NL2010460C2 - Wheel axle suspension with rectangular axle body. - Google Patents
Wheel axle suspension with rectangular axle body. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2010460C2 NL2010460C2 NL2010460A NL2010460A NL2010460C2 NL 2010460 C2 NL2010460 C2 NL 2010460C2 NL 2010460 A NL2010460 A NL 2010460A NL 2010460 A NL2010460 A NL 2010460A NL 2010460 C2 NL2010460 C2 NL 2010460C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- axle
- support arm
- axle body
- sling
- wheel axle
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G9/00—Resilient suspensions of a rigid axle or axle housing for two or more wheels
- B60G9/003—Resilient suspensions of a rigid axle or axle housing for two or more wheels the axle being rigidly connected to a trailing guiding device
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60B—VEHICLE WHEELS; CASTORS; AXLES FOR WHEELS OR CASTORS; INCREASING WHEEL ADHESION
- B60B35/00—Axle units; Parts thereof ; Arrangements for lubrication of axles
- B60B35/004—Mounting arrangements for axles
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60B—VEHICLE WHEELS; CASTORS; AXLES FOR WHEELS OR CASTORS; INCREASING WHEEL ADHESION
- B60B35/00—Axle units; Parts thereof ; Arrangements for lubrication of axles
- B60B35/004—Mounting arrangements for axles
- B60B35/006—Mounting arrangements for axles with mounting plates or consoles fitted to axles
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60B—VEHICLE WHEELS; CASTORS; AXLES FOR WHEELS OR CASTORS; INCREASING WHEEL ADHESION
- B60B35/00—Axle units; Parts thereof ; Arrangements for lubrication of axles
- B60B35/02—Dead axles, i.e. not transmitting torque
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60B—VEHICLE WHEELS; CASTORS; AXLES FOR WHEELS OR CASTORS; INCREASING WHEEL ADHESION
- B60B35/00—Axle units; Parts thereof ; Arrangements for lubrication of axles
- B60B35/02—Dead axles, i.e. not transmitting torque
- B60B35/08—Dead axles, i.e. not transmitting torque of closed hollow section
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G11/00—Resilient suspensions characterised by arrangement, location or kind of springs
- B60G11/32—Resilient suspensions characterised by arrangement, location or kind of springs having springs of different kinds
- B60G11/34—Resilient suspensions characterised by arrangement, location or kind of springs having springs of different kinds including leaf springs
- B60G11/46—Resilient suspensions characterised by arrangement, location or kind of springs having springs of different kinds including leaf springs and also fluid springs
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G7/00—Pivoted suspension arms; Accessories thereof
- B60G7/001—Suspension arms, e.g. constructional features
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G7/00—Pivoted suspension arms; Accessories thereof
- B60G7/008—Attaching arms to unsprung part of vehicle
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60B—VEHICLE WHEELS; CASTORS; AXLES FOR WHEELS OR CASTORS; INCREASING WHEEL ADHESION
- B60B2900/00—Purpose of invention
- B60B2900/30—Increase in
- B60B2900/311—Rigidity or stiffness
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60B—VEHICLE WHEELS; CASTORS; AXLES FOR WHEELS OR CASTORS; INCREASING WHEEL ADHESION
- B60B2900/00—Purpose of invention
- B60B2900/30—Increase in
- B60B2900/325—Reliability
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60B—VEHICLE WHEELS; CASTORS; AXLES FOR WHEELS OR CASTORS; INCREASING WHEEL ADHESION
- B60B35/00—Axle units; Parts thereof ; Arrangements for lubrication of axles
- B60B35/02—Dead axles, i.e. not transmitting torque
- B60B35/04—Dead axles, i.e. not transmitting torque straight
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2200/00—Indexing codes relating to suspension types
- B60G2200/30—Rigid axle suspensions
- B60G2200/31—Rigid axle suspensions with two trailing arms rigidly connected to the axle
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2204/00—Indexing codes related to suspensions per se or to auxiliary parts
- B60G2204/10—Mounting of suspension elements
- B60G2204/14—Mounting of suspension arms
- B60G2204/148—Mounting of suspension arms on the unsprung part of the vehicle, e.g. wheel knuckle or rigid axle
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2204/00—Indexing codes related to suspensions per se or to auxiliary parts
- B60G2204/40—Auxiliary suspension parts; Adjustment of suspensions
- B60G2204/43—Fittings, brackets or knuckles
- B60G2204/4306—Bracket or knuckle for rigid axles, e.g. for clamping
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2206/00—Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
- B60G2206/01—Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
- B60G2206/10—Constructional features of arms
- B60G2206/15—Constructional features of arms the arm being resilient
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2206/00—Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
- B60G2206/01—Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
- B60G2206/30—Constructional features of rigid axles
- B60G2206/32—Hollow cross section
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2206/00—Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
- B60G2206/01—Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
- B60G2206/80—Manufacturing procedures
- B60G2206/82—Joining
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2206/00—Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
- B60G2206/01—Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
- B60G2206/80—Manufacturing procedures
- B60G2206/82—Joining
- B60G2206/8207—Joining by screwing
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Vehicle Body Suspensions (AREA)
Claims (32)
1. Wielasophanging van een voertuig omvattende: - een aslichaam met een rechthoekige, bij voorkeur in hoofdzaak vierkante, dwarsdoorsnede, met een voorzijde, een achterzijde, een bovenzijde en een onderzijde, en met een bovenste voorste hoek, een bovenste achterste hoek, een onderste voorste hoek en een onderste achterste hoek, - een flexibele draagarm die zich in een lengterichting van het voertuig uitstrekt en het aslichaam in hoofdzaak onder een rechte hoek kruist, waarbij de draagarm een voorste veergedeelte heeft dat zich in de lengterichting van het voertuig uitstrekt en is voorzien van een oog dat aan een voorste einde is gevormd en een aszittingsgedeelte dat aansluit op het voorste veergedeelte aan een achterste einde van het voorste veergedeelte, waarbij het aszittingsgedeelte een longitudinaal gedeelte omvat dat zich in hoofdzaak in lijn met het voorste veergedeelte uitstrekt, alsmede een zich naar beneden uitstrekkend gedeelte dat aansluit op het longitudinale gedeelte aan een achterste einde daarvan, waarbij het zich naar beneden uitstrekkende gedeelte zich in hoofdzaak onder een rechte hoek ten opzichte van het longitudinale gedeelte uitstrekt, en waarbij het aslichaam in het aszittingsgedeelte is opgenomen met de bovenzijde en achterzijde naar het longitudinale gedeelte resp. het zich naar beneden uitstrekkende gedeelte gekeerd zijn, - ten minste een klemstropsamenstel om het aslichaam en de draagarm samen te klemmen, met het kenmerk, dat het aszittingsgedeelte van de draagarm een naar het aslichaam gekeerd oppervlak heeft met drie aangrijpingsgebieden die het aslichaam aangrijpen op respectievelijk de voorste bovenhoek, de achterste bovenhoek en in een gebied bij of nabij de onderste achterste hoek van het aslichaam, waarbij in een niet aangespannen toestand van de klemstroppen tussen ten minste twee van de aangrijpingsgebieden een speling aanwezig is tussen het naar het aslichaam gekeerde oppervlak van het aszittingsgedeelte en de bovenzijde en achterzijde van het aslichaam.
2. Wielasophanging volgens conclusie 1, waarbij ten minste een van de bovenste twee van de genoemde aangrijpingsgebieden een contactoppervlak hebben met een concave vorm.
3. Wielasophanging volgens conclusie 1, waarbij ten minste een van de bovenste twee van de genoemde aangrijpingsgebieden een in hoofdzaak vlak contactoppervlak heeft.
4. Wielasophanging volgens een van de conclusies 1-3, waarbij het bovenste achteraangrijpingsgebied gesegmenteerd is in twee in hoofdzaak vlakke contactoppervlakken met een verschillende hoek ten opzichte van de lengterichting van de arm.
5. Wielasophanging volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het onderste achterste aangrijpingsgebied een in hoofdzaak concaaf gevormd contactoppervlak omvat dat het aslichaam net boven de achterste onderste hoek daarvan aangrijpt.
6. Wielasophanging volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de klemstrop een zich naar boven toe uitstrekkend been heeft dat zich langs de voorzijde van het aslichaam uitstrekt en een zich naar achteren toe uitstrekkend been dat zich langs de onderzijde van het aslichaam uitstrekt.
7. Wielasophanging volgens conclusie 6, waarbij het zich naar boven uitstrekkende been van de strop bij het voorste einde van het aszittingsgedeelte van de draagarm wordt gedragen en waarbij het zich naar achteren toe uitstrekkende been van de strop bij het achterste einde van het aszittingsgedeelte wordt ondersteund.
8. Wielasophanging volgens conclusie 7, waarbij een stroppenplaat is voorzien bij het voorste einde van het aszittingsgedeelte van de draagarm, welke stroppenplaat zich in een dwarsrichting over een bovenzijde van de draagarm uitstrekt en aan elke zijde ervan een boring heeft voor een zich naar boven toe uitstrekkend stroppenbeen.
9. Wielasophanging volgens conclusie 7 of 8, waarbij het zich naar beneden toe uitstrekkende gedeelte van het aszittingsgedeelte van de draagarm aan het onderste einde ervan is voorzien van een boring voor een zich naar achteren toe uitstrekkende been van de strop.
10. Wielasophanging volgens een van de conclusies 7-9, waarbij het eindgedeelte van het zich naar achteren toe uitstrekkende been naar boven toe is gebogen ten opzichte van de rest van het zich naar achteren toe uitstrekkende been dat zich langs de onderzijde van het aslichaam uitstrekt.
11. Wielasophanging volgens een van de conclusies 7-10, waarbij het eindgedeelte van het zich naar boven toe uitstrekkende been van de strop naar achteren toe is gebogen ten opzichte van de rest van het zich naar boven toe uitstrekkende been dat zich langs de voorzijde van het aslichaam uitstrekt.
12. Wielasophanging volgens een van de conclusies 7-11, waarbij het eindgedeelte van het zich naar achteren toe uitstrekkende been van de strop is voorzien van een buitenschroefdraad dat samenwerkt met een moer voor het aanspannen van het stropbeen ten opzichte van de draagarm.
13. Wielasophanging volgens een van de conclusies 7-12, waarbij het eindgedeelte van het zich naar boven toe uitstrekkende been van de strop is voorzien van een buitenschroefdraad, dat samenwerkt met een moer voor het aanspannen van het stropbeen ten opzichte van de draagarm.
14. Wielasophanging volgens conclusie 8, waarbij de stroppenplaat aan elke zijde een vleugel heeft die is voorzien van de boring voor het zich naar boven toe uitstrekkende stropbeen, en waarbij de stroppenplaat een bruggedeelte heeft dat de vleugels van de stroppenplaat met elkaar verbindt.
15. Wielasophanging volgens conclusie 14, waarbij de draagarm in de bovenzijde ervan aan de voorzijde van het aszittingsgedeelte aan elke kant een dieper gelegen gebied heeft, welk dieper gelegen gebied een draagvlak voor de vleugels van de stroppenplaat vormen.
16. Wielasophanging volgens conclusie 15, waarbij de stroppenplaat alleen bij de vleugels ervan wordt ondersteund.
17. Wielasophanging volgens conclusie 15 of 16, waarbij het draagvlak van de dieper gelegen gebieden zich in een vlak bevindt waarin of nabij welke de neutrale as van de draagarm zich uitstrekt.
18. Wielasophanging volgens een van de conclusies 15-17, waarbij de draagarm tussen de twee dieper gelegen gebieden een ruggedeelte heeft met een grotere hoogte (dikte) dan de rest van de draagarm.
19. Wielasophanging volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de draagarm verder een luchtveerbevestigingsgedeelte omvat dat aansluit op het aszittingsgedeelte aan het onderste einde van het zich naar beneden toe uitstrekkend gedeelte daarvan, en dat zich verder naar achter toe uitstrekt.
20. Een flexibele draagarm voor een wielasophanging van een bedrijfsvoertuig met een voorste veergedeelte dat zich in de lengterichting van het voertuig uitstrekt en dit is voorzien van een oog dat aan een voorste einde is gevormd en een aszittingsgedeelte dat aansluit op het voorste veergedeelte aan een achterste eind van het voorste veergedeelte, waarbij het aszittingsgedeelte een longitudinaal gedeelte omvat dat zich in hoofdzaak in lijn met het voorste veergedeelte uitstrekt, en een zich naar beneden toe uitstrekkend gedeelte dat aansluit op het longitudinale gedeelte aan een achterste einde daarvan, waarbij het zich naar beneden toe uitstrekkende gedeelte zich in hoofdzaak loodrecht op het longitudinale gedeelte uitstrekt, en waarbij een aslichaam met een rechthoekige, bij voorkeur in hoofdzaak vierkante dwarsdoorsnede in het rechthoekige gedeelte, dat wordt gevormd door het longitudinale gedeelte en het zich naar beneden toe uitstrekkend gedeelte, kan worden aangebracht, waarbij het aszittingsgedeelte van de draagarm een naar het aslichaam gekeerd oppervlak heeft met drie aangrijpingsgebieden om in gebruik het aslichaam aan te grijpen bij respectievelijk een voorste bovenhoek, een achterste bovenhoek en bij een gebied op of nabij de onderste achterste hoek van het aslichaam, waarbij tussen ten minste twee van de genoemde aangrijpingsgebieden een uitgespaard gebied in het naar het aslichaam gekeerde oppervlak aanwezig is dat teruggetrokken ligt ten opzichte van de aangrijpingsgebieden ten opzichte van de zijde van het aslichaam, zodat wanneer het aslichaam in het rechthoekige gedeelte is aangebracht, een speling aanwezig tussen de uitgespaarde gebieden en de bijbehorende zijde of zijdes van het aslichaam.
21. Draagarm volgens conclusie 20, waarbij de draagarm bij het longitudinale gedeelte van het aszittingsgedeelte een buigstijfheid heeft die aanzienlijk hoger is dan de buigstijfheid van het veergedeelte van de draagarm.
22. Wielasophanging van een voertuig, omvattende: - een aslichaam, - een flexibele draagarm die zich in een lengterichting van het voertuig uitstrekt en het aslichaam in hoofdzaak onder een rechte hoek kruist, welke draagarm een voorste veergedeelte heeft dat zich in de lengterichting van het voertuig uitstrekt en voorzien is van een oog dat aan een voorste einde is gevormd en een aszittingsgedeelte dat aansluit op het voorste veergedeelte aan een achterste einde van het voorste veergedeelte, - ten minste een klemstropsamenstel voor het samenklemmen van het aslichaam en de draagarm, - waarbij een stroppenplaat is voorzien aan het voorste einde van het aszittingsgedeelte van de draagarm, waarbij de stroppenplaat aan elke zijde een vleugel heeft voorzien van een boring voor het doorsteken van een zich naar boven uitstrekkende stropbeen, waarbij de stroppenplaat verder een bruggedeelte heeft dat de vleugels van de stroppenplaat met elkaar verbindt, - waarbij de draagarm aan de voorzijde van het aszittingsgedeelte aan elke kant een draaggebied heeft dat een draagvlak voor de vleugels van de stroppenplaat verschaft, waarbij de stroppenplaat alleen bij de vleugels ervan wordt ondersteund.
23. Wielasophanging volgens conclusie 22, waarbij het draaggebied een uitgespaard gebied is dat gevormd is in de bovenzijde van de draagarm waarbij de uitgespaarde gebieden de draagvlakken voor de vleugels van de stroppenplaat verschaffen.
24. Wielasophanging volgens conclusie 22 of 23, waarbij het aslichaam een rechthoekige, bij voorkeur in hoofdzaak vierkante dwarsdoorsnede heeft, met een voorzijde, een achterzijde, een bovenzijde en een onderzijde en met een bovenste voorste hoek, een bovenste achterste hoek, en een onderste voorste hoek en een voorste achterste hoek, waarbij het aszittingsgedeelte een longitudinaal gedeelte omvat dat zich in hoofdzaak in lijn met het voorste veergedeelte uitstrekt en een zich naar beneden toe uitstrekkende gedeelte dat aansluit op het longitudinale gedeelte aan een achterste einde daarvan, waarbij het zich naar beneden toe uitstrekkende gedeelte zich in hoofdzaak loodrecht op het longitudinale gedeelte uitstrekt, en waarbij het aslichaam is opgenomen in het aszittingsgedeelte met de bovenzijde en achterzijde gekeerd naar het longitudinale gedeelte en resp. het zich naar beneden toe uitstrekkende gedeelte.
25. Wielasophanging volgens een van de conclusies 22-24, waarbij het draagoppervlak voor de vleugels van de stroppenplaat zich in een vlak bevindt waarin of nabij welke de neutrale as van de draagarm zich uitstrekt.
26. Wielasophanging volgens een van de conclusies 22-25, waarbij de draagarm tussen de twee draagoppervlakken een grotere hoogte (dikte) heeft dan de rest van de draagarm.
27. Een klemstrop voor een wielasophanging volgens een van de conclusies 1-19, 23-26, in het bijzonder gevormd zoals beschreven in de conclusies 10 en/of 11.
28. Een flexibele draagarm voor een wielasophanging van een bedrijfsvoertuig met een voorste veergedeelte dat zich in de lengterichting van het voertuig uitstrekt en voorzien is van een oog dat gevormd is aan het voorste einde en een aszittingsgedeelte dat aansluit op het voorste veergedeelte aan een achterste einde van het voorste veergedeelte, waarbij een as in het aszittingsgedeelte van de draagarm kan worden aangebracht, waarbij de draagarm aan de voorzijde van het aszittingsgedeelte aan elke kant een draaggebied heeft, dat een draagvlak voor de vleugels van de stroppenplaat verschaft, waarbij de stroppenplaat alleen bij de vleugels ervan wordt ondersteund.
29. Flexibele draagarm volgens conclusie 28, waarbij het draaggebied een uitgespaard gebied is gevormd in de bovenzijde van de draagarm, waarbij de uitgespaarde gebieden de draagvlakken voor de vleugels van de stroppenplaat verschaffen.
30. Een flexibele draagarm volgens conclusie 28 of 29, waarbij de draagvlakken in een vlak liggen waarin of nabij welke de neutrale as van de draagarm zich uitstrekt.
31. Een flexibele draagarm volgens een van de conclusies 28-30, waarbij het aszittingsgedeelte een longitudinaal gedeelte omvat dat zich in hoofdzaak in lijn met het voorste veergedeelte uitstrekt, en een zich naar beneden uitstrekkend gedeelte dat aansluit op het longitudinale gedeelte aan een achterste eind daarvan, waarbij het zich naar beneden uitstrekkende gedeelte zich in hoofdzaak loodrecht op het longitudinale gedeelte uitstrekt, en waarbij een aslichaam met een rechthoekige, bij voorkeur in hoofdzaak vierkante dwarsdoorsnede in het rechthoekige gedeelte gevormd door het longitudinale gedeelte en het zich naar beneden toe uitstrekkendee gedeelte kan worden aangebracht.
32. Een samenstel omvattend een flexibele draagarm volgens een van de conclusies 28-31, en een stroppenplaat aan te brengen aan een voorste einde van het aszittingsgedeelte van de draagarm, welke stroppenplaat zich in een gemonteerde toestand in dwarsrichting over een bovenzijde van de draagarm uitstrekt, waarbij de stroppenplaat aan elke kant een vleugel heeft voorzien van een boring om een zich naar boven toe uitstrekkend stropbeen van een klemstrop door te steken, waarbij de stroppenplaat verder een bruggedeelte heeft dat de vleugels van de stroppenplaat met elkaar verbindt, waarbij in de gemonteerde toestand een spleet aanwezig is tussen de bovenzijde van de draagarm en het bruggedeelte dat zich eroverheen uitstrekt.
Priority Applications (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2010460A NL2010460C2 (en) | 2013-03-15 | 2013-03-15 | Wheel axle suspension with rectangular axle body. |
US14/777,182 US9669673B2 (en) | 2013-03-15 | 2014-03-11 | Wheel axle suspension with rectangular axle body |
PCT/NL2014/050144 WO2014142657A2 (en) | 2013-03-15 | 2014-03-11 | Wheel axle suspension with rectangular axle body |
CN201480015645.0A CN105246714B (zh) | 2013-03-15 | 2014-03-11 | 具有矩形轴身的轮轴悬架 |
EP14714405.9A EP2969605B1 (en) | 2013-03-15 | 2014-03-11 | Wheel axle suspension with rectangular axle body |
TR2019/00326T TR201900326T4 (tr) | 2013-03-15 | 2014-03-11 | Dikdörtgen Aks Gövdeli Teker Aksı Süspansiyonu |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2010460 | 2013-03-15 | ||
NL2010460A NL2010460C2 (en) | 2013-03-15 | 2013-03-15 | Wheel axle suspension with rectangular axle body. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2010460C2 true NL2010460C2 (en) | 2014-09-16 |
Family
ID=48483159
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2010460A NL2010460C2 (en) | 2013-03-15 | 2013-03-15 | Wheel axle suspension with rectangular axle body. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL2010460C2 (nl) |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE4224965C1 (en) * | 1992-07-29 | 1993-08-05 | Bergische Achsenfabrik Fr. Kotz & Soehne, 5276 Wiehl, De | Square section air spring axle for trailer - uses spring clamps to hold axle in right angle formed in spring carrier arm. |
EP1361085A2 (en) * | 2002-05-07 | 2003-11-12 | ArvinMeritor Technology, LLC | Clamping device for a vehicle suspension |
DE102008061190A1 (de) * | 2008-12-09 | 2010-06-10 | Bpw Bergische Achsen Kg | Achsaufhängung für eine Fahrzeugachse |
WO2012078031A1 (en) * | 2010-12-09 | 2012-06-14 | Vdl Weweler B.V. | Vehicle axle suspension, and vehicle comprising such vehicle axle suspension |
-
2013
- 2013-03-15 NL NL2010460A patent/NL2010460C2/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE4224965C1 (en) * | 1992-07-29 | 1993-08-05 | Bergische Achsenfabrik Fr. Kotz & Soehne, 5276 Wiehl, De | Square section air spring axle for trailer - uses spring clamps to hold axle in right angle formed in spring carrier arm. |
EP1361085A2 (en) * | 2002-05-07 | 2003-11-12 | ArvinMeritor Technology, LLC | Clamping device for a vehicle suspension |
DE102008061190A1 (de) * | 2008-12-09 | 2010-06-10 | Bpw Bergische Achsen Kg | Achsaufhängung für eine Fahrzeugachse |
WO2012078031A1 (en) * | 2010-12-09 | 2012-06-14 | Vdl Weweler B.V. | Vehicle axle suspension, and vehicle comprising such vehicle axle suspension |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
CA2776799C (en) | Wheel axle suspension having clamp bodies with a protrusion for attaching an indented tubular axle to trailing arms | |
US9669673B2 (en) | Wheel axle suspension with rectangular axle body | |
EP2398659B1 (en) | Support for pneumatic spring of wheel axle suspension. | |
US9156324B2 (en) | Vehicle axle suspension, and vehicle comprising such vehicle axle suspension | |
US20190152280A1 (en) | Weight distribution system | |
US20090243246A1 (en) | Suspension system with enhanced stability | |
US9315083B2 (en) | Frame hanger for providing thrust angle alignment in vehicle suspension | |
CN102712230A (zh) | 重型轴-梁连接件 | |
NL2019637B1 (en) | Axle clamping arrangement | |
NL2010460C2 (en) | Wheel axle suspension with rectangular axle body. | |
US9096108B2 (en) | Wheel axle suspension | |
AU2016269995B2 (en) | Spring seats and vehicle suspension systems incorporating such spring seats | |
US11767067B2 (en) | Joint for mounting an elongate element to a structural element in a vehicle | |
NL2010459C2 (en) | Wheel axle suspension with v-shaped straps. | |
ES2775797T3 (es) | Elevador de eje | |
US20090115114A1 (en) | Leaf spring support and a parabolic leaf spring arrangement | |
NL2025334B1 (en) | Forged flexible trailing arm having an Omega shaped cross section | |
EP1580044A1 (en) | Connection between a wheel axle of a vehicle and a said wheel axle carrying trailing arm | |
WO2010140928A1 (en) | A support means, a device for attaching a first vehicle member to a second vehicle member and a vehicle suspension arrangement | |
US8523216B2 (en) | Fifth wheel slide rail | |
NL2008050C2 (en) | Wheel axle suspension. | |
WO2019060836A1 (en) | COMPLETE AXLE SEAT ASSEMBLY |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20200401 |