NL1022683C1 - Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. - Google Patents
Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1022683C1 NL1022683C1 NL1022683A NL1022683A NL1022683C1 NL 1022683 C1 NL1022683 C1 NL 1022683C1 NL 1022683 A NL1022683 A NL 1022683A NL 1022683 A NL1022683 A NL 1022683A NL 1022683 C1 NL1022683 C1 NL 1022683C1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- base material
- layer
- binder
- binding agent
- culture medium
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01G—HORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
- A01G24/00—Growth substrates; Culture media; Apparatus or methods therefor
- A01G24/10—Growth substrates; Culture media; Apparatus or methods therefor based on or containing inorganic material
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01G—HORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
- A01G24/00—Growth substrates; Culture media; Apparatus or methods therefor
- A01G24/20—Growth substrates; Culture media; Apparatus or methods therefor based on or containing natural organic material
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01G—HORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
- A01G24/00—Growth substrates; Culture media; Apparatus or methods therefor
- A01G24/40—Growth substrates; Culture media; Apparatus or methods therefor characterised by their structure
- A01G24/44—Growth substrates; Culture media; Apparatus or methods therefor characterised by their structure in block, mat or sheet form
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Inorganic Chemistry (AREA)
- Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)
- Cultivation Of Plants (AREA)
- Crystals, And After-Treatments Of Crystals (AREA)
- Micro-Organisms Or Cultivation Processes Thereof (AREA)
- Laminated Bodies (AREA)
- Apparatus Associated With Microorganisms And Enzymes (AREA)
Description
Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium voor het daarin laten groeien van planten.
In de praktijk is het algemeen bekend om kweekmedi-5 ums toe te passen in bijvoorbeeld de tuinbouw. Met name in de kassenteelt worden kweekmediums algemeen toegepast om zaden te ontkiemen en planten te laten groeien. Een bekende werkwijze om een kweekmedium te vervaardigen, staat beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage NL-1.017.460. In die aanvrage 10 wordt genoemd dat een organisch basismateriaal met een poly-meriseerbaar mengsel wordt vermengd, waarna het polymeriseer-bare mengsel wordt gepolymeriseerd. Bij die werkwijze is het echter noodzakelijk om een schuimmiddel toe te voegen indien een open structuur in de polymeermatrix gewenst is. Dit zal 15 in het algemeen het geval zijn omdat daardoor een verbeterde wateropneembaarheid wordt verkregen. Echter, het kweekmedium dat volgens die werkwijze wordt verkregen, heeft een zeer harde samenstelling, welke niet kan worden verminderd door aanpassing van de hoeveelheid polymeer.
20 Het is derhalve een doel van de uitvinding om een werkwijze te verschaffen waarmee een kweekmedium kan worden vervaardigd dat een gebonden maar open structuur heeft.
Met name is het een doel van de uitvinding om een kweekmedium te verschaffen dat een consistentie heeft die in 25 hoofdzaak gelijk is aan de consistentie van het basismateriaal.
Ten slotte heeft de uitvinding tot doel een werkwijze te verschaffen waarmee een kweekmedium kan worden verkregen dat milieuvriendelijk is.
30 Teneinde ten minste één van de hiervoor genoemde doelen te verkrijgen, verschaft de uitvinding een werkwijze als in de aanhef genoemd, welke wordt gekenmerkt doordat het de stappen omvat van: a) het vermengen van I: een deeltjesvormig basisma-35 teriaal, gekozen uit ten minste één van organische en anorga- 1 n o 9 o n o nische materialen, met II: een thermoplastisch biologisch af- breekbaar bindmiddel, I b) het verwarmen van ten minste het bindmiddel, ten- I einde dit althans gedeeltelijk te doen vervloeien, 5 c) het afkoelen van het mengsel om het bindmiddel in I een in hoofdzaak vaste vorm te brengen en waardoor althans een deel van het basismateriaal door middel van het bindmid- I del onderling is verbonden.
I Met een dergelijke werkwijze wordt een kweekmedium 10 verkregen dat een consistentie heeft die in hoofdzaak gelijk I is aan de consistentie van het oorspronkelijke basismateri- I aal. Bovendien is de structuur van het kweekmedium in hoofd- zaak gelijk aan de structuur van het oorspronkelijke basisma- teriaal.
15 Door deze eigenschappen van het kweekmedium dat met de werkwijze volgens de uitvinding is verkregen, is het kweekmedium zeer geschikt voor wortelingroei. Het kweekmedium dat met de werkwijze volgens de uitvinding is verkregen, kan dan ook zeer geschikt worden toegepast voor het laten kiemen 20 van zaden en het laten groeien van planten.
I Verdere voorkeursuitvoeringsvormen van de werkwijze volgens de uitvinding staan beschreven in de afhankelijke conclusies.
Met name wordt de voorkeur gegeven aan een werkwijze 25 waarbij de hoeveelheid bindmiddel maximaal 25 gew.% is, bij voorkeur maximaal 15 gew.%, met meer voorkeur maximaal 10 gew.%, met nog meer voorkeur maximaal 7 gew.%, met nog weer meer voorkeur maximaal 5 gew.%, en met de meeste voorkeur H maximaal 4 gew.%, betrokken op het gewicht van het basismate- 30 riaal. Hierdoor wordt verkregen dat het basismateriaal onder- ling een goede verbinding verkrijgt, waardoor het niet los uit elkaar valt, maar waarbij de structuur van het kweekmedi- urn zodanig open is dat wortelingroei niet wordt gehinderd.
Een verdere voorkeur wordt verkregen wanneer het 35 deeltjesvormige basismateriaal een grootste afmeting heeft H van 10 mm, bij voorkeur maximaal 5 mm, met meer voorkeur maximaal 2 mm, en met nog meer voorkeur maximaal 1 mm. Hier- I ' Π ? / R 0 O - . . - . ·- t- y · - — · - —- ·-*- ·· ...........- -*»ΤΤ· ~^r··-^-·· , r-· r^Titw ^Mg.Wn.gv»^ ·:·<·^· --.v *» — · ----- _ 3 door wordt bijgedragen aan een voor wortelingroei geschikte structuur van het kweekmedium.
Teneinde het kweekmedium direct na het vervaardigen ervan te kunnen verwerken, heeft het de voorkeur dat na het 5 vermengen van de uitgangsmaterialen in stap a) een vormgevende behandeling wordt uitgevoerd. Bijvoorbeeld kan een dergelijke vormgevende behandeling bestaan uit het tot een cilindervormige staaf vormgeven van het materiaal. Door deze tot geschikte lengtes onder te verdelen, worden tonvormige kweek-10 mediums verkregen die in de tuinbouw makkelijk kunnen worden verwerkt. Deze zijn bekend onder de aanduiding "kweekplug".
Ook andere vormen zijn mogelijk, zoals teeltmatten en teelt-blokken. Dergelijke vormgevingen zijn algemeen bekend uit de praktijk, bijvoorbeeld in de kassenteelt.
15 Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwij ze volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat het organische basismateriaal wordt gekozen uit de groep die bestaat uit veen, compost, kokosvezels, kokosgranulaat, hennepvezels, stro, gras, houtzaagsel, koffieresidu, gft-afval, residu uit 20 de veevoederindustrie en residu uit de papierindustrie. Dergelijke organische uitgangsmaterialen zijn algemeen beschikbaar en worden in het algemeen niet verder verwerkt. Derhalve levert de onderhavige uitvinding een bijdrage aan het hergebruik van organisch afval.
25 Voorts wordt de uitvinding gekenmerkt, doordat het anorganische basismateriaal wordt gekozen uit de groep die bestaat uit klei, aarde, perliet, steenwol en overige inerte anorganische materialen. Hierdoor is het hergebruik van anorganische materialen gewaarborgd.
30 Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvin ding wordt een, bij voorkeur biologisch afbreekbaar, elastomeer tijdens stap a) toegevoegd. In dat geval is het mogelijk om de hoeveelheid, bij voorkeur biologisch afbreekbaar, bindmiddel te verminderen. De hoeveelheid elastomeer die wordt 35 toegevoegd, en de verminderde hoeveelheid bindmiddel, kunnen daarbij zodanig op elkaar worden afgestemd dat een kweekmedium wordt vervaardigd met gewenste eigenschappen. Met name is het een voordeel dat door middel van een dergelijke uitvoe-
' ^ Q O
ringsvorm waarbij een elastomeer wordt toegevoegd, blijvende I elastische eigenschappen aan een materiaal worden verschaft.
Afhankelijk van de glastemperatuur van het elastomeer zullen I ook bij lagere temperaturen elastische eigenschappen behouden 5 blijven.
Het kweekmedium dat met de werkwijze volgens de uit- vinding wordt vervaardigd, kan tijdens stap c), door middel van geforceerde toevoer van bijvoorbeeld een gas of een vloeistof worden gekoeld. Het is echter ook mogelijk om de I 10 overgang naar de vaste vorm, volgens stap c), te verkrijgen I door middel van ongeforceerde afkoeling aan de omgeving. Af- I hankelijk van de omgevingstemperatuur kan een afkoeling op deze wijze binnen enkele minuten tot enkele uren worden ver- kregen.
15 Indien een geforceerde afkoeling niet gewenst is, is het mogelijk om om het kweekmedium een omhulling aan te bren- gen. Een dergelijke omhulling kan bijvoorbeeld bestaan uit dun papier of een ander soortgelijk, biologisch afbreekbaar materiaal. Deze omhulling dient een zodanige stevigheid te 20 hebben dat gedurende de periode van afkoeling, totdat het thermoplastische, biologisch afbreekbare polymeer een vol- doende vaste vorm heeft aangenomen, behouden blijft. Een der- gelijke omhulling kan bijvoorbeeld biologisch afbreken of an- derszins vergaan. Het materiaal dient slechts een zodanige 25 consistentie te hebben, dat het niet eenvoudig kapot gaat ge- durende de periode dat het kweekmedium nog geen eigen stevig- H heid heeft ontwikkeld.
Het heeft uiteraard de voorkeur dat het bindmiddel bij omgevingstemperatuur danwel toepassingstemperatuur van 30 het kweekmedium in hoofdzaak in een vaste vorm verkeert.
Bij voorkeur heeft het thermoplastische, biologisch afbreekbare polymeer een smelttraject dat is gelegen in het temperatuurstraject dat loopt van 20 tot 130°C, bij voorkeur van 40 tot 120°C, en met meer voorkeur van 60 tot 100°C.
35 Daardoor zal het geproduceerde kweekmedium dat is verkregen volgens de werkwijze van de uitvinding, bij kamertemperatuur (ongeveer 18°C) een goede vormstabiliteit hebben. Bij toepas- singstemperaturen van groter dan 20°C heeft het de voorkeur I 1 0 2 2 fi ft 'ï 5 dat het smelttraject van het polymeer bij een hogere temperatuur dan die toepassingstemperatuur begint, teneinde aan het kweekmedium tijdens gebruik een gewenste vormstabiliteit te verschaffen.
5 Het biologisch afbreekbare polymeer kan elk polymeer zijn dat geen schadelijke stoffen vormt tijdens de afbraak ervan. Een keuze kan bij voorbeeld uit de volgende groepen worden gemaakt: 1) biologisch afbreekbare polyesters zoals statisti-10 sche, aliphatische aromatische copolyesters die zijn gebaseerd op de verschillende monomeren van butaandiol, adipine-zuur en tereftaalzuur;
2) polymelkzuur verbindingen, waaronder de A en de D
variant; 15 3) polyhydroxybutyraat (PHB) verbindingen en polyhy- droxyalkanoaat (PHA) verbindingen; en 4) zetmeel verbindingen.
Voorbeelden van geschikte vertegenwoordigers uit de genoemde groepen zijn de volgende: polymelkzuur, zetmeel, po-20 lyesteramide (BAC), poly-€-caprolacton, (bijvoorbeeld het product Mater BI van de firma Novamont SpA te Italië).
Ten slotte wordt gewezen op een voorkeursuitvoeringsvorm van de vormgevende stap, waarbij tijdens het vormgeven een gedeeltelijke compressie van het mengsel wordt ver-25 kregen. Deze compressie wordt bij voorkeur uitgevoerd tot aan 99 %, bij voorkeur tot aan 95 %, met meer voorkeur tot aan 90 %, en met nog meer voorkeur tot aan 80 % van het oorspronkelijke volume van het mengsel. Daardoor wordt een enigszins verbeterde vermenging van bindmiddel en basismateriaal ver-30 kregen, waardoor het bindmiddel in sterkere mate rond het basismateriaal kan vloeien dan het geval zou zijn zonder een dergelijke compressie. De onderlinge verbinding van de deeltjes van het basismateriaal wordt daardoor verbeterd. Ten gevolge daarvan wordt, bij gelijke hoeveelheden bindmiddel, een 35 betere hechting tussen de deeltjes van het basismateriaal verkregen of, teneinde een gelijke hechting te verkrijgen, kan bij een dergelijke compressie de hoeveelheid bindmiddel worden verminderd.
1 ‘J JL JL i i H '< H De uitvinding zal hierna aan de hand van een voor- keursuitvoeringsvorm nader worden verduidelijkt.
In de figuren wordt een schematische weergave ge- toond van voorkeursuitvoeringsvormen voor het uitvoeren van 5 de werkwijze.
Fig. 1 toont een eerste uitvoeringsvorm van de werk- wijze volgens de uitvinding.
I Fig. 2 toont een tweede uitvoeringsvorm van de werk- wijze volgens de uitvinding.
10 Fig. 3 toont een derde uitvoeringsvorm van de werk- wijze volgens de uitvinding.
Fig. 4, 5 en 6 tonen een variant van een werkwijze I volgens de uitvinding.
I 15 Gelijke verwijzingscijfers hebben in de verschillen- I de figuren telkens dezelfde betekenis.
In fig. 1 wordt getoond hoe een onderste laag 1 een daarop gelegde tweede laag 2 omvat. De eerste laag 1 bestaat uit een mengsel van basismateriaal en bindmiddel. Het basis- I 20 materiaal wordt gekozen uit ten minste één van een organisch I en anorganisch materiaal. Voorbeelden van organische materia- I len zijn veen, compost, kokosvezels, kokosgranulaat, hennep- I vezels, stro, gras, houtzaagsel, koffieresidu, gft-afval, re- I sidu uit de veevoederindustrie en residu uit de papierindu- 25 strie. Voorbeelden van anorganische basismaterialen zijn klei, aarde, perliet, steenwol en overige inerte anorganische materialen. Met inerte anorganische materialen wordt bedoeld I dat het betreffende materiaal geen reactiviteit vertoont bij de beoogde toepassing en geen schadelijke invloed heeft op I 30 het kiemen van zaden of het daarin laten groeien van planten.
I Het bindmiddel is een thermoplastisch biologisch af- breekbaar bindmiddel. Een zeer geschikt voorbeeld van een I bindmiddel is een C-polycaprolactone. Een dergelijk materiaal I is verkrijgbaar bij de firma Dow Chemical, en wordt in de I 35 handel gebracht onder de handelsnaam Tone Polymers. Een der- I gelijk C-caprolactone is biologisch afbreekbaar en zal bij I temperaturen boven ongeveer 60*C enigszins smelten.
I 1 022 RR ' 7
De laag 2 bestaat uit basismateriaal. Hieraan is, in het weergegeven voorbeeld, geen bindmiddel toegevoegd.
De onderste laag 1 heeft twee zijkanten 3, 4. Bij een vormgevende bewerking wordt de onderste laag 1 zodanig 5 omgevouwen dat de zijkanten 3, 4 tegen elkaar aan zijn gelegen en waarbij de tweede laag 2 wordt omsloten door de eerste laag 1. Dit is weergegeven in het rechter deel van fig. 1.
Hoewel in fig. 1 de onderste laag 1 als een coherente laag is aangeduid, zal het duidelijk zijn dat deze onder-10 ste laag 1 ook in grote mate bestaat uit basismateriaal. Derhalve zal in de praktijk een minder duidelijk, of in het geheel geen, zichtbaar verschil zijn tussen de onderste laag 1 en de bovenste laag 2.
Hoewel de dikte van de onderste laag 1 relatief ge-15 ring is in fig. 1, kan deze in de praktijk aanzienlijk dikker zijn. De eigenschappen van het vormgegeven product, aangeduid met verwijzingsletter A in fig. 1, zullen afhangen van de dikte van de laag 1. Ook zullen de eigenschappen van het gevormde product A uiteraard afhangen van de hoeveelheid bind-20 middel die wordt gebruikt.
In fig. 2 staat een variant getoond van de uitvoeringsvorm die staat weergegeven in fig. 1. In de uitvoeringsvorm volgens fig. 2 wordt een onderste laag 1, bestaande uit basismateriaal en bindmiddel, gedeeltelijk afgedekt door een 25 tweede laag 2. Op de tweede laag 2 is een derde laag 5 aangebracht die bestaat uit een basismateriaal en bindmiddel. De tweede laag 2 is identiek aan de laag 2 zoals getoond in fig. 1.
De bovenste laag 5 in fig. 2 heeft twee zijkanten 6, 30 7. Bij een vormgevende behandeling van de constructie zoals getoond in fig. 2, wordt een product B verkregen. Hierbij zijn de zijkanten 3, 4 van de onderste laag 1 aangelegd tegen de zijkanten 6 respectievelijk 7 van de bovenste laag 5. Wanneer dit vormgegeven product aan een behandeling wordt onder-35 worpen waardoor het bindmiddel 6 vloeibaar wordt gemaakt en zich aan en om de deeltjes van het basismateriaal voegt, zullen ook de betreffende zijkanten 3, 6 respectievelijk 4, 7 aan elkaar hechten. Derhalve wordt na de werkwijze volgens de . ·,.) .c r, r. .·· H uitvinding een kweekmedium verkregen met een coherente bui- I tenste laag bestaande uit basismateriaal en bindmiddel en een I coherente binnenste laag bestaande uit enkel basismateriaal.
I Fig. 3 toont ten slotte een laag 1 bestaande uit ba- 5 sismateriaal en bindmiddel. Deze basislaag 1 wordt aan een
vormgevende behandeling onderworpen, waarna een kweekmedium C
wordt verkregen dat in zijn geheel bestaat uit basismateriaal en bindmiddel. De hoeveelheid bindmiddel is bij voorkeur zo- danig, bijvoorbeeld maximaal 25 gew.%, bij voorkeur maximaal I 10 15 gew.%, met meer voorkeur maximaal 10 gew.%, betrokken op I de hoeveelheid basismateriaal, dat een kweekmedium wordt ver- I kregen met een consistentie die in hoofdzaak gelijk is aan de I consistentie van het basismateriaal alleen. Volgens een ver- dere voorkeur is de hoeveelheid bindmiddel maximaal 7 gew.%, 15 met nog meer voorkeur maximaal 5 gew.%, en met nog meer voor- keur maximaal 4 gew.%, betrokken op de hoeveelheid basismate- riaal.
I Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet be- I perkt is tot de in de figuren getoonde en de hiervoor be- I 20 schreven uitvoeringsvorm volgens een voorkeur van de uitvin- I ding. Hoewel in de figuren slechts een vormgeving tot een streng is getoond, is het ook mogelijk om het materiaal vol- I gens de uitvinding te vervaardigen in een mal, bijvoorbeeld I in de vorm van een kubus van bijvoorbeeld 10x10x10 cm, of in I 25 balkvormige mallen van bijvoorbeeld 100x20x10 cm, etc., waar- I door dergelijke grotere vormgegeven kweekmediums worden ver- I vaardigd. Deze kunnen geschikt worden toegepast als teeltmat- I ten of teeltblokken, etc., in de zogenoemde substraatteelt.
Substraatteelt wordt algemeen in de tuinbouw toegepast, bij- I 30 voorbeeld bij de teelt van kasgroenten zoals tomaten, pa- I prika's, en dergelijke.
I Een variant voor het vervaardigen van bijvoorbeeld I kweekpluggen of andere gevormde voorwerpen door middel van een werkwijze volgens de uitvinding staat getoond in de fig.
35 4 t/m 6. Fig. 4 toont een matrijs 8 welke een bovenzijde 9 en I een onderzijde 10 heeft. In de matrijs 8 zijn doorgaande ga- I ten gevormd waardoor een opening 11 aan de bovenzijde 9 wordt I gevormd en een opening 12 aan de onderzijde 10. De opening 11 I i U L· i.· O H.
9 aan de bovenzijde is enigszins groter dan de opening 12 aan de onderzijde 10. De gaten worden vanaf de bovenzijde gevuld met het mengsel van deeltjesvormig basismateriaal en thermoplastisch, biologisch afbreekbaar bindmiddel. Dit kan ge-5 schieden door het mengsel door middel van bijvoorbeeld een schraapmes op de bovenzijde 9 van de matrijs 8 aan te brengen en zodoende de genoemde gaten te vullen. Hierbij is het mogelijk dat de matrijs op een constante verhoogde temperatuur wordt gehouden, die zodanig is dat het thermoplastische poly-10 meer althans gedeeltelijk zal vervloeien. Hierdoor wordt in de matrijs een binding gevormd tussen het polymeer en het basismateriaal. Teneinde de gaten in de matrijs 8 goed te kunnen vullen, heeft het de voorkeur dat de matrijs 8 op een ondergrond wordt geplaatst, waardoor de openingen 12 aan de on-15 derzijde 10 zijn afgesloten.
In een volgende stap wordt de matrijs 8 omgekeerd, waardoor de bovenzijde 9 onder komt te liggen en de onderzijde 10 boven komt te liggen. Dit is in fig. 5 nader verduidelijkt. In de matrijs 8 zijn slechts twee gaten getoond; het 20 zal echter duidelijk zijn dat in de praktijk meerdere gaten in de matrijs 8 kunnen zijn aangebracht. Een verzamelhouder 13 bevindt zich onder de matrijs 8, zodanig dat de gaten in de matrijs 8 zijn uitgelijnd met uitsparingen in de verzamelhouder 13. De kweekmediums die zich bevinden in de gaten in 25 de matrijs 8, kunnen vervolgens vanaf de zijde 10 van de matrijs 8 naar beneden worden gedrukt, waardoor de kweekmediums in de uitsparingen in de verzamelhouder 13 komen te liggen.
Het uitdrukken van de vormgegeven kweekmediums uit de matrijs 8 wordt vereenvoudigd wanneer de gaten enigszins 30 conisch zijn gevormd. Hierbij heeft het de voorkeur dat de opening in de onderzijde 10 enigszins kleiner is dan de opening in de bovenzijde 9. Het doorgaande gat in de matrijs 8 is daardoor conisch gevormd. Wanneer de matrijs 8 wordt omgekeerd (zoals getoond in fig. 5), zal het vormgegeven kweekme-35 dium makkelijker uit de matrijs 8 kunnen worden gedrukt.
Fig. 6 toont een nadere verduidelijking van de stap om het vormgegeven kweekmedium uit het gat in de matrijs 8 te drukken. Hiertoe is een uitdrukker 14 boven de opening 12 ge- 1022683 H bracht. Deze uitdrukker 14 kan naar beneden toe, in de rich- ting van de opening 11, dat wil zeggen door het gat in de ma- trijs 8 heen, worden bewogen, waardoor het vormgegeven kweek- medium uit het gat in de matrijs 8 wordt gedrukt. Wanneer de 5 matrijs 8 aanliggend op de verzamelhouder 13 is geplaatst, is het voldoende dat de uitdrukker 14 tot aan de opening 11 kan worden gevoerd. Wanneer het kweekmedium in de uitsparingen in de verzamelhouder 13 is gebracht, zal het uiteinde van de uitdrukker 14 daarbij nog in contact zijn met de bovenzijde 10 van het vormgegeven kweekmedium. Zoals tevens in fig. 6 is getoond, is de uitdrukker 14 voorzien van een spil 15 welke naar beneden toe, vanuit het uiteinde van de uitdrukker 14, H kan worden gevoerd. In een uitgevoerde positie heeft de spil 15 de stand zoals met stippellijnen aangeduid met verwij- 15 zingscijfer 16. Wanneer de uitdrukker zich met zijn uiteinde juist boven het oppervlak van het kweekmedium bevindt en de spil 15 wordt uitgevoerd, zal een opening in het kweekmedium (niet getoond) worden gevormd. Hierdoor is het zeer eenvoudig om bijvoorbeeld jonge aanplant, stekjes of zaden en dergelij- 20 ke in het kweekmedium te plaatsen. Wanneer deze stap tot het vormen van een opening in het kweekmedium wordt uitgevoerd wanneer de temperatuur zich nog in het smelttraject van het I polymeer of daarboven bevindt, zal de opening, bij afkoeling, behouden blijven.
I 25 In de figuren is de conische vorm van de gaten in de matrijs 8 overdreven weergegeven. In de praktijk zal een veel geringer verschil tussen afmeting van de openingen 11 en 12 I mogelijk zijn, waarmee een goede uitdrukbaarheid van het I kweekmedium uit de matrijs 8 behouden blijft.
30 De verwarming van het bindmiddel, teneinde dit te I doen vervloeien, kan op velerlei wijzen geschieden. Een eer- ste mogelijkheid is om infrarood straling toe te passen. Een I andere mogelijkheid is magnetronstraling. Het bindmiddel I dient daarbij een zodanige consistentie te hebben dat het I 35 door middel van magnetronstraling kan worden verwarmd. Ook I kan het bindmiddel indirect worden verwarmd door warmteover- I dracht vanuit, met magnetronstraling verwarmd, water dat zich I in het mengsel bevindt.
I 1 π 2 ? R f\ 1 11
Wanneer de buitenste rand van een teeltplug, zoals getoond in de fig. 1 en 2, van bindmiddel is voorzien maar de kern bestaat uit alleen basismateriaal, is het zeer eenvoudig mogelijk om planten in het rulle binnendeel van de plug te 5 steken zonder dat de plug uit elkaar valt.
Als biologisch afbreekbare polymeren kunnen alle polymeren worden toegepast die bij afbraak geen schadelijke stoffen leveren. Hiermede wordt bedoeld dat de afbraakproduc-ten geen voor planten en dieren schadelijke componenten die-10 nen te bevatten. Hierbij is het mogelijk om biologisch afbreekbare synthetische polymeren of biologisch afbreekbare biopolymeren te gebruiken. Ook combinaties hiervan zijn mogelijk. In het algemeen kunnen de polymeren worden gekozen uit: 1) biologisch afbreekbare polyesters zoals statisti-15 sche, aliphatische aromatische copolyesters die zijn gebaseerd op de verschillende monomeren van butaandiol, adipine-zuur en tereftaalzuur;
2) polymelkzuur verbindingen, waaronder de A en de D
variant; 20 3) polyhydroxybutyraat (PHB) verbindingen en polyhy- droxyalkanoaat (PHA) verbindingen; en 4) zetmeel verbindingen.
Bijvoorbeeld kunnen dergelijke polymeren worden gekozen uit polymelkzuur, zetmeel, polyesteramide of polycaprolactone.
25 De afmetingen van de kweekmediums kunnen in grote mate worden gevarieerd. Bijvoorbeeld kan het medium een vorm en een afmeting hebben die telkens een holte in een teeltblok exact vult. Geschikte afmetingen zijn pluggen met een diameter van 13 mm, 20 mm en 28 mm. Deze worden in de praktijk al-30 gemeen toegepast.
Sommige polymeren hebben een waterafstotende werking. Aangezien het kweekmedium dat volgens de werkwijze wordt vervaardigd, echter alleen basismateriaal en bindmiddel omvat, heeft een dergelijk waterafstotend karakter van het 35 bindmiddel in de praktijk geen invloed op het waterabsorbe-rende vermogen van het basismateriaal. Hierbij heeft het echter de voorkeur dat de hoeveelheid bindmiddel maximaal 25 gew.% bedraagt.
Om een sterk toegenomen bevochtigbaarheid van het basismateriaal te verkrijgen, kan een oppervlaktespanningver-H lagend middel worden toegevoegd, bijvoorbeeld WMC. Hierdoor H wordt de wateropneembaarheid van het te verkrijgen kweekmedi- 5 urn vergroot.
I ' n ? ? r a o -
Claims (14)
1. Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekme-dium voor het daarin laten groeien van planten, met het kenmerk, dat het de stappen omvat van: a) het vermengen van I: een deeltjesvormig basisma- 5 teriaal, gekozen uit ten minste één van organische en anorganische materialen, met II: een thermoplastisch biologisch afbreekbaar bindmiddel, b) het verwarmen van ten minste het bindmiddel, teneinde dit althans gedeeltelijk te doen vervloeien, 10 c) het afkoelen van het mengsel om het bindmiddel in een in hoofdzaak vaste vorm te brengen en waardoor althans een deel van het basismateriaal door middel van het bindmiddel onderling is verbonden.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, 15 dat de hoeveelheid bindmiddel maximaal 25 gew.%, bij voorkeur maximaal 15 gew.%, met meer voorkeur maximaal 10 gew.%, met nog meer voorkeur maximaal 7 gew.%, met nog weer meer voorkeur maximaal 5 gew.%, met de meeste voorkeur maximaal 4 gew.% is, betrokken op het gewicht van het basismateriaal.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het ken merk, dat na het vermengen in stap a), een vormgevende behandeling wordt uitgevoerd.
4. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 3, met het kenmerk, dat een vormgevende behandeling wordt uitgevoerd 25 tussen de stappen b) en c).
5. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 4, met het kenmerk# dat het organische basismateriaal wordt gekozen uit de groep die bestaat uit veen, compost, kokosvezels, kokosgranulaat, hennepvezels, stro, gras, houtzaagsel, koffie- 30 residu, gft-afval, residu uit de veevoederindustrie en residu uit de papierindustrie.
6. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 5, met het kenmerk, dat het anorganische basismateriaal wordt gekozen uit de groep die bestaat uit klei, aarde, perliet, steen- 35 wol en overige inerte anorganische materialen. 1. o ? f,· o ^ Η
7. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 6, met het kenmerk, dat het deeltjesvormige basismateriaal een grootste afmeting heeft van 10 mm, bij voorkeur 5 mm, met meer voorkeur 2 mm, en met nog meer voorkeur 1 mm.
8. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 7, met het kenmerk, dat tijdens de stap a) een biologisch afbreek- baar elastomeer wordt toegevoegd.
9. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 8, met het kenmerk, dat: 10. een eerste laag van basismateriaal plus bindmiddel wordt gepositioneerd, waarop een tweede laag van basismateri- aal wordt gepositioneerd, en ten slotte een derde laag van basismateriaal plus bindmiddel wordt gepositioneerd; - vervolgens een vormgevende behandeling wordt uit- I 15 gevoerd, teneinde de eerste en derde laag aan weerszijden van I de tweede laag naar elkaar toe te bewegen, teneinde de tweede I laag geheel door de eerste en derde laag te doen omsluiten; - het bindmiddel wordt vervloeid met het basismate- riaal; en 20. het bindmiddel in een in hoofdzaak vaste vorm wordt gebracht, teneinde het basismateriaal in de, de tweede laag omgevende laag te verbinden.
10. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 8, met het kenmerk, dat: 25. een eerste laag van basismateriaal plus bindmiddel wordt gepositioneerd, waarop een tweede laag van basismateri- I aal wordt aangebracht; I - waarna een vormgevende behandeling wordt uitge- I voerd door de eerste laag over de tweede laag te vouwen, ten- 30 einde de tweede laag geheel door de eerste laag te doen om- sluiten; - waarna het bindmiddel wordt vervloeid met het ba- I sismateriaal; en I - het bindmiddel in een in hoofdzaak vaste vorm I 35 wordt gebracht, teneinde het basismateriaal in de, de tweede I laag omgevende laag te verbinden.
11. Werkwijze volgens een der conclusies 1 t/m 10, I met het kenmerk, dat stap c) wordt uitgevoerd met geforceerde ' Λ *\ ^ _ toevoer van een gas of een vloeistof, of door middel van ongeforceerde afkoeling aan de omgeving.
12. Werkwijze volgens een der conclusies 2 t/m 11, met het kenmerk, dat een kweekmedium wordt gevormd in de vorm 5 van een kweekplug, een teeltmat, een teeltblok, of dergelijke.
13. Werkwijze volgens een der conclusies 2 t/m 12, met het kenmerk, dat tijdens het vormgeven een compressie wordt uitgevoerd tot 99 %, bij voorkeur tot 95 %, met meer 10 voorkeur tot 90 %, en met nog meer voorkeur tot 80 % van het volume dat na het vermengen is verkregen.
14. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een thermoplastisch, biologisch afbreekbaar polymeer wordt vermengd met een smelttraject dat is ge- 15 legen in het temperatuurstraject van 20-130°C, bij voorkeur van 40-120°C, met meer voorkeur van 60-100°C. 1022683
Priority Applications (18)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1022683A NL1022683C1 (nl) | 2003-02-14 | 2003-02-14 | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. |
NL1023354A NL1023354C2 (nl) | 2003-02-14 | 2003-05-07 | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. |
MXPA05008621A MXPA05008621A (es) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Metodo para fabricar un sustrato para crecimiento. |
PT04709782T PT1599088E (pt) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Método de fabrico de um substrato de crescimento |
EP04709782A EP1599088B2 (en) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Method of manufacturing a growth substrate |
CA2514671A CA2514671C (en) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Method of manufacturing a growth substrate |
CN200480006527XA CN1758847B (zh) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | 制造植物可在其上生长的培养基的方法 |
AT04709782T ATE377939T1 (de) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Verfahren zur herstellung eines wachstumssubstrats |
PCT/NL2004/000091 WO2004071176A1 (en) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Method of manufacturing a growth substrate |
DE602004010075T DE602004010075T3 (de) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Verfahren zur herstellung eines wachstumssubstrats |
ES04709782T ES2297381T5 (es) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Método de fabricación de un sustrato de cultivo. |
JP2006502739A JP2007528697A (ja) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | 生育基体の製造方法 |
US10/545,192 US7712252B2 (en) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Method of manufacturing a growth substrate |
PL377765A PL377765A1 (pl) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Sposób wytwarzania podłoża wzrostu |
DK04709782.9T DK1599088T4 (da) | 2003-02-14 | 2004-02-10 | Fremgangsmåde til fremstilling af et vækstsubstrat |
US10/782,419 US20040235168A1 (en) | 2003-02-14 | 2004-02-17 | Method of manufacturing a culture medium |
IL170227A IL170227A (en) | 2003-02-14 | 2005-08-10 | A method of producing a substrate for growth |
MA28439A MA27656A1 (fr) | 2003-02-14 | 2005-08-12 | Procede de fabrication de substrat de culture |
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1022683A NL1022683C1 (nl) | 2003-02-14 | 2003-02-14 | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. |
NL1022683 | 2003-02-14 | ||
NL1023354A NL1023354C2 (nl) | 2003-02-14 | 2003-05-07 | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. |
NL1023354 | 2003-05-07 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1022683C1 true NL1022683C1 (nl) | 2004-08-17 |
Family
ID=32871313
Family Applications (2)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1022683A NL1022683C1 (nl) | 2003-02-14 | 2003-02-14 | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. |
NL1023354A NL1023354C2 (nl) | 2003-02-14 | 2003-05-07 | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. |
Family Applications After (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1023354A NL1023354C2 (nl) | 2003-02-14 | 2003-05-07 | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. |
Country Status (15)
Country | Link |
---|---|
US (2) | US7712252B2 (nl) |
EP (1) | EP1599088B2 (nl) |
JP (1) | JP2007528697A (nl) |
AT (1) | ATE377939T1 (nl) |
CA (1) | CA2514671C (nl) |
DE (1) | DE602004010075T3 (nl) |
DK (1) | DK1599088T4 (nl) |
ES (1) | ES2297381T5 (nl) |
IL (1) | IL170227A (nl) |
MA (1) | MA27656A1 (nl) |
MX (1) | MXPA05008621A (nl) |
NL (2) | NL1022683C1 (nl) |
PL (1) | PL377765A1 (nl) |
PT (1) | PT1599088E (nl) |
WO (1) | WO2004071176A1 (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN106106089A (zh) * | 2016-06-28 | 2016-11-16 | 李建涛 | 一种室内空气净化的植物栽培基质 |
Families Citing this family (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP1570715A1 (en) * | 2004-03-02 | 2005-09-07 | Eurochem N.V. | Seed pellets and soils for growing plants |
US7256033B2 (en) | 2004-06-25 | 2007-08-14 | E. I. Du Pont De Nemours And Company | Delta-8 desaturase and its use in making polyunsaturated fatty acids |
NL1029571C2 (nl) | 2005-07-20 | 2007-01-23 | Jiffy Internat As | Werkwijze voor het kweken van planten alsmede een kweekmedium. |
US7943823B2 (en) | 2006-04-28 | 2011-05-17 | E.I. Du Pont De Nemours And Company | Delta-8 desaturase and its use in making polyunsaturated fatty acids |
FI122418B (fi) * | 2007-12-13 | 2012-01-13 | Valtion Teknillinen | Luonnonkuitupohjainen komposiittimateriaali |
JP2012501649A (ja) * | 2008-09-03 | 2012-01-26 | グロウ−テック・エルエルシー | バイオポリマーベースの生育培地およびその製造方法ならびにその使用方法 |
FR3016495A1 (fr) * | 2014-01-23 | 2015-07-24 | Sebastien Bortot | Composition de support de culture horticole semi-synthetique |
US10577538B2 (en) | 2014-07-28 | 2020-03-03 | Jowat Ag | Method for utilizing fine-particle peat |
MX2017010533A (es) | 2015-02-19 | 2018-03-14 | Scannell Christopher | Uso de bentonita para mejorar los rasgos relacionados con el crecimiento de plantas. |
EP3162192A1 (en) | 2015-10-27 | 2017-05-03 | Oxydator IVS | Self-supporting plugs and other structures for use in plant production |
EP3763202B1 (de) | 2019-07-10 | 2023-12-27 | Floragard Beteiligungs-GmbH | Kultursubstrat für pflanzen |
US12065569B2 (en) * | 2019-10-18 | 2024-08-20 | Nutjobs | Formulations and products to replace single-use plastics and polystyrene with bio-benign materials such as agricultural wastes |
AU2021277183A1 (en) | 2020-05-18 | 2023-01-19 | Smithers-Oasis Company | Composition and manufacturing method for a compostable floral arrangement medium |
Family Cites Families (30)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS5618165B2 (nl) * | 1974-08-29 | 1981-04-27 | ||
US4258659A (en) * | 1976-07-07 | 1981-03-31 | Quality Bedding And Litter, Inc. | Animal litter and process and structure for making same |
US4209945A (en) * | 1978-06-07 | 1980-07-01 | Capability Brown Limited | Plant growth package |
NL8601217A (nl) * | 1986-05-14 | 1987-12-01 | Fibraconsult Management Und Be | Vormling, vervaardigd uit een bindmiddel bevattend vezelmateriaal en werkwijze ter vervaardiging van de vormling. |
US4777763A (en) † | 1986-06-17 | 1988-10-18 | Owens-Corning Fiberglas Corporation | Plant growing medium |
DE3706235A1 (de) | 1987-02-26 | 1988-09-08 | Wacker Chemie Gmbh | Verfahren zur herstellung von substratmassen fuer die pflanzenzucht |
JPH0198548U (nl) * | 1987-12-19 | 1989-06-30 | ||
CA2051173A1 (en) * | 1990-09-13 | 1992-03-14 | Takeji Suzuki | Artificial soil and process for producing the same |
JPH057427A (ja) * | 1991-07-01 | 1993-01-19 | Nagano Pref Gov Noukiyou Chiiki Kaihatsu Kiko | 植物育成用培土及びその製法 |
DE4121903C2 (de) | 1991-07-02 | 1993-12-23 | Rockwool Mineralwolle | Mineralwolle-Formkörper |
JP2742347B2 (ja) † | 1991-11-07 | 1998-04-22 | 工業技術院長 | 生分解性不織布成型容器 |
JP2742345B2 (ja) * | 1991-11-14 | 1998-04-22 | 工業技術院長 | 生分解性不織布成型容器及びその成型方法 |
SE502680C2 (sv) * | 1993-03-30 | 1995-12-04 | Vaestsallat Ab | Upprullbart odlingssubstrat innehållande massafibrer |
JPH07107863A (ja) * | 1993-10-13 | 1995-04-25 | Suzuki Sogyo Co Ltd | 植木鉢及びその製造方法 |
JPH1014408A (ja) † | 1996-07-04 | 1998-01-20 | Tokai Kasei:Kk | 苗木栽培容器 |
US6071574A (en) * | 1997-07-11 | 2000-06-06 | Southpac Trust International, Inc. | Folded corrugated material and method for producing same |
DE19911114C2 (de) † | 1999-03-12 | 2003-03-20 | Titv Greiz | Fasermatte zur Förderung des Kulturpflanzenwachstums |
NL1011794C1 (nl) | 1999-04-14 | 2000-10-17 | Visser S Gravendeel Holding | Vormvaste teeltsubstraatsamenstelling en werkwijze voor het vervaardigen daarvan. |
JP2000324945A (ja) * | 1999-05-18 | 2000-11-28 | Natl Fedelation Of Agricult Coop Assoc | 育苗用培土 |
US6453610B2 (en) * | 1999-08-06 | 2002-09-24 | E. I. Du Pont De Nemours And Company | Method for modifying root growth |
JP2001128560A (ja) † | 1999-11-10 | 2001-05-15 | Yasuo Iwamoto | 動植物残滓を主原料とした植木鉢及びこの製法 |
ES2246936T3 (es) * | 2000-01-14 | 2006-03-01 | Kao Corporation | Estera absorbente para el tratamiento de excrementos. |
JP2002078416A (ja) * | 2000-09-05 | 2002-03-19 | Yamamoto Co Ltd | 園芸用培地 |
NL1017460C2 (nl) † | 2001-02-28 | 2002-09-03 | Sluis Cigar Machinery B V V D | Kweekmedium. |
US7241832B2 (en) * | 2002-03-01 | 2007-07-10 | bio-tec Biologische Naturverpackungen GmbH & Co., KG | Biodegradable polymer blends for use in making films, sheets and other articles of manufacture |
JP2003047335A (ja) * | 2001-08-06 | 2003-02-18 | Fujikoo:Kk | 培植資材とその製造法 |
JP2003061466A (ja) * | 2001-08-29 | 2003-03-04 | Yamamoto Co Ltd | 育苗用培地製造装置における育苗用培土供給装置 |
US6846858B2 (en) * | 2002-04-24 | 2005-01-25 | Brenton L. Lemay | Artificial soil composition and methods of its making and use |
US20040020114A1 (en) * | 2002-07-23 | 2004-02-05 | Bki Holding Corporation | Cellulose support for seed |
WO2004071193A2 (en) * | 2003-02-12 | 2004-08-26 | Koch Cellulose, Llc | Seedbed for growing vegetation |
-
2003
- 2003-02-14 NL NL1022683A patent/NL1022683C1/nl not_active IP Right Cessation
- 2003-05-07 NL NL1023354A patent/NL1023354C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2004
- 2004-02-10 DK DK04709782.9T patent/DK1599088T4/da active
- 2004-02-10 PL PL377765A patent/PL377765A1/pl not_active IP Right Cessation
- 2004-02-10 PT PT04709782T patent/PT1599088E/pt unknown
- 2004-02-10 CA CA2514671A patent/CA2514671C/en not_active Expired - Fee Related
- 2004-02-10 AT AT04709782T patent/ATE377939T1/de active
- 2004-02-10 JP JP2006502739A patent/JP2007528697A/ja active Pending
- 2004-02-10 DE DE602004010075T patent/DE602004010075T3/de not_active Expired - Lifetime
- 2004-02-10 US US10/545,192 patent/US7712252B2/en not_active Expired - Fee Related
- 2004-02-10 WO PCT/NL2004/000091 patent/WO2004071176A1/en active IP Right Grant
- 2004-02-10 MX MXPA05008621A patent/MXPA05008621A/es active IP Right Grant
- 2004-02-10 EP EP04709782A patent/EP1599088B2/en not_active Expired - Lifetime
- 2004-02-10 ES ES04709782T patent/ES2297381T5/es not_active Expired - Lifetime
- 2004-02-17 US US10/782,419 patent/US20040235168A1/en not_active Abandoned
-
2005
- 2005-08-10 IL IL170227A patent/IL170227A/en not_active IP Right Cessation
- 2005-08-12 MA MA28439A patent/MA27656A1/fr unknown
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN106106089A (zh) * | 2016-06-28 | 2016-11-16 | 李建涛 | 一种室内空气净化的植物栽培基质 |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
PL377765A1 (pl) | 2006-02-20 |
WO2004071176A1 (en) | 2004-08-26 |
EP1599088A1 (en) | 2005-11-30 |
ATE377939T1 (de) | 2007-11-15 |
MA27656A1 (fr) | 2005-12-01 |
DE602004010075D1 (de) | 2007-12-27 |
JP2007528697A (ja) | 2007-10-18 |
DE602004010075T3 (de) | 2012-02-16 |
CA2514671A1 (en) | 2004-08-26 |
ES2297381T3 (es) | 2008-05-01 |
ES2297381T5 (es) | 2011-10-20 |
IL170227A (en) | 2012-06-28 |
EP1599088B2 (en) | 2011-08-03 |
DK1599088T4 (da) | 2011-11-14 |
DK1599088T3 (da) | 2008-03-03 |
PT1599088E (pt) | 2008-02-18 |
NL1023354C2 (nl) | 2004-08-17 |
US20040235168A1 (en) | 2004-11-25 |
MXPA05008621A (es) | 2006-01-31 |
US7712252B2 (en) | 2010-05-11 |
EP1599088B1 (en) | 2007-11-14 |
US20060248795A1 (en) | 2006-11-09 |
CA2514671C (en) | 2012-01-10 |
DE602004010075T2 (de) | 2008-09-11 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1022683C1 (nl) | Werkwijze voor het vervaardigen van een kweekmedium. | |
CN101427648B (zh) | 植被基及其生产方法 | |
TWI566686B (zh) | 適用於植物之生長基質及其製備方法 | |
NL1017460C2 (nl) | Kweekmedium. | |
AU1745399A (en) | Biodegradable and biocompatible agricultural mulch and method of preparing same | |
NL8601217A (nl) | Vormling, vervaardigd uit een bindmiddel bevattend vezelmateriaal en werkwijze ter vervaardiging van de vormling. | |
JPWO2002041688A1 (ja) | コケ植物の固定物 | |
WO2017071823A1 (en) | Self-supporting plugs and other structures for use in plant production | |
JPH09238579A (ja) | 生分解性成形材料 | |
CN1758847B (zh) | 制造植物可在其上生长的培养基的方法 | |
JP5470539B1 (ja) | 岩盤緑化用筒状容器 | |
NL9401955A (nl) | Werkwijze voor het vervaardigen van voedingsmedia en potten voor planten. | |
KR20100002016A (ko) | 식생기반체 및 그 제조방법 | |
JP2016136853A (ja) | 植物を移植して育成する方法 | |
JP2004113102A (ja) | 栽培容器等の成形物 | |
BRPI0903244A2 (pt) | suportes agroecológicos para plantas e processo de sua produção | |
JP4646660B2 (ja) | 植物栽培容器およびその製造方法 | |
JP3535891B2 (ja) | 育苗用容器及びその製造法 | |
WO2000025570A1 (fr) | Materiau fixe par exploitation de l'etalement de racines | |
JP2010263883A (ja) | 植物栽培基盤材、植物栽培用容器、それらの製造方法及び芝基盤材の敷設方法 | |
JP2008109923A (ja) | 水中動植物育成用の樹脂ペレットおよび植物栽培用の樹脂ペレット、水中動植物の育成方法および植物の育成方法。 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
VD2 | Discontinued due to expiration of the term of protection |
Effective date: 20090214 |