NL1011426C2

NL1011426C2 - Braking device.

Info

Publication number: NL1011426C2
Application number: NL1011426A
Authority: NL
Inventors: Willem Michael Post
Original assignee: Montis B V
Priority date: 1999-03-02
Filing date: 1999-03-02
Publication date: 2000-09-05
Also published as: AU2948300A; WO2000051871A1

Abstract

A braking device for braking a wheel of a vehicle, comprising an operating element and a brake element, which brake element can be pushed against the wheel surface by moving the operating element, wherein the operating element and the brake element are movably attached to a frame, and wherein the operating element can push the brake element against the wheel surface by means of a tilting element which is capable of tilting movement with respect to the frame.

Description

REMINRICHTINGBRAKE DEVICE

5 De uitvinding heeft betrekking op een reminrichting voor het remmen van een wiel van een voertuig, in het bijzonder een rolstoel, omvattende een bedieningsorgaan en een remorgaan, welk remorgaan door beweging van het bedieningsorgaan tegen het wieloppervlak geduwd kan 10 worden, waarbij de bedienings- en remorganen beweegbaar zijn bevestigd aan een frame.The invention relates to a braking device for braking a wheel of a vehicle, in particular a wheelchair, comprising an operating member and a braking member, which braking member can be pushed against the wheel surface by movement of the operating member, wherein the operating member and brake members are movably attached to a frame.

Rolstoelgebruikers hebben baat bij een eenvoudige en tevens ergonomisch verantwoorde bediening van hun 15 vervoermiddel. Zij moeten veel verschillende handelingen verrichten bij het voortbewegen en tot stilstand brengen van de rolstoel, waarbij zij beide handen nodig hebben om te versnellen, voort te bewegen, te sturen, af te remmen en de rolstoel te blokkeren. Meer en meer wordt 20 ingezien dat de onderdelen van de rolstoel zodanig moeten worden uitgevoerd dat een trefzekere, eenvoudige bediening mogelijk is, waardoor degene die aan een rolstoel is gebonden zo min mogelijk in zijn bewegingsvrijheid wordt belemmerd.Wheelchair users benefit from a simple and ergonomically responsible operation of their means of transport. They must perform many different actions when propelling and stopping the wheelchair, requiring both hands to accelerate, move, steer, brake and lock the wheelchair. It is increasingly recognized that the parts of the wheelchair must be designed in such a way that accurate, simple operation is possible, so that the person who is bound to a wheelchair is hindered as little as possible in his freedom of movement.

2525

Een belangrijk onderdeel bij bovengenoemde handelingen is de reminrichting zoals in de aanhef vermeld, waarmee de rolstoel bij stilstand wordt geblokkeerd. Een dergelijke reminrichting is algemeen bekend. De bekende 30 reminrichting is gewoonlijk voorzien van een scharnierbare bedieningshendel, welke fungeert als hefboom, waarmee een remblok tegen een wieloppervlak van de rolstoel wordt geduwd, en welke vervolgens kan worden vergrendeld.An important part of the above-mentioned actions is the braking device, as mentioned in the preamble, with which the wheelchair is locked when stationary. Such a braking device is generally known. The known braking device is usually provided with a hinged operating lever, which functions as a lever, with which a brake pad is pushed against a wheel surface of the wheelchair, which can then be locked.

3535

Nadeel van de bekende reminrichting is, dat de gebruiker de hendel met relatief grote kracht in een voor hem ongunstige richting moet duwen om de rolstoel te 101 1426 2 blokkeren, of dat de gebruiker, een ander of een voorwerp er per ongeluk achter blijft haken, waardoor ongelukken niet zijn uitgesloten. Bovendien is de hefboomconstructie niet bevorderlijk voor een esthetisch 5 aanzicht.The disadvantage of the known braking device is that the user has to push the lever with a relatively great force in an unfavorable direction for him to block the wheelchair, or that the user, someone else or an object accidentally gets caught, so that accidents are not excluded. In addition, the lever construction is not conducive to an aesthetic appearance.

Doel van de uitvinding is een reminrichting welke eenvoudig en veilig is te bedienen, met een gunstige krachtoverbrenging van het bedieningsorgaan op het 10 remorgaan, en welke bovendien een optisch aantrekkelijk ontwerp mogelijk maakt.The object of the invention is a braking device which is simple and safe to operate, with a favorable power transmission from the operating member to the braking member, and which furthermore makes possible an optically attractive design.

Daartoe heeft de reminrichting volgens de uitvinding als kenmerk, dat het bedieningsorgaan het remorgaan tegen 15 het wieloppervlak kan duwen door middel van een ten opzichte van het frame kantelbaar kantelorgaan. Het kantelorgaan zorgt voor de krachtoverbrenging van het bedieningsorgaan naar het remorgaan, waarbij bij gelijkblijvende bewegingssnelheid van het 20 bedieningsorgaan gedurende de beweging van de ongeremde toestand naar de geremde toestand, door de kantelbeweging de kracht op het remorgaan toeneemt, onder afname van de bewegingssnelheid van het remorgaan. In de praktijk is gebleken dat dit een zeer gunstige 25 krachtoverbrenging oplevert. Bovendien kan bij deze reminrichting de bovengenoemde hefboomconstructie, met de daaraan verbonden nadelen, achterwege blijven.To this end, the braking device according to the invention is characterized in that the operating member can push the braking member against the wheel surface by means of a tilting member which is tiltable relative to the frame. The tilting member ensures the transmission of force from the operating member to the braking member, wherein with the movement speed of the operating member remaining the same during the movement from the unbraked state to the braked state, the tilting movement increases the force on the braking member, decreasing the speed of movement of the braking member. It has been found in practice that this provides a very favorable power transmission. Moreover, with this braking device the above-mentioned lever construction, with the associated drawbacks, can be omitted.

In een uitvoeringsvorm is het bedieningsorgaan en/of het 30 remorgaan een deel van het kantelorgaan. Het bedieningsorgaan kan bijvoorbeeld een knop zijn welke vast is verbonden met een uiteinde van het kantelorgaan, en het remorgaan kan een deel van het oppervlak zijn van het andere uiteinde van het kantelorgaan. Dit heeft als 35 voordeel dat een compacte, eenvoudige bouw mogelijk is.In one embodiment, the operating member and / or the braking member is part of the tilting member. For example, the actuating member may be a button fixedly connected to one end of the tilting member, and the braking member may be part of the surface of the other end of the tilting member. This has the advantage that a compact, simple construction is possible.

In een volgende uitvoeringsvorm is het bedieningsorgaan 1011426 3 en/of het remorgaan een apart onderdeel welke scharnierbaar is ten opzichte van het kantelorgaan. Dit heeft als voordeel dat het aangrijppunt van het bedieningsorgaan en/of het remoppervlak van het 5 remorgaan zich op enige afstand van het kantelorgaan kan bevinden, waardoor een meer ergonomische constructie en montage mogelijk is. Bij voorkeur wordt het bedieningsorgaan, in het verticale vlak gezien, onder het zitvlak van de rolstoel gemonteerd, zodat de 10 gebruiker deze met gestrekte arm met zijn lichaamsgewicht naar beneden kan duwen. Dit heeft tevens als voordeel dat het zijwaarts in- en uitstappen wordt vergemakkelijkt, daar er geen belemmerende obstakels in de weg zitten. Eveneens bij voorkeur wordt het 15 remorgaan, in het verticale vlak gezien ter hoogte van de as van het wiel gemonteerd, waardoor de afstand tussen het remorgaan en het wieloppervlak in de ongeremde toestand zeer klein kan zijn, bij voorkeur kleiner dan 8 mm, doordat bij hoogteverstelling van het 20 wiel op deze plaats slechts een geringe variatie in de horizontale positie van het remoppervlak van het wiel optreedt. Tevens is de afstand tussen het punt waar de gebruiker het wiel bij het voortbewegen aangrijpt en het remorgaan voldoende groot. Door deze beide maatregelen 25 wordt de kans verkleind, dat de vingers van de gebruiker worden bekneld.In a further embodiment, the operating member 1011426 3 and / or the braking member is a separate part which is pivotable relative to the tilting member. This has the advantage that the point of engagement of the operating member and / or the braking surface of the braking member can be located at some distance from the tilting member, so that a more ergonomic construction and mounting is possible. Preferably, the operating member, viewed in the vertical plane, is mounted under the seat of the wheelchair, so that the user can push it down with his body weight extended arm. This also has the advantage of facilitating side entry and exit, as there are no obstructing obstacles. Preferably, the braking member is also mounted in the vertical plane at the height of the axle of the wheel, so that the distance between the braking member and the wheel surface in the unbraked condition can be very small, preferably less than 8 mm, because at height adjustment of the wheel at this location only a slight variation in the horizontal position of the braking surface of the wheel occurs. Also, the distance between the point where the user engages the wheel when moving and the brake member is sufficiently large. These two measures reduce the chance that the user's fingers will be pinched.

In een volgende uitvoeringsvorm is het bedieningsorgaan en/of het remorgaan een apart onderdeel welke 30 scharnierbaar is ten opzichte van het kantelorgaan. Dit heeft als voordeel dat het aangrijppunt van het bedieningsorgaan en/of het remoppervlak van het remorgaan zich op enige afstand van het kantelorgaan kan bevinden, waardoor een meer ergonomische constructie 35 mogelijk is.In a further embodiment, the operating member and / or the braking member is a separate part which is pivotable relative to the tilting member. This has the advantage that the point of engagement of the operating member and / or the braking surface of the braking member can be located at some distance from the tilting member, so that a more ergonomic construction is possible.

Bij voorkeur omvatten het bedieningsorgaan en/of het 1011426 4 kantelorgaan en/of het remorgaan geleidingsmiddelen, welke in aangrijping zijn met geleidingsmiddelen in het frame. Dit frame kan een behuizing vormen die het bedieningsorgaan en/of het kantelorgaan en/of het 5 remorgaan althans gedeeltelijk omgeeft. De geleidingsmiddelen zorgen ervoor dat de krachten welke op het bedieningsorgaan worden uitgeoefend, middels een geleide beweging van het kantelorgaan.op een gunstige manier worden overgebracht op het remorgaan. De 10 behuizing zorgt ervoor dat het kantelorgaan aan het oog wordt onttrokken en de werking ervan niet kan worden gestoord door invloeden van buitenaf.Preferably, the operating member and / or the tilting member and / or the brake member comprise guide means, which engage with guide means in the frame. This frame can form a housing which at least partly surrounds the operating member and / or the tilting member and / or the braking member. The guide means ensure that the forces exerted on the operating member are transferred to the braking member in a favorable manner by means of a guided movement of the tilting member. The housing ensures that the tilting device is hidden from view and that its operation cannot be disturbed by external influences.

Bij voorkeur bevinden de geleidingsmiddelen zich nabij 15 het scharnierpunt tussen het bedieningsorgaan en het kantelorgaan en/of het scharnierpunt tussen het kantelorgaan en het remorgaan. Deze geleidingsmiddelen kunnen bijvoorbeeld uitstekende scharnierpennen zijn van de scharnierverbinding tussen de genoemde organen, welke 20 in sleuven in het frame kunnen glijden.The guide means are preferably located near the pivot point between the operating member and the tilting member and / or the pivot point between the tilting member and the brake member. These guide means can for instance be protruding hinge pins of the hinge connection between the said members, which can slide in slots in the frame.

Bij voorkeur zijn het bedieningsorgaan en het remorgaan in hoofdzaak lineair beweegbaar, bijvoorbeeld door de vorm van genoemde sleuven. Hierbij maken de 25 bewegingsrichting van het bedieningsorgaan en de bewegingsrichting van het remorgaan bij voorkeur een scherpe hoek met elkaar, waarbij de richting van de lijn door de scharnierpunten van het kantelorgaan en de bewegingsrichting van het bedieningsorgaan nabij hun 30 eindpositie, waarbij het remorgaan tegen het wiel geduwd is, een rechte hoek met elkaar maken. Dit punt nabij de eindpositie is een zogenaamd "dood" punt, waarbij geen kracht nodig is om het bedieningsorgaan verder te duwen, en waarvoor bij het remblok het kantelorgaan in een 35 vergrendelde positie drukt. Bij het ontgrendelen volstaat het om het bedieningsorgaan voorbij het dode punt te trekken.Preferably, the operating member and the braking member are movable substantially linearly, for instance through the shape of said slots. Here, the direction of movement of the operating member and the direction of movement of the braking member preferably make an acute angle with each other, the direction of the line through the pivot points of the tilting member and the direction of movement of the operating member near their end position, the brake member being against the wheel is pushed at right angles to each other. This point near the end position is a so-called "dead" point, where no force is required to push the operating member further, and for which the tilting member presses into a locked position at the brake pad. When unlocking, it is sufficient to pull the operating device past the dead center.

1011426 51011426 5

Als alternatief kunnen de genoemde richtingen een rechte hoek in plaats van een scherpe hoek met elkaar maken, waarbij de geleiding aan de bedieningszijde tot voorbij de kruising met de geleiding aan de remzijde reikt om 5 genoemde vergrendeling te bereiken.Alternatively, said directions can make a right angle instead of an acute angle with each other, with the operating side guide extending beyond the intersection with the brake side guide to achieve said locking.

Bij voorkeur oefent een veer een kracht op het remorgaan uit, welke tegengesteld is aan de bewegingsrichting waarmee het remorgaan tegen het wiel geduwd kan worden. 10 Deze zorgt ervoor dat het remorgaan in ontgrendelde toestand van het wiel wordt afgehouden.Preferably, a spring exerts a force on the brake member which is opposite to the direction of movement with which the brake member can be pushed against the wheel. 10 This ensures that the brake element is held away from the wheel when the wheel is unlocked.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een rolstoel voorzien van een reminrichting volgens de uitvinding.The invention also relates to a wheelchair provided with a braking device according to the invention.

1515

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld welke in tekening is weergegeven, waarbij: 20 Fig. 1 een explosie-perspectiefweergave is van een reminrichting;The invention will now be further elucidated on the basis of an exemplary embodiment which is shown in the drawing, in which: FIG. 1 is an exploded perspective view of a braking device;

Fig. 2 een gedeeltelijke dwarsdoorsnede is van de reminrichting van Fig. 1.Fig. 2 is a partial cross-section of the braking device of FIG. 1.

2525

Dit uitvoeringsvoorbeeld dient slechts ter illustratie van de uitvinding en dient niet worden beschouwd als beperking daarvan.This exemplary embodiment serves only to illustrate the invention and is not to be construed as limiting it.

30 Met verwijzing naar zowel Fig. 1 als Fig. 2 bestaat remorgaan 1 uit een remblok 2 en een remstang 3.With reference to both FIG. 1 as FIG. 2 brake member 1 consists of a brake pad 2 and a brake rod 3.

Remstang 3 is middels scharnierpen 4 scharnierbaar verbonden met een kantelorgaan welke bestaat uit strips 5, 6. De strips 5, 6 zijn op hun beurt door middel van 35 scharnierpen 7 scharnierbaar verbonden met bedieningsorgaan 8, welke bestaat uit bedieningsstang 9 en bedieningsknop 10. De scharnierpennen 4, 7 zijn 1011426 6 middels geleidingshulzen 11 geleidend opgehangen in sleuven 12, 13 van de behuizing 14. Behuizing 14 is middels bevestigingsmiddelen 15 en bevestigingsplaat 16 vastgezet in bevestigingsrails 17, welke is bevestigd 5 aan de rolstoel. Door verschuiving in bevestigingsrails 17 kan de reminrichting nauwkeurig worden gepositioneerd ten opzichte van het wiel, alvorens te worden gefixeerd.Brake rod 3 is hingedly connected by hinge pin 4 to a tilting member which consists of strips 5, 6. The strips 5, 6 are in turn hingedly connected to operating member 8 by means of hinge pin 7, which consists of operating rod 9 and operating button 10. The hinge pins 4, 7 are conductively suspended by means of guide sleeves 11 in slots 12, 13 of the housing 14. Housing 14 is secured in mounting rails 17 by means of fasteners 15 and mounting plate 16, which is fastened to the wheelchair. By sliding in mounting rails 17, the braking device can be accurately positioned relative to the wheel before being fixed.

10 Remstang 3 en bedieningsstang 9 zijn door middel van geleidingsringen 18, 19 geleidend opgehangen in de behuizing 14. Het remorgaan 1 wordt door middel van een schroefveer 20, welke duwt tegen aanslagring 21 van het wiel weggeduwd.Brake rod 3 and operating rod 9 are suspended conductively in the housing 14 by means of guide rings 18, 19. The brake member 1 is pushed away by means of a coil spring 20, which pushes against the stop ring 21 of the wheel.

1515

Door vanuit de ontgrendelde uitgangspositie de bedieningsknop 10 naar beneden te duwen wordt het remblok tegen het wiel geduwd. Hierbij is door de kantelbeweging van het kantelorgaan 5, 6 de op het wiel 20 uitgeoefende kracht nabij de eindpositie maximaal.By pressing down the operating button 10 from the unlocked starting position, the brake pad is pressed against the wheel. The tilting movement of the tilting member 5, 6 hereby maximizes the force exerted on the wheel 20 near the end position.

Doordat de sleuven 12, 13 een scherpe hoek met elkaar maken, wordt de reminrichting voorbij het dode punt, dat is het punt waarbij het kantelorgaan 5, 6 een rechte hoek maakt met de sleuf 13, door de kracht van het wiel 25 en de schroefveer 20 vanzelf in de vergrendelde positie, waarbij het kantelorgaan 5, 6 in het verlengde ligt van de remstang 3, geduwd en gehouden.Since the slots 12, 13 are at an acute angle to each other, the braking device becomes past the dead center, that is, the point at which the tilting member 5, 6 is at right angles to the slot 13, by the force of the wheel 25 and the coil spring 20 automatically in the locked position, the tilting member 5, 6 being in line with the brake rod 3, pushed and held.

Om de reminrichting te ontgrendelen dient de gebruiker de bedieningsknop terug voorbij het dode punt te 30 trekken, waarna de schroefveer 20 de reminrichting in de ontgrendelde uitgangspositie duwt.To unlock the braking device, the user has to pull the operating knob back past the dead center, after which the coil spring 20 pushes the braking device into the unlocked starting position.

10114261011426

Claims

1. Braking device for braking a wheel of a vehicle, comprising an operating member and a braking member, which braking member can be pushed against the wheel surface by movement of the operating member, the operating and braking members being movably attached to a frame, with the characterized in that the operating member can push the braking member 10 against the wheel surface by means of a tilting member which is tiltable relative to the frame.

2. Brake device according to claim 1, wherein the operating member is part of the tilting member.

Braking device according to claim 1, wherein the operating member is pivotable relative to the tilting member. 20

Braking device according to claim 1, 2 or 3, wherein the braking member is part of the tilting member.

5. Brake device according to claim 1, 2 or 3, wherein the brake member is pivotable relative to the tilting member.

6. Braking device according to any one of the preceding claims 1-5, wherein the operating member and / or the tilting member and / or the braking member comprise guide means, which engage with guide means in the frame.

Braking device according to any one of the preceding claims 1-6, wherein the frame forms a housing which at least partly surrounds the operating member and / or the tilting member and / or the braking member. 101 1426

8. Braking device according to claim 6 or 7, wherein the guide means are located near the pivot point between the operating member and the tilting member and / or the pivot point between the tilting member and the brake member.

Braking device according to any one of the preceding claims 1-8, wherein the operating member and the braking member are movable substantially linearly. 10

Brake device according to any one of the preceding claims 1-9, wherein the direction of movement of the operating member and the direction of movement of the brake member make an acute angle with each other. 15

11. Brake device according to any one of the preceding claims 1-10, wherein the direction of the line through the pivot points of the tilting member and the direction of movement of the operating member near their end position, wherein the brake member is pushed against the wheel, make a right angle with each other .

Braking device according to any one of the preceding claims 1-11, wherein a spring exerts a force on the brake member 25, which is opposite to the direction of movement with which the brake member can be pushed against the wheel. 1 1011426 Wheelchair provided with a braking device according to any one of the preceding claims.