arbitrage

• Geluid:  arbitrage    (hulp, bestand)

• ar·bi·tra·ge

• Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘bemiddeling’ voor het eerst aangetroffen in 1503 ^[1]
• Naamwoord van handeling van arbitreren met het achtervoegsel -age ^[2]

de arbitrage v

1. het handelen van een scheidsrechter of arbiter (spraakgebruik)

   • De arbitrage was in handen van een internationaal geroemde scheidsrechter. 

2. (juridisch) het resultaat van het handelen van een arbiter
3. het gelijktijdig op verschillende markten kopen en verkopen om gebruik te maken van koersverschillen, handelsarbitrage

• scheidsgerecht

• handelsarbitrage

• arbitragehof, arbitrageprocedure

• Het woord arbitrage staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "arbitrage" herkend door:

• Zie Wikipedia voor meer informatie.