<Desc/Clms Page number 1>
EMI1.1
Terugslagklep. --------------
EMI1.2
Deze uitvinding heeft betrekking op een terugslagklep, m. a. w. een klep die toelaat dat een fluidum slechts in een richting erdoor kan stromen.
Bekende terugslagkleppen bestaan doorgaans uit een kogel die door middel van een veer op een zitting wordt gedrukt, waarbij de klep slechts opent wanneer de fluidumstroom een druk op de kogel uitoefent tegengesteld aan de drukkracht van de veer.
Dergelijke kleppen hebben als nadeel dat ze een relatief ingewikkelde en nauwkeurige konstruktie vereisen teneinde bij de terugslagwerking in een goede dichting te voorzien. Zij hebben tevens als nadeel dat de responsietijd, m. a. w. de tijd nodig om de klep te openen of te sluiten, groot is. Bovendien openen zij slechts bij een welbepaald drukverschil dat afhankelijk is van de ingestelde veerspanning.
<Desc/Clms Page number 2>
De huidige uitvinding heeft dan ook een terugslagklep tot doel die voornoemde nadelen niet vertoont, m. a. w. een terugslagklep van relatief eenvoudige konstruktie, dewelke een snel responsiegedrag heeft.
Tevens heeft de uitvinding een terugslagklep tot doel die de eigenschap vertoont dat zij gemakkelijk kan worden ingebouwd. r Dit maakt dat de terugslagklep bijvoorbeeld zeer geschikt is om te worden toegepast in de voedingsinrichting van een hoofdblazer van een weefmachine, dewelke zoals bekend aan een zeer hoog toerental werkzaam is.
Doorgaans wordt zulke hoofdblazer gevoed, enerzijds, met blaaslucht op hoge druk voor het inbrengen van de inslagdraden in de gaap, en anderzijds, met blaaslucht op lage druk om gedurende de tussenliggende perioden, waarbij geen blaaslucht op hoge druk wordt toegevoerd, het inslagdraadeinde in de hoofdblazer gestrekt te houden. De terugslagklep volgens de huidige uitvinding kan dan worden
<Desc/Clms Page number 3>
aangewend om te vermijden dat blaaslucht op hoge druk zou stromen in de toevoerleiding met lage druk.
Teneinde voornoemde doelen te realiseren betreft de uitvinding een terugslagklep, met als kenmerk dat zij hoofdzakelijk bestaat uit een kamer die in verbinding staat met een uitlaat ; in de wand van de kamer minstens een inlaat ; en een soepele slang die aansluit tegen de wand van de kamer en die ter plaatse van de inlaat een vervormbaar lipvormig gedeelte vertoont dat voornoemde inlaatopening kan afsluiten.
De slang is uitgevoerd in een soepel materiaal, zoals rubber, waardoor het openen en sluiten reeds bij een klein drukverschil gebeurt, vermits het openen en sluiten in dit geval vrijwel hoofdzakelijk bepaald is door het drukverschil tussen de inlaat en uitlaat.
In de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm vertoont de terugslagklep een symmetrische opbouw, waarbij de voornoemde kamer cylindervormig is en twee diametraal gesitueerde inlaatopeningen bezit.
De hierin geplaatste slang is voorzien van twee
<Desc/Clms Page number 4>
uitsnijdingen, zodanig dat ter plaatse van elke inlaatopening een lipvormig uitsteeksel is gevormd.
Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeelden zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :
Figuur 1 een terugslagklep volgens de uitvinding weergeeft ; fiuur 2 een doorsnede weergeeft volgens lijn
11-11 in fig. 1 ; figuren 3 en 4 zichten weergeven van de voornoemde slang, respektievelijk volgens pijlen
F3 en F4 in figuur 2 ; figuur 5 de terugslagklep van figuur 1 in geopende toestand weergeeft ; figuren 6 en 7 twee praktische uitvoeringsvormen van een terugslagklep volgens de uitvinding weergeven.
Zoals weergegeven in figuur 1 bestaat de terugslagklep hoofdzakelijk uit een kamer 1 die in verbinding staat met minstens een uitlaat 2 ; in de
<Desc/Clms Page number 5>
wand 3 van de kamer 1 minstens een, doch bij voorkeur twee inlaatopeningen 4 ; en een soepele slang 5, van geringe lengte, die aansluit tegen de wand 3 van de kamer 1 en die ter plaatse van elke inlaatopening 4 een vervormbaar lipvormig gedeelte 6 vertoont. Het is duidelijk dat bij een dergelijke terugslagklep het fluidum slechts kan stromen in de richting van de inlaatopeningen 4 naar de uitlaat 2.
De slang 5 bestaat uit een elastisch vervormbaar materiaal, bij voorkeur rubber of dergelijke. De slang 5 kan eventueel in de kamer 1 worden bevestigd door haar over een bepaalde lengte L vast te kleven door middel van lijm 7.
EMI5.1
.
In de uitvoeringsvorm volgens figuren 1 tot 4 is de terugslagklep symmetrisch opgebouwd. Hiertoe is de kamer 1 cylindervormig uitgevoerd en vertoont twee diametraal gelegen inlaatopeningen 4. De vervormbare lipvormige gedeelten 6, die de uitlaatopeningen 4 afsluiten, zijn hierbij gevormd doordat in het bovenste uiteinde van de slang 5 twee tegenover elkaar gelegen uitsnijdingen 8 zijn aangebracht,
<Desc/Clms Page number 6>
zodanig dat de lipvormige gedeelten als het ware uitsteeksels vormen.
De werking van de terugslagklep is eenvoudig en als volgt. Wanneer de druk aan de uitlaatopening 4 kleiner of gelijk is aan de druk in de kamer 1 bevindt de terugslagklep zich in een toestand zoals weergegeven in figuur l, waarbij de inlaatopeningen 4 door middel van de lipvormige gedeelten 6 zijn afgedicht.
Wanneer de druk in het fluidum aan de inlaatopeningen 4 groter wordt dan de druk in de kamer 1 verhoogd met de zeer geringe druk nodig om de lipvormige gedeelten 6 te verbuigen of wanneer de druk in het fluïdum in de kamer l, verhoogd met de zeer geringe druk nodig om de lipvormige gedeelten 6 te verbuigen, lager wordt dan de druk aan de inlaatopeningen 4, ontstaat een toestand zoals weergegeven in figuur 5, waarbij de lipvormige gedeelten 6 naar binnen in de kamer 1 worden gedrukt, met als gevolg dat het fluidum uit de inlaatopeningen 4 vrij in de kamer 1 en vervolgens langs de uitlaat 2 weg kan stromen.
In de praktische uitvoeringsvormen volgens figuren 6 en 7 is de terugslagklep opgebouwd uit een behuizing
<Desc/Clms Page number 7>
9 ; een in de behuizing 9 aangebrachte koker 10, die de voornoemde kamer 1 vormt ; ter plaatse van de
EMI7.1
inlaatopening, respektievelijk 4 een bij voorkeur ringvormige kamer 11 die zieh tussen de buitenwand van de koker 10 en de binnenwand van de behuizing 9 uitstrekt ; en een toevoerleiding 12 die in de kamer 11 uitmondt.
Teneinde een eenvoudige montage en demontage toe te laten is de behuizing 9 cylindervormig uitgevoerd en inwendig voorzien van schroefdraad 13, een en ander zodanig dat de koker 10, die voorzien is van uitwendige schroefdraad 14 hierin kan worden geschroefd door middel van schroefmiddelen 15.
De kamer 11 is bij voorkeur gevormd uit een ringvormige uitsparing aan de buitenzijde van de koker 10.
In de uitvoeringsvorm volgens figuur 6 is de kamer 1 aan het bovenste uiteinde van de koker 10, meer speciaal aan het uiteinde waar de lipvormige gedeelten 6 zieh bevinden, gesloten, terwijl het tegenoverliggende uiteinde de uitlaat 2 vormt.
Het feit dat de lipvomige, gedeelten 6 naar het gesloten uiteinde gericht zijn bevordert het sluiten
<Desc/Clms Page number 8>
van de terugslagklep waarmee de kamer 1 onder druk wordt gebracht.
Figuur 7 geeft een bijzondere uitvoeringsvorm weer, waarbij naast de voornoemde inlaatopeningen 4 en de uitlaat 2, tevens een tweede inlaat 16 is voorzien.
De inlaat 16 staat in verbinding met een uiteinde van de kamer 1, terwijl de uitlaat 2 in verbinding staat met het andere uiteinde en wel zodanig dat de lipvormige gedeelten 6 naar de voornoemde uitlaat 2. toe zijn gericht. Deze terugslagklep laat toe dat langs de toevoerleiding 12 en langs de inlaat 16 fluidum onder druk kan worden toegevoerd, waarbij vermeden wordt dat het fluidum van de inlaat 16 in de toevoerleiding 12 vloeit wanneer de druk aan de inlaat 16 hoger is dan de druk in de toevoerleiding 12. Het feit dat de lipvormige gedeelten 6 naar de uitlaat 2 zijn gericht bevordert het sluiten van de terugslagklep wanneer fluidum onder hoge druk wordt toegevoerd via de inlaat 16.
In de uitvoeringsvorm volgens figuur 7 geniet het de voorkeur dat de slang 5 verzonken is in de wand 3 van de kamer 1, teneinde de stroming van de inlaat 16 naar de uitlaat 2 niet te hinderen. De
<Desc/Clms Page number 9>
bevestiging door middel van lijm 7 is in zulk geval niet noodzakelijk.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot als voorbeelden beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen doch dergelijke terugslagklep kan volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
<Desc / Clms Page number 1>
EMI1.1
Check valve. --------------
EMI1.2
This invention relates to a check valve, m. A. W. a valve that allows a fluid to flow through it in only one direction.
Known non-return valves usually consist of a ball that is pressed onto a seat by means of a spring, the valve opening only when the fluid flow exerts a pressure on the ball opposite to the compressive force of the spring.
The disadvantage of such valves is that they require a relatively complicated and accurate construction in order to provide a good seal during the blowback action. They also have the disadvantage that the response time, m. A. W. the time required to open or close the valve is long. In addition, they open only at a specific pressure difference that depends on the set spring tension.
<Desc / Clms Page number 2>
The present invention therefore aims at a non-return valve which does not have the above-mentioned drawbacks, i.e. a. W. a check valve of relatively simple construction, which has a fast response behavior.
The invention also has the object of a non-return valve which has the property that it can be easily installed. This makes the non-return valve, for example, very suitable for use in the feed device of a main blower of a weaving machine, which is known to operate at a very high speed.
Typically, such a main blower is fed, on the one hand, with high pressure blow air for introducing the weft threads into the shed, and on the other hand, with low pressure blow air for the intervening periods of no high pressure blow air being introduced, the weft thread end into the head blower. The check valve according to the present invention can then become
<Desc / Clms Page number 3>
used to prevent high pressure blowing air from flowing into the low pressure supply line.
In order to achieve the aforementioned objects, the invention relates to a non-return valve, characterized in that it mainly consists of a chamber which communicates with an outlet; at least one inlet in the wall of the room; and a flexible hose which connects to the wall of the chamber and which has a deformable lip-shaped part at the location of the inlet which can close said inlet opening.
The hose is made of a flexible material, such as rubber, as a result of which the opening and closing already takes place at a small pressure difference, since the opening and closing in this case is mainly determined by the pressure difference between the inlet and outlet.
In the most preferred embodiment, the non-return valve has a symmetrical construction, the aforementioned chamber being cylindrical and having two diametrically situated inlet openings.
The hose placed in it is provided with two
<Desc / Clms Page number 4>
cut-outs such that a lip-shaped projection is formed at the location of each inlet opening.
With the insight to better demonstrate the features according to the invention, some preferred embodiments are described below as examples without any limitation, with reference to the accompanying drawings, in which:
Figure 1 shows a non-return valve according to the invention; figure 2 represents a section according to line
11-11 in Fig. 1; figures 3 and 4 represent views of the aforementioned hose, respectively according to arrows
F3 and F4 in Figure 2; figure 5 shows the non-return valve of figure 1 in opened position; figures 6 and 7 show two practical embodiments of a non-return valve according to the invention.
As shown in figure 1, the non-return valve mainly consists of a chamber 1 which communicates with at least one outlet 2; in the
<Desc / Clms Page number 5>
wall 3 of chamber 1 at least one, but preferably two inlet openings 4; and a flexible hose 5, of short length, which connects to the wall 3 of the chamber 1 and which has a deformable lip-shaped part 6 at the location of each inlet opening 4. It is clear that with such a non-return valve the fluid can only flow in the direction of the inlet openings 4 to the outlet 2.
The hose 5 consists of an elastically deformable material, preferably rubber or the like. The hose 5 can optionally be fixed in the chamber 1 by sticking it over a certain length L by means of glue 7.
EMI5.1
.
In the embodiment according to Figures 1 to 4, the non-return valve is constructed symmetrically. For this purpose, the chamber 1 is cylindrical and has two diametrically located inlet openings 4. The deformable lip-shaped parts 6, which close the outlet openings 4, are formed in that two opposing cut-outs 8 are arranged in the upper end of the hose 5,
<Desc / Clms Page number 6>
such that the lip-shaped parts form projections, as it were.
The operation of the check valve is simple and as follows. When the pressure at the outlet opening 4 is less than or equal to the pressure in the chamber 1, the non-return valve is in a position as shown in figure 1, wherein the inlet openings 4 are sealed by means of the lip-shaped parts 6.
When the pressure in the fluid at the inlet openings 4 becomes greater than the pressure in the chamber 1 increased by the very small pressure required to bend the lip-shaped parts 6 or when the pressure in the fluid in the chamber 1 increased by the very small pressure required to bend the lip-shaped parts 6, becomes lower than the pressure at the inlet openings 4, a situation as shown in figure 5 arises, in which the lip-shaped parts 6 are pressed inwards into the chamber 1, with the result that the fluid is the inlet openings 4 can flow freely into the chamber 1 and then along the outlet 2.
In the practical embodiments according to figures 6 and 7, the non-return valve is built up from a housing
<Desc / Clms Page number 7>
9; a sleeve 10 arranged in the housing 9, which constitutes the aforementioned chamber 1; at the site of the
EMI7.1
inlet opening 4, respectively, a preferably annular chamber 11 extending between the outer wall of the sleeve 10 and the inner wall of the housing 9; and a supply line 12 opening into the chamber 11.
In order to permit simple assembly and disassembly, the housing 9 is cylindrical and internally provided with screw thread 13, such that the sleeve 10, which is provided with external screw thread 14, can be screwed therein by means of screw means 15.
The chamber 11 is preferably formed from an annular recess on the outside of the sleeve 10.
In the embodiment of Figure 6, the chamber 1 at the top end of the sleeve 10, more particularly at the end where the lip-shaped portions 6 are located, is closed, while the opposite end forms the outlet 2.
The fact that the lip-shaped parts 6 are directed towards the closed end facilitates closing
<Desc / Clms Page number 8>
of the non-return valve with which the chamber 1 is pressurized.
Figure 7 shows a special embodiment, wherein in addition to the aforementioned inlet openings 4 and the outlet 2, a second inlet 16 is also provided.
The inlet 16 communicates with one end of the chamber 1, while the outlet 2 communicates with the other end, such that the lip-shaped portions 6 face the aforementioned outlet 2. This check valve allows pressurized fluid to be supplied along the supply line 12 and along the inlet 16, thereby avoiding the fluid flowing from the inlet 16 into the supply line 12 when the pressure at the inlet 16 is higher than the pressure in the supply line 12. The fact that the lip-shaped sections 6 are directed towards the outlet 2 facilitates the closing of the non-return valve when high pressure fluid is supplied via the inlet 16.
In the embodiment according to figure 7, it is preferred that the hose 5 is sunk into the wall 3 of the chamber 1, so as not to hinder the flow of the inlet 16 to the outlet 2. The
<Desc / Clms Page number 9>
fastening by means of glue 7 is not necessary in such a case.
The present invention is in no way limited to embodiments described as examples and shown in the figures, but such non-return valve can be realized in various variants without departing from the scope of the invention.