NL1019628C2

NL1019628C2 - Prothese voor een tand of kies alsmede set voor een dergelijke prothese.

Info

Publication number: NL1019628C2
Application number: NL1019628A
Authority: NL
Inventors: Jozef Jansen
Original assignee: Denta Net Holding B V
Priority date: 2001-12-20
Filing date: 2001-12-20
Publication date: 2003-06-24
Also published as: AU2002362169A1; CN1615109A; DE60237106D1; US20050100865A1; ATE474522T1; EP1455676B1; WO2003053275A1; EP1455676A1; CN100339056C

Description

Prothese voor een tand of kies alsmede set voor een dergeliike prothese

De uitvinding betreft een protheseconstructie tussen twee natuurlijke pijlerelementen in een gebit ter vervanging van een tand of kies, omvattende twee 5 ankerelementen die elk zijn bevestigd aan een respectievelijke pijler, alsmede een tand-of kiesprothese voorzien van twee bevestigingsdelen die elk star zijn bevestigd aan een respectievelijk anker, waarbij een der bevestigingsdelen beweeglijk is gekoppeld met de prothese.

Een dergelijke protheseconstructie is bekend uit US-A-4813873. Met behulp van 10 deze bekende protheseconstructie kan een tand- of kiesprothese stevig worden opgehangen tussen twee gezonde tanden respectievelijk kiezen. De bevestigingen met deze zogenaamde gezonde pijlerelementen moet een zodanige sterkte en betrouwbaarheid bezitten dat een acceptabele levensduur van de prothese kan worden gegarandeerd. Bovendien moeten de bevestigingen bestand zijn tegen de aanzienlijke 15 krachten waaraan de prothese wordt blootgesteld, vooral bij toepassing in het molaargebied.

In de praktijk blijkt echter dat, juist in dat molaargebied, een belangrijk percentage van de protheseconstructies voortijdig los gaat zitten en bezwijkt. Dit loslaten blijkt veroorzaakt te worden door de voortdurende, zij het minuscule 20 bewegingen die de pijlerelementen ten opzichte van elkaar maken in buccale, linguale en palatinale richting. Als gevolg van deze voortdurende bewegingen worden de ets- of kleefbruggen met de pijlerelementen verzwakt. Vooral de beperkte hechtsterkte van cementen die zijn toegelaten in de tandheelkunde zijn hieraan debet. Dergelijke uit medisch oogpunt acceptabele cementen blijken niet in staat om de genoemde 25 bewegingen op te vangen.

Doel van de uitvinding is daarom een protheseconstructie te verschaffen die beter bestand tegen de voortdurend in het gebit optredende bewegingen. Dat doel wordt bereikt doordat zich in de prothese een hol deel bevindt, en een der ankers een uitsteeksel omvat dat beweegbaar is opgenomen in het holle deel. De aanwezigheid van 30 deze beweeglijke koppeling in de protheseconstructie leidt er toe dat geen inwendige krachten in de bevestigingen kunnen optreden. Het gevolg daarvan is dat deze bevestigingen aanzienlijk minder zwaar worden belast dan bij de bekende 1019628* 2 protheseconstructies, zodanig dat een aanzienlijke levensduur kan worden gegarandeerd.

In het bijzonder kan de de koppeling tussen het beweeglijk met de prothese gekoppelde bevestigingsdeel enerzijds, en het pijlerelement anderzijds een translatie 5 volgens een vrijheidsgraad toelaten. Deze translatie is bij voorkeur gericht van het ene pijlerelement naar het andere pijlerelement. Het ander bevestigingsdeel is star verbonden met het betreffende pijlerelement.

De koppeling tussen het beweeglijk met de prothese gekoppelde bevestigingsdeel enerzijds, en het pijlerelement anderzijds kan naast een translatie, 10 tevens een rotatie toelaten. De rotatie-as strekt zich daarbij uit van het ene naar het andere pijlerelement.

De beweeglijke koppeling kan op allerlei manieren worden uitgevoerd. De voorkeur gaat uit naar een beweeglijke koppeling die telescoperende delen omvat. De telescoperende delen kunnen met elkaar samenwerkende oppervlakken bezitten met een 15 cirkelvormige dwarsdoorsnede. Een dergelijke uitvoering biedt een zeer stabiele ondersteuning van de prothese, terwijl niettemin de vereiste beweeglijkheid is verzekerd.

De bevestigingsdelen en de ankers kunnen per paar een geheel vormen; volgens een alternatieve uitvoering kunnen de bevestigingsdelen en de ankers aparte onderdelen 20 vormen, waarbij het paar uit een anker en bevestigingselement dat de starre bevestiging vormt door de onronde vormen stabiel ten opzichte van elkaar zijn ondersteund. Verder kunnen de bevestigingsdelen op gebruikelijke wijze elk een vleugel dragen die is bevestigd aan een respectievelijk pijlerelement.

De uitvinding betreft verder een set voor het vervaardigen van de 25 protheseconstructie, welke set omvat een ankerelement ter bevestiging aan een natuurlijk pijlerelement in een gebit, een bevestigingsdeel dat star bevestigbaar is aan het ankerelement, alsmede een koppeldeel dat star bevestigbaar is aan een tand- of kiesprothese en dat beweeglijk koppelbaar is met het bevestigingsdeel.

De koppeling tussen het koppeldeel en het bevestigingsdeel laat een translatie 30 toe; verder kan de koppeling tussen het koppeldeel en het bevestigingselement ten minste een rotatie toelaten.

Het koppeldeel grijpt om het bevestigingsdeel zodanig dat het bevestigingsdeel en het koppeldeel in een richting beweegbaar zijn ten opzichte van elkaar en dwars op T019628· 3 die richting zijn geblokkeerd ten opzichte van elkaar; bijvoorbeeld kan de koppeling tussen het koppeldeel en het bevestigingsdeel telescoperend zijn.

Het ankerelement en het bevestigingsdeel kunnen een overeenkomstig onronde vorm hebben. Tezamen kunnen zij zijdelings over het ankerelement worden geschoven 5 onder vorming van een nauwsluitende passing.

Een betrouwbare verbinding tussen het ankerelement en het bevestigingsdeel kan worden verkregen door middel van overeenkomstige vormen of vormopsluiting, bijvoorbeeld een zadelvorm.

Het koppeldeel kan een gesloten eindwand hebben en aan de tegenoverliggende 10 zijde open zijn, zodanig dat het bevestigingsdeel via de open zijde in het koppeldeel schuifbaar is. De eindwand biedt een goede afsluiting, zodanig dat etensresten, bacteriën en dergelijke worden geweerd.

Het ankerelement kan op verschillende manieren worden bevestigd aan het natuurlijke pijlerelement. Zo kan het ankerelement een pen hebben die bevestigbaar is 15 in een geboord gat in een natuurlijk pijlerelement.

Volgens een andere uitvoering kan het ankerelement zijn voorzien van een zogenaamde inlay. Deze inlay wordt geplaatst in het geprepareerde kauwvlak van een natuurlijk pijlerelement.

Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de 20 figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

Fig. 1 toont een gedeelte van een gebit met twee kiezen waartussen een protheseconstructie volgens de uitvinding moet worden aangebracht.

Fig. 2 toont de verschillende onderdelen van de protheseconstructie volgens de uitvinding in uiteengenomen toestand.

25 Fig. 3 toont een andere protheseconstructie, gereed om aangebracht te worden.

Fig. 4 toont de aangebrachte protheseconstructie volgens figuur 3.

Fig. 5 toont een set, in uiteengenomen toestand, voor gebruik bij de protheseconstructie.

Fig. 6 toont de set volgens figuur 5 in samengestelde toestand.

30 Fig. 7 toont een zijaanzicht van de set.

Fig. 8 toont een dwarsdoorsnede volgens VIII-Vin van figuur 9.

Fig. 9 toont een onderaanzicht van de set.

Fig. 10 toont een vooraanzicht volgens X-X van de set.

1019628»! 4

Het in figuur 1 getoonde gedeelte van een gebit omvat twee gezonde pijlerelementen of kiezen 1, 2, waartussen zich een open ruimte 3 bevindt waarin een kiesprothese moet worden aangebracht. In de gezonde pijlerelementen 1, 2 zijn reeds twee gaatjes geboord, waarin de ankers 4, 5 zijn bevestigd. Deze ankers 4, 5 bezitten 5 een pen 6 die in het betreffende gaatje in de kies 1, 2 is gestoken, alsmede een kop 7 met een onronde dwarsdoorsnede: zie figuur 5.

Bij de protheseconstructie volgens de uitvinding worden twee bevestigingsdelen 8, 9 toegepast. Deze bevestigingsdelen bezitten elk een onronde uitsparing 10, 11, die nauwsluitend past over de overeenkomstig onronde kop 7 van een respectievelijk anker 10 4,5.

Aan de bevestigingsdelen 8, 13 is een zogenaamde vleugel 12 bevestigd, die uiteindelijk moet worden vastgezet aan de binnenzijde van het betreffende pijlerelement 1,2.

Het bevestigingsdeel 9 past telescoperend en draaibaar in het koppeldeel 14. Het 15 bevestigingsdeel 8 en het cilindrische koppeldeel 14 zijn bevestigd in overeenkomstige uitsparingen 15 respectievelijk 16 van de in zijn geheel met 17 aangeduide prothese.

De tandarts plaatst het bevestigingsdeel 9 in het cilindrische koppeldeel 14. Deze beide onderdelen zijn voorzien van een sleuf 18, 19, zodanig dat zij over het betreffende anker 5 kunnen worden geschoven. Het anker 5 wordt daarbij opgenomen 20 in de uitsparing 11 van het bevestigingsdeel 9. Het bevestigingsdeel 8 wordt met zijn uitsparing 10 eveneens over het betreffende anker 4 geschoven. Daarna worden de betreffende bevestigingsdelen 8, 9 vastgecementeerd aan de ankers 4, 5. Daarmee is de protheseconstructie gereed.

In de protheseconstructie volgens de uitvinding wordt de in figuren 5-10 25 weergegeven set toegepast. Deze set omvat allereerst het ankerdeel 5, het bevestigingsdeel 9 alsmede het koppeldeel 14. Het ankerdeel 5 bezit een pen 6 die in een voorbereid gat in een gezond pijlerelement wordt bevestigd. Daarnaast bezit hij een onronde kop 7 met verdiepte zijden 21 alsmede een verdiepte bovenkant 22 (zie ook figuur 8). Het bevestigingsdeel 13 bezit een uitsparing 11 met een overeenkomstige 30 vorm, dat wil zeggen verdikte zijden 23 alsmede een verdiepte bovenkant 25 (zadelvorm, zie eveneens figuur 8).

T019628P» 5

Het koppeldeel 14 bezit een cilindrische vorm met een inwendige cilindrische ruimte 25, die nauwsluitend geschoven kan worden over het uitwendig eveneens cilindrische bevestigingsdeel 9.

Zoals weergegeven in figuur 3 en 4 wordt het bevestigingsdeel 9 in het 5 koppeldeel 14 geschoven dat is samengesteld met de prothese 17. Vervolgens kan de samenstelling uit bevestigingsdeel 9 en koppeldeel 14 over de kop 7 van het anker 5 worden geschoven, terwijl ook het bevestigingsdeel 8 over het anker 4 wordt geschoven. De bevestigingsdelen 9, 8 worden aan hun betreffende ankers 5, 4 vast gecementeerd.

10 Als gevolg van de cilindrische vormen van bevestigingsdeel 9 en koppeldeel 14, kan het anker 5 en daarmee het pijlerelement waaraan dit anker is bevestigd, zowel translaties als rotaties uitvoeren ten opzichte van de protheseconstructie 17.

Zoals duidelijk te zien is in figuur 10 is het koppeldeel 14 goed tegen zijdelings, dat wil zeggen van de kaak af, wegbewegen van het bevestigingsdeel 9 beschermd 15 doordat de uitsparing 19, waarmee het koppeldeel 14 samen met bevestigingsdeel 9 over de kop 7 van het anker 5 kan worden geschoven, zich over een hoek kleiner dan 180°, in het weergegeven voorbeeld ongeveer 90°, uitstrekt. Daarmee is een bevestiging door overeenkomstige vormen verzekerd.

In de figuren 7, 8 en 9 is te zien dat het bevestigingsdeel 9 stevig door 20 overeenkomstige vormen wordt vastgehouden op de kop 7 van het anker 5. Daarnaast zijn deze delen door cementeren aan elkaar bevestigd. Het koppeldeel 14 kan daarnaast transleren en roteren ten opzichte van het bevestigingsdeel 9. Een verder voordeel is dat aan de parallelliteit van de ankers 4,5 minder hoge eisen behoeven te worden gesteld.

1019628·

Claims

1. Protheseconstructie tussen twee natuurlijke pijlerelementen (1, 2) in een gebit ter vervanging van een tand of kies, omvattende twee ankerelementen (4, 5) die elk zijn 5 bevestigd aan een respectievelijke pijler (1, 2), alsmede een tand- of kiesprothese (17) voorzien van twee bevestigingsdelen (8, 9) die elk star zijn bevestigd aan een respectievelijk anker (4, 5) en waarbij een der bevestigingsdelen (9) beweeglijk is gekoppeld met de prothese (17), met het kenmerk, dat zich in de prothese (17) een hol deel (14) bevindt en een der ankers (5) een uitsteeksel (18) omvat dat beweegbaar is 10 opgenomen in het holle deel (14).

2. Protheseconstructie volgens conclusie 1, waarbij de beweeglijke koppeling een translatie toelaat.

3. Protheseconstructie volgens conclusie 2, waarbij de translatie is gericht van het ene pijlerelement (1) naar het andere pijlerelement (2).

4. Protheseconstructie volgens conclusie 2 of 3, waarbij de beweeglijke koppeling telescoperende delen (9,14) omvat. 20

5. Protheseconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de beweeglijke koppeling een rotatie toelaat.

6. Prothese volgens conclusie 5, waarbij de rotatie-as zich uitstrekt van het ene 25 naar het andere pijlerelement.

7. Protheseconstructie volgens conclusie 5 en 6, waarbij de telescoperende delen (9, 14) met elkaar samenwerkende oppervlakken bezitten met een cirkelvormige dwarsdoorsnede. 30

8. Protheseconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het andere bevestigingsdeel (8) star is verbonden met de prothese. 1019628·

9. Protheseconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bevestigingsdelen (8,9) en de ankers (4,5) per paar een geheel vormen.

10. Protheseconstructie volgens een der conclusies 1-8, waarbij de 5 bevestigingsdelen (8, 9) en de ankers (4, 5) aparte onderdelen vormen, en met elkaar samenwerken door middelen van onronde vormen.

11. Protheseconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bevestigingsdelen (8, 9) elk een vleugel (12) dragen die is bevestigd aan een 10 respectievelijk pijlerelement (1,2).

12. Set voor protheseconstructie volgens een der voorgaande conclusies, omvattende een ankerelement (5) voorzien van een stift (6) die star bevestigbaar is aan een natuurlijk pijlerelement in een gebit, alsmede een hol koppeldeel (14) dat star 15 bevestigbaar is aan een tand- of kiesprothese en dat beweeglijk koppelbaar is met het bevestigingsdeel (9).

13. Set volgens conclusie 12, waarbij de koppeling tussen het koppeldeel (14) en het bevestigingsdeel (13) een translatie toelaat. 20

14. Set volgens conclusie 12 of 13, waarbij de koppeling tussen het koppeldeel (14) en het bevestigingsdeel (9) ten minste een rotatie toelaat.

15. Set volgens conclusie 13 en 14, waarbij de koppeling tussen het koppeldeel 25 (14) en het bevestigingsdeel (13) een rotatieas heeft die samenvalt met de translatierichting.

16. Set volgens één der conclusies 12-15, waarbij het koppeldeel (14) grijpt om het bevestigingsdeel (9), zodanig dat het bevestigingsdeel (9) en het koppeldeel (14) in 30 een richting beweegbaar zijn ten opzichte van elkaar, en dwars op die richting zijn geblokkeerd ten opzichte van elkaar. 1019628·

17. Set volgens één der conclusies 12-16, waarbij de koppeling tussen het koppeldeel (14) en het bevestigingsdeel (9) telescoperend is.

18. Set volgens conclusie 17, waarbij de telescoperende delen (9, 14) met 5 elkaar samenwerkende oppervakken bezitten met een cirkelvormige dwarsdoorsnede.

19. Set volgens één der conclusies 12-18, waarbij het ankerelement (5) een onronde vorm heeft en het bevestigingsdeel (9) een overeenkomstig onronde vorm heeft en zijdelings schuifbaar is over het ankerelement (5) onder vorming van een 10 nauwsluitende passing.

20. Set volgens conclusie 19, waarbij het ankerelement (5) zadelvormig is.

21. Set volgens conclusie 19 of 20, waarbij het bevestigingsdeel (9) een holte 15 (11) heeft die via een sleuf (18) uitmondt in de omtrek van het bevestigingsdeel (9), via welke sleuf (18) het ankerelement (5) schuifbaar is in de holte.

22. Set volgens conclusie 19, 20 of 21, waarbij het koppeldeel (14) samen met het daarmee gekoppelde bevestigingsdeel (9) zijdelings schuifbaar is over het 20 ankerelement (5).

23. Set volgens conclusie 22, waarbij het koppeldeel (14) een holte (25) heeft die via een sleuf (19) uitmondt in de omtrek van het koppeldeel (14), welke sleuf (19) ongeveer samenvalt met de sleuf (18) in het met het koppeldeel (14) samengestelde 25 bevestigingsdeel (9).

24. Set volgens conclusie 23, waarbij het koppeldeel (14) een ondersneden holte (25) heeft, waarin het bevestigingsdeel (9) schuifbaar is.

25. Set volgens conclusie 24, waarbij het koppeldeel (14) een gesloten eindwand (20) heeft en aan de tegenoverliggende zijde open is, zodanig dat het bevestigingsdeel (9) via de open zijde in het koppeldeel (14) schuifbaar is. f019628·

26. Set volgens één der conclusies 12-25, waarbij het ankerelement (5) een pen (6) heeft die bevestigbaar is in een geboord gat in een natuurlijk pijlerelement. f019628*