bezant
Uiterlijk
- be·zant
- Leenwoord uit het middeleeuws Latijn, in de betekenis van ‘gouden munt’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1291 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bezant | bezanten |
verkleinwoord | bezantje | bezantjes |
de bezant m
- (numismatiek) een Byzantijnse munt
- (heraldiek) een element in de vorm van een schijfje van metaal
- Het woord 'bezant' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
enkelvoud | meervoud |
---|---|
bezant | bezants |
bezant
- (numismatiek), (heraldiek) bezant
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Numismatiek in het Nederlands
- Heraldiek in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 6
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Numismatiek in het Engels
- Heraldiek in het Engels