in 20 de lengterichting vanuit de uitgangsstand tot in een ingetrokken stand kan worden verplaatst in welke stand het eind van dit einddeel zich op een zodanige afstand van het afvoereind van de eerste transportband in de uitgangsstand daarvan bevindt, dat voorwerpen op deze eerste transportband in de daardoor gevormde tussenruimte kunnen vallen, en middelen aanwezig zijn 25 die in aanspreking op het aanwezig zijn van een niet goed gerichte rij voorwerpen op het afvoereinddeel van de eerste transportband, het opneemeind van de tweede transportband naar de genoemde ingetrokken stand doen bewegen en de tweede transportband in de hoofdrichting doen lopen.
3. Inrichting volgens conclusies 1 of 2 waarbij meerdere 30 dwars-transportbanden aanwezig zijn waarover de door de toevoer-transport- band aangevoerde voorwerpen moeten worden verdeeld, met het kenmerk, dat de genoemde eerste transportband wordt gevormd door de toe-voertransportband en tussen deze transportband en de tweede transportband een aantal tussen-transportbanden is gelegen die alle in eikaars verlengde 35 liggen en die elk zijn voorzien van een vaststaand opneemeind en een over een dwarstransportband reikend afvoereinddeel dat in de lengterichting heen en weer beweegbaar is, op dezelfde wijze als bij de eerste transportband, zodat het afvoereind van de eerste transportband samenwerkt met het opneemeind van de daarnaast liggende tussentransportband en het afvoereind van 8301506 -JA- de laatste tussentransportband samenwerkt met het opneemeind van de tweede transportband.
4·. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het af-voereind van de eerste transportband een ten opzichte van de bewegings-5 richting voorste omleidorgaan en een daarachter gelegen en daarmee gekoppeld achterste omleidorgaan voor de band omvat, zodat in deze band een lus wordt gevormd tussen deze omleidorganen, en deze omleidorganen op een in de lengterichting verplaatsbare wagen of slede zijn gemonteerd die is verbonden met aandrijfmiddelen, met het kenmerk, dat de aan-10 drijfmiddelen worden gevormd door een om een loodrecht op de verplaatsings-richting staande as roteerbaar kruk-orgaan waarvan het op een afstand van deze as gelegen aangrijppunt draaibaar is verbonden met een arm die nabij het andere eind draaibaar in aangrijping is met de slede.
5. Inrichting volgens conclusie 4, m e t het 15 kenmerk, dat de afstand tussen het genoemde aangrijppunt van het krukorgaan en de-as veranderbaar is voor het veranderen van de slaglengte.
6. Inrichting volgens conclusies 4· of 5, met het kenmerk, dat het aangrijppunt van de arm met de slede langs de arm veranderbaar is, voor het instellen van de uitgangsstand.
7. Inrichting volgens conclusies 2-6, met het kenmerk, dat de arm, tussen de door het krukorgaan en de slede gevormde delen wordt gevormd door een zuiger-cilindersamenstel waarvan de cilinder met het ene deel en de zuigerstang met het andere deel draaibaar is verbonden. 8301506
Priority Applications (3)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL8301506A NL8301506A (nl) | 1983-04-28 | 1983-04-28 | Inrichting voor het overbrengen van op een transportband toegevoerde rijen voorwerpen op een dwarslopende transportband. |
| DE8484200587T DE3460390D1 (en) | 1983-04-28 | 1984-04-25 | Apparatus for transferring rows of articles delivered by a conveyor belt to a transversely extending conveyor belt |
| EP84200587A EP0124177B1 (en) | 1983-04-28 | 1984-04-25 | Apparatus for transferring rows of articles delivered by a conveyor belt to a transversely extending conveyor belt |
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL8301506 | 1983-04-28 | ||
| NL8301506A NL8301506A (nl) | 1983-04-28 | 1983-04-28 | Inrichting voor het overbrengen van op een transportband toegevoerde rijen voorwerpen op een dwarslopende transportband. |
Publications (1)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL8301506A true NL8301506A (nl) | 1984-11-16 |
Family
ID=19841776
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL8301506A NL8301506A (nl) | 1983-04-28 | 1983-04-28 | Inrichting voor het overbrengen van op een transportband toegevoerde rijen voorwerpen op een dwarslopende transportband. |
Country Status (3)
| Country | Link |
|---|---|
| EP (1) | EP0124177B1 (nl) |
| DE (1) | DE3460390D1 (nl) |
| NL (1) | NL8301506A (nl) |
Families Citing this family (26)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| IT1241263B (it) * | 1990-06-28 | 1993-12-29 | Hitech Systems S.R.L. | Impianto per lo smistamento di prodotti a macchine confezionatrici o inscatolatrici. |
| CH685990A5 (de) * | 1994-06-28 | 1995-11-30 | Grapha Holding Ag | Einrichtung zum seitlichen Umlenken eines Produktestromes. |
| US5499719A (en) * | 1995-02-13 | 1996-03-19 | Formax, Inc. | Takeaway/correction conveyor system for food product machine |
| NL1006370C2 (nl) | 1997-06-20 | 1998-12-22 | Kloeckner Haensel Tevopharm | Transportinrichting voor het versnellen van een reeks producten. |
| EP0885823A1 (en) | 1997-06-20 | 1998-12-23 | Klöckner Hänsel Tevopharm B.V. | Conveyor device for accelerating a series of products |
| DE60314615D1 (de) * | 2003-07-10 | 2007-08-09 | Den Berg Machb Blokker B V Van | Verfahren und Vorrichtung zum Verpacken von Blumensträussen in Hüllen |
| NL1031861C2 (nl) | 2006-05-23 | 2007-11-26 | Buhrs Zaandam Bv | Transporteursamenstel met uitwerpvoorziening, een documentverwerkingslijn voorzien van een dergelijk transporteursamenstel, alsmede een werkwijze om producten uit te werpen. |
| CN101279669B (zh) * | 2008-03-03 | 2010-06-23 | 北京航空航天大学 | 一种平面自动位移控制装置 |
| TWI398307B (zh) * | 2009-07-09 | 2013-06-11 | Chan Li Machinery Co Ltd | Detection and screening device and its detection and screening method |
| WO2011021056A1 (en) * | 2009-08-17 | 2011-02-24 | Glidepath Limited | Modified conveyor |
| US8833546B2 (en) | 2009-09-09 | 2014-09-16 | Chan Li Machinery Co., Ltd. | Web product sorting machine |
| ITAR20120011A1 (it) * | 2012-04-06 | 2013-10-07 | Tiber Pack S R L | Apparecchiatura per la stratificazione incrociata di prodotti in imballi del tipo carton box o similari, e relativo procedimento. |
| DE102014202087A1 (de) * | 2014-02-05 | 2015-08-06 | Loesch Verpackungstechnik Gmbh | Vorrichtung und Verfahren zum Aufteilen eines Stroms stückiger Produkte |
| CN104444315A (zh) * | 2014-11-28 | 2015-03-25 | 苏州晟成光伏设备有限公司 | 太阳能电池板90°换向装置 |
| CN104495326A (zh) * | 2014-11-28 | 2015-04-08 | 苏州晟成光伏设备有限公司 | 太阳能电池板90°换向方法 |
| CN104495327A (zh) * | 2014-11-28 | 2015-04-08 | 苏州晟成光伏设备有限公司 | 具有缓存功能的90°换向装置 |
| DK201570567A1 (en) * | 2015-08-31 | 2016-08-29 | Marel Iceland Ehf | System for conveying food items and packing the food items at a plurality of packing areas |
| CN107472760B (zh) * | 2017-07-31 | 2023-03-24 | 北京巴龙机电科技有限公司 | 全自动物料分类回收装置 |
| CN107720115A (zh) * | 2017-09-20 | 2018-02-23 | 合肥小樱桃科技有限公司 | 一种伸缩履带式输送线 |
| CN111071727A (zh) * | 2020-01-02 | 2020-04-28 | 无锡职业技术学院 | 一种物料分料输送装置 |
| JP7394385B2 (ja) * | 2020-03-02 | 2023-12-08 | 株式会社日本キャリア工業 | 物品載置装置 |
| CH719753A1 (de) * | 2022-06-03 | 2023-12-15 | Ferag Ag | Transportvorrichtung zum Transport und Beabstanden von Stückgütern. |
| EP4166485A1 (de) * | 2021-10-08 | 2023-04-19 | Ferag Ag | Transportvorrichtung |
| US20230303338A1 (en) * | 2022-03-23 | 2023-09-28 | Berkshire Grey Operating Company, Inc. | Buffering systems and methods for dynamic processing of objects |
| CN115092449B (zh) * | 2022-07-22 | 2024-04-12 | 湖南楠海科技有限公司 | 一种智能调度转运机及运输方法 |
| GB2628201A (en) * | 2023-08-31 | 2024-09-18 | Illinois Tool Works | Contacting cleaning system |
Family Cites Families (6)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| DE1238834B (de) * | 1963-05-09 | 1967-04-13 | Sapal Plieuses Automatiques | Vorrichtung zum selbsttaetigen Verteilen von flachen, auf einem Transportstrang ankommenden, leicht zerbrechlichen Gegenstaenden, insbesondere Schokoladetafeln, auf mehrere Verpackungsmaschinen |
| DE1906366A1 (de) * | 1969-02-08 | 1971-06-09 | Winkler Duennebier Kg Masch | Vorrichtung zum Zufuehren von Tafel od.dgl.aus Schokolade od.dgl.zu einer Verpackungsmaschine |
| SE412364B (sv) * | 1976-10-22 | 1980-03-03 | Mekano Verkstads Ab | Anordning for hastighetsreglering av flodet av foremal i en maskinanleggning |
| IT1082516B (it) * | 1977-01-25 | 1985-05-21 | Bruno & Co Alisyncro | Impianto per la distribuzione di prodotti alimentari particolarmente dolciari ad un a pluralita di stazioni di confezionamento poste in serie |
| DE2831323C2 (de) * | 1978-07-17 | 1982-06-16 | Otto Hänsel GmbH, 3000 Hannover | Übergabevorrichtung für auf einem umlaufenden endlosen Zuführband in Querreihen ankommende Gegenstände, insbesondere Süßwarenteile wie Schokoladetafeln- oder riegel, Pralinen usw., an mindestens zwei Verarbeitungsstellen |
| GB2029353B (en) * | 1978-09-06 | 1982-08-11 | Baker Perkins Holdings Ltd | Apparatus for feeding articles to pakaging machines |
-
1983
- 1983-04-28 NL NL8301506A patent/NL8301506A/nl not_active Application Discontinuation
-
1984
- 1984-04-25 EP EP84200587A patent/EP0124177B1/en not_active Expired
- 1984-04-25 DE DE8484200587T patent/DE3460390D1/de not_active Expired
Also Published As
| Publication number | Publication date |
|---|---|
| EP0124177B1 (en) | 1986-07-30 |
| DE3460390D1 (en) | 1986-09-04 |
| EP0124177A1 (en) | 1984-11-07 |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| NL8301506A (nl) | Inrichting voor het overbrengen van op een transportband toegevoerde rijen voorwerpen op een dwarslopende transportband. | |
| US4756400A (en) | Product supply system for accumulation packaging machine | |
| US4282964A (en) | Article transfer device | |
| US3979878A (en) | Container accumulating apparatus | |
| EP0623535B1 (en) | Apparatus for transporting solid masses | |
| AU3790293A (en) | Continuous motion cartoner assembly | |
| US4678074A (en) | Apparatus for separating objects (packages) from a continuous row of objects | |
| CN108996141A (zh) | 木条上料机 | |
| US7243484B2 (en) | Apparatus and method for loading a packaging station of an insulation batt packager | |
| US3659726A (en) | Palletizing apparatus | |
| NL9001737A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het toevoeren van flessen en dergelijke. | |
| JPH0314415A (ja) | 容器等の整列方法とその装置 | |
| DE69324462T2 (de) | Vorrichtung zum ordnen von verpackungsbeuteln | |
| US4732256A (en) | Storage unit for a conveyor system | |
| US5758474A (en) | Apparatus for loading stacked article groups into cartons | |
| US4294347A (en) | Automatic accumulating lift and carry transfer mechanism | |
| US5230201A (en) | Block filling apparatus | |
| US4282970A (en) | Oscillating-accumulating conveyor | |
| NL8600225A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het verpakken van eieren of soortgelijke kwetsbare voorwerpen. | |
| US4967541A (en) | Horizontal wrapping machine with improved article infeed system | |
| DE3128131A1 (de) | Vorrichtung zum transport von verpackungen | |
| US5072575A (en) | Method of feeding articles into a horizontal wrapping machine | |
| EP3144254A1 (de) | Sammeleinrichtung für einen förderer | |
| US5070679A (en) | Horizontal wrapping machine with improved article infeed system | |
| JP3767757B2 (ja) | 各種商品の自動集積装置 |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| A1B | A search report has been drawn up | ||
| A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
| BV | The patent application has lapsed |