NL7907154A - Inrichting voor het kleinmaken. - Google Patents

Description

φ κ >

V

Robert Kraps Firma volgens Duits recht, Solingen, Bondsrepubliek-

Duitsland

Inrichting voor het kleinmaken,

De uitvinding heeft betrekking on een inrichting voor het kleinmaken van levensmiddelen, zoals vlees, kruiden en dergelijke, voorzien van een, een draaibaar kleinmaakwerktuig onnemende beker, die in de bodem een doorgang heeft voor een aandrijfas, en van een de beker afslui-5 tend deksel, waarbij de inrichting kan worden geplaatst otj het huis van een keukenmachine voor vele doeleinden, en het kleinmaakwerktuig via een aandrijfdeel kan worden gekorreld met een aandrijfaggregaat van de keukenmachine ,

Dergelijke inrichtingen voor het kleinmaken worden veel-10 vuldig toegerast. Gebleken is echter, dat bij het ingeschakeld zijn van de inrichting en het afgenomen zijn van het deksel, de gebruiker van de inrichting zich gemakkelijk kan verwonden, zodat in het bijzonder bij het ongewild afnemen van het deksel, een verhoogd gevaar voor ongelukken bestaat, Weliswaar is reeds bij keukenmachines voorgesteld om door het or-15 brengen of afnemen van een deksel, een schakelaar te bedienen, zodat de keukenmachine bij afgenomen deksels is uitgeschakeld. Het is echter bij dergelijke keukenmachines voorgekomen, dat de schakelaar door het klein te maken levensmiddel werd verolakb en ongeschikt gemaakt voor werking, en zodoende altijd in de inschakelstand bleef. Dit is voor de gebruiker in 20 hoge mate gevaarlijk en derhalve ongewenst,

Het is derhalve de ongave van de uitvinding een inrichting voor het kleinmaken van de in de aanhef beschreven soort zodanig uit te voeren, dat in het bijzonder bij het ongewild afnemen van het deksel van de inrichting, de gebruiker door het kleinmaakwerktuig niet kan worden 25 verwond, 7 9 0 7 1 5 4 * 2

Dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat een aan het deksel van de beker gelegerd draaibaar koryoelingsdeel, het kleinmaakmes draaivast verbindt met het aandrijfdeel, Door deze maatregel wordt bij het afnemen van het deksel, het kleinmaakverktuig mechanisch gescheiden van het aan-^ drijfdeel, zodat het zelfs bij het ingeschakeld zijn van het aandri,if aggre gaat, niet verder kan draaien en zodoende voor de gebruiker geen gevaar meer vormt,

Bi.j een eerste uitvoeringsvoorbeeld is het kormelingsdeel hol cilindrisch uitgevoerd, waarbij het over een gebied m het*' asvormige 10 aandrijfdeel aangrijpt, alsmede over een gebied van een middenuitsteeksel van het kleinmaakwerktuig, Deze maatregel maakt het direkt bij het afnemen van het deksel mogêlijk het kleinmaakwerktuig buiten draaiaangrijping te brengen met het aandrijfdeel, zodat het kleinmaakwerktuig zelfs bij het nog draaien van het aandrijfdeel, zelf niet meer kan draaien.

Bij een voordelig uitvoeringsvoorbeeld is het koimelings-deel uitgevoerd als een as, die met zijn vrije einde aangrijut in een uitsparing van het aandrijfdeel, waarbij de as zich uitstrekt door een midden-doorgang van het kleinmaakwerktuig. Bij deze uitvoering is verzekerd, dat bij het afgenomen zijn van het deksel, het kleinmaakwerktuig niet langer 20 kan draaien noch een draaiend aandrijfdeel naar binnen reikt in de beker van de inrichting voor het kleinmaken.

Met voordeel is het, het kopnelingsdeel dragende deksel voorzien van een handgreep, waarbij de deksel in het gebied van de handgreep een aanzetstuk heeft, dat in de inschakelstand in aanraking komt met een 25 schakelaar van het aandrijfaggregaat. Deze maatregel maakt het mogelijk, dat hij het af genomen zijn van het deksel, het aandrijf aggregaat niet langer aan het stroomnet ligt, en zodoende een tweevoudige beveiliging is verschaft, De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: 30 fig, 1 een zijaanzicht is van een keukenmachine voor vele doeleinden, voorzien de daarop geplaatste inrichting voor het kleinmaken, fig, 2 een vooraanzicht is van de keukenmachine met de inrichting voor het kleinmaken in een uit elkaar getrokken weergeving, fig, 3 een doorsnede toont van een eerste uitvoeringsvoor-35 beeld van de inrichting voor het kleinmaken, 790 7 1 5 4 3 * * fig. b een doorsnede toont van een tweede uitvoerings- voorbeeld, fig. 5 een doorsnede toont van een derde uitvoeringsvoor- beeld, 5 fig. 6 een doorsnede is volgens de lijn Vi-VI in fig, U, en fig, 7 een doorsnede is volgens de lijn VII-viI χη fig.U,

De in de tekening in de fig, 1-¼ weergegeven keukenmachine 10 voor vele doeleinden is uitgerust met een aantal aansluitplaatsen 11, 10 waaron huisinrichtingen kunnen worden aangesloten, Hierbij zijn voor de afzonderlijke aansluitnlaatsen 11, schakelaars 12 voorzien, waarmee de betrokken aansluitslaats 1t kan worden ingeschakeld, De onderhavige inrichting 13 voor het kleinmaken kan worden geplaatst os één eindzijde van de keukenmachine, en komt in osgeslaatste toestand met zijn aandrijfdeel 15 1¼ in verbinding met een aandrijfaggregaat 15, dat in fis, 2 schematisch met een strees-stissellijn is weergegeven,

De inrichting 13 bestaat uit een kasvormig huis 16, dat aan de van de keukenmachine afgekeerde zijde, een nasvormige opneming 17 heeft, waarin een beker 18 kan worden geslaatst, die de klein te maken 20 levensmiddelen opneemt, De beker 18, alsmede de nasvormige osneming 17 worden afgesloten door eeii deksel 19. Boven de schakelaar 12 van de keukenmachine is in het kasvormige huis 13 van de inrichting voor het kleinmaken, een onder veerbelasting staand bedieningsorgaan 20 voorzien, dat een stift 21 heeft, die zodanig samenwerkt met de schakelaar 12, dat bij het belasten 25 van het bedieningsorgaan, de schakelaar 12 wordt ingeschakeld, Aan de naar de keukenmachine gekeerde .zijde van het kasvormige huis 16 zijn steunflenzen 22 voorzien, die een montering 23 dragen, waarin èen leger 2b is aangebracht, door welk leger het aandrijfdeel 1¼ draaibaar is gemonteerd aan het kasvormige huis 16, Het aandrijfdeel 1¼ is aan zijn ene einde voorzien 30 van een kosseling 26, die draaibaar is gehosseld met het aandrijfaggregaat 15, De kosseling 26 is uitgevoerd als verdiesine 27, en heeft een onronde dwarsdoorsnede. Het aandrijfaggregaat 15 is voorzien van een asstoms, die in doorsnede soortgelijk is uitgevoerd als de verdiesing 27 * waarbij de asstoms in de verdiesing 27 aangrijst, en de asstoms en het aandrijfdeel 35 draaivast met elkaar zijn gekosseld.

/90 7 1 5 4 ?,

It

Aan zijn andere einde is het aandrijfdeel 1U asvormig uitgevoerd, waarbij het zich uitstrekt door een in de napvormige opneming, alsmede in de hodem van de beker voorziene opening 28. Hierbij reikt het asvormige gedeelte van het aandrijfdeel 1¾ in hoofdzaak tot aan de rand 5 van de beker 18, Opgemerkt wordt nog, dat het middengedeelte 29 van het aandrijfdeel 1H is uitgevoerd als cilinder, waarbij het vrije einde 13 bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens de fig, 3 en U, zoals fig, 6 toont, axiaal gezien de vorm heeft van een kruis,

Het deksel heeft in het midden een verhoging 31, die is 10 voorzien van een boring, waarin draaibaar een astap 32 is gelegerd, In het verlengde van deze astap is een koppelingsdeel 33 voorzien, dat aan de van de astap 32 afgekeerde zijde is voorzien van een verdieping 3U. De verdietsing is verspringend uitgevoerd, zodat twee koppelingsgebieden 35, 36 ontstaan. Het nabij de astap 32 liggende koppelingsgebied 35 bezit in dwars-15 doorsnede een kruisvorm, waarin het vrije einde 30 van het aandrijfdeel 1H aangrijpt voor het koppelen van het aandrijfdeel met het kopnelingsdeel 33. Hierbij wordt nog opgemerkt, dat de legerolaats voor de astap 32 aan de buitenzijde van het deksel is afgesloten door een afdekking 37. Aan de binnenzijde van het deksel gaat de verhoging 31 over -in een kraag 38, die 20 het koppelingsdeel 33 in het koppelingsgebied 35 afdekt om te voorkomen, dat bij het in gebruik nemen, levensmiddelen bij de astan 32 kunnen komen,

In het inwendige van de beker 18 is een kleinmaakwerktuig 39 voorzien. Dit kleinmaakwerktuig bestaat uit een cilindrische schijf UO, aan de boven- en onderzijde waarvan messen Hl zijn voorzien. Aan de boven-25 zijde wordt het mes Hl af gedekt door een cilinderschijf U2, waarbij de ci-linderschijven ho, h2 en de messen Hl door klinknagels worden samengehouden. De cilinderschijf U2 is in het midden voorzien van een aanzetstuk Π3, dat op zijn buitenmantel ribben ΗΠ draagt, die bij het in elkaar gezet zijn van de kleinmaakinrichting aangrijpen in bijpassende opnemingen Π5 in het 30 koppelingsgebied 36 van het koppelingsdeel, zodat tussen het kleinmaakwerk tuig en het koppelingsdeel een draaivaste verbinding ontstaat. In het midden strekt zich een boring 25 uit door het kleinmaakwerktuig, welke boring in het gebied van het aanzetstuk Π3 is uitgevoerd als leger, waarin het middengedeelte 29 komt te liggen van het aandrijfdeel 1H.

35 Opgemerkt wordt nog, dat de beker 18 in het gebied van de 790 7·!': 5 * opening 28 is voorzien van een kraag U6, die moet voorkomen, dat levensmiddelen door de onening 28 in de napvormige orneming 17 kunnen komen.

Hiervoor is de cilindrische schijf to van het kleinmaaktwerktuig voorzien van een boring 1*7, waarvan de diameter overeenkomt met de buitendiameter 5 van de kraag h6.

Thans wordt kort het samenvoegen met of het monteren on een keukenmachine voor vele doeleinden, beschreven, Eerst wordt het kapvor-mige huis 16 van de kleinmaakinrichting geplaatst op de eindzijde met een aansluitnlaats 11, waarbij de koooeling 26 van het aandrijfdeel met zijn 10 verdiening draai vast wordt verbonden met het asdeel van het aandri,if aggregaat 15* Dan wordt de beker 18 in de nanvormige ooneming gerlaatst, waarbij het aandrijfdeel 1¼ door de ooening 28 in de bekerheengrijnt. Tenslotte wordt het deksel 19 on de beker 18 genlaatst, zodat het konnelingsgebied 35 van het konnelingsdeel 33 on het vrije einde komt van het aandrijfdeel 15 en draaivast daarmee wordt verbonden. Tevens komt het konnelingsgebied 36 van het konnelingsdeel rond het aanzetstuk i*3 van het kleinmaakwerktuig, waarbij weer een draaivaste verbinding ontstaat, zodat dan bij het inschakelen van de inrichting, de kracht wordt overgedragen vanaf het aandrijf-aggregaat 15 on het aandrijfdeel 1U, van dit deel on het konnelingsdeel 33 20 en vandaar on het kleinmaakwerktuig 39. Fanneer dan bij het ingeschakeld zijn van het aandrijf aggregaat, het deksel 19 van de beker 18 wordt afgenomen, wordt de draaivaste verbinding tussen het kleinmaakwerktuig en het aandrijfaggregaat ongeheven, zodat het kleinmaakwerktuig niet langer kan worden aangedreven door het aandrijfaggregaat, en als gevolg daarvan tot 25 stilstand komt, zodat een gebruiker van de inrichting bij afgenomen deksel en ingeschakeld aandrijf aggregaat, niet in gevaar kan worden gebracht door het kleinmaakwerktuig.

Eet in fig, k weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de kleinmaakinrichting heeft een soortgelijke constructie als het uitvoerings-30 voorbeeld volgens fig, 3, zodat alleen de verschillende gedeelten moeten worden beschreven. ï-nnlaats van het bedieningsoraaan 20 is aan het deksel 19 van de inrichting een handgreep k8 voorzien, die zich met een aanzet-stuk ^9 uitstrekt door een ooening 50 in de huisvand van het kanvormige huis. Het aanzetstuk komt met zijn vrije einde in verbinding met de schake-35 laar 12 aan de eindzijde, zodat bij het onnlaatsen van het deksel, het aaa- 790 7 1 5 ¾ 6 drijfaggregaat van de keukenmachine voor vele doeleinden, wordt ingeschakeld, Bij het afnemen van het deksel wordt dus enerzijds de draaikracht-overdraging tussen het aandrijfaggregaat en het kleinmaakwerktuig ongeheven, en anderzijds het aandrijfaggregaat gescheiden van de stroomkring, cj Thans wordt het uitvoeringsvoorheeld volgens fig, 5 "be schreven, Het hoofdverschil met de tot nu toe beschreven uitvoeringsvoorbeel-den wordt gevormd, doordat het aandrijfdeel 1U aan zijn naar de beker 18 gekeerde zijde, een uitsparing 52 heeft, die in dwarsdoorsnede kruisvormig is uitgevoerd, en doordat het koppelingsdeel 33 is uitgevoerd als asdeel 1Q 51, dat in axiale richting kruisvormig is uitgevoerd. Met zijn vrije einde grijpt het asdeel 51 hierbij aan in de uitsparing 52 van het aandrijfdeel,

De schijf k2 van het kleinmaakwerktuig 39 heeft innlaats van de boring 25, een middendoorgang 53, die in doorsnede eveneens een kruisvormige gedaante heeft, die overeenkomt met de dwarsdoorsnedevorm van de uitsnaring 52, ^ alsmede van het asdeel 5J,

Bij het opzetten van het deksel 19 wordt dus eerste het draaibare kopnelingsdeel 33 draaivast verbonden met het kleinmaakwerktuig, waarbij pas bij de laatste beweging van het opzetten van het deksel, het koppelingsdeel met het vrije einde van zijn asstift 51 aangrijnt in de 20 verdieping 52 van het aandrijfdeel, zodat dan nas een draaivaste verbinding is verschaft tussen het aandrijfdeel en het kleinmaaktwerktuig,

Thans wordt nog kort verwezen naar de fig, 6 en 7, waarin de mogelijkheid van een draaivaste verbinding tussen het aandrijfdeel en het kopnelingsdeel is weergegeven. Zoals is te zien, is in fig, 6 het vrije 25 einde van het aandrijfdeel, alsmede het konnelingsgebied 35, kruisvormig uitgevoerd, waarbij in fig, 7 het konpelingsgebied 36 acht ringvormig aangebrachte opnemingen heeft, waarin ribben kh aangrijpen van het aanzetstuk van het kleinmaakwerktuig 39,

Het is duidelijk, dat veranderingen en verbeteringen kunnen 30 worden aangebracht zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

7907154

Claims (4)

1. Inrichting voor het kleinmaken van levensmiddelen, zoals vlees, kruiden en dergelijke, voorzien van een, een draaibaar klein- 5 maakverktuig opneraende beker, die in zijn bodem een doorgang heeft voor een aandrijfas, en van een de beker afsluitend deksel, waarbij de inrichting kan worden geplaatst on het huis van een keukenmachine voor vele doeleinden, en het kleinmaakverktuig via een aandrijfdeel kan worden gekoppeld met een aandrijfaggregaat van de keukenmachine, met het kenmerk, dat 1Q een aan het deksel ¢19) van de beker (18) gelegerd, draaibaar kormelings-deel (33), het kleinmaakverktuig (39) draaivast verbindt met het aandrijfdeel·- (1U),

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het konpelingsdeel (33) holcilindrisch is uitgevoerd en aangrijpt over het Ij asvormige aandrijfdeel (1U), alsmede over een middenuitsteeksel (h3) aan het kleinmaakverktuig.

3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het konpelingsdeel (33) is uitgevoerd als' as (51), die met zijn vrije einde aangrijpt in een uitsparing (52) van het aandrijfdeel (ih), en zich uit- 20 strekt door een middendoorgang (53) in het kleinmaakverktuig (39). U, Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, * met het kenmerk, dat het, het koppelingsdeel (33) dragende deksel (19) een handgreep (b&) heeft, waarbij het deksel in het gebied van deze handgreep een aanzetstuk (U9) heeft, dat in de inschakelstand in aanrakins· komt met 25 een schakelaar (12) van het aandrijfaggregaat (15).

5, Inrichting in hoofdzaak zoals in de beschrijvine beschreven en in de tekening weergegeven, 30 7©ö 713 4