NL8120258A - - Google Patents

Description

-1- 81 2 02 5 8 VO 3116

Dragerinrichting voor voertuigen.

De uitvinding heeft betrekking op een dragerinrichting, welke gemonteerd kan worden op de trekhaak van voertuigen, bestaande uit organen voor het dragen van voorwerpen en middelen voor het bevestigen van de draaginrichting op de trekhaak.

5 Het is tot nog toe bekend rijwielen op voertuigen te transpor teren door een draaginrichting, welke door bouten of dergelijke aan de bumper is bevestigd. Deze inrichting vereist veel montagetijd en is moeilijk veilig te bevestigen.

Een andere bekende inrichting, in het bijzonder voor motor-10 fietsen, is bevestigd aan de trekkogel van een voertuig. Deze inrichting omvat twee klemplaten, welke van boven en van onderen op de kogel steunen en door bouten onderling zijn bevestigd. Deze inrichting is echter uit constructief oogpunt meer gecompliceerd dan de inrichting volgens de uitvinding en vereist bovendien meer montagetijd dan deze laatstgenoemde.

15 De inrichting volgens de uitvinding dient voor het dragen van rijwielen, doch kan gelijktijdig ook worden gebruikt als extra steunpunt voor het transporteren van langwerpige objecten, bijv. kano's.

De uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een draaginrichting voor voertuigen, welke constructief eenvoudig en gemakkelijk 20 monteerbaar is. Dit doel wordt bereikt door een inrichting, welke karak-teiitieke eigenschappen heeft als omschreven in de conclusies.

Een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding wordt onder verwijzing naar de tekening toegelicht. Daarin toont: figuur 1 een vooraanzicht van een draaginrichting volgens de 25 uitvinding en figuur 2 een gedeeltelijk zijaanzicht van de draaginrichting volgens de uitvinding.

De draaginrichting 1, zoals weergegeven in figuur 1 en 2 en bijv. dient om rijwielen op voertuigen te monteren, bestaat uit een U-30 vormig orgaan 2, dat aan de vrije einden staanders 3 kan opnemen, welke in benen U van dat orgaan 2 zijn gestoken. De staanders 3 zijn losneembaar bevestigd door middel van blokkeermiddelen, bijv. bouten, ten opzichte van de benen H.

Een pijp 6, welke bevestigd is aan het ondervlak in het bodem-35 gedeelte 5 van het orgaan 2 heeft een binnendiameter, welke in overeen- 8120258 -2- stemming is met de buitendiameter van de trekkogel 7 van een voertuig, waarop de inrichting moet worden gemonteerd. Wanneer de pijp 6 op de haat; gemonteerd is, zal het van het bodemgedeelte 5 afgekeerde einde op het draaggedeelte 8 van de trekhaak steunen.

5 Door de pijp 6 heen loppt een bout 9» welke daarin is opge nomen in een van binnenschroefdraad voorzien gat. Deze bout is aan het uitstekende uiteinde voorzien van een hendel 10.

Zoals duidelijk uit figuur 2 blijkt, werkt de bout 9 samen met de trekkogel 7 onder de horizontale doorsnede met de grootste dia-10 meter van de kogel. Dit verzekert een veilig opsluiten van de pijp 6 op de trekkogel 7. Het is duidelijk, dat er geen kans bestaat dat de pijp 6 van de trekkogel 7 wordt afgetrokken wanneer de bout stevig is aangetrokken, hetgeen zonder gebruik van gereedschap kan plaatsvinden.

Overeenkomstig het in de figuren weergegeven uitvoeringsvoor-15 beeld steunt het ondereinde van de pijp 6 op het dragende gedeelte van de trekhaak, waarbij de inrichting bestand is tegen buigen in dwars-richting.

Op de staanders 3 zijn twee beugels 11 bevestigd, bijv. door lassen, op welke beugels een of meer rijwielen gehangen kunnen worden.

20 De inrichting volgens de uitvinding bevat tevens een draagor- gaan 12 voor dakbelasting, welke bestaat uit twee staanders 13 en een draagelement lU, dat de staanders 13 aan de bovenzijde verbindt en opwaarts gebogen einden heeft.

De boveneinden van de staanders 3 kunnen de ondereinden van 25 de staanders 13 opnemen, welke bij voorkeur voorzien zijn van een soort aanslagkraag. De staanders 13 en 3 zijn losneembaar ten opzichte van elkaar bevestigd, bijv. door sluitmiddelen, zoals bouten.

Wanneer slechts rijwielen getransporteerd moeten worden door de inrichting hoeft het orgaan 12 niet gemonteerd te worden. In het ge-30 val van een dakbelasting echter, welke zeer lang of zwaar is, kan het zeer voordelig zijn wanneer, een extra steunpunt voor de dakbelasting ter beschikking staat. Voorbeelden van een dergelijke en/of zware dakbelasting zijn bijv. kano’s, surfplanken, hout, masten, enz.

De pijp 6, welke in de gemonteerde stand op de trekhaak is 35 gedrukt, kan aan het ondereinde ook anders zijn uitgevoerd om te worden aangepast aan verschillende types trekhaken.

De draaginrichting volgens de uitvinding is simpel van 8120258 -3- constructie en zeer gemakkelijk te monteren.

Voor wat betreft de delen van de inrichting, welke voorwerpen moeten dragen, kunnen zij op verschillende manieren zijn uitgevoerd zonder het idee van de uitvinding te verlaten. De uitvinding kan dus binnen 5 het kader van de conclusies worden gewijzigd.

8120258

Claims (5)

1. Draaginrichting welke gemonteerd kan worden op een' trek— haak van voertuigen, bestaande uit organen (2, 3,' 31, 32l voor hef steu-nen van voorwerpen en middelen (6, 9, 10I ter bevestiging van de draagt 5 inrichting aan de trekhaak (7, 8), met het' kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen (6) bestaande uit een buisvormig element (6)’, dat voorzien is van een doorgaande bout (9), welke in de gemonteerde toestand yan het buisvormige element (6) op de trekhaak (7, 8) samenwerkt met de trekhaak. (7, 8) en zich bevindt onder de horizontale dwarsdoorsnede met de groot— 10 ste diameter van de trekkogel (7).

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het ondereinde van het buisvormige element (61 samenwerken met het draagge-deelte (8) van de trekhaak.

3- Inrichting volgens conclusie 1,. met het kenmerk, dat het 15 gedeelte (2) van de draagorganen, dat verbonden is met het boveneinde van het buisvormige orgaan (6) in de gemonteerde toestand van de inrichting op de trekkogel' (7) rust. h, Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de draagorganen een U-vormig deel (2)_ omvatten, in 20 de benen (1+) waarvan een staander (3)' kan worden opgenomen, waarop beugels (11). voor het dragen van rijwielen zijn bevestigd.

5. Inrichting volgens conclusies 1—1+, met het kenmerk, dat de draagorganen een steunpunt (12). voor dakb.elasti.ng vormen,

6. Inrichting volgens conclusie 5, met hef kenmerk, dat het 25 gedeelte (12), dat de dakbelasting kan dragen bestaat uit tweè staanders (13) en een draagelement (1U), dat de staanders (13) verbindt, terwijl de ondereinden van de staanders (13.) opgenomen kunnen worden'in de beugels (11 j, welke de boveneinden van de staanders (33-1 steunen. 8120258