BE1024619B1 - Schuifdeurinrichting voor een in de wand schuivende deur - Google Patents

Abstract

Deze uitvinding betreft een schuifdeurinrichting (1) voor een in de wand (2) schuivende deur, omvattende: - een deurelement (3); - een geleidingsprofiel waarin het deurelement (3) heen en weer verschuifbaar is opgehangen; - een verplaatsingssysteem voorzien om het deurelement (3) te verplaatsen tussen een open en gesloten stand, omvattende een in het geleidingsprofiel verschuifbaar schuifelement (4) dat bevestigbaar is aan het deurelement (3), waarbij het schuifelement (4) eerste verplaatsingmiddelen (5) omvat in de vorm van draagrollen voorzien om het schuifelement (3) rechtlijnig in het geleidingsprofiel te verplaatsen, waarbij het schuifelement (3) verder tweede verplaatsingsmiddelen (6) omvat die voorzien zijn om het deurelement (3) te verplaatsen volgens een richting die dwars op het vlak van het deurelement (3) gericht is.

Description

(30) Voorrangsgegevens :

(73) Houder(s) :

LOUAGE EN WISSELINCK NV

8850, ARDOOIE

België (72) Uitvinder(s) :

DEJONCKHEERE Maarten

8850 ARDOOIE

België (54) SCHUIFDEURINRICHTING VOOR EEN IN DE WAND SCHUIVENDE DEUR (57) Deze uitvinding betreft een schuifdeurinrichting (1) voor een in de wand (2) schuivende deur, omvattende: - een deurelement (3); - een geleidingsprofiel waarin het deurelement (3) heen en weer verschuifbaar is opgehangen; - een verplaatsingssysteem voorzien om het deurelement (3) te verplaatsen tussen een open en gesloten stand, omvattende een in het geleidingsprofiel verschuifbaar schuifelement (4) dat bevestigbaar is aan het deurelement (3), waarbij het schuifelement (4) eerste verplaatsingmiddelen (5) omvat in de vorm van draagrollen voorzien om het schuifelement (3) rechtlijnig in het geleidingsprofiel te verplaatsen, waarbij het schuifelement (3) verder tweede verplaatsingsmiddelen (6) omvat die voorzien zijn om het deurelement (3) te verplaatsen volgens een richting die dwars op het vlak van het deurelement

(3) gericht is.

BELGISCH UITVINDINGSOCTROOI

FOD Economie, K.M.O., Middenstand & Energie

Publicatienummer: 1024619 Nummer van indiening: BE2016/5738

Dienst voor de Intellectuele Eigendom

Internationale classificatie: E05D 15/10 E05D 15/06 Datum van verlening: 02/05/2018

De Minister van Economie,

Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;

Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;

Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;

Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 04/10/2016.

Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteld, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeld in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.

Besluit:

Artikel 1. - Er wordt aan

LOUAGE EN WISSELINCK NV, Stationsstraat 221, 8850 ARDOOIE België;

vertegenwoordigd door

CHIELENS Kristof, Pres. Kennedypark 31c, 8500, KORTRIJK;

OSTYN Frans, Pres. Kennedypark 31c, 8500, KORTRIJK;

HOSTENS Veerle, Pres. Kennedypark 31c, 8500, KORTRIJK;

CARDOEN Annelies, Pres. Kennedypark 31c, 8500, KORTRIJK;

een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoais bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor: SCHUIFDEURINRICHTING VOOR EEN IN DE WAND SCHUIVENDE DEUR.

UITVINDER(S):

DEJONCKHEERE Maarten, Stationsstraat 221, 8850, ARDOOIE;

VOORRANG:

AFSPLITSING :

Afgesplitst van basisaanvraag : Indieningsdatum van de basisaanvraag :

Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).

Brussel, 02/05/2018,

Bij bijzondere machtiging:

BE2016/5738

SCHUIFDEURINRICHTING VOOR EEN IN DE WAND SCHUIVENDE

DEUR

Deze uitvinding betreft een schuifdeurinrichting voor een in de wand schuivende deur, omvattende:

een deurelement;

een geleidingsprofiel waarin het deurelement heen en weer verschuifbaar is opgehangen;

een verplaatsingssysteem voorzien om het deurelement te verplaatsen tussen een open en gesloten stand, omvattende een in het geleidingsprofiel verschuifbaar schuifelement dat bevestigbaar is aan het deurelement, waarbij het schuifelement eerste verplaatsingmiddelen omvat in de vorm van draagrollen voorzien om het schuifelement rechtlijnig in het geleidingsprofiel te verplaatsen.

Schuifdeuren worden veelal gebruikt om deuropeningen in wanden af te sluiten. Ze worden meestal opgebouwd door een deur- of wandelement met behulp van looprollen, voorzien op een rollichaam, heen en weer verschuifbaar in een geleidingsprofiel op te hangen en hierdoor de genoemde deuropening vrij te maken of terug af te sluiten.

In het geval de schuifdeur verschuifbaar is opgesteld ten opzichte van een naastliggende wand spreken we van een in de wand schuivende deur. In de wand schuivende deuren zijn algemeen gekend en zijn de perfecte oplossing om optimaal gebruik te maken van de beschikbare ruimte. Dergelijke deuren schuiven in een deurkozijn dat al tijdens de ruwbouwfase in de muur geplaatst kan worden, ofwel wordt ingebouwd in een gipsplaatwand.

Aangezien dergelijke deuren in een opening (nis) schuiven, voorzien in de wand, hebben ze het nadeel dat ze niet in éénzelfde vlak samenvallen met de omringende wanden wat esthetisch niet echt interessant is omdat de zijranden van de muur (wand) waarin de deur schuift in gesloten toestand van de deur zichtbaar blijven.

BE2016/5738

Hetzelfde nadeel treedt op bij naast elkaar liggende schuifdeuren waarbij de ene schuifdeur ook niet in hetzelfde vlak valt als de naastliggende schuifdeur.

Bij in de wand schuivende deuren kan bovengenoemd nadeel opgelost worden door het geleidingsprofiel te voorzien van een bochtelement zodat het deurelement tijdens het openen van de deur naar voor gebracht wordt wanneer het met zijn draagrollen in de bocht komt. Hierdoor valt de deur in gesloten toestand in hetzelfde vlak als de omringende wanden waardoor de bovengenoemde zijranden niet meer zichtbaar zijn. Dit systeem heeft echter het nadeel dat het een complex systeem is. Er zijn namelijk veelal vier bochtelementen nodig om de deur te geleiden. Doordat de deur via deze vier bochtelementen naar zijn afsluitpositie geleid wordt, gebeurt de verplaatsing ook niet vloeiend. Bovendien neemt een dergelijk systeem veel plaats in.

Een andere oplossing wordt beschreven in de Europese octrooipublicatie EP 1 731 703, waarbij het deurelement is opgebouwd uit twee op een afstand van elkaar geplaatste panelen en er in de ruimte tussen de panelen verplaatsingsmiddelen zijn voorzien die de beide panelen kunnen verplaatsen tussen een eerste en tweede stand volgens een richting die dwars op het vlak van het deurpaneel gericht is. Zo ligt het deurvlak van het deurpaneel van de schuifdeur in de eerste stand nagenoeg in het verlengde van het vlak van de naastliggende wand of andere schuifdeur en is de schuifdeur in de tweede stand verschuifbaar ten opzichte van deze naastliggende wand of andere schuifdeur. Deze oplossing heeft echter het nadeel dat er een zekere kracht moet uitgeoefend worden om de panelen naar elkaar toe te bewegen. Dit omdat de lucht tussen de panelen moet samengedrukt worden (net zoals bij een blaasbalg).

Het doel van deze uitvinding is een schuifdeurinrichting te verschaffen van het type dat in de eerste paragraaf van deze beschrijving werd omschreven, die door het uitoefenen van een geringe kracht, op een eenvoudige en vlotte manier geopend kan worden en die wanneer ze een opening afsluit in één vlak samenvalt met de omringende wand, muur of andere schuifdeur.

BE2016/5738

Een bijkomend doel bestaat er in een schuifdeurinrichting te verschaffen die met name kan toegepast worden in ziekenhuizen en rusthuizen voor het nagenoeg geluidsdicht afsluiten van de sanitaire ruimte(s).

Het doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een schuifdeurinrichting voor een in de wand schuivende deur, omvattende:

een deurelement;

een geleidingsprofiel waarin het deurelement heen en weer verschuifbaar is opgehangen;

een verplaatsingssysteem voorzien om het deurelement te verplaatsen tussen een open en gesloten stand, omvattende een in het geleidingsprofiel verschuifbaar schuifelement dat bevestigbaar is aan het deurelement, waarbij het schuifelement eerste verplaatsingmiddelen omvat in de vorm van draagrollen voorzien om het schuifelement rechtlijnig in het geleidingsprofiel te verplaatsen, waarbij het schuifelement verder tweede verplaatsingsmiddelen omvat die voorzien zijn om het deurelement te verplaatsen volgens een richting die dwars op het vlak van het deurelement gericht is.

Door zowel de eerste als tweede verplaatsingmiddelen te gaan voorzien op een op een deurelement bevestigbaar schuifelement wordt een compact systeem bekomen dat onzichtbaar kan worden ingewerkt.

Binnen het kader van deze uitvinding wordt begrepen onder de term open stand, de stand van het deurelement waarin een opening in de wand niet is afgesloten en onder de term gesloten stand, de stand van het deurelement waarin de opening in de wand is afgesloten en het deurvlak van het deurelement in het verlengde ligt van het vlak van de naastliggende wand.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de schuifdeurinrichting volgens de uitvinding omvatten de tweede verplaatsingsmiddelen één of meerdere tegen een veerkracht in beweegbare draagarmen die voorzien zijn om het deurelement in

BE2016/5738 gesloten toestand tegen een aanslagvlak te drukken. Het aanslagvlak maakt deel uit van de wand. Het aanslagvlak is bij voorkeur voorzien van een dichtingsrubber. Via de draagarmen wordt het deurelement mooi tegen het rubberen aanslagvlak aangedrukt waardoor een goede (geluidsdichte) afdichting wordt bekomen.

Voigens een meer voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de schuifdeurinrichting overeenkomstig de uitvinding omvat het verplaatsingssysteem minstens één geleidingselement met een opneemgroef waarin een aan het deurelement bevestigbare geleidingscomponent verplaatsbaar is, en waarbij de tweede verplaatsingsmiddelen geactiveerd worden door verplaatsing van het geleidingscomponent in de genoemde opneemgroef. De genoemde geleidingscomponent is bij voorkeur een volgwiel dat voorzien is om geleid te worden in de opneemgroef waarbij deze opneemgroef voorzien is om het volgwiel tijdens het sluiten van de deur zodanig te geleiden dat de nodige ruimte gecreëerd wordt om het deurelement te verplaatsen voigens een richting die dwars op het vlak van het deurelement gericht is, zodat het deurelement door de draagarmen tegen het aanslagvlak gedrukt worden. De opneemgroef heeft bij voorkeur over een deel van zijn traject een gebogen verloop.

In een bijzondere uitvoeringsvorm van de schuifdeurinrichting voigens de uitvinding omvat het verplaatsingssysteem een eerste en een tweede geleidingselement met een opneemgroef waarin respectievelijk een aan het deurelement bevestigbare bovenste en onderste geleidingscomponent verplaatsbaar is. Bij voorkeur is het eerste geleidingselement bevestigbaar tegen het geleidingsprofiel waarin het deurelement heen en weer verschuifbaar is opgehangen en is het tweede geleidingselement bevestigbaar tegen een onderste geleidingsprofiel.

Bij een meer bijzondere uitvoeringsvorm van de schuifdeurinrichting voigens de uitvinding omvat de genoemde inrichting een afdichtelement dat voorzien is om de langsopening van de wand waarin het deurelement schuift, in gesloten stand, af te dichten. De wand wordt gevormd door twee op een tussenafstand van elkaar

BE2016/5738 geplaatste wandpanelen. Wanneer het deurelement de deuropening zal afsluiten en in hetzeifde vlak ligt als de naastliggende wand, zal de langsopening tussen de beide wandpanelen afgedicht worden door het afdichtelement. Het afdichtelement is mechanisch verbonden met het deurelement en is verplaatsbaar tussen een rustpositie en een dichtingspositie.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna voigende gedetailleerde beschrijving van voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een schuifdeurinrichting voigens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze uitvoeringsvormen van de schuifdeurinrichting aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conciusies opgeëiste octrooirechten.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij :

figuur 1: een schematische voorsteiiing is van de verplaatsing van het deurelement van de schuifdeurinrichting voigens de uitvinding van open naar gesloten stand, waarbij de pijien de beweging van het deurelement verduidelijken;

figuur 2: in figuren 2.1 t/m 2.4 de verplaatsing van het deurelement van de schuifdeurinrichting voigens de uitvinding van open naar gesloten stand verduidelijkt in bovenaanzicht, waarbij de pijien de beweging van het deurelement verduidelijken;

figuur 3; een per spectiefvoor Stelling is van het schuifelement voorzien van de eerste en de tweede verplaatsingsmiddelen;

figuur 4: een schematische voorsteiiing is van de schuifdeurinrichting voigens de uitvinding waarop de posities van het deurelement in open stand, in gesloten stand en een stand tussen open en gesloten stand, telkens in de detailvoorStelling worden afgebeeld.

BE2016/5738

Deze uitvinding betreft een schuifdeurinrichting (1) voor het afsluiten van een opening. De af te sluiten opening is een opening in een wand (2), maar kan eventueel ook een kastopening zijn.

Figuur 1 is een schematische voorstelling van een in de wand schuivende deur met een deurelement (3) voor het afsluiten van een opening in de wand (2). Het op de figuren voorgesteide deurelement (3) schuift zoals blijkt uit figuur 2, in een nis gevormd door twee op een afstand van elkaar geplaatste wanden (2a en 2b). Het deurelement (3) hangt in een niet nader afgebeeld geleidingsprofiel waarin het deurelement (3) heen en weer verschuifbaar is. Deurelement (3) is bij voorkeur een enkelvoudig paneel. Het deurelement (3) is bij voorkeur massief uitgevoerd. Het deurelement (3) kan ook opgebouwd zijn uit twee op een vaste afstand van elkaar geplaatste panelen.

Om het deurelement (3) te verplaatsen tussen een open en gesloten stand omvat de schuifdeurinrichting (1) voigens de uitvinding een verplaatsingssysteem met een in het geleidingsprofiel verschuifbaar schuifelement (4) dat bevestigbaar is aan het deurelement (3). Het schuifelement (4) omvat zoals blijkt uit figuur 3 eerste verplaatsingmiddelen (5) in de vorm van draagrollen voorzien om het schuifelement (3) rechtlijnig in het geleidingsprofiel te verplaatsen, en tweede verplaatsingsmiddelen (6) die voorzien zijn om het deurelement (3) te verplaatsen voigens een richting die dwars op het vlak van het deurelement (3) gericht is.

Verder omvat het verplaatsingssysteem minstens één onderste geleidingscomponent (10b), bij voorkeur in de vorm van een geleidingswiel (24) die beweegt in een onderste geleidingsprofiel (niet afgebeeld), gemonteerd op of in de vloer in de nis om de hinder bij passage tot een minimum te beperken. Het onderste geleidingswiel (10b) is bevestigd aan het deurelement (3).

De tweede verplaatsingsmiddelen (6) omvatten één of meerdere tegen een veerkracht in beweegbare draagarmen die voorzien zijn om het deurelement (3) in gesloten

BE2016/5738 toestand tegen een aanslagvlak (7) in de wand (2) te drukken. Het aanslagvlak (7) is bij voorkeur voorzien van een dichtingsrubber. Via de draagarmen wordt het deurelement mooi tegen het rubberen aanslagvlak aangedrukt waardoor een goede (geluidsdichte) afdichting wordt bekomen. De draagarmen worden via een (gas)veer aangedreven. Bij voorkeur zijn er twee draagarmen voorzien die zieh op een zeker afstand van elkaar bevinden.

De draagarmen zijn met hun ene uiteinde scharnierbaar verbonden met het schuifelement (4) en met hun andere uiteinde scharnierbaar verbonden met een verbindingsstuk (12) dat bevestigd wordt tegen het deurelement (3). De draagarmen zijn verplaatsbaar tussen een ingeklapte en uitgeklapte stand. In de ingeklapte stand bevinden het schuifelement (4) en het verbindingsstuk (12) dichter bij elkaar dan in de uitgeklapte stand. In open stand en tijdens het grootste deel van de verplaatsing van het schuifelement in de geleidingsrail tijdens het dichtschuiven van het deurelement (3) bevinden de draagarmen zieh in hun ingeklapte stand. Pas op het einde van het traject van het schuifelement (4) in de geleidingrail, worden de draagarmen geactiveerd en klappen ze open.

Om de draagarmen te verplaatsen omvat het genoemde verplaatsingssysteem een eerste geleidingselement (8a) met een opneemgroef (9a) en een tweede (8b) geleidingselement met ook een opneemgroef (9b) waarin een aan het deurelement (3) bevestigbare geleidingscomponent (10a, 10b) verplaatsbaar is. De geleidingscomponent is bij voorkeur een volgwiel. Het eerste geleidingselement (8a) wordt bevestigd tegen het geleidingsprofiel (niet afgebeeld) waarin het deurelement (3) heen en weer verschuifbaar is opgehangen en het tweede geleidingselement (8b) wordt bevestigd tegen het onderste geleidingsprofiel (niet afgebeeld). De geleidingscomponent (10a, 10b) is voorzien om geleid te worden in de overeenkomstige geleidingselementen (8a; 8b). Door de verplaatsing van de geleidingscomponent (10a; 10b) in de opneemgroef (9a, 9b) worden de tweede verplaatsingsmiddelen geactiveerd en wordt het deurelement (3) tegen het aanslagvlak gedrukt.

BE2016/5738

De geleidingscomponent (10a) die verplaatsbaar is in de opneemgroef (9a) van het eerste geleidingselement (8a) is voorzien aan de bovenzijde van het deurelement (3), in de nabijheid van de zijrand. De geleidingscomponent (10b) die verplaatsbaar is in de opneemgroef (9b) van het tweede geleidingselement (8b) is voorzien aan de onderzijde van het deurelement (3), in de nabijheid van de andere zijrand. Bij het open - of dichtschuiven van de deur beweegt de geleidingscomponent zieh in de betreffende opneemgroef om zo de verplaatsing van het deurelement (3) door de tweede verplaatsingsmiddelen mogelijk te maken. Hiertoe maakt de geleidingscomponent door de gebogen vorm de opneemgroef een bocht. Wanneer de geleidingscomponent bij het openschuiven van het deurelement in deze bocht komt zullen de draagarmen uitgeklapt worden, en wordt het deurelement (3) tegen het aanslagvlak gedrukt.

Om het deurelement (3) te verplaatsen van gesloten naar open stand moet een drukkracht op het deurelement (3) uitgeoefend worden, terwijl er bij de verplaatsing van open naar gesloten stand, een trekkracht op het deurelement (3) moet uitgeoefend worden.

Om te vermijden dat in gesloten stand, de (langs)opening tussen de wanden (2a en 2b) zichtbaar blijft omvat de schuifdeurinrichting (1) volgens de uitvinding een afdichtelement (11). Dit afdichtelement (11) is mechanisch verbonden met het deurelement (3) en zal zoals blijkt uit figuur 2, tijdens de verplaatsing van het deurelement (3) meebewegen met dit deurelement.

De elementen van de schuifdeurinrichting volgens de uitvinding die de verplaatsing zullen realiseren en ervoor zorgen dat het deurelement (3) in gesloten stand gelijk valt met de omringende wanden, kan voliedig ingewerkt worden en is na installatie niet of nagenoeg niet meer zichtbaar. Het systeem is voliedig aanpasbaar en onafhankelijk van de breedte van de deur.

BE2016/5738

Claims (10)

1. CONCLUSIES

   1. Schuifdeurinrichting (1) voor een in de wand (2) schuivende deur, omvattende:

   - een deurelement (3);

   - een geleidingsprofiel waarin het deurelement (3) heen en weer verschuifbaar is opgehangen;

   - een verplaatsingssysteem voorzien om het deurelement (3) te verplaatsen tussen een open en gesloten stand, omvattende een in het geleidingsprofiel verschuifbaar schuifelement (4) dat bevestigbaar is aan het deurelement (3), waarbij het schuifelement (4) eerste verplaatsingmiddelen (5) omvat in de vorm van draagrollen voorzien om het schuifelement (3) rechtlijnig in het geleidingsprofiel te verplaatsen, met het kenmerk dat het schuifelement (3) verder tweede verplaatsingsmiddelen (6) omvat die voorzien zijn om het deurelement (3) te verplaatsen volgens een richting die dwars op het vlak van het deurelement (3) gericht is.
2. 2. Schuifdeurinrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de tweede verplaatsingsmiddelen (6) één of meerdere tegen een veerkracht in beweegbare draagarmen omvatten die voorzien zijn om het deurelement (3) in gesloten toestand tegen een aanslagvlak (7) te drukken.
3. 3. Schuifdeurinrichting (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het verplaatsingssysteem minstens één geleidingselement (8a, 8b) met een opneemgroef (9a, 9b) omvat waarin een aan het deurelement (3) bevestigbare geleidingscomponent (10a, 10b) verplaatsbaar is, waarbij de tweede verplaatsingsmiddelen geactiveerd worden door verplaatsing van de geleidingscomponent (10a, 10b) in de genoemde opneemgroef (9a, 9b).

   BE2016/5738
4. 4. Schuifdeurinrichting (1) volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de opneemgroef (9a, 9b) over een deel van zijn traject een gebogen verloop heeft.
5. 5. Schuifdeurinrichting (1) volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk dat het verplaatsingssysteem een eerste (8 a) en een tweede (8b) geleidingselement met een opneemgroef (9a, 9b) omvat waarin respectievelijk een aan het deurelement (3) bevestigbare bovenste (10a) en onderste (10b) geleidingscomponent verplaatsbaar is.
6. 6. Schuifdeurinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk dat het eerste geleidingselement (8a) bevestigbaar is tegen het geleidingsprofiel waarin het deurelement (3) heen en weer verschuifbaar is opgehangen en dat het tweede geleidingselement (8b) bevestigbaar is tegen een onderste geleidingsprofiel.
7. 7. Schuifdeurinrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat in gesloten stand het deurvlak van het deurelement (3) in het verlengde ligt van het vlak van de naastliggende wand (2).
8. 8. Schuifdeurinrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het deurelement (3) opgebouwd is uit één paneel.
9. 9. Schuifdeurinrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk de genoemde inrichting (1) een afdichtelement (11) omvat dat voorzien is om de langsopening van de wand (2) waarin het deurelement (3) schuift, in gesloten stand, af te dichten.
10. 10. Schuifdeurinrichting (1) volgens conclusie 9, met het kenmerk dat het afdichtelement verplaatsbaar is tussen een eerste en tweede positie.

    BE2016/5738