[go: up one dir, main page]
More Web Proxy on the site http://driver.im/

NL1030388C2 - Ontbener. - Google Patents

Ontbener. Download PDF

Info

Publication number
NL1030388C2
NL1030388C2 NL1030388A NL1030388A NL1030388C2 NL 1030388 C2 NL1030388 C2 NL 1030388C2 NL 1030388 A NL1030388 A NL 1030388A NL 1030388 A NL1030388 A NL 1030388A NL 1030388 C2 NL1030388 C2 NL 1030388C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
leg
holding means
holder
wing part
knife
Prior art date
Application number
NL1030388A
Other languages
English (en)
Inventor
Reinhard Nicolaas Van De Stouw
Original Assignee
Systemate Group Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1030388A priority Critical patent/NL1030388C2/nl
Application filed by Systemate Group Bv filed Critical Systemate Group Bv
Priority to AT06824258T priority patent/ATE441330T1/de
Priority to DE602006008974T priority patent/DE602006008974D1/de
Priority to JP2008539951A priority patent/JP2009515519A/ja
Priority to BRPI0618448A priority patent/BRPI0618448B1/pt
Priority to KR1020087013844A priority patent/KR20080074978A/ko
Priority to CN2006800476026A priority patent/CN101330832B/zh
Priority to US12/093,380 priority patent/US8535123B2/en
Priority to DK06824258T priority patent/DK1945037T3/da
Priority to EP06824258A priority patent/EP1945037B1/en
Priority to PCT/NL2006/000564 priority patent/WO2007055571A2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1030388C2 publication Critical patent/NL1030388C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22CPROCESSING MEAT, POULTRY, OR FISH
    • A22C21/00Processing poultry
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22CPROCESSING MEAT, POULTRY, OR FISH
    • A22C21/00Processing poultry
    • A22C21/0023Dividing poultry
    • A22C21/003Filleting poultry, i.e. extracting, cutting or shaping poultry fillets
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22CPROCESSING MEAT, POULTRY, OR FISH
    • A22C17/00Other devices for processing meat or bones
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22CPROCESSING MEAT, POULTRY, OR FISH
    • A22C21/00Processing poultry
    • A22C21/0069Deboning poultry or parts of poultry
    • A22C21/0076Deboning poultry legs and drumsticks

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Processing Of Meat And Fish (AREA)
  • Inorganic Insulating Materials (AREA)
  • Glass Compositions (AREA)
  • Separation By Low-Temperature Treatments (AREA)
  • Polysaccharides And Polysaccharide Derivatives (AREA)
  • Crystals, And After-Treatments Of Crystals (AREA)

Description

Ontbener
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het fileren of ontbenen van poot- of vleugeldelen van 5 gevogelte, zoals kippen en kalkoenen.
US 5,277,649 op naam van de aanvraagster toont een ontbener die is ingericht voor het in een opstelling van een kippenpoot ontbenen van zowel het dijbeen als de drumstick. Deze ontbener omvat meerdere ontbeeneenheden die 10 bewegen langs een procesbaan. Elke ontbeeneenheid omvat een draagblok waarin het uiteinde van het dijbeen wordt vastgezet, en afstroopklauwen waarin het uiteinde van het drum-stickbot wordt vastgezet. De botten worden in eikaars verlengde gehouden door een langs de procesbaan opgestelde 15 rechte staaf die de kippenpoten ter hoogte van het knie-gewricht in een gestrekte stand houdt. Tijdens het ontbe-ningsproces bewegen de afstroopklauwen naar het draagblok, waarbij het uiteinde van het drumstickbot wordt opgenomen in een meebewegend hol cilindermes waarmee de vleesmassa 20 uiteindelijk tegen het draagblok aan wordt losgesneden.
Tijdens de beweging van de afstroopklauwen naar het draagblok worden grote afstroopkrachten uitgeoefend op de kippenpoot, waardoor het kniegewricht tegen de stilstaande rechte staaf kan doorknikken. Het drumstickbot kan 1030388 2 daardoor buiten het holle cilindermes terechtkomen, en het dijbeen kan afbreken, waardoor het ontbeningsproces kan worden verstoord.
Een verder bekende ontbener voor een kippenpoot 5 omvat een klem voor bevestiging van het kniegewricht, en beweegbare steunen aan weerszijden en op afstand van de klem voor het omhoog drukken van het dijbeen en de drumstick, waardoor het kniegewricht in een gestrekte stand wordt gehouden. Een beweegbaar cilindermes doorboort de 10 opgestelde kippenboot rondom de botten, waardoor de kippenpoot uit de klem en de wegbewegende steunen wordt gedrukt. Een verkeerde plaatsing van de kippenpoot in de klem kan ertoe leiden dat het kniegewicht niet in de gewenst gestrekte stand blijft, waardoor het cilindermes de kippen-15 poot stuksnijdt. De diameter van het cilindermes is aangepast voor het opnemen van het kniegewricht, waardoor rondom de botten bruikbaar vlees achterblijft.
Een doel van de uitvinding is een inrichting voor het fileren of ontbenen van poot- of vleugeldelen van 20 gevogelte te verschaffen, waarbij de stand van het poot- of vleugeldeel, en met name van de bij het ontbenen aangegrepen delen, kan worden gehandhaafd.
Een doel van de uitvinding is een inrichting voor het fileren of ontbenen van poot- of vleugeldelen van 25 gevogelte te verschaffen met een verhoogde vleesopbrengst.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
30 De uitvinding verschaft, volgens een eerste aspect, een inrichting voor het fileren of ontbenen van poot- of vleugeldelen van gevogelte, omvattend een eerste houder met eerste houdmiddelen voor het positioneren van een uiteinde van een poot- of vleugeldeel, en tweede houd-35 middelen die aan hetzelfde uiteinde samenwerken met de eerste houdmiddelen, waarbij de eerste houdmiddelen zijn ingericht voor het blijvend vasthouden het uiteinde van het 3 poot- of vleugeldeel tijdens het fileer- of ontbeenproces en de tweede houdmiddelen in axiale richting van het poot-of vleugeldeel verplaatsbaar zijn ten opzichte van de eerste houdmiddelen. Door de eerste houdmiddelen kan het 5 uiteinde worden gepositioneerd ten behoeve van het fileer-of ontbeenproces, waarbij bovendien door de axiale verplaatsing een compacte constructie van de eerste houder kan worden verkregen. Door het blijvend vasthouden kan de positie van het uiteinde, en daarmee van het hele poot- of 10 vleugeldeel tijdens het proces gehandhaafd blijven.
Bij voorkeur zijn de tweede houdmiddelen verplaatsbaar ten opzichte van de eerste houdmiddelen van een inactieve stand, waarin het uiteinde van het poot- of i vleugeldeel in de eerste houder kan worden geplaatst, en | 15 een actieve stand, waarin het uiteinde in de eerste houder is opgesloten.
De tweede houdmiddelen kunnen zelf als hulpstuk of bewerkingsstuk dienen tijdens het proces indien de tweede houdmiddelen zijn ingericht om met een voorlopend 20 uiteinde de eerste houdmiddelen in de richting van het poot- of vleugeldeel te passeren. De tweede houdmiddelen krijgen daardoor een extra functie naast het houdend samenwerken met de eerste houdmiddelen. Bij voorkeur zijn de tweede houdmiddelen daarbij ingericht om actief te blijven 25 na het passeren van het voorlopend uiteinde voorbij de eerste houdmiddelen.
Het voorlopend einde kan in het bijzonder als snijwerktuig werken indien het voorlopend uiteinde een ' snij rand omvat. Bij voorkeur zijn daarbij de tweede houd- 30 middelen gevormd met een cilindermes, waarbij ten minste een gedeelte van de eerste houdmiddelen in het cilindermes is gelegen. Doordat de eerste houdmiddelen in het cilindermes zijn gelegen, kunnen deze het uiteinde van het poot- of vleugeldeel in het cilindermes blijven geleiden of er zelfs 35 aan trekken, waardoor het cilindermes het vlees aan het vastgehouden bot rondom kan doorsnijden. Het poot- of vleugeldeel kan daarbij in gestrekte stand blijven.
4
Bij voorkeur zijn de eerste en tweede houdmidde-len ingericht voor het in radiale richting van het poot- of vleugeldeel passend opsluiten van het uiteinde van het poot- of vleugeldeel. Door de passende opsluiting kan 5 wegbuigen van het vastgehouden uiteinde in radiale richting, en daarmee in de natuurlijke richting van het elleboog- of kniegewricht, verder worden tegengegaan.
Bruikbare delen vlees kunnen over een groot gebied van het poot- of vleugeldeel vrij komen te liggen 10 ten behoeve van het fileer- of ontbeenproces indien de eerste houdmiddelen eerste grijpmiddelen omvatten voor het ten minste gedeeltelijk omgrijpen van een versmald gedeelte achter een knokkel van het poot- of vleugeldeel, en een plaatsingsopening voor het plaatsen van het poot- of vleu-15 geldeel in de eerste houdmiddelen en het daarbij in contact brengen van het versmalde gedeelte met de grijpmiddelen.
Bij voorkeur omvatten de eerste grijpmiddelen ten minste één gekromd eerste grijpdeel voor passende aanlig-ging tegen het versmalde gedeelte achter de knokkel van het 20 poot- of vleugeldeel, waardoor het uiteinde al in enige mate stabiel in de eerste houder kan worden geplaatst nog voordat de tweede houdmiddelen zijn geactiveerd.
In een verdere ontwikkeling omvatten de eerste grijpmiddelen twee tegenover elkaar gelegen eerste grijp-25 delen, bij voorkeur in U-opstelling, voor aanligging tegen het versmalde gedeelte achter de knokkel van het poot- of vleugeldeel, waarbij de eerste grijpdelen met tegenover elkaar gelegen uiteinden een gedeelte van de plaatsings-opening bepalen waarvan de grootte is afgestemd op de 30 omvang van het versmalde gedeelte achter de knokkel.
In een eenvoudige uitvoeringsvorm omvatten de eerste houdmiddelen een eerste holle cilinder, waarbij de plaatsingsopening en de grijpmiddelen zijn gevormd door een uitsparing in de cilinderwand aan een uiteinde van de holle 35 cilinder.
In een compacte uitvoeringsvorm omvat de inrichting een cilindermes dat is opgesteld om de eerste holle 5 cilinder, bij voorkeur nauw passend.
Vlees kan tot op het bot van het poot- of vleu-geldeel worden verwijderd indien de inrichting eerste afstroopmiddelen omvat die zijn ingericht voor aangrijping 5 op het vlees achter de eerste houdmiddelen en het daarbij afstropen van het vlees in een richting van de eerste houder af.
Bij voorkeur worden de eerste houdmiddelen tijdens het ontbeenproces in axiale richting van het poot- of 10 vleugeldeel op gelijke hoogte gehouden.
De poot- of vleugeldelen kunnen met overzicht in de eerste houder worden geplaatst, bij voorbeeld met de hand, indien de eerste houder en/of eerste houdmiddelen zijn ingericht voor het in verticale stand houden van het 15 poot- of vleugeldeel, bij voorkeur met de enkelknokkel omhoog.
In een verdere ontwikkeling omvat de inrichting tweede afstroopmiddelen die zijn ingericht voor het afstropen van vlees in de richting van de eerste houder, waarbij 20 bij voorkeur de eerste en tweede afstroopmiddelen zijn afgestemd voor het tussenbeide samenpersen of onder spanning brengen van vlees en het daarbij van botdelen drijven van het vlees ter hoogte van het kniegewricht. Door het van de botdelen drijven kunnen meegevende vliezen en vetdelen j 25 tijdens het afstropen van de botdelen worden gescheurd.
Bovendien verloopt het doorsnijden van het vlees door het cilindermes meer vloeiend als het vlees onder spanning staat. Meedraaien van het vlees met het mes kan door de samenpersing tussen de afstroopmiddelen worden tegengegaan. 30 De inrichting omvat bij voorkeur een houdersamen- stel voor een pootdeel voor beweging van het pootdeel langs een procesbaan, en een langs de procesbaan opgesteld mes, waarbij het houdersamenstel de eerste houder en een tweede houder omvat voor het vasthouden van de beide uiteinden van 35 het pootdeel, waarbij de eerste en tweede houder zijn ingericht voor rotatie van het pootdeel om zijn bot-as bij passage van het pootdeel langs het mes. Door de rotatie 6 ! kunnen spieren en pezen in het pootdeel rondom worden losgesneden ten behoeve van het fileer- of ontbeenproces.
In een constructief eenvoudige uitvoeringsvorm is het houdersamenstel ingericht voor stapsgewijze rotatie van het 5 pootdeel om zijn bot-as bij passage van het pootdeel langs het mes. Door stapsgewijze rotatie kunnen de rotatiestappen eenvoudig met aanslagen of meenemers langs een procesbaan worden uitgevoerd.
Bij voorkeur omvat de tweede houder een plaat 10 waarin een doorvoeropening is gelegen voor het uiteinde van het poot- of vleugeldeel, waarbij de doorvoeropening ten minste gedeeltelijk komvormig is. De komvorm maakt de houder geschikt om daarin een knie- of ellebooggewricht ten minste gedeeltelijk op te nemen, waardoor vastraken of 15 vastlopen van het pootdeel in de doorgang bij of na een axiale verplaatsing in de richting van de houder kan worden tegengegaan.
De omvang van de doorvoeropening kan worden aangepast, bijvoorbeeld voor het plaatsen van een knokkel 2 0 door de doorvoeropening, indien de plaat een radiaal naar de doorvoeropening gerichte sleuf omvat, waarbij in de sleuf een complementair met de plaat en de doorvoeropening gevormd sluitstuk is opgenomen, waarbij het sluitstuk in de sleuf beweegbaar is ten opzichte van de doorvoeropening.
25 Binnenranden van de doorvoeropening kunnen als afstroper voor vlees worden gebruikt indien de kleinste omvang van de doorvoeropening groter is dan de omvang van botdelen tussen een knokkel en een kniegewricht, en kleiner is dan de omvang van het kniegewricht.
30 Delen van bijvoorbeeld afgestroopt vlees kunnen van de botdelen worden gescheiden indien de inrichting een cilindermes omvat voor het rondom lossnijden van vlees van een bot van het poot- of vleugeldeel, waarbij het cilindermes is opgesteld om in snijdend contact te komen met de 35 plaat. Bij voorkeur is daarbij de diameter van het cilindermes groter is dan de grootste diameter van de doorvoeropening .
7
Bij voorkeur omvat de inrichting een cirkelmes dat is opgehangen langs de procesbaan, waarbij het cirkelmes is bevestigd aan een aangedreven as die op vaste afstand en evenwijdig is opgesteld aan een aandrijfas voor 5 het cirkelmes, waarbij de aandrijfas en de aangedreven as draaibaar verbonden zijn met een gezamenlijke zwenkarm en onderling zijn verbonden met een aandrijfoverbrenging, waarbij wrijving in de aandrijfoverbrenging een positio-neerkracht verschaft voor het drukken van de zwenkarm en 10 daarmee het cirkelmes in de richting van de procesbaan. Aanvullende aandruk- of positioneermiddelen voor het cirkelmes, zoals een drukveer, kunnen in deze ophanging overbodig zijn.
15
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een aantal in de bijgevoegde tekeningen weergegeven 20 voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:
Figuren IA en 1B de beide lange zijden van een ontbener volgens de uitvinding, met een ontbeeneenheid voor het ontbenen van in dit voorbeeld een kippenpoot; figuren 2A en 2B een vooraanzicht in perspectief 25 en een zij-aanzicht van de ontbeeneenheid volgens figuren IA en 1B; figuur 3A een bovenaanzicht in perspectief van de tafel van de ontbeeneenheid volgens figuren 2A en 2B; figuren 3B-3D zij-aanzichten van de tafel volgens 30 figuur 3A, respectievelijk in de geopende stand volgens figuur 3A, een half gesloten stand, en een geheel gesloten stand; figuren 4A en 4B een zij-aanzicht en een vooraanzicht van de bovenzijde van de ontbeeneenheid volgens 35 figuren 2A en 2B; figuren 5A en 5B een onderaanzicht van de af-stroopklauwen van de ontbeeneenheid volgens figuur 2A en 8 2B, in een geopende en een gesloten stand; figuren 6A en 6B een zij-aanzicht en een bovenaanzicht van één van de cirkelmessen van de ontbener volgens figuur IA zoals opgesteld langs de baan van de ont-5 beeneenheid volgens figuren 2A en 2B; figuren 7A-7H en 7J-7L achtereenvolgende processtappen voor het ontbenen van een kippenpoot met de ontbener zoals getoond in figuren 1A-6B.
10 GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De ontbener 1 zoals weergegeven in figuren IA en 1B omvat een op poten 6 geplaatst gestel 2, met aan de bovenzijde en onderzijde eindloze, omlopende kettingtrans-15 porteurs 5 waarvan de niet-getoonde kettingwielen met verticale assen 3 synchroon zijn aangedreven. De ontbener 1 omvat meerdere ontbeeneenheden 50 die bevestigd zijn aan de kettingtransporteurs 5 voor transport volgens een horizontale transportbaan in transportrichting A. In de figuur IA 20 is slechts één van de ontbeners 50 weergegeven.
Langs de transportbaan zijn aan de binnenzijde curvebanen 4 opgesteld voor bediening van de ontbeeneenheden 50, en aan de buitenzijde een langssnijder 130. De transportbaan omvat in transportrichting A gezien achter-25 eenvolgens een plaatsingstrajeet 81, een opspantraject 82, een dwarssnedetraject 83,* een aangrijptraject 84, en aan de tegenovergestelde zijde een afstrooptraject 85, een rond-snijtraject 86, een lossingstraject 87 en een retourtraject 88.
30 De ontbeeneenheid 50 is weergegeven in figuren 2A
en 2B en omvat twee verticale geleiders 52 die aan de kettingen zijn bevestigd, een vast met de geleiders 52 verbonden bovensteun 51, een enkelknokkelhouder 60 aan de bovensteun 51, een rondsnijder 70, een afstroper 150 en een 35 heupknokkelhouder 90.
De heupknokkelhouder 90 is tevens weergegeven in figuren 3A-3D. De heupknokkelhouder 90 omvat een slede 94 9 die in verticale richting G verplaatsbaar is langs de geleidestaven 52 door een bedieningsrol 95, een horizontale steun 92 aan de slede 94, een metalen onderstel 98 met een verticale as 99 die draaibaar in de steun 92 is gelagerd, 5 en een draaiblok 93 aan de as 99 voor verdraaiing van het onderstel in richting K (zie figuur 7F) . Op het onderstel 98 is een kunststof steunblok 100 bevestigd met evenwijdige, horizontale doorgangen waarin metalen geleiders 104 van een kunststof schuifblok 103 verschuifbaar zijn opgeno-10 men. Op het schuifblok 103 is een bevestigingsplaat 110 bevestigd die rust op het steunblok 100. De bevestigingsplaat 110 omvat een in de schuifrichting uitstrekkende sleuf 121 voor een complementair gevormd kunststof sluitstuk 109 op het steunblok 100. In de bevestigingsplaat 110 15 en het sluitstuk 109 zijn verlagingen 91 gevormd die samen een komvormige uitsparing vormen, die in het midden uitloopt in een doorgaande opening 108 in het verlengde van de as 99.
Het onderstel 98 omvat een eerste scharnierarm 20 12 0 die met een scharnier 112 is verbonden met een tweede scharnierarm 101 onder het schuifblok 103. De eerste scharnierarm 120 omvat een bedieningsrol 111 op afstand van het scharnier 112. Het schuifblok 103 is met trekveren 141 voorgespannen naar het steunblok 100. In de geopende stand 25 zoals getoond in figuren 3A en 3B staan de scharnierarmen 101, 120 stabiel in eikaars verlengde, rustend tegen een tegenhouder 114. Door bediening van de rol 111 en daarmee de eerste scharnierarm 120 in richting J naar boven knikken de scharnierarmen 101, 120 naar binnen zoals weergegeven in 30 figuur 3C, waardoor de heupknokkelhouder 90 met kracht in de sluitstand komt zoals weergeven in figuur 3D. De bevestigingsplaat 110 neemt daarbij in richting Z het sluitstuk 109 dieper op in de sleuf 121.
De enkelknokkelhouder 60 zoals weergegeven in 35 figuren 4A en 4B omvat een holle, verticaal opgestelde metalen buis 69 die draaibaar is gelagerd in de bovensteun 51. Aan het ondereind van de buis 69 is in de wand een 10 uitsparing 62 gevormd. Deze uitsparing 62 bevat een schuin gedeelte 65 dat overgaat in een recht gedeelte 66 met een diepte die gelijk is aan de halve diameter van de buis 69. Door deze uitsparing 62 zijn aan de onderzijde twee hori-5 zontaai uitstrekkende bevestigingsklauwen 63 gevormd. Deze bevestigingsklauwen 63 zijn aan de binnenzijde voorzien van een afschuining 64. De bevestigingsklauwen 63 vormen een U-opstelling en houden aan hun uiteinden een doorlaatopening 67 vrij voor doorvoer van een versmald gedeelte achter de 10 enkelknokkel van een kippenpoot. De bevestigingsklauwen 63 kunnen alternatief een C-opstelling vormen. De hoogte van de doorlaatopening 67 is groter dan de omvang van een enkelknokkel van een kippenpoot. Aan het boveneind van de buis 69 is een draaiblok 61 bevestigd die overeenkomt met 15 het draaiblok 93 van de heupknokkelhouder 90 voor verdraaiing van de buis 69 in richting B om een verticale as.
De rondsnijder 70 omvat een slede 73 die in verticale richting C verschuifbaar is om de geleiders 52, een bedieningsrol 79 voor verschuiving van de slede 73, een 2 0 steun 72 aan de slede 73, en een cilindermes 71 dat draai baar gelagerd is in de steun 72. Het cilindermes 71 is gelegen om de buis 69 van de enkelknokkelhouder 60. Aan de naar de heupknokkelhouder 90 gekeerde zijde bezit het cilindermes 71 een omgaande, effen snijrand 74. De diameter 25 van het cilindermes 71 is groter dan de omvang van de bovenrand van de komvormige verlagingen 91 in de bevesti-gingsplaat 110. Aan de bovenzijde omvat het cilindermes 71 een tandwiel 75 dat kan ingrijpen in een stationair langs de transportbaan opgestelde, hier niet getoonde tandheugel 3 0 voor verdraaiing van het cilindermes 71 in richting D om zijn verticale as.
De afstroper 150 zoals weergegeven in figuren 5A en 5B omvat een slede 151 die in verticale richting E verschuifbaar is langs de geleidestangen 52, een eerste 3 5 bedieningsrol 159 voor verschuiving van de slede 151, een steun 152 aan de slede 151, en twee plaatvormige afstroop- klauwen 154 die in een horizontaal vlak scharnierbaar zijn 11 om een gezamenlijk scharnier 153 onder het uiteinde van de steun 152. Op afstand van het gezamenlijke scharnier 153 omvat elke afstroopklauw 154 een scharnier 155 voor bedie-ningsarmen 156, waarbij de bedieningsarmen 156 samenkomen 5 op een scharnierpunt 140 van een horizontaal langs de steun 152 beweegbare centrale bedieningsarm 157. Deze bedienings-arm 87 is beweegbaar in een horizontale richting door middel van een bewegingsmechanisme 161 met een tweede bedieningsrol 158, waarbij een opgaande beweging van de 10 bedieningsrol 158 in richting F (zie figuur 2B) leidt tot het naar elkaar toe bewegen van de afstroopklauwen 154 van de geopende stand volgens figuur 5A naar de gesloten stand volgens figuur 5B. De uiteinden van de afstroopklauwen 154 zijn zodanig gevormd dat deze in gesloten toestand met 15 eindplaten 164 boven elkaar komen te liggen om verticaal uit elkaar bewegen van de afstroopklauwen 154 onder invloed van verticale afstroopkrachten tegen te gaan. Achter de eindplaten 164 omvatten de afstroopklauwen 154 halfronde uitsparingen 160 met afgewerkte binnenranden.
20 Figuren 6A en 6B tonen een gedeelte van de langs- snijder 130. De langssnijder 130 omvat een horizontale balk 139 waarin totaal vier verticale aandrijfassen 134 zijn gelagerd. De aandrijfassen 134 omvatten aan de bovenzijde een eerste poelie 137 die in contact zijn met een snaar 138 25 voor aandrijving van de aandrijfassen 134 in dezelfde draairichting met een niet-getoonde electromotor. De aandrijfassen 134 zijn aan de onderzijde gelagerd in een zwenkarm 132, waarbij boven de zwenkarm 132 een tweede poelie 135 is gelegen om de aandrijfas 134. Evenwijdig en 30 op afstand van de aandrijfas 134 is in de zwenkarm 132 een tweede as gelagerd, die aan de bovenzijde is voorzien van een derde poelie 133 en aan de onderzijde van een horizontaal opgesteld cirkelmes 140. Om de tweede en derde poelie 135, 133 is een kunststof snaar 136 gelegen. Door rotatie 35 van de aandrijfas 134 in richting S wordt het cirkelmes 140 in dezelfde richting S geroteerd en tegelijkertijd door de wrijving van/in de snaar 136 en/of de lagering in de 12 zwenkarm 134 in de richting van de transportbaan gedreven. De drijfkracht naar de transportbaan kan ook optreden door de massatraagheid van het cirkelmes 140, bijvoorbeeld bij (opnieuw) accelereren nadat deze door het snijden is afge-5 remd.
Het proces voor het ontbenen van een kippenpoot met de ontbener 1 is weergegeven in de figuren 7A-7L. In dit proces worden zowel de drumstick als het dijbeen van de kippenpoot ontbeend, dus de hele poot. Het vlees van deze 10 kippenpoot is van tevoren aan de binnenzijde over de lengte tot op het bot ingesneden, waardoor het vlees na het proces een min of meer vierkante contour krijgt.
De ontbeeneenheid 50 zoals weergegeven in figuur 7A beweegt aan het begin van het proces in transportrich-15 ting A langs het plaatsingstraject 81, waarin de heupknok-kelhouder 90 is geopend, het cilindermes 71 boven de uitsparing 62 in de buis 69 staat, en de afstroopklauwen 154 in geopende stand boven de snijrand 74 van het cilindermes 71 staan. De kippenpoot 200 wordt in een schuine stand en 2 0 met de heupknokkel 205 schuin naar beneden gericht en in richting N naar de heupknokkelhouder 90 gebracht. Vervolgens wordt, zoals weergegeven in figuur 7B, de heupknokkel 205 in richting P achter de opening 108 in de bevestigings-plaat 110 gehaakt, waarna de kippenpoot 200 in richting Q
2 5 wordt opgericht tot voor de bevestigingsklauwen 63 van de enkelknokkelhouder 60. Daarna wordt de kippenpoot 200 enigszins omhoog getrokken om het kniegewricht 202 te strekken, zodat de enkelknokkel 208 in richting R in de uitsparing 62 kan worden geplaatst zoals weergegeven in 3 0 figuur 7C. Door loslaten van de kippenpoot 200 zakt de enkelknokkel 208 tegen de bevestigingsklauwen 63 zoals weergegeven in figuur 7D. Het kniegewricht 202 blijft mede gestrekt door de vormgesloten opsluiting in de nog geopende bevestigingsplaat 110. Door de symmetrie in een denkbeeldig 35 verticaal vlak door de doorvoeropening 108 en dwars op de transportrichting A, is de ontbeeneenheid 50 zowel geschikt voor linker- als rechterpoten.
13
De ontbeeneenheid 50 beweegt vervolgens langs het opspantraject 82. Door het volgen van de curvebanen 4 beweegt het cilindermes 71 hierbij over de buis 69 naar beneden, totdat de bevestigingsklauwen 63 zijn opgenomen in 5 het cilindermes 71. Hierdoor wordt de enkelknokkel 108 achter de bevestigingsklauwen 63 opgesloten in het cilindermes 71. Tijdens dit traject wordt de bevestigingsplaat 110 naar het sluitstuk 109 bewogen, waardoor de heupknokkel 205 wordt opgesloten onder de bevestigingsplaat 110 en het 10 sluitstuk 109. Daarna wordt de heupknokkelhouder 90 enkele centimeters omlaag bewogen, waardoor het kniegewricht verder wordt gestrekt.
Na het opspannen wordt het dwarssnedetraject 83 doorlopen waarin, zoals weergegeven in figuur 7E, de ont- 15 beeneenheid 50 langs de cirkelmessen 140 beweegt. De cir- kelmessen 140 draaien hierbij met de snij rand in richting S tegengesteld aan de transportrichting A. De cirkelmessen 140 zijn zodanig opgesteld dat deze de pezen en spieren achter de enkelknokkel 208 tot op het bot doorsnijden. Door 20 de lichte aandrukkracht in de meegevende ophanging van de cirkelmessen 140 wordt het bot hierbij slechts licht geraakt door de snij rand van de cirkelmessen 14 0. Zoals weergegeven in figuur 7F worden de draaiblokken 61 en 93 door stationaire tanden 8 langs de transportbaan steeds en 25 kwartslag gedraaid in richtingen B en K, waardoor steeds meer dan een kwart van de snede rondom een bot wordt gemaakt .
Na het langssnijden doorloopt de ontbeeneenheid 50 het aangrijptraject 84, waarin de afstroopklauwen 154 in 30 de geopende stand in richting E naar beneden worden bewogen totdat deze ter hoogte van de langssnede onder de enkelknokkel 208 staan zoals weergegeven in figuur 7G. Vervolgens worden de af stroopklauwen 154 gesloten om met de afgewerkte randen 160 tegen het bot te komen.
35 Bij het daaropvolgende afstrooptraject 85 bewegen de afstroopklauwen 154 in richting E verder naar beneden en de bevestigingsplaat 110 in richting G omhoog zoals weer- 14 gegeven in figuur 7H. Het cilindermes 71 volgt de afstroop-klauwen 154 in richting C op korte afstand. Door de onderlinge beweging van de afstroopklauwen 154 en de bevesti-gingsplaat 110 wordt het vlees vanaf de enkelknokkel 108 en 5 de heupknokkel 205 naar het kniegewricht gestroopt, waarbij de heupknokkel 205 via opening 108 dieper wordt opgenomen in de heupknokkelhouder 90 en de enkelknokkel 208 in opsluiting blijft achter de bevestigingsklauwen 63. Het vlees wordt daarbij door de afstroopklauwen 154 tegen de bevesti-10 gingsplaat 110 geperst en van de botten af gedreven zoals weergegeven in figuur 7J. Aan het eind van het afstroop-traject 85 openen de afstroopklauwen 154, waarna het cilindermes 71 deze tussenbeide passeert totdat deze met kracht tegen de bevestigingsplaat 110 en het sluitstuk 10 9 wordt 15 gedrukt zoals weergegeven in figuur 7K. Het kniegewicht 202 ligt hierbij in de komvormige verlagingen 91 in de bevestigingsplaat 110 en het sluitstuk 109. Door de spanning in het vlees bij het samenpersen verloopt de rondsnede met het cilindermes vloeiend. Meedraaien van het vlees met het 20 draaiende cilindermes wordt door de tegenhoudkrachten van de afstroopklauwen 154 voorkomen. Doordat de afstroopklauwen 154 openen bij het passeren van het cilindermes 71, wordt het onder spanning gezette vlees van de baan van het cilindermes 71 weggetrokken.
25 Vervolgens wordt tijdens het rondsnijtraject 86 het cilindermes 71 in richting D geroteerd door aangrijping van het tandwiel 75 op een stationaire tandheugel langs de transportbaan, waardoor de laatste delen van het vlees rondom het kniegewicht 202 rondom worden losgesneden.
30 Tijdens het daaropvolgende lossingstraject 87 worden het cilindermes 71 en de afstroopklauwen omhoog gebracht, naar de uitgangspositie. De heupknokkelhouder 90 wordt geopend en omlaag gebracht, waardoor de nog met elkaar verbonden botten door de enkelknokkelhouder 60 boven 35 het vlees worden gehouden. Dit is weergegeven in figuur 7L. Een langs de transportbaan opgestelde elastische schuiver 180 veegt vervolgens het vlees van de heupknokkelhouder 90, 15 waarbij de botten kunnen passeren door een opening 182 tussen twee rechtopstaande elastische flappen 181 op de schuiver 180. Achter de schuiver 180 is een niet getoonde stationaire langsstaaf opgesteld die de enkelknokkel in een 5 richting tegengesteld aan de opneemrichting uit de enkel-knokkelhouder drukt.
! 1030388

Claims (27)

1. Inrichting voor het fileren of ontbenen van poot- of vleugeldelen van gevogelte, omvattend een eerste houder met eerste houdmiddelen voor het positioneren van een uiteinde van een poot- of vleugeldeel, en tweede houd- 5 middelen die aan hetzelfde uiteinde samenwerken met de eerste houdmiddelen, waarbij de eerste houdmiddelen zijn ingericht voor het blijvend vasthouden het uiteinde van het poot- of vleugeldeel tijdens het fileer- of ontbeenproces en de tweede houdmiddelen in axiale richting van het poot- 10 of vleugeldeel verplaatsbaar zijn ten opzichte van de eerste houdmiddelen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de tweede houdmiddelen verplaatsbaar zijn ten opzichte van de eerste houdmiddelen van een inactieve stand, waarin het 15 uiteinde van het poot- of vleugeldeel in de eerste houder kan worden geplaatst, en een actieve stand, waarin het uiteinde in de eerste houder is opgesloten.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de tweede houdmiddelen zijn ingericht om met een voorlopend 20 uiteinde de eerste houdmiddelen in de richting van het poot- of vleugeldeel te passeren.
4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de tweede houdmiddelen zijn ingericht om actief te blijven na het passeren van het voorlopend uiteinde voorbij de eerste 25 houdmiddelen.
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, waarbij het voorlopend uiteinde een snijrand omvat.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de tweede houdmiddelen zijn gevormd met een 30 cilindermes, waarbij ten minste een gedeelte van de eerste houdmiddelen in het cilindermes is gelegen. 1 0 3 0 3 8 8
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eerste en tweede houdmiddelen zijn ingericht voor het in radiale richting van het poot- of vleu-geldeel passend opsluiten van het uiteinde van het poot- of 5 vleugeldeel.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eerste houdmiddelen eerste grijpmiddelen omvatten voor het ten minste gedeeltelijk omgrijpen van een versmald gedeelte achter een knokkel van het poot- of 10 vleugeldeel, en een plaatsingsopening voor het plaatsen van het poot- of vleugeldeel in de eerste houdmiddelen en het daarbij in contact brengen van het versmalde gedeelte met de grijpmiddelen.
9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij de 15 eerste grijpmiddelen ten minste één gekromd eerste grijp- deel omvatten voor passende aanligging tegen het versmalde gedeelte achter de knokkel van het poot- of vleugeldeel.
10. Inrichting volgens conclusie 8 of 9, waarbij de eerste grijpmiddelen twee tegenover elkaar gelegen 20 eerste grijpdelen omvatten, bij voorkeur in U-opstelling, voor aanligging tegen het versmalde gedeelte achter de knokkel van het poot- of vleugeldeel, waarbij de eerste grijpdelen met tegenover elkaar gelegen uiteinden een gedeelte van de plaatsingsopening bepalen waarvan de 25 grootte is afgestemd op de omvang van het versmalde gedeelte achter de knokkel.
11. Inrichting volgens een der conclusies 8-10, waarbij de eerste houdmiddelen een eerste holle cilinder omvatten, waarbij de plaatsingsopening en de grijpmiddelen 30 zijn gevormd door een uitsparing in de cilinderwand aan een uiteinde van de holle cilinder.
12. Inrichting volgens conclusie 11, omvattend een cilindermes dat is opgesteld om de eerste holle cilinder, bij voorkeur nauw passend.
13. Inrichting volgens een der voorgaande conclu sies, omvattend eerste afstroopmiddelen die zijn ingericht voor aangrijping op het vlees achter de eerste houder en/of eerste houdmiddelen en het daarbij afstropen van het vlees in een richting van de eerste houder af.
14. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eerste houder en/of eerste houdmiddelen 5 tijdens het ontbeenproces in axiale richting van het poot-of vleugeldeel op gelijke hoogte worden gehouden.
15. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eerste houder en/of eerste houdmiddelen zijn ingericht voor het in verticale stand houden van het 10 poot- of vleugeldeel, bij voorkeur met de enkelknokkel omhoog.
16. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, omvattend tweede afstroopmiddelen die zijn ingericht voor het afstropen van vlees in de richting van de eerste 15 houder, waarbij bij voorkeur de eerste en tweede afstroop- ' middelen zijn afgestemd voor het tussenbeide samenpersen of ! onder spanning brengen van vlees en het daarbij van botde- ' len drijven van het vlees ter hoogte van het kniegewricht.
17. Inrichting volgens een der voorgaande conclu- 20 sies, omvattend een houdersamenstel voor een pootdeel voor I beweging van het pootdeel langs een procesbaan, en een J langs de procesbaan opgesteld mes, waarbij het houdersamenstel de eerste houder en een tweede houder omvat voor het vasthouden van de beide uiteinden van het pootdeel, waarbij 25 de eerste en tweede houder zijn ingericht voor rotatie van het pootdeel om zijn bot-as bij passage van het pootdeel langs het mes, waarbij het houdersamenstel bij voorkeur is ingericht voor stapsgewijze rotatie van het pootdeel om zijn bot-as bij passage van het pootdeel langs het mes.
18. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de eerste houder eerste houdmiddelen omvat voor het positioneren van een uiteinde van een poot- of vleugeldeel, en tweede houdmiddelen die samenwerken met de eerste houdmiddelen, waarbij de tweede houdmiddelen in axiale richting 35 van het poot- of vleugeldeel verplaatsbaar zijn ten opzichte van de eerste houdmiddelen.
19. Inrichting volgens conclusie 17 of 18, waar- bij de tweede houder een plaat omvat waarin een doorvoer-opening is gelegen voor het uiteinde van het poot- of vleugeldeel, waarbij de doorvoeropening ten minste gedeeltelijk komvormig is.
20. Inrichting volgens conclusie 19, waarbij de plaat een radiaal naar de doorvoeropening gerichte sleuf omvat, waarbij in de sleuf een complementair met de plaat en de doorvoeropening gevormd sluitstuk is opgenomen, waarbij het sluitstuk in de sleuf beweegbaar is ten op-10 zichte van de doorvoeropening.
21. Inrichting volgens conclusie 19 of 20, waarbij de kleinste omvang van de doorvoeropening groter is dan de omvang van botdelen tussen een knokkel en een kniege-wricht, en kleiner is dan de omvang van het kniegewricht.
22. Inrichting volgens een der conclusies 19-21, omvattend een cilindermes voor het rondom lossnijden van vlees van een bot van het poot- of vleugeldeel, waarbij het cilindermes is opgesteld om in snijdend contact te komen met de plaat.
23. Inrichting volgens conclusie 22, waarbij de diameter van het cilindermes groter is dan de grootste diameter van de doorvoeropening.
24. Inrichting volgens een der conclusies 17-23, omvattend een cirkelmes dat is opgehangen langs de proces- 25 baan, waarbij het cirkelmes is bevestigd aan een aangedreven as die op vaste afstand en evenwijdig is opgesteld aan een aandrijfas voor het cirkelmes, waarbij de aandrijfas en de aangedreven as draaibaar verbonden zijn met een gezamenlijke zwenkarm en onderling zijn verbonden met een aan-30 drijfoverbrenging, waarbij wrijving in de aandrijfoverbren-ging een positioneerkracht verschaft voor het drukken van de zwenkarm en daarmee het cirkelmes in de richting van de procesbaan.
25. Inrichting volgens een der voorgaande conclu-35 sies, omvattend transportmiddelen voor het volgens een procesbaan voeren van poot- of vleugeldelen door de inrichting .
26. Inrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.
27. Werkwijze omvattend een of meer van de in de 5 bijbehorende beschrijving omschreven en/of in de bijbehorende tekeningen getoonde kenmerkende stappen. i -o-o-o-o-o-o-o-o- 1030388 .
NL1030388A 2005-11-10 2005-11-10 Ontbener. NL1030388C2 (nl)

Priority Applications (11)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030388A NL1030388C2 (nl) 2005-11-10 2005-11-10 Ontbener.
DE602006008974T DE602006008974D1 (de) 2005-11-10 2006-11-10 Vorrichtung zum entbeinen
JP2008539951A JP2009515519A (ja) 2005-11-10 2006-11-10 骨除去装置
BRPI0618448A BRPI0618448B1 (pt) 2005-11-10 2006-11-10 dispositivo para cortar em filés ou desossar partes de perna ou de asa de aves domésticas
AT06824258T ATE441330T1 (de) 2005-11-10 2006-11-10 Vorrichtung zum entbeinen
KR1020087013844A KR20080074978A (ko) 2005-11-10 2006-11-10 발골 장치
CN2006800476026A CN101330832B (zh) 2005-11-10 2006-11-10 去骨机
US12/093,380 US8535123B2 (en) 2005-11-10 2006-11-10 Deboner
DK06824258T DK1945037T3 (da) 2005-11-10 2006-11-10 Udbener
EP06824258A EP1945037B1 (en) 2005-11-10 2006-11-10 Deboner
PCT/NL2006/000564 WO2007055571A2 (en) 2005-11-10 2006-11-10 Deboner

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030388 2005-11-10
NL1030388A NL1030388C2 (nl) 2005-11-10 2005-11-10 Ontbener.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1030388C2 true NL1030388C2 (nl) 2007-05-16

Family

ID=36593706

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1030388A NL1030388C2 (nl) 2005-11-10 2005-11-10 Ontbener.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US8535123B2 (nl)
EP (1) EP1945037B1 (nl)
JP (1) JP2009515519A (nl)
KR (1) KR20080074978A (nl)
CN (1) CN101330832B (nl)
AT (1) ATE441330T1 (nl)
BR (1) BRPI0618448B1 (nl)
DE (1) DE602006008974D1 (nl)
DK (1) DK1945037T3 (nl)
NL (1) NL1030388C2 (nl)
WO (1) WO2007055571A2 (nl)

Families Citing this family (26)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN101946818B (zh) * 2010-01-11 2012-09-26 罗绍辉 中方去骨方法
US8157625B2 (en) 2010-01-26 2012-04-17 Foodmate Bv Method and apparatus for collecting meat from an animal part
US8632380B2 (en) 2010-01-26 2014-01-21 Foodmate B.V. Method and apparatus for removing a sleeve of meat from an animal part having bone with knuckles on each of its opposite ends
NL2005429C2 (en) * 2010-09-30 2012-04-02 Foodmate B V Method and device for collecting meat from an animal part.
DK2547212T3 (en) * 2010-03-16 2015-05-11 Fpm Internat Nv Method of treating a piece of a slaughtered animal and device for using such a method
RU2552060C2 (ru) * 2010-03-30 2015-06-10 Майекава Мфг. Ко., Лтд. Способ и устройство для обвалки ножки с костями
US8882571B2 (en) 2011-01-26 2014-11-11 Foodmate Bv Method of deboning animal thighs for separating and collecting meat therefrom and apparatus for performing the method
EP2667728B1 (en) 2011-01-26 2015-07-29 Foodmate B.V. Method of deboning animal thighs for separating and collecting meat there from and apparatus for performing the method
DE102011107067B3 (de) * 2011-07-11 2012-12-20 Nordischer Maschinenbau Rud. Baader Gmbh + Co Kg Vorrichtung und Verfahren zum Abtrennen des Gabelbeins von entweideten Geflügelkörpern
NL2012007C2 (en) * 2013-12-20 2015-06-26 Meyn Food Proc Technology Bv Method and apparatus for harvesting thigh meat and oyster meat from a poultry thigh.
US9808019B2 (en) * 2014-06-18 2017-11-07 Marel Stork Poultry Processing B.V. Method and system for harvesting knee meat together with thigh meat from a poultry leg
CN104757089A (zh) * 2015-03-12 2015-07-08 重庆交通大学 全自动凤爪去骨机
CN105660810A (zh) * 2016-01-08 2016-06-15 广东石油化工学院 一种无表面损伤猪脚去骨方法
NL2016145B1 (en) * 2016-01-25 2017-07-31 Foodmate Bv Automatically performed method for harvesting surrounding meat from elongate first and second animal bones articulated by an intermediate joint.
CN111372460B (zh) * 2017-10-06 2021-08-31 株式会社前川制作所 带骨肢肉的夹紧装置、带骨肢肉的放入装置以及带骨肢肉的夹紧方法
EP3545769B1 (en) * 2017-10-06 2021-07-07 Mayekawa Mfg. Co., Ltd. System for loading leg meat on the bone
WO2019070058A1 (ja) * 2017-10-06 2019-04-11 株式会社前川製作所 骨付き肢肉のクランプ装置、骨付き肢肉の投入装置及び骨付き肢肉のクランプ方法
JP7129173B2 (ja) * 2018-02-14 2022-09-01 株式会社前川製作所 骨付き肢肉の骨肉分離装置及び骨付き肢肉の骨肉分離方法
CN108208117B (zh) * 2018-03-01 2020-05-19 岳西神农氏农业科技有限公司 一种鸡爪腿骨剔除装置
JP6689459B1 (ja) 2018-10-05 2020-04-28 株式会社前川製作所 骨付き肢肉のクランプ装置、骨付き肢肉の投入装置及び骨付き肢肉のクランプ方法
CN109380491B (zh) * 2018-11-16 2020-11-24 山东圣和塑胶发展有限公司 一种鸡腿去骨装置
KR102138982B1 (ko) * 2018-12-14 2020-07-29 신해란 오리날개 뼈 발골 육가공장치
NL2022804B1 (en) * 2019-03-25 2020-10-02 Meyn Food Processing Tech Bv Method and apparatus for providing a drumstick from a poultry's leg
KR20230058437A (ko) 2020-08-31 2023-05-03 마렐 미트 비.브이. 도체 다리 부분의 뼈로부터 고기를 분리하기 위한, 4족 도축 동물의 도체 다리 부분을 발골하기 위한 방법 및 시스템
CN112825899A (zh) * 2020-12-31 2021-05-25 重庆麟麟科技有限公司 一种家禽爪子夹持机构
JP7557090B2 (ja) * 2022-05-11 2024-09-26 株式会社前川製作所 削ぎ切り装置、及び、ワークの削ぎ切り方法

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2124883A (en) * 1982-08-06 1984-02-29 Mayer Oskar Foods Apparatus for removing meat from poultry drumsticks
US4669150A (en) * 1983-11-29 1987-06-02 Mayekawa Mfg. Co. Method of boning a dark meat of a chicken by a belt-shaped cutter and apparatus for implementing the method
EP0439780A1 (en) * 1990-01-30 1991-08-07 Jacobus E. Hazenbroek On-line thigh deboner
US5277649A (en) 1992-12-01 1994-01-11 Systemate Holland B.V. Method and apparatus for removing meat from poultry legs and thighs
EP0803195A1 (en) * 1996-04-23 1997-10-29 Machinefabriek Meyn B.V. Method for deboning a leg of slaughtered poultry comprising upper leg and lower leg

Family Cites Families (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA1197137A (en) * 1981-07-15 1985-11-26 Gerardus H.J. Ketels Method and a device for deboning meat
DE3838236A1 (de) * 1987-12-04 1990-05-17 Lohmann Anlagenbau Vorrichtung zum entbeinen von huehnerkeulen oder dergleichen
CA1322438C (en) * 1988-10-31 1993-09-28 Jacobus E. Hazenbroek Revolving poultry thigh deboner
US4893378A (en) * 1988-10-31 1990-01-16 Systemate Holland B.V. Revoving poultry thigh deboner
DE69100902T2 (de) * 1990-01-30 1994-05-11 Stork Pmt Verfahren und Vorrichtung zum Ausführen eines genauen Schnittes nahe dem Kniegelenk eines Beines eines geschlachteten Tieres.
US5064403A (en) * 1990-07-05 1991-11-12 Sterling Manufacturing Company, Inc. Apparatus for separating meat from poultry bones
US5090940A (en) * 1991-04-16 1992-02-25 Oscar Mayer Foods Corporation Drummette deboner
US5176562A (en) * 1991-04-26 1993-01-05 Foodcraft Holdings, Inc. Dark meat deboner with leg scraper
NZ243789A (en) * 1992-07-30 1996-01-26 Colin Andrew Roberts Removing meat from bones by forcing bones through flexible collar
NL9300564A (nl) * 1992-09-29 1994-04-18 Stork Protecon Bv Werkwijze en inrichting voor het ontbenen van pootstukken van slachtdieren.
NL9400954A (nl) * 1994-06-13 1996-01-02 Stork Protecon Langen Bv Inrichting voor het ontbenen van vleesstukken met een samengesteld beenstelsel.
US5976004A (en) * 1996-01-23 1999-11-02 Systemate Holland, B.V. Partially deboned poultry product and process
NL1002881C2 (nl) * 1996-04-17 1997-10-21 Meyn Maschf Werkwijze voor het ontbenen van een poot van geslacht gevogelte en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze.
JP3603981B2 (ja) * 1997-08-18 2004-12-22 食肉生産技術研究組合 豚もも除骨機と豚もも除骨方法
US6027404A (en) * 1997-12-11 2000-02-22 Systemate Holland, B.V. Poultry thigh deboner with movable stripper
US7004830B2 (en) * 1998-07-16 2006-02-28 Stork Pmt B.V. Method and device for processing poultry
US6036590A (en) * 1999-05-13 2000-03-14 F.P. M. International Device and method for deboning poultry parts
US6383067B1 (en) * 1999-11-05 2002-05-07 Fpm International Device for deboning of poultry parts
JP4190705B2 (ja) * 2000-06-30 2008-12-03 株式会社前川製作所 腿肉分離方法とその装置
DE60309727D1 (de) * 2003-12-19 2006-12-28 Fpm Int Hähnchenflügelbearbeitungsvorrichtung

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2124883A (en) * 1982-08-06 1984-02-29 Mayer Oskar Foods Apparatus for removing meat from poultry drumsticks
US4669150A (en) * 1983-11-29 1987-06-02 Mayekawa Mfg. Co. Method of boning a dark meat of a chicken by a belt-shaped cutter and apparatus for implementing the method
EP0439780A1 (en) * 1990-01-30 1991-08-07 Jacobus E. Hazenbroek On-line thigh deboner
US5277649A (en) 1992-12-01 1994-01-11 Systemate Holland B.V. Method and apparatus for removing meat from poultry legs and thighs
EP0803195A1 (en) * 1996-04-23 1997-10-29 Machinefabriek Meyn B.V. Method for deboning a leg of slaughtered poultry comprising upper leg and lower leg

Also Published As

Publication number Publication date
CN101330832A (zh) 2008-12-24
US20090298404A1 (en) 2009-12-03
CN101330832B (zh) 2010-09-01
EP1945037B1 (en) 2009-09-02
DE602006008974D1 (de) 2009-10-15
DK1945037T3 (da) 2010-01-04
ATE441330T1 (de) 2009-09-15
BRPI0618448A2 (pt) 2011-08-30
JP2009515519A (ja) 2009-04-16
WO2007055571A3 (en) 2007-07-26
US8535123B2 (en) 2013-09-17
WO2007055571A2 (en) 2007-05-18
KR20080074978A (ko) 2008-08-13
EP1945037A2 (en) 2008-07-23
BRPI0618448B1 (pt) 2016-12-20

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1030388C2 (nl) Ontbener.
US9974317B2 (en) Method of deboning animal thighs for separating and collecting meat therefrom and apparatus for performing the method
US5019013A (en) On line breast halver and processor
US5833527A (en) Poultry breast filleting apparatus
US5173077A (en) Method and device for performing an accurate cutting operation near the knee joint of a leg of a slaughtered animal
US7059954B2 (en) Method and device for processing a poultry leg
EP1868443B1 (en) Processing of carcass parts of slaughtered poultry
US9826748B2 (en) Method of deboning animal thighs for separating and collecting meat therefrom and apparatus for performing the method
EP2724618B1 (en) Method of and system for automatically removing meat from an animal extremity
EP2356907A2 (en) Device and method for processing a slaughtered animal
NL9300815A (nl) Werkwijze en inrichting voor het verwijderen en verwerken van een organenpakket van een slachtdier.
NL9200037A (nl) Werkwijze en inrichting voor het fileren van de romp van een geslachte vogel.
NL9001246A (nl) Werkwijze en inrichting voor het van een rompdeel scheiden van de poten van geslacht gevogelte.
US20140120815A1 (en) Method of and System for Automatically Removing Meat from an Animal Extremity
EP2803273A1 (en) A method, a system and a guide assembly for separating viscera sets eviscerated from slaughtered poultry
US20220095633A1 (en) System and method for deboning a poultry leg part
DK2911520T3 (en) PROCEDURE FOR MECHANICAL SKINING OF ANIMAL PARTS
NL2007711C2 (en) Method of deboning animal thighs for separating and collecting meat there from and apparatus for performing the method.
NL2006074C2 (en) Method of deboning animal thighs for separating and collecting meat therefrom and apparatus for performing the method.
NL1004058C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het mechanisch schillen van aardappelen.
NL9100400A (nl) Werkwijze en inrichting voor het uitbenen van middels van slachtdieren.
NL8300276A (nl) Werkwijze en inrichting voor het in delen snijden van geslachte kuikens.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Effective date: 20100330

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110601