NL7905738A - Rietmolen en installatie voor het winnen van suiker uit suikerriet. - Google Patents
Rietmolen en installatie voor het winnen van suiker uit suikerriet. Download PDFInfo
- Publication number
- NL7905738A NL7905738A NL7905738A NL7905738A NL7905738A NL 7905738 A NL7905738 A NL 7905738A NL 7905738 A NL7905738 A NL 7905738A NL 7905738 A NL7905738 A NL 7905738A NL 7905738 A NL7905738 A NL 7905738A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- cylinder
- mill
- juices
- reed
- inlet
- Prior art date
Links
Classifications
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C13—SUGAR INDUSTRY
- C13B—PRODUCTION OF SUCROSE; APPARATUS SPECIALLY ADAPTED THEREFOR
- C13B10/00—Production of sugar juices
- C13B10/02—Expressing juice from sugar cane or similar material, e.g. sorghum saccharatum
- C13B10/04—Expressing juice from sugar cane or similar material, e.g. sorghum saccharatum combined with imbibition
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C13—SUGAR INDUSTRY
- C13B—PRODUCTION OF SUCROSE; APPARATUS SPECIALLY ADAPTED THEREFOR
- C13B10/00—Production of sugar juices
- C13B10/02—Expressing juice from sugar cane or similar material, e.g. sorghum saccharatum
- C13B10/06—Sugar-cane crushers
Landscapes
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Biochemistry (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- Apparatuses For Bulk Treatment Of Fruits And Vegetables And Apparatuses For Preparing Feeds (AREA)
- Crushing And Grinding (AREA)
- Non-Alcoholic Beverages (AREA)
Description
*' 4 } vo 8172
Fives-Cail Babcock Sociêtê Anonyme.
Parijs, Frankrijk.
Rietmolen en installatie voor het vinnen van suiker uit suikerriet.
De uitvinding beeft betrekking op bet door druk vinnen van suiker uit suikerriet met bebulp van een molenbatterij met imbibitie van bet uitgeperste suikerriet tussen de molens.
Het is bekend, dat de imbibitie de vinning verbetert, vaarbij de 5 toeneming groter is naarmate de imbibitie aanzienlijker is, althans binnen bepaalde grenzen. Indien echter de gemonteerde inrichtingen bet nodig maken, dat bet uitgeperste suikerriet een te grote hoeveel-• beid vloeistof behoudt, kan dit niet vorden aangegrepen door cilinders van de molens, en moeten voor deze molens aanvoerstelsels vorden voor-. 10 zien.
Een dergelijk aanvoerstelsel vordt bijvoorbeeld gevormd door twee cilinders, die een druk uitoefenen op de uitgeperste rietlaag voor het daaruit vinnen van een gedeelte van de vloeistof, waarmede deze is geimbibeerd, en door een gesloten stroomgoot, die de uitlaat 15 van de twee cilinders verbindt met de inlaat van een gebruikelijke molen met drie cilinders. Deze oplossing is kostbaar en vereist een niet te verwaarlozen aanvullend, vermogen. Bovendien wordt de onderlinge .· afstand van de cilinders geregeld als functie van een gemiddelde riet-doorvoer, waarbij de optimum resultaten slechts voor deze door-20 voer worden bereikt. Indien de rietdoorvoer verandert, en in het bij zonder wanneer deze aanzienlijk toeneemt, bestaat er bet gevaar van verstopping bij de inlaat van de twee cilinders en in de stroomgoot.
Een ander stelsel wordt gevormd door een aanvoercilinder, die samenwerkt met de bovenste cilinder van een gebruikelijke molen met drie 25 cilinders, en door een rietperser, die tussen de aanvoercilinder en de inlaatcilinder van de molen is geplaatst. Gewoonlijk beeft deze aanvoercilinder een kleine diameter, waarbij de doeltreffendheid daarvan is beperkt. Voorgesteld is aan deze aanvoercilinder een diameter te geven, die in hoofdzaak gelijk.is aan die van de cilinders van de molen, 30 waarbij echter rekening houdende met de plaatsing van de cilinders 7905738 2 in de gebruikelijke molens, deze cilinder zich dan op een grotere hoogte bevindt dan die van de bovenste cilinder van de molen, en het nodig is een aanvullende cilinder te voorzien, die stamprol wordt genoemd en boven de bovenste cilinder is geplaatst. Ook in dit stelsel wordt de 5 plaats van de aanvoer cilinder geregeld voor een gegeven doorvoer van uit- geperst riet, waarbij, wanneer de doorvoer verandert, de doeltreffendheid van het stelsel afneemt.
Het doel van de uitvinding is heb verwezenlijken van een rietmolen, uitgerust met een minder duur en doeltreffender aanvoerstelsel, dan de 10 bekende inrichtingen, welk aanvoerstelsel een verhoogde mate van imbibitie mogelijk maakt voor het uitgeperste suikerriet.
De onderhavige rietmolen is naast de drie gebruikelijke cilinders gekenmerkt door een vierde cilinder, die voor de bovenste cilinder is geplaatst en daarmede samenwerkt, en door boven de inlaatcilinder aan 15 een beweegbare drager gemonteerde middelen, werkzaam zijn op de drager voor het veerkrachtig drukken van de vierde cilinder naar de bovenste cilinder, door regelbare aanslagen, die de onderlinge afstand tussen deze twee cilinders begrenzen, en door een rietperser, die tussen de vierde cilinder en de inlaatcilinder is geplaatst en vast verbonden met 20 de beweegbare drager.
De vierde cilinder bevindt zich bij voorkeur ter hoogte van de bovenste cilinder en heeft in hoofdzaak dezelfde diameter. Deze plaatsing is in het bijzonder gunstig voor de aanvoer naar de molen met behulp van een vertikale stortgoot, die Donnely goot wordt genoemd, en 25 maakt het mogelijk af te zien van een stamprol.
Drukmiddelen worden bij voorkeur gevormd door hydraulische vijzels, verbonden met een bydro-pneumatische accumulator voor het uitoefenen van een vrijwel gelijkblijvende druk ondanks dikt ever ander ingen van de uitgeperste rietlaag, die verplaatsingen van de vierde cilinder veroor-30 zaken.
De opening tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder heeft een waarde tussen 1,8 en 2,5 maal die van de opening tussen de bovenste cilinder en de inlaatcilinder.
De drager van de vierde cilinder kan zijn gemonteerd aan leibanen, 35 voorzien aan het gestel van de molen, waarbij in dit geval de bewe- 7905738 4 3 gingen van de cilinder rechtlijnig zijn. De drager kan ook draaibaar zijn aan bet gestel Tan de molen rond een hartlijn, evenwijdig aan die van de cilinders, waarbij de draaihartlijn zich bij voorkeur bij het onderste gedeelte van het gestel bevindt.
5 De vierde cilinder wordt draaibaar aangedreven vanaf de bovenste cilinder van de molen met behulp van rondsels of door een onafhankelijke motor, bijvoorbeeld een hydraulische motor, waarvan de snelheid is afgeleid van de draaisnelheid van deandere cilinders.
Bij voorkeur is de stand van de riet-10 perser aan de drager van de cilinder, regelbaar. Een vast met de riet- pers verbonden scherm leidt de door druk tussen de vierde cilinder en de bovenste cilinder gewonnen sappen naar de voorkant van de molen, en voorkomt, dat deze op de inlaatcilinder vallen. Een draaiklep is gemonteerd aan de beweegbare drager, en maakt· het mogelijk deze sap-15 pen naar de verzamelaar van de molen of naar een afzonderlijke verza melaar te leiden. Dankzij deze mogelijkheid, kunnen verschillende inhibitieschema’s worden gebruikt.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm., is de bovenste cilinder gemonteerd aan twee hefbomen, die draaibaar zijn aan gestellen, die 20 de inlaat- en uitlaat cilinders dragen, waarbij de vierde cilinder is gemonteerd aan legers, gedragen door een raam, dat draaibaar is aan de gestellen rond een hartlijn, evenwijdig aan die van de cilinders, welke legers zich bevinden tussen de hefbomen en de betrokken gestellen.
25 In een installatie voor het winnen van suiker uit suikerriet, gevormd door een batterij molens, waarvan er althans een een molen is van de hiervoor beschreven soort met vier cilinders, worden de door druk gewonnen sappen tussen de bovenste cilinder en de inlaat- en uitlaatcilinders van de of elke molen met vier cilinders, op gebruike-30 lijke wijze gebruikt voor het imbiberen van het uitgeperste riet, dat de voorgaande molen voedt, gezien in de voortbewegingsrichting van het uitgeperste riet, waarbij de door druk gewonnen sappen tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder gedeeltelijk worden opgevangen gebruikt voor het imbiberen van het uitgeperste riet, dat de molen met 35 vier cilinders voedt, met de sappen, die door de uitgeperste rietlaag 7905738 t b - zijn gegaan, welke sappen zijn gehercirculeerd. Bij voorkeur worden de door druk gewonnen sappen tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder, gestort op de rietlaat, die de molen met vier cilinders voedt, op grotere afstand stroomopwaarts dan de vanaf de volgende molen af-5 komstige sappen.
Als variant worden de door druk gewonnen sappen tussen de bovenste cilinder en de inlaat— en uitlaatcilinders van de of elke molen met vier cilinders, eveneens gebruikt voor het imbiberen van het uitgeperste riet, dat de molen voedt, en op de uitgeperste rietlaag ge-10 stort verder stroomafwaarts dan de door druk gewonnen sappen tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder, welke sappen afzonderlijk worden verzameld, waarbij het imbiberen van het uit geperste riet, dat de voorgaande molen voedt, tot stand wordt gebracht door middel van sappen die door de uitgeperste rietlaag zijn gefiltreerd.
15 De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin : fig. 1 een zij-aanzicht is van de onderhavige rietmolen, fig. 2 een doorsnede toont van de montering van de vierde cilinder, 20 fig. 3 een aanzicht is van het voorste gedeelte van een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige molen, waarbij bepaalde delen in doorsnede zijn weergegeven, fig. k een doorsnede is volgens de lijn IV—IV in fig. 3, fig. 5 schematisch de onderhavige installatie toont, bestaande 25 uit een aantal onderhavige molens, en fig. 6 schematisch een andere uitvoeringsvorm toont van de installatie.
De in de fig. 1 en 2 weergegeven rietmolen omvat twee gestellen- 10., bevestigd aan een voetstuk of aan funderingen, en elk uitgerust 30 met twee legers, waarin eindtappen rusten van een inlaatcilinder 12 en een uitlaatcilinder ik. Eindtappen van de bovenste cilinder 16 zijn gemonteerd in legers, bevestigd aan twee kappen 18, die worden gevormd door haakse hefbomen, die bij 20 draaibaar zijn gemonteerd aan de gestellen 10. De cilinder 16 wordt veerkrachtig naar de cilinders 35 12 en 1U gedrukt door twee hydraulische vijzels 22, draaibaar verbonden 7905738 ·* 5 met de gestellen 10 en de kappen 18S en verbonden met een hydraulisch centrum, uitgerust met een hydro-pneumatische accumulator, die de druk in de vijzels en derhalve de op de bovenste cilinder uiigeoefen-de kracht praktisch gelijkblijvend houd: ondanks bewegingen van deze 5 bovenste cilinder. De minimum afstanden tussen de bovenste cilinder en de inlaat- en uitlaaatcilinders, worden bepaald door vulstukken, geplaatst tussen de gestellen 10 en de vrije einden van de kappen 18.
De constructie en de plaatsing van de cilinders 12, 2k en 16 zijn dezelfde als die van gebruikelijke molens met drie cilinders.
^ Een vierde cilinder 2k is gemonteerd aan een raam 26. dat draai baar is aan de gestellen 10 rond een hartlijn 27 evenwijdig aan de hartlijnen van de vier cilinders. Bij het weergegeven voorbeeld ligt deze hartlijn in lijn met de draaihartlijn van de vijzels 22 aan de gestellen 10, welke plaatsing echter niet noodzakelijk is.
15 Het raam 26 is aangebracht tussen de gestellen 10 en wordt ge vormd door twee zijwangen 28, versterkt door een dwarsbalk 30. Het raam is verbonden met de kappen 18 door twee vijzels 32, waarbij elke vijzel draaibaar is gemonteerd aan een kap en aan het gestel, en de vijzels 32 zijn verbonden met een hydro-pneumatische accumulator, die de hydraulische druk vrijwel gelijkblijvend houdt wanneer het raam 26 over een beperkte hoek draait rond de hartlijn 27.
De beweging van het raam 26 en derhalve van de cilinder 2k naar de bovenste cilinder 16 onder inwerking van de vijzels 32, wordt beperkt door verstelbare aanslagen, die bijvoorbeeld worden gevormd door ^5 schroeven, gedragen door de zijwangen van het raam 26, en die tot aanligging komen tegen de gestellen 10 of tegen de vast daarmede verbonden onderdelen.
Fig. 1 toont een schroefaanslag 29, die is geschroefd in een leislof 31, die draaibaar is gemonteerd aan de zijvang van het raam 26 30 en zich bevindt tussen de benen van een onderdeel 33 in de vorm van een gaffel, draaibaar gemonteerd aan het gestel 10, welke schroef komt aan te liggen tegen de bodem van de gaffel, waarbij een dergelijke aanslag aan weerszijden van de molen is voorzien.
De cilinder 2h is ongeveer op dezelfde hoogte geplaatst als de 35 cilinder 16, waarbij zijn cilinder in hoofdzaak gelijk is aan die van 7905738 6 de andere cilinders. De cilinder 2b is aan zijn einden voorzien van tappen, gemonteerd in legers, "bevestigd aan de zijwangen van het raam 26. Aan zijn omtrek zijn cirkelvormige groeven 3¼ gevormd met een driehoekige dwarsdoorsnede, soortgelijk aan de groeven, gevormd in de cilin-5 ders 12, 1¼ en 16, waarbij echter de tophoek van de groeven 3^ klei ner is dan die van de groeven van de cilinders 12, ll* en 16. Tussen de groeven 3^ zijn ribben gevormd met een driehoekige doorsnede, die aangrijpen in de groeven van de cilinder 16. Op de bodem van deze groeven zijn nauwe en diepe sleuven 36 gevormd met een rechthoekige 10 dwarsdoorsnede.
Messen 38 dringen in de sleuven 36 voor het verzekeren van het schoonmaken daarvan. Deze messen zijn regelbaar bevestigd aan een staaf 1^0, die aan zijn einden is voorzien van tappen, die zijn gemonteerd in· boringen van de zijwangen van het raam 26. Deze staaf kan dus draaien 15 rond zijn lengtehartlijn, waarbij de hoekstand daarvan en derhalve .
die van de messen 38, op regelbare wijze wordt bepaald dóór een stang k2, waarvan het schroefeinde een moer draagt, die komt te rusten tegen het lijf van de dwarsbalk 30.
Een rietpers Ml· is aangebracht tussen de cilinders 12 en 2b, 20 waarbij de bovenste rand daarvan is voorzien van tanden, die in de groe ven 3^ dringen. De rietpers wordt aan zijn einden gedragen door twee armen b6, die draaibaar rond een hartlijn, evenwijdig aan de hartlijn van de cilinder 2b zijn gemonteerd aan het raam 26. De stand van de rietpers is regelbaar en wordt bepaald door twee trekstangen M3, ge-25 koppeld aan armen M$, van welke trekstangen het schroefeinde is voor zien van een moer, geklemd op een uitstekend gedeelte van het raam. 26.
De rol van de rietpers kb bestaat uit het leiden van het uitgeperste riet, dat de ruimte verlaat tussen de cilinders 16 en 2b naar de ruimte tussen de cilinders 12 en 16 onder uitsluiting van het uitzetten daar- 30 van.
Tussen de rollen 12 en 2b en over de gehele lengte daarvan is een seherm 50 aangebracht, bevestigd aan de rietpers Ml. De rol van dit scherm is het van de cilinder 12 verwijderen van sappen, die door druk zijn gewonnen tussen de cilinders 16 en 2b.
Een klep 52 kan draaien rond zijn onderste lengterand, die 7905738 τ evenwijdig is aan de hartlijn van de cilinder 2k, tussen een eerste stand, vaar in de klep het scherm 50 verlengt, zoals met getrokken lijnen weergegeven is in fig. 2, en een tweede stand, die in deze figuur met streep-stippellijnen is weergegeven. Wanneer de klep 52 zich in zijn ^ eerste stand bevindt, worden de door druk tussen de cilinders 16 en 2h gewonnen sappen, gescheiden van de door druk tussen de cilinders 12, 1U en 16 gewonnen sappen, en opgevangen in een verzamelaar 5b, die gescheiden is van de hoofdsapverzamelaar 56, waarbij, wanneer de klep zich in zijn tweede stand bevindt, alle sappen worden opgevangen ^ in de verzamelaar 56.
Bij het weergegeven voorbeeld wordt de cilinder 2k aangedreven door twee hydraulische motoren 585 te weten êên aan elk einde, door middel van kettingen en rondsels, waarbij deze cilinder kan worden aangedreven door middel van rondsels vanaf de cilinder 16. In het ^ algemeen is de draaisnelheid van de cilinder 2k iets kleiner dan die van de cilinder 16. In het geval, dat de cilinders 16 en 2b afzonderlijk worden aangedreven, zijn bedieningsmiddelen voorzien voor het_ in een vast verband houden van hun snelheden.
Bij de uitvoeringsvorm van de fig. 3 en bevindt de as 27’, gedragen door de gestellen 10’, en waaraan het raam 26' draaibaar is gemonteerd, zich op een hoogte, die iets hoger ligt dan die van de hartlijn van de inlaatcilinder 12', welke as tevens dient als drager voor de riet pers .
De cilinder 2b1 wordt aan zijn einden gedragen door de legers ^ 25’, vast verbonden met de zijvangen 28’ van het raam 26', welke le gers ter plaatse van de gestellen tussen deze gestellen en de kappen of hefbomen 18’ zijn geplaatst, zoals is te zien in fig. Ben rondsel 60, vastgespied op een'van de eindtappen van de cilinder 24’ en in aangrijping in een rondsel, vastgespied op de tap van de on bovenste cilinder 16’, verzekert het draaien van de cilinder 2b'.
De cilinder 2^·’ wordt veerkrachtig naar de bovenste cilinder 16’ gedrukt door twee vijzels 32’, verbonden met een hydro-pneumatische accumulator. Deze vijzels zijn draaibaar verbonden met de gestellen 10’ door middel van assen 62, die in lijn liggen met de draaihartlijnen 35 van de vijzels 22’, die inwerken op de kappen 18’. Zij zijn voorzien 7905738 Ή 8 t.
van beugels 6b, waarin leisloffen 66 zijn opgenomen, die draaibaar zijn gemonteerd aan de zijwangen van bet raam 26', welke leisloffen door de zuigerstangen van de vijzels 32' tegen bet einde worden gèdrukt van schroeven 68, gemonteerd in de beugels voor het vormen van verstelbare . 5 aanslagen.
Fig. 5 toont bet schema van een installatie, die vijf rietmolens M1-5 omvat. De eerste molen is een gebruikelijke molen met drie cilinders, waarbij de andere molens van de hiervoor beschreven soort zijn met vier cilinders. Het uitgeperste suikerriet wordt van een molen naar de volgende getransporteerd door doorlaatbare transporteurs T2 - 5· Gedurende het transport, wordt het uitgeperste riet geimbibeerd met water of met sappen door middel van overlopen D2, D’2, D3, D'3, Dl, D'l en D5, aangebracht boven de transporteurs. De doorvoeren van water en overgelopen sappen zijn zodanig, dat een gedeelte door de uitgeperste 15 rietlaag gaat, en onder de transporteur wordt opgevangen in bakken A2-5. De door druk tussen de bovenste cilinder en de inlaat- en uitlaat-cilinders van de molens M2-5 gewonnen sappen, worden opgevangen in de verzamelaars C2-5, waarbij de door druk tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder van deze molens gewonnen sappen,, van de voor-20 . gaande worden gescheiden en worden opgevangen in de bakken A2-5. De door druk in de molen M1 gewonnen sappen worden opgevangen in een verzamelaar Cl.
De in de bakken A2-5, aangebracht onder de transporteurs T2-5, opgevangen sappen, worden gehercirculeerd op deze transporteurs door 25 middel van pompen P2-5 en de overlopen D2-5.
De in de verzamelaars C3-5 opgevangen sappen, worden gestort op de transporteurs T2-1 met behulp van de overlopen D'2-l, die stroomafwaarts zijn geplaatst van de overlopen D2-1. Op de transporteur T5 wordt het uitgeperste riet besproeid met water door middel van een verdeelstation E, dat stroomafwaarts is geplaatst van de overloop D5· De in de verzamelaars C1-2 opgevangen sappen, worden naar de vervaardiging gestuurd.
De installatie, waarvan het schema is weergegeven in fig. 6, omvat vier molens M1-4 met vier cilinders van de hiervoor beschreven oe soort onder verwijzing naar de fig. 1 en 2. Elke molen omvat een 7905738 9 hoofdverzamelaar C1-l· voor door druk. tussen de bovenste cilinder en de inlaat- en uitlaatcilinders gewonnen sappen, en een hulpverzame-laar C'1-l· voor door druk tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder gewonnen sappen.
5 Doorlaatbare transporteurs T2-l· zijn aangebracht tussen de mo lens, en verzekeren het transport van het uitgeperste riet van een molen naar de volgende. Bakken A2-l·, aangebracht onder de transporteurs, vangen sappen op, die door da uitgeperste rietlaag gaan. Drie overlopen D2, D'2 en D"2 zijn boven de transporteur T2 geplaatst, en in 10 deze volgorde van voor naar achter achter elkaar. Op deze-fde wijze zijn drie overlopen D3, Df3 en D”3 boven de transporteur T3 geplaatst. Twee overlopen Dl· en D'l· zijn boven de transporteur T3 aangebracht, waarbij een waterverdeelstation R zich stroomafwaarts van de overloop D’l· bevindt.
15 In de verzamelaars C'2-l· opgevangen sappen, worden door pompen gestuurd naar de overlopen D2-l·, en worden dus gehercirculeerd. Hetzelfde geldt voor sappen, opgevangen in de verzamelaars C2-l·, welke sappen worden teruggestuurd naar de overlopen D'2-l·. De in de bakken A3 en Al· opgevangen sappen, voeden de overlopen D"2 en D'r35 waarbij 20 de in de bak A2 en de verzamelaars Cl en Cr1 opgevangen sappen, naar de vervaardiging worden gestuurd.
In deze installatie kunnen alle door druk in elke molen gewonnen sappen worden opgevangen in eén enkele verzamelaar en worden gehercirculeerd door middel van een enkele overloop.
25 Vele wijzigingen kunnen worden aangebracht in de beschreven molen en installaties door toepassing van technisch equivalente middelen.
Voor wat betreft de molen, kan natuurlijk voor de bovenste cilinder de bekende oplossing van een rechtgeleiding worden gebruikt in plaats van deze bovenste cilinder te monteren aan draaibare kappen. De vierde ci-30 linder kan zijn gemonteerd aan leibanen, en een rechtlijnige verplaat sing hebben. Het is duidelijk, dat al deze wijzigingen binnen het kader van de uitvinding vallen.
35 7905738
Claims (13)
1. Rietmolen, voorzien van een inlaatcilinder en een uitlaatcilinder, gemonteerd aan een gestel, en van een "bovenste cilinder, die samenwerkt met de twee eerste en veerkrachtig daarnaartoe wordt gedrukt, gekenmerkt door een vierde cilinder, geplaatst voor de "bovenste cilinder, 5 waarmede hij samenwerkt, waarbij boven de inlaatcilinder aan een beweeg bare drager, middelen zijn gemonteerd, die inwerken op de drager voor het veerkrachtig drukken van de vierde cilinder naar de bovenste cilinder, regelbare aanslagen de onderlinge afstand van deze twee cilinders beperken, en een rietpers is aangebracht tussen de vierde cilinder 10 en de inlaatcilinder, welke rietpers vast is verbonden met de beweegbare drager.
2. Molen volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de vierde cilinder ongeveer ter hoogte van de bovenste cilinder is geplaatst, en in hoofdzaak dezelfde diameter heeft. 15
3· Molen volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat de opening tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder een grootte heeft tussen 1,8 en 2,5 maal de breedte van de opening tussen de bovenste cilinder en de inlaatcilinder.
4. Molen volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat . 20 de drukmiddelen worden gevormd door hydraulische vijzels, verbonden met een hydro-pneumatische accumulator.
5· Molen volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de beweegbare drager is gemonteerd aan leibanen, voorzien aan het gestel van de molen.
6. Molen volgens een der conclusies 1-4 met het kenmerk, dat de be weegbare drager rond een hartlijn, evenwijdig aan de hartlijnen van de cilinders, draaibaar is gemonteerd aan het gestel van de molen.
7· Molen volgens conclusie 6,waarbij de inlaat- en uitlaatcilinders worden gedragen door twee gestellen, die aan hun einden zijn geplaatst, 30 waarbij de bovenste cilinder is gemonteerd aan twee hefbomen, die draai baar zijn verbonden met deze gestellen, met het kenmerk, dat de vierde cilinder is gemonteerd in legers, gedragen door een raam, dat draaibaar is aan de gestellen rond een hartlijn evenwijdig aan de hartlijn van 7905738 4 de cilinders, -welke legers zich bevinden tussen de hefbomen en de gestellen.
8. Molen volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de draaisnelheid van de vierde cilinder is afgeleid van die van 5 de bovenste cilinder.
9. Molen volgens een der voorgaande conclusies gekenmerkt door een scherm, vast verbonden met de rietpers en aangebracht tussen de vierde cilinder en de inlaatcilinder om te voorkomen, dat de door druk tussen de vierde cilinder en de bovenste cilinder gewonnen sappen, op de in- 1° laatcilinder vallen, en voor het naar de voorkant van de molen lei den van deze sappen.
10. Molen volgens conclusie 9 gekenmerkt door een draaiklep, gemonteerd aan de beweegbare drager, voor het leiden van door het scherm afgebogen sappen naar een verzamelaar, die gescheiden is van de hoofd- 15 verzamelaar van de molen.
11. Installatie voor het winnen van suiker uit suikerriet, gevormd door een batterij molens, waarvan er althans ién wordt gevormd door een molen.met vier cilinders, overeenkomstig een der voorgaande conclusies, en door doordringbare transporteurs, die tussen de molens 20 zijn aangebracht, waarbij de door druk tussen de bovenste cilinder en de inlaat- en uit laat cilinders van elke molen met uitzondering van de eerste, gewonnen sappen worden gebruikt voor het imbiberen van het uitgeperste suikerriet, dat de voorgaande molen voedt, gezien in de voortbewegingsrichting van het uitgeperste riet, met het kenmerk, 25 dat de door druk tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder van de molen met vier cilinders gewonnen sappen worden gehercirculeerd en gebruikt voor het imbineren van het uitgeperste suikerriet, dat deze molen voedt, met sappen, die door de uitgeperste rietlaag op de transporteur, die deze molen voedt, zijn gegaan.
12. Installatie volgens conclusie 11 met het kenmerk, dat de door druk tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder van de molen met vier cilinders gewonnen sappen worden gestort op de uitgeperste rietlaag stroomopwaarts van de plaats van daarop storten van sappen, afkomstig uit de volgende molen.
13. Installatie voor het winnen van suiker uit suikerriet, gevormd 7905738 ί» door een batterij molens, waarvan er althans een een molen met vier cilinders is overeenkomstig een der conclusies 1 -9, en door doorlaatbare transporteurs, aangebracht tussen de molens, met het' kenmerk, dat de door druk’ van elke molen met uitzondering van de eerste gewonnen 5 sappen worden gehercirculeerd en gebruikt voor het imbiberen van het uit geperste suikerriet, dat de betrokken molen voedt, met de sappen, die door de uitgeperste rietlaag op de transporteur, die de volgende molen, gezien in de voortbewegingsrichting van het uitgeperste suikerriet, voedt, zijn gegaan. 10 ' 1¾.. Installatie volgens conclusie 13 met het kenmerk, dat de plaat sen van het op de transporteur storten, die de molen met vier cilinders voedt, van door druk tussen de bovenste cilinder en de vierde cilinder van deze molen gewonnen sappen, van door druk tussen, de bovenste cilinder en de inlaat- en uitlaatcilinders van deze molen gewonnen sappen 15 en van sappen, die door de uitgeperste rietlaag zijn gegaan op de transporteur,. die de volgende molen voedt, in deze volgorde vanaf het voorste einde naar het achterste einde van de transporteur liggen. 20 7905738
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
FR7822927A FR2437444A1 (fr) | 1978-08-03 | 1978-08-03 | Moulin a canne et installation pour l'extraction du sucre de la canne a sucre comportant un tel moulin |
FR7822927 | 1978-08-03 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL7905738A true NL7905738A (nl) | 1980-02-05 |
Family
ID=9211543
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL7905738A NL7905738A (nl) | 1978-08-03 | 1979-07-24 | Rietmolen en installatie voor het winnen van suiker uit suikerriet. |
Country Status (13)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4310361A (nl) |
JP (1) | JPS5523997A (nl) |
AR (1) | AR219989A1 (nl) |
AU (1) | AU523700B2 (nl) |
BR (1) | BR7904700A (nl) |
CS (1) | CS229625B2 (nl) |
DE (1) | DE2931290A1 (nl) |
FR (1) | FR2437444A1 (nl) |
GB (1) | GB2026896B (nl) |
IN (1) | IN153535B (nl) |
MX (1) | MX148537A (nl) |
NL (1) | NL7905738A (nl) |
ZA (1) | ZA793569B (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN114377756A (zh) * | 2022-01-19 | 2022-04-22 | 常州自力智能装备有限公司 | 一种多层对辊研磨机及其控制方法 |
Families Citing this family (14)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS53121217A (en) * | 1977-03-30 | 1978-10-23 | Hitachi Zosen Corp | Floating roof installation method for half underground tank |
JPS59145199U (ja) * | 1983-03-16 | 1984-09-28 | 日立造船株式会社 | 甘蔗搾汁装置 |
US4491416A (en) * | 1983-07-06 | 1985-01-01 | Rutil S.R.L. | Open mixer for the processing of rubber and plastics, provided with an additional roll |
BR8304189A (pt) * | 1983-08-02 | 1985-03-12 | Voith Sa Maquinas Equip | Sistema para extracao de material soluvel de materia fibrosa |
EP0140990A1 (de) * | 1983-11-08 | 1985-05-15 | Braunschweigische Maschinenbauanstalt AG | Vorrichtung zum Flüssigkeitsentzug von strangförmig anfallenden faserigen, verfilzten Materialien |
JPS60160899A (ja) * | 1984-01-31 | 1985-08-22 | 日立造船株式会社 | 4本ロ−ルケ−ンミル |
US4664716A (en) * | 1984-08-02 | 1987-05-12 | Voith S/A - Maquinas E Equipamentos | System for extraction of soluble matter from fibrous material |
IN167322B (nl) * | 1985-06-26 | 1990-10-06 | Hitachi Shipbuilding Eng Co | |
CA2257091A1 (en) * | 1996-05-20 | 1997-11-27 | Bundaberg Foundry Engineers Ltd. | Apparatus and method for crushing sugar cane |
US5855168A (en) * | 1996-05-28 | 1999-01-05 | Nikam; Bhausaheb Bapurao | Sugar cane milling system |
DE19827598C1 (de) * | 1998-06-20 | 1999-09-16 | Braunschweigische Masch Bau | Antriebswelle für einen Kettenförderer eines Zuckerrohrdiffuseurs |
GB0723505D0 (en) * | 2007-11-30 | 2008-01-09 | Terex Pegson Ltd | Impact crusher |
US20110097777A1 (en) | 2008-04-11 | 2011-04-28 | Dow Brasil Sudeste Industrial Ltda. | Processes for Extraction of Sugar From Sugar-Bearing Plant Material |
US20230339690A1 (en) * | 2020-09-08 | 2023-10-26 | Alan Lewis Fitzmaurice | Improvements in or in relation to sugarcane processing |
Family Cites Families (16)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE12960C (de) * | A. MlALHE in Montredon ("Frankreich) | Weinpresse | ||
DE66230C (de) * | CH. W. GUY in Laurel Bank, Anerley, Grafschaft Surrey | Walzenpresse für Zuckerrohr | ||
GB184410345A (nl) * | 1845-04-10 | 1845-10-10 | ||
GB188305494A (nl) * | 1883-11-23 | 1883-11-23 | ||
FR347461A (fr) * | 1904-10-27 | 1905-03-11 | Camille Sassin | Dispositif de moulin à pressions multiples, sans plaque directrice ou bagassière |
US1124643A (en) * | 1914-05-02 | 1915-01-12 | James Ogg | Sugar-cane mill. |
US1757903A (en) * | 1926-05-27 | 1930-05-06 | Fisher James | Roller mill used for manufacturing sugar |
US2406541A (en) * | 1944-03-28 | 1946-08-27 | Allen M Hewlett | Sugar-cane mill |
FR1101763A (fr) * | 1954-03-23 | 1955-10-11 | Fr De Constuctions Mecaniques | Moulin à cannes à sucre |
BE632205A (nl) * | 1962-07-13 | |||
FR2050660A5 (en) * | 1969-06-20 | 1971-04-02 | Fives Lille Cail | Sugar extraction from sugar cane |
FR2310409A2 (fr) * | 1975-05-09 | 1976-12-03 | Fives Cail Babcock | Procede et installation pour l'extraction par diffusion du sucre de la bagasse de canne a sucre |
FR2346049A1 (fr) * | 1975-07-29 | 1977-10-28 | Fives Cail Babcock | Perfectionnements aux moulins a canne |
FR2350400A1 (fr) * | 1976-05-05 | 1977-12-02 | Bourbon Sucreries | Procede et dispositif d'extraction du sucre de la canne |
FR2382501A1 (fr) * | 1977-03-01 | 1978-09-29 | Riviere Maxime | Perfectionnements aux couloirs d'alimentation des moulins a canne et autres presses a cylindres pour le traitement de la bagasse |
US4168660A (en) * | 1977-10-19 | 1979-09-25 | Usm Corporation | Sugar mill |
-
1978
- 1978-08-03 FR FR7822927A patent/FR2437444A1/fr active Granted
-
1979
- 1979-07-16 ZA ZA00793569A patent/ZA793569B/xx unknown
- 1979-07-20 GB GB7925445A patent/GB2026896B/en not_active Expired
- 1979-07-23 BR BR7904700A patent/BR7904700A/pt unknown
- 1979-07-24 NL NL7905738A patent/NL7905738A/nl not_active Application Discontinuation
- 1979-07-27 JP JP9511679A patent/JPS5523997A/ja active Granted
- 1979-07-31 MX MX178699A patent/MX148537A/es unknown
- 1979-08-01 DE DE19792931290 patent/DE2931290A1/de not_active Withdrawn
- 1979-08-02 CS CS795341A patent/CS229625B2/cs unknown
- 1979-08-02 AU AU49514/79A patent/AU523700B2/en not_active Ceased
- 1979-08-02 IN IN805/CAL/79A patent/IN153535B/en unknown
- 1979-08-03 AR AR277608A patent/AR219989A1/es active
-
1980
- 1980-12-11 US US06/215,394 patent/US4310361A/en not_active Expired - Lifetime
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN114377756A (zh) * | 2022-01-19 | 2022-04-22 | 常州自力智能装备有限公司 | 一种多层对辊研磨机及其控制方法 |
CN114377756B (zh) * | 2022-01-19 | 2022-08-02 | 常州自力智能装备有限公司 | 一种多层对辊研磨机及其控制方法 |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
ZA793569B (en) | 1980-07-30 |
DE2931290A1 (de) | 1980-02-28 |
JPS5523997A (en) | 1980-02-20 |
FR2437444B1 (nl) | 1981-05-29 |
GB2026896B (en) | 1983-01-12 |
US4310361A (en) | 1982-01-12 |
AR219989A1 (es) | 1980-09-30 |
JPS625600B2 (nl) | 1987-02-05 |
IN153535B (nl) | 1984-07-21 |
CS229625B2 (en) | 1984-06-18 |
AU523700B2 (en) | 1982-08-12 |
FR2437444A1 (fr) | 1980-04-25 |
AU4951479A (en) | 1980-02-07 |
BR7904700A (pt) | 1980-04-15 |
GB2026896A (en) | 1980-02-13 |
MX148537A (es) | 1983-05-02 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL7905738A (nl) | Rietmolen en installatie voor het winnen van suiker uit suikerriet. | |
NO135444B (nl) | ||
CH659053A5 (de) | Vorrichtung zum abzweigen von im schuppenstrom angelieferten produkten. | |
DE1752211A1 (de) | Feinblechrichtmaschine | |
EP2108491B1 (de) | Kreissägen - Schutzhaube | |
DE60201529T2 (de) | Vorrichtung zur kontinuierlichen filtration mit kippbaren zellen | |
US2834454A (en) | Apparatus for separating solid matter from liquids | |
DE1006797B (de) | Stapelvorrichtung fuer Bleche und Platten unterschiedlicher Laenge | |
DE1427882A1 (de) | Walzgeruest | |
US55178A (en) | Improvement in apparatus for collecting floating oil from streams | |
DE2723080C2 (de) | Vorrichtung zum Abschieben und Vereinzeln von paarweise auf einem Zuführrollgang angeförderten Knüppelabschnitten | |
DE63192C (de) | Verbund-Regulator, bestehend aus einem nahezu astatischen Geschwindigkeitsregulator und einem Leistungsregulator | |
US133481A (en) | Improvement in wool-washing machines | |
DE172603C (nl) | ||
DE577658C (de) | Selbsttaetige Mess- und Verteilvorrichtung | |
AT74361B (de) | Speisevorrichtung für Walzenstühle. | |
DE1627231A1 (de) | Schlagschere zum Trennen von mit hoher Geschwindigkeit bewegtem Walzgut,vorzugsweise Rohre | |
DE2142723A1 (de) | Vorrichtung zum vereinzeln von stabfoermigen teilen | |
US61516A (en) | Improvement in sugar-cane mills | |
EP0627530B1 (de) | Vorrichtung zur Abflussmengenregelung | |
DE3115895A1 (de) | Vorrichtung zum gewichtsmaessigen dosieren von stueckigen waren | |
DE102015111008A1 (de) | Fördereinrichtung | |
USRE2499E (en) | photx-lltho | |
US716327A (en) | Corn-harvester. | |
DE494985C (de) | Kinematograph mit optischem Ausgleich der Bildwanderung |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
BV | The patent application has lapsed |