[go: up one dir, main page]
More Web Proxy on the site http://driver.im/Naar inhoud springen

aid

Uit WikiWoordenboek
Versie door Jcwf (overleg | bijdragen) op 9 jul 2019 om 22:58 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=eng=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|en-us-{{pn}}.ogg|{{pn}}|eng}} *{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/eɪd/|eng}} {{-ennoun-|aid|aids}} {{-noun-|eng}} '''{{pn}}''' #[[hulp]...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
aid aids

Zelfstandig naamwoord

aid

  1. hulp
    «They sent aid after the desaster.»
    Ze stuurden hulp na de ramp.
vervoeging
onbepaalde wijs to  aid 
he/she/it  aids 
verleden tijd  aided 
voltooid
deelwoord 		 aided 
onvoltooid
deelwoord 		 aiding 
gebiedende wijs  aid 

Werkwoord

aid

  1. helpen, steunen, ondersteunen
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=aid&oldid=3934749"