NL1011362C2

NL1011362C2 - Hydraulically operated cover assembly.

Info

Publication number: NL1011362C2
Application number: NL1011362A
Authority: NL
Inventors: Laurentius Andreas Ger Mentink; Tone Oudelaar; Daniel Van T Veen
Original assignee: Applied Power Inc
Priority date: 1999-02-22
Filing date: 1999-02-22
Publication date: 2000-08-25
Also published as: DE50007032D1; EP1031697A1; EP1031697B1; ATE271181T1

Abstract

The hydraulic operating device comprises a double-acting hydraulic actuator for moving the cover element such as a boot lid . The actuator has a bypass channel extending between a first mouth (42) formed in the housing and connecting with the cylinder chamber (32), and a second mouth (46). The first mouth is arranged so that in the initial part of the closing movement the closing chamber only connects with its associated connection and is closed by the first mouth . In the second part the closing chamber connects with both the associated connection and with the first mouth of the first bypass channel and the second mouth is set up so that hydraulic fluid supplied to the connection of the closing chamber can flow completely or in part out from the closing chamber along the first bypass channel.

Description

Korte aanduiding: Hydraulisch bedienbaar afdeksamenstel.Short designation: Hydraulically operated cover assembly.

De onderhavige uitvinding heeft volgens een eerste aspect daarvan betrekking op een afdeksamenstel volgens de aanhef van conclusie 1.According to a first aspect thereof, the present invention relates to a cover assembly according to the preamble of claim 1.

In algemene zin betreft het eerste aspect de 5 hydraulische aandrijving van een scharnierend afdekelement dat bestemd is om een opening af te sluiten. Bij een dergelijke aandrijving is het wenselijk dat de door de hydraulische actuator leverbare aandrijfkracht tijdens de sluitbeweging van het afdekelement afneemt. Met name is het 10 vaak gewenst dat de leverbare aandrijfkracht klein dan wel nihil is nabij de gesloten stand van het afdekelement. Dit om te voorkomen dat het afdekelement met ongewenst grote snelheid en kracht de sluitstand bereikt en/of veiligheidsredenen, waarbij het vooral om de situatie gaat 15 dat er zich een object in de baan van het sluitende afdekelement bevindt, bijvoorbeeld een lichaamsdeel of uit een kofferbak van een voertuig uitstekende bagage.In general, the first aspect concerns the hydraulic drive of a hinged cover element which is intended to close an opening. With such a drive it is desirable that the driving force supplied by the hydraulic actuator decreases during the closing movement of the cover element. In particular, it is often desirable for the deliverable driving force to be small or nil near the closed position of the cover element. This is to prevent the cover element from reaching the closed position with undesirably high speed and force and / or safety reasons, which mainly concerns the situation that there is an object in the path of the closing cover element, for example a body part or from a trunk. of a vehicle excellent luggage.

Om te bewerkstelligen dat het afdekelement ondanks de reduktie van de actuatorkracht toch betrouwbaar de gesloten 20 stand bereikt, kunnen additionele middelen zijn voorzien, bijvoorbeeld een veer, maar het is ook mogelijk gebruik te maken van de snelheid die het afdekelement reeds heeft verkregen en/of van de zwaartekracht, uiteraard afhankelijk van de opstelling van het afdekelement.In order to ensure that the cover element nevertheless reliably reaches the closed position despite the reduction of the actuator force, additional means can be provided, for instance a spring, but it is also possible to make use of the speed which the cover element has already obtained and / or of gravity, of course depending on the arrangement of the cover element.

25 Uit DE 44 07 739 is een hydraulische aandrijfinrichting van een vouwdak van een cabrioletvoertuig bekend, waarin maatregelen zijn getroffen om te verhinderen dat bij het sluiten van het vouwdak de voorste rand daarvan te hard tegen de stijl boven de 30 voorruit komt. Daartoe is er bij dat bekende afdeksamenstel in voorzien dat bij het sluiten van het vouwdak eerst alleen de sluitkamers van de bijbehorende hydraulische aandrijfcilinders onder hydraulische druk worden gebracht terwijl de openingskamers van die cilinders met het 35 reservoir zijn verbonden. Nabij de gesloten stand van het 101 1.3 6 2 -2- vouwdak wordt dan door een geschikte aansturing van de bij die aandrijfcilinders behorende kleppen bewerkstelligd dat ook de openingskamers van die cilinders onder hydraulische druk worden gebracht. Dit is ook bekend als het 5 differentiaal of regeneratief bedrijven van die cilinders, waardoor de door die cilinders leverbare kracht wordt verkleind.DE 44 07 739 discloses a hydraulic driving device of a folding roof of a convertible vehicle, in which measures are taken to prevent the leading edge thereof from coming too hard against the post above the windscreen when the folding roof is closed. To that end, it is provided in that known cover assembly that, when the folding roof is closed, only the closing chambers of the associated hydraulic drive cylinders are first brought under hydraulic pressure while the opening chambers of those cylinders are connected to the reservoir. Near the closed position of the 101 1.3 6 2 -2-folding roof, it is then ensured by suitable actuation of the valves associated with those drive cylinders that the opening chambers of those cylinders are also brought under hydraulic pressure. This is also known as differential or regenerative operation of those cylinders, thereby reducing the force delivered by those cylinders.

In DE 196 41 428 alsmede in EP 0 803 630 is een hydraulische aandrijving voor een kofferbakdeksel van een 10 motorvoertuig beschreven, waarbij de sluitbeweging, gezien vanuit de geopende stand, een eerste, tweede en derde hoekbereik heeft. Hierbij is de hydraulische aandrijving zo uitgevoerd dat de door de aandrijfcilinders leverbare kracht in het tweede hoekbereik kleiner is dan in het 15 eerste hoekbereik. Dit wordt gerealiseerd door middel van een additionele verbindingsleiding en een daarin opgenomen elektrisch bedienbare klep, waarmee in het tweede hoekebereik de opbrengst van de pomp grotendeels direct wordt teruggeleid naar het reservoir. Hierdoor is de druk 20 in de sluitkamer van de cilinder in het tweede hoekbereik veel kleiner dan in het eerste hoekbereik. In het derde hoekbereik wordt de hydraulisch pomp uitgeschakeld, zodat de druk in de cilinders naar nul afneemt en het kofferbakdeksel alleen onder invloed van zijn gewicht 25 verder beweegt.DE 196 41 428 as well as EP 0 803 630 disclose a hydraulic drive for a trunk lid of a motor vehicle, wherein the closing movement, viewed from the open position, has a first, second and third angular range. The hydraulic drive is designed in such a way that the force supplied by the drive cylinders in the second corner range is smaller than in the first corner range. This is achieved by means of an additional connecting pipe and an electrically operated valve incorporated therein, with which the flow of the pump is largely returned directly to the reservoir in the second angle range. As a result, the pressure in the closing chamber of the cylinder in the second angle range is much smaller than in the first angle range. In the third angle range, the hydraulic pump is switched off, so that the pressure in the cylinders decreases to zero and the trunk lid only moves further under the influence of its weight.

In DE 44 07 739 wordt aangenomen dat het volstaat middels een timer te bepalen op welk tijdstip de kleppen moeten worden aangestuurd om de cilinders differentiaal te gaan bedrijven, maar daarbij wordt geen rekening gehouden 30 met een eventueel afwijkende afloop van de sluitbeweging. Zo'n afwijking kan bijvoorbeeld volgen uit een van normaal afwijkende omgevingstemperatuur of doordat het afdekelement tijdelijk is tegengehouden. Ook kunnen afwijkingen ontstaan als gevolg van het wisselen van sluiten naar openen en dan 35 weer naar sluiten. In DE 196 41 428 heeft men dit probleem opgelost door een hellingshoeksensor aan te brengen aan het kofferbakdeksel. Dit is echter een kostbare oplossing, die overigens niet betrouwbaar funktioneert als het voertuig 1011362 -3- zelf onder een hoek staat, bijvoorbeeld op een helling. In dat geval zou een tweede hellingshoeksensor nodig zijn om de stand van het voertuig zelf te detecteren. Ook zal een verbindingsdraad nodig zijn tussen de sensor en de 5 besturingselektronica van het aandrijfsysteem, welke draad bij de overgang van kofferbakdeksel naar carrosserie gemakkelijk kan worden beschadigd.It is assumed in DE 44 07 739 that it is sufficient to determine by means of a timer at what time the valves must be actuated in order to start operating the cylinders differentially, but this does not take into account any deviation from the closing movement. Such a deviation can for instance result from an ambient temperature which deviates from normal or because the cover element has been temporarily stopped. Deviations can also arise as a result of switching from closing to opening and then again to closing. In DE 196 41 428 this problem has been solved by installing an inclination angle sensor on the trunk lid. However, this is a costly solution, which incidentally does not function reliably if the vehicle 1011362-3 is itself at an angle, for example on a slope. In that case, a second tilt sensor would be required to detect the position of the vehicle itself. A connecting wire will also be required between the sensor and the control electronics of the drive system, which wire can easily be damaged during the transition from the trunk lid to the body.

De onderhavige uitvinding beoogt volgens een eerste aspect daarvan een afdeksamenstel volgens de aanhef van 10 conclusie 1 te verschaffen, dat op eenvoudige wijze is uitgevoerd en een grote betrouwbaarheid heeft.According to a first aspect thereof, the present invention aims to provide a cover assembly according to the preamble of claim 1, which is designed in a simple manner and has a high reliability.

De uitvinding verschaft daartoe een afdeksamenstel volgens conclusie 1. De maatregel volgens conclusie 1 is gebaseerd op het inzicht dat de actuator zodanig is 15 verbonden met het afdekelement, bijvoorbeeld via geschikte overbrengingsmiddelen of rechtstreeks, dat er sprake is van een eenduidig verband tussen de stand van het zuiger/zuigerstang-samenstel ten opzichte van het huis van de actuator enerzijds en de hoekpositie van het 20 afdekelement anderzijds. Dit betekent dat het zuiger/zuigerstang-samenstel dan zelf dient als schakelelement om op het gewenste moment tijdens de sluitbeweging het eerste bypasskanaal te openen en daarmee de door de actuator leverbare kracht te verkleinen. De 25 maatregel volgens het eerste aspect van de uitvinding maakt het mogelijk de uit de stand van de techniek bekend aansturing van een of meer elektrische bedienbare kleppen middels besturingselektronica, alsmede de toepassing van een additionele positieopnemer, bijvoorbeeld in de vorm van 30 de hellingshoeksensor, achterwege te laten, hetgeen tot een kostprijsverlaging leidt. Verder is van belang dat de beveiliging tegen het onbedoeld inklemmen van een object tussen het sluitende afdekelement en het lichaam, bijvoorbeeld het kofferbakdeksel en de carrosserie van een 35 voertuig, bij de oplossing volgens het eerste aspect van de uitvinding zeer betrouwbaar is en niet afhankelijk van elektronische onderdelen.To this end, the invention provides a cover assembly according to claim 1. The measure according to claim 1 is based on the insight that the actuator is connected to the cover element in such a manner, for instance via suitable transmission means or directly, that there is an unambiguous relationship between the position of the piston / piston rod assembly relative to the housing of the actuator on the one hand and the angular position of the cover element on the other. This means that the piston / piston rod assembly itself then serves as a switching element to open the first bypass channel at the desired moment during the closing movement and thereby reduce the force supplied by the actuator. The measure according to the first aspect of the invention makes it possible to control one or more electrically controllable valves known from the prior art by means of control electronics, as well as the use of an additional position sensor, for instance in the form of the inclination angle sensor. which leads to a cost reduction. Furthermore, it is important that the protection against accidental clamping of an object between the closing cover element and the body, for example the trunk lid and the body of a vehicle, is very reliable in the solution according to the first aspect of the invention and does not depend on electronic parts.

In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens conclusie 3, 1011362 -4- wordt de door de actuator leverbare kracht tijdens de sluitbeweging in twee of meer stappen gereduceerd. In een variant daarvan is zelfs een min of meer traploze reduktie van de leverbare actuatorkracht mogelijk.In a preferred embodiment according to claim 3, 1011362-4-, the force supplied by the actuator during the closing movement is reduced in two or more steps. In a variant thereof, a more or less stepless reduction of the available actuator power is even possible.

5 De onderhavige uitvinding heeft volgens een tweede aspect daarvan betrekking op een voertuig volgens de aanhef van conclusie 11. Een dergelijk voertuig is uit de stand van de techniek bekend, waarbij het afdekelement het kofferbakdeksel is voor het sluiten van de kofferbak van 10 het voertuig. Zoals algemeen bekend worden bij kofferbakdeksels vaak gasveren toegepast om het gewicht van het kofferbakdeksel (geheel of deels) op te vangen en om bij het bedienen van het slot van een gesloten kofferbakdeksel het kofferbakdeksel over een kleine hoek 15 open te zwenken. Hierbij is aan elke zijkant van het kofferbakdeksel een gasveer geplaatst. Bij het eerder genoemde bekende voertuig is een van die gasveren weggelaten en als het ware vervangen door een dubbelwerkende hydraulische cilinder, die met het 20 bodemeinde van het huis scharnierbaar aan een op de regengoot bevestigde steun en met zijn zuigerstangeinde scharnierbaar aan het kofferbakdeksel is aangebracht.According to a second aspect thereof, the present invention relates to a vehicle according to the preamble of claim 11. Such a vehicle is known from the prior art, wherein the cover element is the trunk lid for closing the trunk of the vehicle. As is generally known, trunk lids often use gas springs to absorb the weight of the trunk lid (in whole or in part) and to swing the trunk lid open over a small angle when the lock of a closed trunk lid is operated. A gas spring is placed on each side of the trunk lid. In the aforementioned known vehicle, one of those gas springs has been omitted and, as it were, replaced by a double-acting hydraulic cylinder, which is hinged to the trunk lid with the bottom end of the housing hinged to a support mounted on the rain gutter and with its piston rod end.

Nadeel van dat bekende voertuig is dat de actuator en de daarop aansluitende hydraulische slangen zich in de 25 regengoot bevinden, die altijd in verbinding staat met de buitenatmosfeer, en verder is nadelig dat de slangen gemakkelijk beschadigd kunnen worden. Ook de afdichting van de plaats waar de slangen door de regengoot naar binnen gaan is problematisch.The drawback of that known vehicle is that the actuator and the hydraulic hoses adjoining it are located in the rain gutter, which is always in communication with the outside atmosphere, and it is furthermore disadvantageous that the hoses can be easily damaged. Sealing the place where the hoses enter through the rain gutter is also problematic.

30 De onderhavige uitvinding beoogt volgens het tweede aspect daarvan de hiervoor genoemde nadelen op te heffen en verschaft daartoe een voertuig volgens conclusie 11. Door de opstelling van de actuator in het inwendige van de carrosserie worden bovengenoemde nadelen vermeden. In een 35 voorkeursuitvoeringsvorm is er in voorzien dat de actuator een hydraulische actuator is die een geheel vormt met een bijbehorende elektrisch aandrijfbare pomp en een reservoir voor hydraulische vloeistof. Bij die uitvoering zijn in het 101 1 -5- geheel geen hydraulische slangen nodig.According to the second aspect thereof, the present invention aims to obviate the above-mentioned drawbacks and for that purpose provides a vehicle according to claim 11. The above-mentioned drawbacks are avoided by arranging the actuator in the interior of the body. In a preferred embodiment, it is provided that the actuator is a hydraulic actuator unitary with an associated electrically drivable pump and a reservoir for hydraulic fluid. In this version, no 101 hydraulic hoses are required at all.

De onderhavige uitvinding heeft volgens een derde aspect daarvan betrekking op een hydraulische actuator zoals omschreven in de conclusie 19.According to a third aspect thereof, the present invention relates to a hydraulic actuator as defined in claim 19.

5 Verdere voordelige uitvoeringsvormen van het eerste, tweede aspect en derde aspect van de uitvinding zullen hierna worden toegelicht aan de hand van de tekening en de conclusies. Daarbij toont: fig. 1 in perspectief een gedeelte van een voertuig volgens 10 het tweede aspect van de onderhavige uitvinding, fig. 2 in perspectief in een richting tegengesteld aan figuur 1 de hydraulische bedieningsinrichting van figuur 1, fig. 3 in langsdoorsnede een voorkeursuitvoeringsvorm van een hydraulische cilinder volgens het derde aspect van de 15 uitvinding, fig. 4 een hydraulisch schema met de cilinder volgens figuur 3, fig. 5 in langsdoorsnede een andere uitvoeringsvorm van een hydraulische aandrijfcilinder volgens het derde aspect van 20 de uitvinding, en fig. 6 in langsdoorsnede nog een andere uitvoeringsvorm van een hydraulische aandrijfcilinder volgens het derde aspect van de uitvinding.Further advantageous embodiments of the first, second aspect and third aspect of the invention will be explained below with reference to the drawing and the claims. In the drawing: Fig. 1 shows in perspective a part of a vehicle according to the second aspect of the present invention, fig. 2 shows in perspective in a direction opposite to figure 1 the hydraulic operating device of figure 1, fig. 3 in longitudinal section of a preferred embodiment of a hydraulic cylinder according to the third aspect of the invention, fig. 4 a hydraulic diagram with the cylinder according to figure 3, fig. 5 in longitudinal section, another embodiment of a hydraulic driving cylinder according to the third aspect of the invention, and fig. 6 in longitudinal section yet another embodiment of a hydraulic drive cylinder according to the third aspect of the invention.

25 In figuur 1 is van een verder niet getoonde personenauto met kofferbak een deel van de rechterachterzijde getoond. Zoals algemeen bekend omvat dat gedeelte van de voertuigcarrosserie een kofferbakopening 1, waarbij de carrosserie een zich langs de zijkant, en 30 meestal de bovenkant, van die kofferbakopening 1 uitstrekkende en verdiept gelegen regengoot 2 vormt. De regengoot heeft een gootbodemwand 3, die aan een zijde is begrensd door een opstaande buitenste gootwand 4. De gootwand 4 sluit aan op een buiten de regengoot 2 en hoger 35 gelegen buitenwand van de voertuigcarrosserie, welke wand hier niet is getoond. Aan de andere zijde is de gootbodem 3 begrensd door een opstaande binnenste gootwand 5, die is voorzien van een zich langs de bovenzijde daarvan 1011362 -6- uitstrekkende flexibele afdichtstrook (niet getoond).Figure 1 shows a part of the rear right-hand side of a passenger car with a trunk, which is not further shown. As is generally known, that part of the vehicle body comprises a trunk opening 1, the body forming a rain gutter 2 extending along the side, and usually the top, of said trunk opening 1. The rain gutter has a gutter bottom wall 3, which is bounded on one side by an upright outer gutter wall 4. The gutter wall 4 connects to an outer wall of the vehicle body located outside the rain gutter 2 and higher, which wall is not shown here. On the other side, the channel bottom 3 is bounded by an upright inner channel wall 5, which is provided with a flexible sealing strip (not shown) extending along the top thereof.

Zoals eveneens gebruikelijk heeft het voertuig verder een kofferbakdeksel 6 voor het afsluiten van de opening 1 van de kofferbakruimte.As also usual, the vehicle further has a trunk lid 6 for closing the opening 1 of the trunk space.

5 Het kofferbakdeksel 6 is via scharniermiddelen om een in hoofdzaak horizontale scharnieraslijn scharnierbaar bevestigd aan de voertuigcarrosserie en is beweegbaar tussen een gesloten stand daarvan, waarin het kofferbakdeksel 6 aanligt tegen de afdichtstrook op de 10 binnenste gootwand 5 (zodat de kofferbakruimte is afgedicht van de buitenatmosfeer) en een over een hoek ten opzichte van de gesloten stand omhoog gerichte geopende stand (die in figuur 1 is getoond).5 The trunk lid 6 is hingedly attached to the vehicle body via a hinge means about a substantially horizontal hinge axis and is movable between a closed position thereof, in which the trunk lid 6 abuts the sealing strip on the inner gutter wall 5 (so that the trunk space is sealed from the outside atmosphere ) and an open position angled upward from the closed position (shown in Figure 1).

De scharniermiddelen omvatten in dit voorbeeld aan 15 elke zijkant van het kofferbakdeksel 6 twee stangen 7,8, die elk aan hun ene uiteinde via een bijbehorend scharnierpunt, respectievelijk 9, 10 scharnierbaar zijn verbonden met de voertuigcarrosserie en aan hun andere uiteinde via een bijbehorend scharnierpunt, respectievelijk 20 11, 12 met een aan de onderzijde van het kofferbakdeksel 6 aangebrachte steun 13. Op op zich bekende wijze vormen deze twee stangen 7, 8 met hun bijbehorende scharnierpunten een zogenaamde vierstangen-scharnierconstructie.In this example, the hinge means comprise on each side of the trunk lid 6 two rods 7,8, each of which is hingedly connected to the vehicle body at one end via an associated hinge point, and 9, 10 respectively, and at its other end via an associated hinge point , 11, 12, respectively, with a support 13 arranged on the underside of the trunk lid 6. These two rods 7, 8 with their associated pivot points form a so-called four-bar pivot construction in a manner known per se.

De stangen 7, 8 zijn zodanig opgesteld en uitgevoerd, 25 dat in de gesloten stand van het kofferbakdeksel 6 deze stangen 7, 8 in de regengoot 2 liggen. Daarbij is de regengoot 2 weliswaar van boven afdekt door het over de binnenste gootwand 5 stekende deel van het kofferbakdeksel 6, maar ook dan staat de regengoot 2 nog in verbinding met 30 de buitenatmosfeer.The rods 7, 8 are arranged and designed such that, in the closed position of the trunk lid 6, these rods 7, 8 lie in the rain gutter 2. Although the rain gutter 2 is covered from above by the part of the trunk lid 6 projecting over the inner gutter wall 5, the rain gutter 2 is also still in communication with the outside atmosphere.

Voor het openen en sluiten van de kofferbakopening 1 is het voertuig verder voorzien van een bedieningsinrichting, die hier elektrohydraulisch is uitgevoerd maar ook elektromechanisch zou kunnen zijn 35 uitgevoerd. De elektrohydraulische bedieningsinrichting omvat naast een niet getoonde elektrisch aandrijfbare pomp en een reservoir voor hydraulische vloeistof een dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder 15, die tussen 101 1362 -7- de voertuigcarrosserie en het kofferbakdeksel is opgesteld voor het bewegen van het kofferbakdeksel 6.For opening and closing the trunk opening 1, the vehicle is further provided with an operating device, which is here electro-hydraulic, but could also be electromechanical. The electro-hydraulic operating device comprises, in addition to an electric drive pump and a hydraulic fluid reservoir (not shown), a double-acting hydraulic drive cylinder 15 arranged between the vehicle body and the trunk lid for moving the trunk lid 6.

De cilinder 15 heeft een cilinderhuis, dat aan de bodemzijde scharnierbaar, via tap 16, is verbonden met een 5 steunconstructie 17, die op zijn beurt aan de binnenzijde van de carrosserie aan de opstaande regengootwand 4 is bevestigd.The cylinder 15 has a cylinder housing, which is hinged at the bottom side, via spigot 16, to a support construction 17, which in turn is attached to the upright rain gutter wall 4 on the inside of the body.

De cilinder 15 heeft een heen en weer beweegbare zuigerstang 18, die via een kogelscharnierkoppeling 19 is 10 verbonden met het uiteinde van een hefboom 20. Aan het andere uiteinde is die hefboom 20 vast verbonden met een as 21, die zich dwars op de hefboom 20 uitstrekt. De as 21 steekt aan een einde door een additionele steun 22 en steekt in de andere richting door de steun 17 en dan door 15 door een van een afdichtring voorziene opening 23 in de gootwand 4 tot in de regengoot 2. Het in de regengoot 2 stekende deel van de as 21 vormt het scharnierpunt 10 van de stang 8 en is vast met die stang 8 verbonden.The cylinder 15 has a reciprocating piston rod 18, which is connected via a ball-and-socket coupling 19 to the end of a lever 20. At the other end, the lever 20 is fixedly connected to a shaft 21, which is transverse to the lever 20 extends. The shaft 21 protrudes at one end through an additional support 22 and extends in the other direction through the support 17 and then through 15 through an opening 23 provided with a sealing ring in the gutter wall 4 into the rain gutter 2. It protrudes into the rain gutter 2 part of the shaft 21 forms the pivot point 10 of the rod 8 and is fixedly connected to that rod 8.

In de weergave van figuur 2 is voor de duidelijkheid 20 de voertuigcarrosserie weggelaten. In die figuur 2 is nog een additionele steun 24 te herkennen, die in de regengoot 2 tegen de gootwand 4 is aangebracht en die een stevige basis voor de scharnierpunten van de stangen 7, 8 verschaft.For the sake of clarity, the vehicle body is omitted in the representation of figure 2. In that figure 2 an additional support 24 can be recognized, which is arranged in the rain gutter 2 against the gutter wall 4 and which provides a firm base for the pivot points of the rods 7, 8.

25 De steun 17, waarop de cilinder 17 afsteunt, vormt tevens een draailager voor de as 21, zodat de door de cilinder 15 op de as 21 uitgeoefende kracht wordt opgevangen door de steun 17 en niet op de carrosserie werkt.The support 17, on which the cylinder 17 rests, also forms a pivot bearing for the shaft 21, so that the force exerted by the cylinder 15 on the shaft 21 is absorbed by the support 17 and does not act on the body.

30 De aandrijfcilinder 15 bevindt zich in een door de voertuigcarrosserie van de buitenatmosfeer afgeschermde ruimte in plaats van in de regengoot 2, zoals uit de stand van de techniek bekend is. Hierdoor hoeft de cilinder 15 en eventuele bijbehorende hydraulische slangen niet bestand te 35 zijn tegen directe blootstelling aan de weersinvloeden en hebben die weersinvloeden ook minder effect op de werking van de hydraulische bedieningsinrichting. Door een van de stangen van het op zich bekende 101 1362 -8- vierstangenscharniermechanisme te benutten als onderdeel van de overbrenging tussen de cilinder 15 en het kofferbakdeksel, worden additionele kosten bespaard en wordt ook een wat het uiterlijk betreft aantrekkelijke 5 oplossing verkregen. In feite valt van buitenaf nauwelijks waar te nemen op welke wijze het kofferbakdeksel 6 wordt bewogen.The drive cylinder 15 is located in a space shielded from the outer atmosphere by the vehicle body instead of in the rain gutter 2, as is known from the prior art. As a result, the cylinder 15 and any associated hydraulic hoses need not withstand direct exposure to the weather, and those weather influences also have less effect on the operation of the hydraulic operating device. By using one of the rods of the known per se 101 1362 -8- four-rod hinge mechanism as part of the transmission between the cylinder 15 and the trunk lid, additional costs are saved and an attractive solution is also obtained. In fact, it is hardly visible from the outside how the trunk lid 6 is moved.

Door de doorvoer van de overbrengingsmiddelen door een opening in de opstaande gootwand 4, kan die doorvoer goed 10 worden afgedicht aangezien water zich vooral over de gootbodem 3 zal verplaatsen. Verder zullen door die opstelling weinig problemen optreden met de ophoping van vuil als de overbrengingsmiddelen op een afstand boven de gootbodem 3 liggen.Due to the passage of the transfer means through an opening in the upright gutter wall 4, this passage can be properly sealed, since water will mainly move over the gutter bottom 3. Furthermore, due to this arrangement, little problems will arise with the accumulation of dirt if the transfer means are spaced above the gutter bottom 3.

15 De cilinder 15 kan van een algemeen bekend type zijn, maar het heeft de voorkeur indien deze cilinder is uitgevoerd zoals hierna aan de hand van de verdere figuren zal worden toegelicht.The cylinder 15 can be of a generally known type, but it is preferred if this cylinder is designed as will be explained below with reference to the further figures.

In een niet getoonde variant is er in voorzien dat de 20 elektrisch aandrijfbare hydraulische pomp, het reservoir voor hydraulische vloeistof, de actuator en eventuele hydraulische kleppen een geheel vormen, zodat hydraulische slangen niet nodig zijn.In a variant not shown, provision is made for the electrically drivable hydraulic pump, the hydraulic fluid reservoir, the actuator and any hydraulic valves to form a whole, so that hydraulic hoses are not required.

Het zal duidelijk zijn dat het begrip kofferbakdeksel, 25 dat hier in de gesloten stand vrijwel horizontaal zal liggen, ook van toepassing is op een zogenaamde vijfde deur van een motorvoertuig, welke vijfde deur vaak in zijn gesloten stand vrijwel vertikaal staat. Verder zal duidelijk zijn dat het tweede aspect van de onderhavige 30 uitvinding bijvoorbeeld ook van toepassing kan zijn op de portieren en de motorkap van een motorvoertuig. Met name vrachtwagens hebben om een horizontale as scharnierende motorkappen met een groot gewicht.It will be clear that the concept of the trunk lid, which will lie here almost horizontally in the closed position, also applies to a so-called fifth door of a motor vehicle, which fifth door is often almost vertical in its closed position. It will further be apparent that the second aspect of the present invention may also apply, for example, to the doors and hood of a motor vehicle. In particular, trucks have heavy weight hinged bonnets about a horizontal axis.

In figuur 3 is een dubbelwerkende hydraulische 35 cilinder 30 getoond, die bij voorkeur kan worden toegepast op de plaats van de cilinder 15 in figuur 1 voor het openen en sluiten van een kofferbakdeksel 6 van een voertuig.In figure 3 a double-acting hydraulic cylinder 30 is shown, which can preferably be used in place of the cylinder 15 in figure 1 for opening and closing a trunk lid 6 of a vehicle.

De cilinder 30 heeft een huis 31 met een 1011362 -9- cilinderruimte 32, waarin een zuiger 33 met een op de cilindrische wand van de cilinderruimte 32 afdichtende afdichtring 34 axiaal heen en weer beweegbaar is. Een zuigerstang 35 is vast aan de zuiger 33 bevestigd en steekt 5 door een afdichting 36 uit het huis 31 naar buiten.The cylinder 30 has a housing 31 with a cylinder space 32, in which a piston 33 with a sealing ring 34 sealing on the cylindrical wall of the cylinder space 32 is axially movable. A piston rod 35 is fixedly attached to the piston 33 and protrudes from the housing 31 through a seal 36.

Het zuiger/zuigerstang-samenstel is tussen de ingeschoven eindpositie en de uitgeschoven eindpositie heen en weer beweegbaar.The piston / piston rod assembly can be moved back and forth between the retracted end position and the extended end position.

De zuiger 33 verdeelt de cilinderruimte 32 in een 10 eerste kamer 38 en tweede kamer 39, die elk een van de stand van het zuiger/zuigerstang-samenstel afhankelijk volume hebben.The piston 33 divides the cylinder space 32 into a first chamber 38 and second chamber 39, each of which has a volume dependent on the position of the piston / piston rod assembly.

Het huis 31 heeft een met de kamer 38 in verbinding staande aansluiting 40 en een aansluiting 41, die in 15 verbinding staat met de kamer 39, zodat via de aansluitingen 40, 41 hydraulische vloeistof kan worden toegevoerd en afgevoerd. In de toepassing op de plaats van cilinder 15 zou de eerste kamer 38 de sluitkamer zijn aangezien bij toevoeren van hydraulische vloeistof daaraan 20 de cilinder 30 een kracht kan leveren die leidt tot het de sluitbeweging van het kofferbakdeksel 6. De kamer 39 is dan de openingskamer van de cilinder 30.The housing 31 has a connection 40 communicating with the chamber 38 and a connection 41 which communicates with the chamber 39, so that hydraulic fluid can be supplied and discharged via the connections 40, 41. In the application at the location of cylinder 15, the first chamber 38 would be the closing chamber since when hydraulic fluid is supplied thereto, the cylinder 30 can supply a force which leads to the closing movement of the trunk lid 6. The chamber 39 is then the opening chamber of the cylinder 30.

In figuur 3 is te herkennen dat in een op de ingeschoven eindpositie aansluitend eerste gedeelte van de 25 axiale slag van het zuiger/zuigerstang-samenstel de eerste kamer 38 en tweede kamer 39 van elkaar zijn afgesloten.In figure 3 it can be recognized that in a first part of the axial stroke of the piston / piston rod assembly connecting to the retracted end position the first chamber 38 and second chamber 39 are mutually closed.

De lengte van dat eerste gedeelte wordt bepaald door de lokatie van de op de cilinderruimte 32 aansluitende mond 42 van een eerste bypasskanaal. Deze mond 42 is gevormd 30 door een in het huis aangebrachte dwarsboring 43. De dwarsboring 43 is getrapt uitgevoerd, zodat een zitting wordt verkregen voor kogel 44, die middels veer 45 in de richting van de zitting wordt gedrukt. Dit levert een in de richting naar de cilinderruimte sluitende terugslagklep in 35 het eerste bypasskanaal op. De dwarsboring 47 is aan de buitenzijde van het huis 31 middels een stop afgesloten.The length of that first section is determined by the location of the mouth 42 of the first bypass channel connecting to the cylinder space 32. This mouth 42 is formed by a transverse bore 43 arranged in the housing. The transverse bore 43 has a stepped design, so that a seat is obtained for ball 44, which is pressed towards the seat by means of spring 45. This produces a non-return valve closing in the direction of the cylinder space in the first bypass channel. The transverse bore 47 is closed on the outside of the housing 31 by a plug.

Op een axiale afstand van de mond 42 en op een afstand verwijderd van de mond van de aansluiting 41 is een op de 1011362 -10- cilinderruimte 32 aansluitende mond 46 van een tweede bypasskanaal aanwezig, welke mond 46 is gevormd door een in het huis aangebrachte dwarsboring 47. De dwarsboring 47 is getrapt uitgevoerd, zodat een zitting wordt verkregen voor 5 kogel 48, die middels veer 49 in de richting van de zitting wordt gedrukt. Ook dit vormt weer een in de richting van de cilinderruimte sluitende terugslagklep van het tweede bypasskanaal. Een stop sluit de dwarsboring 47 af aan de buitenzijde van het huis 31.At an axial distance from the mouth 42 and at a distance from the mouth of the connection 41, a mouth 46 of a second bypass channel connecting to the 1011362-10 cylinder space 32 is provided, which mouth 46 is formed by a housing arranged in the housing. transverse bore 47. The transverse bore 47 is stepped, so that a seat is obtained for ball 48, which is pressed in the direction of the seat by means of spring 49. This again forms a non-return valve of the second bypass channel closing in the direction of the cylinder space. A plug closes the transverse bore 47 on the outside of the housing 31.

10 Een langsboring 50 verbindt de dwarsboringen 43 en 47 met elkaar en met de aansluiting 41, zodat beide bypasskanalen met die aansluiting 41 zijn verbonden.A longitudinal bore 50 connects the transverse bores 43 and 47 to each other and to the connection 41, so that both bypass channels are connected to that connection 41.

De doorlaat van het deel van dwarsboring 43 tussen de kogel 44 en de mond 42 is kleiner dan de doorlaat van het 15 deel van de dwarsboring 47 tussen de kogel 48 en de mond 46, zodat de werkzame doorlaat van het tweede bypasskanaal kleiner is dan van het eerste bypasskanaal. In de getoonde uitvoering is er in voorzien dat de doorlaat van de mond 42 duidelijk kleiner is dan van de aansluiting van 40 de kamer 20 38, terwijl de doorlaat van de mond 46 bijna evengroot is als die van de aansluiting 40.The passage of the part of transverse bore 43 between the ball 44 and the mouth 42 is smaller than the passage of the part of the transverse bore 47 between the ball 48 and the mouth 46, so that the effective passage of the second bypass channel is smaller than that of the first bypass channel. In the embodiment shown, provision is made for the passage of the mouth 42 to be considerably smaller than that of the connection of the chamber 40, while the passage of the mouth 46 is almost the same size as that of the connection 40.

Door de hiervoor beschreven uitvoering van de cilinder 30 definiëren de monden 42 en 46 tussen hen in een tweede gedeelte van het axiale verplaatsingsbereik van het 25 zuiger/zuigerstang-samenstel. Indien bij het uitschuiven van de zuigerstang de afdichtring 34 langs de mond 42 is gepasseerd kan via het eerste bypasskanaal hydraulische vloeistof vanuit de eerste kamer 38, via de mond 42 langs de van zijn zitting gedrukte kogel 44 en door de 30 langsboring 50 naar de bij de tweede kamer 39 behorende aansluiting 41 stromen en van daaruit naar het reservoir van het verder niet getoonde hydraulische systeem.By the previously described embodiment of the cylinder 30, the nozzles 42 and 46 between them define in a second portion of the axial displacement range of the piston / piston rod assembly. If, when the piston rod is extended, the sealing ring 34 has passed past the mouth 42, hydraulic fluid from the first chamber 38 can pass through the first bypass channel, through the mouth 42 past the ball 44 pressed from its seat and through the longitudinal bore 50 to the bee. the connection 41 associated with the second chamber 39 flows and from there to the reservoir of the hydraulic system, not further shown.

Het gebied tussen de mond 46 en de mond van de aansluiting 41 definieert een op het tweede gedeelte 35 aansluitend derde gedeelte van het axiale verplaatsingsbereik van het zuiger/zuigerstang-samenstel.The region between the mouth 46 and the mouth of the connection 41 defines a third portion connecting the second portion 35 of the axial displacement range of the piston / piston rod assembly.

Indien bij het uitschuiven van de zuigerstang de afdichtring 34 langs de mond 46 is gepasseerd kan via de 101 1362 -11- mond 46 van het tweede bypasskanaal, langs de van zijn zitting gedrukte kogel 48 hydraulische vloeistof naar de bij de tweede kamer 39 behorende aansluiting 41 stromen en vandaar naar het reservoir.If, when the piston rod is extended, the sealing ring 34 has passed past the mouth 46, via the 101 1362 -11 mouth 46 of the second bypass channel, hydraulic fluid can be passed through the ball 48 pressed from its seat to the connection associated with the second chamber 39 41 flow and from there to the reservoir.

5 De veren 45 en 49 kunnen lichte terugstelveren zijn, waardoor de bijbehorende kogels direct van hun zitting worden gedrukt als bij het uitschuiven van de zuigerstang de zuiger een zodanig stand inneemt dat de bijhorende mond van het bypasskanaal wordt geopend. In een variant kan er 10 echter ook in zijn voorzien dat de veren 45 en 49 zodanig zijn uitgevoerd dat de bijbehorende kogels pas van hun zitting kunnen bewegen als in de sluitkamer 38 een van te voren bepaald drukniveau is overschreden. Hierdoor wordt dan voorkomen dat reeds bij een lage hydraulische druk in 15 de kamer 38 hydraulische vloeistof via het bypasskanaal uit de kamer wegstroomt.The springs 45 and 49 can be light return springs, whereby the associated balls are pushed directly from their seats if, when the piston rod is extended, the piston assumes a position such that the associated mouth of the bypass channel is opened. In a variant, however, it can also be provided that the springs 45 and 49 are designed in such a way that the associated balls can only move from their seats if a predetermined pressure level has been exceeded in the closing chamber 38. This prevents hydraulic fluid from flowing out of the chamber via the bypass channel already at a low hydraulic pressure in chamber 38.

Figuur 4 toont een voorbeeld van een hydraulisch systeem, waarin de cilinder 30 is opgenomen voor de toepassing als getoond in de figuren 1 en 2.Figure 4 shows an example of a hydraulic system, in which the cylinder 30 is included for the application as shown in Figures 1 and 2.

20 In figuur 4 is een omkeerbare pomp 51 getoond met een zuig/perspoort 52 en een zuig/perspoort 53. Beide poorten 52, 53 staan via een zuigwisselklep 54 in verbinding met een reservoir 55 voor hydraulische vloeistof. Verde zijn drukbegrenzingskleppen 56 en 57 voorzien voor het beperken 25 van de maximale hydraulische druk in het systeem. De poorten 52 en 53 zijn respectievelijk aangesloten op de aansluitingen 40 en 41 van de cilinder 30, waarbij in elke verbindingsleiding een door hydraulische vloeistofstroming bedienbare klep, respectievelijk 57 en 58, is opgenomen.Figure 4 shows a reversible pump 51 with a suction / discharge port 52 and a suction / discharge port 53. Both ports 52, 53 communicate via a suction changeover valve 54 with a reservoir 55 for hydraulic fluid. Furthermore, pressure relief valves 56 and 57 are provided to limit the maximum hydraulic pressure in the system. The ports 52 and 53 are respectively connected to the connections 40 and 41 of the cylinder 30, each connecting line incorporating a hydraulic fluid flow control valve, 57 and 58, respectively.

30 Die kleppen 57, 58 zijn op zich bekend en omvatten elk een in een boring heen en weer beweegbaar schuiflichaam met een centraal doorlaatkanaal, dat is voorzien van een restrictie. Op de boring sluit dan telkens een aansluiting naar het reservoir 55 aan en verder is een terugstelveer 35 voorzien. Bij aanwezigheid van een stroming van hydraulische vloeistof van een perspoort van de pomp naar de bijbehorende aansluiting, schuift het schuiflichaam tegen de kracht van de lichte veer in en dekt daarbij de 101 1362 -12- aansluiting naar het reservoir 55 af. Bij afwezigheid van stroming of bij stroming in omgekeerde richting is de aansluiting naar het reservoir 55 van die klep 57,58 juist open.Those valves 57, 58 are known per se and each comprise a sliding body which can be reciprocated in a bore with a central passage channel, which is provided with a restriction. A connection to the reservoir 55 then connects to the bore and a return spring 35 is further provided. In the presence of a flow of hydraulic fluid from a pump discharge port to the associated connection, the sliding body slides against the force of the light spring, thereby covering the 101 1362 -12 connection to the reservoir 55. In the absence of flow or in reverse flow, the connection to the reservoir 55 of said valve 57.58 is just open.

5 Bij het uitschuiven van het zuiger/zuigerstang- samenstel 35, en dus het sluiten van het kofferbakdeksel 6 in figuur 1, wordt via poort 52 hydraulische vloeistof toegevoerd aan de kamer 38, terwijl vloeistof uit de kamer 39 wegstroomt. Nadat de zuiger 33 de mond 42 heeft 10 gepasseerd kan een deel van de aan de sluitkamer 38 toegevoerde vloeistof via de mond 42 wegstromen, waarbij dan die stroming een als een restrictie werkend deel van het bypasskanaal moet passeren. Na het passeren van de mond 46 kan de aan de sluitkamer 38 toegevoerde vloeistof 15 gemakkelijk via de mond 46 wegstromen, aangezien die mond 46 een grotere doorlaat heeft dan de mond 42.When the piston / piston rod assembly 35 is extended, and thus the closing of the trunk lid 6 in figure 1, hydraulic fluid is supplied to the chamber 38 via port 52, while fluid flows out of the chamber 39. After the piston 33 has passed the mouth 42, a part of the liquid supplied to the closing chamber 38 can flow out through the mouth 42, whereby this flow then has to pass a part of the bypass channel acting as a restriction. After passing through the mouth 46, the liquid 15 supplied to the closing chamber 38 can easily flow out through the mouth 46, since that mouth 46 has a larger passage than the mouth 42.

Door de hier beschreven uitvoering van de cilinder 30 wordt bereikt dat bij het uitschuiven van de zuigerstang 35 de door de cilinder 30 te leveren kracht vanaf een maximale 20 waarde in twee stappen afneemt naar vrijwel nihil. Hierbij blijft de pomp 51 voortdurend op dezelfde wijze vloeistof toevoeren aan de aansluiting 40 van de sluitkamer 38 en ook vindt op geen enkele andere wijze een aansturing van hydraulische kleppen plaats.The embodiment of the cylinder 30 described here achieves that when the piston rod 35 is extended, the force to be supplied by the cylinder 30 decreases from a maximum value in two steps to virtually nil. In this case, the pump 51 continues to supply liquid to the connection 40 of the closing chamber 38 in the same manner, and no hydraulic valves are actuated in any other way.

25 De cilinder 30 is in het bijzonder geschikt op de plaats van de cilinder 15, waarbij dan bij toevoer van hydraulische vloeistof aan de kamer 38 een sluitbeweging van het kofferbakdeksel 6 wordt gerealiseerd met een stapgewijs afnemende door de cilinder 30 leverbare kracht. 30 De cilinder 30 levert in die toepassing, als actuatator voor een afdekelement, ook een grote mate van veiligheid aangezien het inklemmen van een voorwerp zich zal afspelen in het derde en eventueel tweede gedeelte van de axiale slag van het zuiger/zuigerstang-samenstel. In die 35 delen is er altijd een bypasskanaal geopend, zodat de aan de kamer 38 toegevoerde hydraulische vloeistof kan wegstromen en geen ongewenst grote kracht kan worden geleverd door de cilinder 30. Die beveiliging is niet 101 1362 -13- afhankelijk van een klep of een ander storingsgevoelig onderdeel.The cylinder 30 is particularly suitable at the location of the cylinder 15, whereby a closing movement of the trunk lid 6 is then realized when the hydraulic fluid is supplied to the chamber 38, with a stepwise decreasing force which can be supplied by the cylinder 30. The cylinder 30 in that application, as an actuator for a cover element, also provides a high degree of safety since the clamping of an object will take place in the third and possibly second part of the axial stroke of the piston / piston rod assembly. In those 35 parts, a bypass channel is always open, so that the hydraulic fluid supplied to the chamber 38 can flow away and no undesirably great force can be supplied by the cylinder 30. This protection is not dependent on a valve or a valve. other failure-prone component.

In plaats van de mond 46 zou er ook in kunnen zijn voorzien in het gebied tussen het beoogde derde gedeelte 5 van het axiale verplaatsingsbereik op andere wijze een bypass te realiseren. Bijvoorbeeld zou dat deel van de cilinderruimte met een grotere diameter kunnen zijn uitgevoerd, zodat hydraulische vloeistof tussen de zuiger en de cilinderwand kan passeren.Instead of the mouth 46, provision could also be made to otherwise bypass the region between the intended third portion 5 of the axial displacement range. For example, that part of the cylinder space could be of a larger diameter, so that hydraulic fluid can pass between the piston and the cylinder wall.

10 Het zal duidelijk zijn dat er in plaats van twee monden 42, 46 met verschillende doorlaat van de bypasskanalen eenvoudig nog meer monden zouden kunnen worden voorzien, waardoor de leverbare kracht in meer dan twee stappen wordt verkleind bij het uitschuiven van het 15 zuiger/zuigerstang-samenstel.10 It will be clear that instead of two nozzles 42, 46 with different bypass bore channels it would be easy to provide even more nozzles, thus reducing the deliverable force in more than two steps when extending the piston / piston rod assembly.

Figuur 5 toont een dubbelwerkende hydraulische cilinder 60, waarbij de aan de hand van figuur 3 toegelichte werking op een constructie andere wijze is gerealiseerd. De cilinder 60 heeft een huis 61 met een 20 cilinderruimte 62 en een daarin heen en weer verschuifbare zuiger 63, die in de cilinderruimte 62 een eerste kamer 65 en een tweede kamer 66 vormt. Verder is een aansluiting 67 naar de eerste kamer 65 en een aansluiting 68 naar de tweede kamer 66 te herkennen.Figure 5 shows a double-acting hydraulic cylinder 60, in which the operation explained with reference to Figure 3 is realized in a different manner. The cylinder 60 has a housing 61 with a cylinder space 62 and a reciprocating piston 63 therein, which in the cylinder space 62 forms a first chamber 65 and a second chamber 66. Furthermore, a connection 67 to the first chamber 65 and a connection 68 to the second chamber 66 can be recognized.

25 De zuiger 63 is voorzien van een eerste afdichtring 70, die is ingericht om afdichtend aan te liggen de cilindrische wand van de cilinderruimte 62. Verder is een tweede afdichtring 71 voorzien, waarvan de werking verderop zal worden toegelicht.The piston 63 is provided with a first sealing ring 70, which is adapted to seal the cylindrical wall of the cylinder space 62. Furthermore, a second sealing ring 71 is provided, the operation of which will be explained below.

30 In een op de ingeschoven eindpositie aansluitende eerste verplaatsingsbereik van de zuiger 63, en de vast daarmee verbonden zuigerstang 69, dicht de afdichtring 70 af op de wand van de cilinderruimte 62.In a first displacement range of the piston 63, and the piston rod 69, which is fixedly connected to the retracted end position, seals the sealing ring 70 on the wall of the cylinder space 62.

Een of meer in die wand van de cilinderruimte 62 35 gevormde ondiepe groeven 72, die zich over een middengebied van de cilinderruimte 62 uitstrekken, definiëren een op het eerste gedeelte aansluitend tweede gedeelte van het verplaatsingsbereik van de zuiger 63. In dat tweede bereik 101 1362 -14- dicht de afdichtring 70 de ondiepe groeven 72 niet af, zodat via die groeven 72 hydraulische vloeistof van de kamer 65 naar de kamer 66 kan stromen. De afdichting 71 is van een zodanige uitvoering dat deze wel instaat is de 5 groeven 72 af te dichten maar werkt als een soort terugslagklep die afsluit in de richting van de kamer 66 naar de kamer 65 en in de tegengestelde richting de vloeistof laat passeren. Dit kan bijvoorbeeld door de afdichtring 71 uit te voeren met een flexibele en vanaf de 10 zuiger uitstekende ringvormige lip.One or more shallow grooves 72 formed in that wall of the cylinder space 62, which extend over a central region of the cylinder space 62, define a second part connecting the first part of the displacement range of the piston 63. In that second range 101 1362 -14- the sealing ring 70 does not seal the shallow grooves 72 so that hydraulic fluid can flow from the chamber 65 to the chamber 66 through those grooves 72. The seal 71 is of such an arrangement that it is capable of sealing the grooves 72 but acts as a kind of check valve which closes in the direction of the chamber 66 towards the chamber 65 and allows the liquid to pass in the opposite direction. This can be done, for example, by designing the sealing ring 71 with a flexible annular lip projecting from the piston.

Een of meer in die wand van de cilinderruimte gevormde groeven 73 met een grotere doorlaat dan de groeven 72, die zich over een eindgebied van de cilinderruimte uitstrekken, definiëren een op het tweede gedeelte aansluitend derde 15 gedeelte van het verplaatsingsbereik van de zuiger. In dat derde bereik dicht de afdichtring 70 de groeven 73 niet af, zodat via die groeven 73 de hydraulische vloeistof gemakkelijk van de kamer 65 naar de kamer 66 kan stromen.One or more grooves 73 formed in said wall of the cylinder space with a larger passage than the grooves 72, which extend over an end region of the cylinder space, define a third part of the displacement range of the piston connecting to the second part. In that third region, the sealing ring 70 does not seal the grooves 73, so that the hydraulic fluid can easily flow from the chamber 65 to the chamber 66 via those grooves 73.

De afdichting 71 is van een zodanige uitvoering dat deze 20 wel instaat is de groeven 73 af te dichten maar werkt ook hier als een soort terugslagklep die afsluit in de richting van de kamer 66 naar de kamer 65 en in de andere richting de vloeistof laat passeren.The seal 71 is of such a design that it is able to seal the grooves 73, but also acts here as a kind of check valve which closes in the direction of the chamber 66 towards the chamber 65 and allows the liquid to pass in the other direction. .

De cilinder 60 kan geschikt worden toegepast op de 25 plaats van de cilinder 15 in figuur 1, waarbij bij toevoer van hydraulische vloeistof aan de kamer 65 het kofferbakdeksel 6 een sluitbeweging uitvoert. Door de groeven 72, die een soort hydraulische restrictie vormen, kan bij het uitschuiven automatisch een verlaging van de 30 door de cilinder leverbare kracht worden gerealiseerd.The cylinder 60 can suitably be used in place of the cylinder 15 in figure 1, wherein the trunk lid 6 performs a closing movement when hydraulic fluid is supplied to the chamber 65. Due to the grooves 72, which form a kind of hydraulic restriction, a reduction of the force which can be supplied by the cylinder can automatically be realized when extended.

Indien de zuiger 63 de diepere groeven 73 bereikt, neemt de mogelijk door de cilinder 60 te leverbare kracht nog verder af, vrijwel tot nihil. Hierdoor wordt bereikt dat het kofferbakdeksel 6 rustig op de carrosserie komt en tevens 35 wordt een beveiliging verkregen tegen het uitoefenen van een ontoelaatbaar groter kracht op een obstakel dat zich eventueel in de baan van het sluitende kofferbakdeksel bevindt.When the piston 63 reaches the deeper grooves 73, the force possibly to be delivered by the cylinder 60 decreases even further, almost to nil. This ensures that the trunk lid 6 rests quietly on the body and a protection is also obtained against the application of an impermissibly greater force on an obstacle which may be in the path of the closing trunk lid.

'1011362 -15-1011362 -15-

In een niet getoonde variant van de cilinder in figuur 5 is er geen sprake van trapsgewijs dieper wordende groeven, maar van een of meer groeven met een in axiale richting geleidelijk toenemende doorlaat, bijvoorbeeld een 5 groef die een onder een hoek ten opzichte van de langsas van de cilinder lopende groeibodem heeft maar ook de doorlaatverandering zou ook in omtreksrichting kunnen worden gerealiseerd.In a variant of the cylinder not shown in figure 5, there is no stepwise deepening grooves, but one or more grooves with a diameter which gradually increases in axial direction, for example a 5 groove which is inclined at an angle to the longitudinal axis growth base of the cylinder but also the change of passage could also be realized in the circumferential direction.

Figuur 6 toont een variant van de cilinder 30 volgens 10 figuur 3. De in figuur 6 getoonde cilinder 80 heeft een huis 81 met een cilinderruimte 82 en een daarin heen en weer verschuifbare zuiger 83, die in de cilinderruimte 82 een eerste kamer 85 en een tweede kamer 86 vormt. Verder is een aansluiting 87 naar de eerste kamer 85 en een 15 aansluiting 88 naar de tweede kamer 86 te herkennen.Figure 6 shows a variant of the cylinder 30 according to figure 3. The cylinder 80 shown in figure 6 has a housing 81 with a cylinder space 82 and a piston 83 which can be moved back and forth therein, which in the cylinder space 82 a first chamber 85 and a second chamber 86. Furthermore, a connection 87 to the first chamber 85 and a connection 88 to the second chamber 86 can be recognized.

De zuiger 83 is voorzien van een afdichtring 90, die is ingericht om afdichtend aan te liggen de cilindrische wand van de cilinderruimte 82. Verder zijn twee monden 91 en 92 te herkennen, die zijn verbonden met de aansluiting 20 87. Dit lijkt sterk op de uitvoering van figuur 3 maar verschilt doordat de monden 91 , 92 met de andere aansluiting van de cilinder 80 zijn verbonden. Bij toepassing voor het sluiten van een deksel, zoals in de figuren 1 en 2, kan deze cilinder 80 zo worden opgesteld 25 dat het sluiten overeenkomt met de ingaande slag van de zuiger 83. Daarbij wordt dan aan de aansluiting 88 hydraulische vloeistof toegevoerd. De monden 91, 92 bewerkstelligen dan de afname in twee stappen van de leverbare kracht. Ander verschil met de cilinder 30 is het 30 ontbreken van de terugslagkleppen in de bypasskanalen. Dit is mogelijk indien de openingsbeweging van het kofferbakdeksel wordt gerealiseerd door de cilinder 80 regeneratief te bedrijven, dus zowel de aansluiting 87 als de aansluiting 88 te verbinden met de drukbron, de 35 perspoort van de pomp.The piston 83 is provided with a sealing ring 90, which is adapted to seal against the cylindrical wall of the cylinder space 82. Furthermore, two mouths 91 and 92 can be identified, which are connected to the connection 20 87. This is very similar to the embodiment of figure 3, but differs in that the mouths 91, 92 are connected to the other connection of the cylinder 80. When used for closing a lid, as in figures 1 and 2, this cylinder 80 can be arranged such that the closing corresponds to the input stroke of the piston 83. Hydraulic fluid is then supplied to the connection 88. Mouths 91, 92 then effect the two-step decrease in deliverable force. Another difference with the cylinder 30 is the absence of the check valves in the bypass channels. This is possible if the opening movement of the trunk lid is realized by regenerating the cylinder 80, so connecting both the connection 87 and the connection 88 to the pressure source, the pump's discharge port.

Het is uiteraard mogelijk een tweede cilinder aan te brengen om bijvoorbeeld het kofferbakdeksel aan de andere zijde van aan te drijven, waarbij die tweede cilinder dan 1011362 -16- parallel geschakeld is aan de eerste cilinder. Indien die eerste cilinder dan van het in de figuren 3,5 en 6 getoonde type is met bypasskanalen, kan de tweede cilinder een standaard cilinder zijn zonder bypasskanalen, omdat die 5 tweede cilinder dan van de bypasskanalen in de eerste cilinder gebruik kan maken.It is of course possible to provide a second cylinder, for example to drive the trunk lid on the other side, wherein the second cylinder is then connected in parallel to the first cylinder. If that first cylinder is then of the type shown in Figures 3,5 and 6 with bypass channels, the second cylinder can be a standard cylinder without bypass channels, because the second cylinder can then use the bypass channels in the first cylinder.

10113621011362

Claims

2. Cover assembly according to claim 1, wherein the actuator is provided with a second bypass channel, which extends between an associated third and fourth mouth, the third mouth being formed in the cylinder housing, connecting to the cylinder space and closer to the opening of the opening chamber the first mouth of the first bypass channel then lies, so that in a third corner region connecting to the second corner region 15, the closing chamber is connected to both the associated connection and to the third mouth of the second bypass channel, the fourth mouth being arranged such that the The hydraulic fluid supplied at the connection of the closing chamber can flow out completely or partly along the second bypass channel from the closing chamber.

Covering arrangement according to claim 2, wherein the second bypass channel has a larger effective passage than the first bypass channel.

4. Cover assembly according to one or more of the preceding claims, wherein the second and / or fourth mouth are formed in the housing and connect to the cylinder space at a location closer to the connection of the opening chamber than the associated first or third mouth. second and / or fourth mouth can coincide with the connection of the opening chamber.

Cover assembly according to one or more of claims 1-4, wherein means with non-return valve action are provided, which prevent a flow of hydraulic fluid through a bypass channel to the closing chamber. 1011362 -19-

6. Cover assembly according to one or more of the preceding claims, in which a pressure limiting valve can be provided in a bypass channel, said pressure limiting valve permitting a flow of hydraulic fluid through the relevant bypass channel if the pressure in the closing chamber exceeds a predetermined value.

Cover assembly according to one or more of the preceding claims, in which a bypass channel is designed as a 10 or more recesses in the circumferential wall of the cylinder space.

Cover assembly according to claims 5 and 7, wherein an elastic sealing lip 15 is formed on the piston / piston rod assembly, which sealingly abuts against the circumferential wall of the cylinder space provided with one or more recesses and is designed such that hydraulic fluid can pass along the sealing lip in the direction from the closing chamber to the opening chamber and in the other direction, flow of hydraulic fluid is prevented.

9. Cover assembly according to claim 5, wherein in a bypass channel a non-return valve closing in the direction of the closing chamber is provided with a seat and an associated closing body, which is pressed towards the seat by a return spring.

10. Cover assembly according to claim 2, wherein the second bypass channel is designed as one or more recesses in the circumferential wall of the cylinder space and the first bypass channel is designed as a channel formed in the housing and connecting with the first mouth.

11. Vehicle with a vehicle body provided with an opening in the outside of the vehicle body, the vehicle body forming a recessed rain gutter along the opening with a gutter bottom bounded on one side by an upright outer mi 1? Gutter wall, which connects to a wall of the vehicle body outside the rain gutter and higher, which gutter bottom is bounded on the other side by an upright inner gutter wall, which is preferably provided with a sealing strip extending along it, wherein the vehicle further comprising a cover element for covering the opening, which cover element is hingedly attached to the vehicle body via hinge means and is movable between a closed position thereof, in which the cover element rests against the vehicle body and thereby covers the opening, and one over a open position directed at an angle relative to the closed position, which vehicle further comprises an operating device with an actuator arranged between the vehicle body and the cover element for supplying a driving force for the opening and closing movement of the cover element, characterized in that transmission means are provided between the actuator e n 20 the cover element for transmitting the driving force from the actuator to the cover element, which transfer means extend through an associated opening in the rain gutter, preferably through the upright outer gutter wall thereof, the actuator 25 being shielded from the outside atmosphere within the vehicle body , has been prepared.

Vehicle as claimed in claim 11, wherein the transmission means comprise a first transmission member 30 which engages the cover element and which is arranged and designed such that the first transmission member is in the closed position of the cover element in the rain gutter, which transmission means furthermore the second transmission member connected to the first transmission member, which extends through a wall of the rain gutter, preferably the upright outer gutter wall, the actuator engaging the part of the second transmission member located in the vehicle body.

13. Vehicle as claimed in claim 12, wherein the second transmission member comprises a shaft rotatable by the actuator, which extends through an opening in the outer channel wall.

14. Vehicle as claimed in claim 13, wherein the first transmission member is a rod, which is fixedly connected to the rotatable shaft at one end and engages the cover element at the other end.

15. Vehicle as claimed in one or more of the claims 11-14, wherein the transmission means comprise one or more parts of the hinge means.

Vehicle as claimed in claim 14, wherein the hinge means on each side of the cover elements 20 comprise two rods, which are each hingedly connected at their ends via associated hinge points to the vehicle body or the cover element, such that a four-bar construction is formed, wherein the rotatable shaft is fixedly connected to one of the two rods 25 of the hinge means.

Vehicle according to one or more of the preceding claims 11-16, wherein the actuator is a hydraulic actuator, preferably according to one or more of the claims 1-10.

Vehicle according to claim 17, wherein the actuator is integral with an associated electrically drivable pump and a reservoir for hydraulic fluid. 35

19. Hydraulic double-acting actuator comprising a housing with a cylinder space, in which a piston / piston rod assembly is axially movable between associated end positions and 101 1362 -22, which piston / piston rod assembly protrudes out of the housing, the piston / piston rod assembly in the cylinder space delimiting a first chamber and second chamber 5 with a volume dependent on the position of the piston / piston rod assembly, the housing being provided with an associated and connecting connection for each of the chambers. supply and discharge of hydraulic fluid, wherein the first and the second chamber are closed off in a first part of the axial displacement range of the piston / piston rod assembly connecting to an end position, wherein in a second part connecting to the first part portion of the axial displacement range of the piston / piston rod assembly the first and second the chamber are connected via a first bypass channel disposed on the actuator, which extends between a first mouth and a second mouth thereof and has an associated first operative cross section, the first and second mouth being spaced axially apart, in which a third portion of the axial displacement range of the piston / piston rod assembly connecting to the second portion, the first and second chambers 25 are connected via a second bypass channel disposed on the actuator and extending between a third and a fourth mouth thereof, and has an associated second operative cross section, which third and fourth mouths are axially spaced apart, the second operative cross section being larger than the first operative cross section. 1011362