[go: up one dir, main page]
More Web Proxy on the site http://driver.im/Naar inhoud springen

Vlucht 714

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Vlucht 714 naar Sydney
Franse titelpagina
Franse titelpagina
Originele titel Vol 714 pour Sydney
Stripreeks De avonturen van Kuifje
Volgnummer 22
Scenario Hergé
Tekeningen Hergé, Bob De Moor, Roger Leloup
Pagina's 62
Eerste druk 1968
Uitgever Casterman
Portaal  Portaalicoon   Strip

Vlucht 714 (Vol 714 pour Sydney) is het tweeëntwintigste album uit de reeks Kuifje-strips van de Belgische tekenaar Hergé (1907-1983). Het is voor het eerst als album verschenen in 1968. De Nederlandse versie verscheen in januari 1969.

In 2004 verscheen in de collectie "De Kuifje archieven" een editie van het album onder de titel Vlucht 714 naar Sydney, dezelfde naam die het verhaal in 1966 kreeg in het weekblad Kuifje. Deze langere naam werd ook gebruikt in de A5-versie van het verhaal (2007) en in verzamelboxen.

Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.

Kuifje, kapitein Haddock en professor Zonnebloem zijn op weg naar Sydney om het 'Internationaal Ruimtevaartcongres' bij te wonen. Tijdens een tussenlanding op luchthaven Kemayoran (bij Jakarta) ontmoeten ze hun oude vriend Pjotr Szut die hen aan zijn baas voorstelt, de excentrieke miljardair Laszlo Carreidas. Carreidas stelt voor hen met zijn supersonisch privévliegtuig te vervoeren. Kuifjes instinct zegt hem echter al gauw dat er dingen niet kloppen: Carreidas' privésecretaris Spalding lijkt tijdens de vlucht opvallend zenuwachtig te worden, waarbij hij continu op zijn horloge kijkt. Ook zijn zowel de copiloot Colombani als de navigator Hans Boehm kort geleden aangenomen nadat hun voorgangers onderweg ineens ziek werden of gewond raakten.

Kuifjes voorgevoelens blijken terecht als Spalding, Boehm en Colombani verraders blijken. Het vliegtuig wordt door hen gekaapt en ze komen niet in Sydney aan, maar op het vulkaaneiland Pulau Pulau Bompa. Daar worden ze verwelkomd door twee van Kuifjes oude vijanden: de eerder dood gewaande Roberto Rastapopoulos en zijn rechterhand Allan Thompson, die de kaping hebben opgezet met behulp van een troep vrijheidsstrijders uit het (fictieve) land Sondonesië. De hele bemanning van het gekaapte vliegtuig behalve Carreidas wordt opgesloten in een bunker. Later zullen de bandieten hen samen met het vliegtuig naar de bodem van de zee laten zinken.

Rastapopoulos wil geld van Carreidas aftroggelen door middel van het waarheidsserum van de sinistere dokter Krollspell, doch het serum werkt niet naar wens: Carreidas begint al zijn slechte, zelfzuchtige daden op te biechten, in plaats van het rekeningnummer te geven. Tot overmaat van ramp krijgt Rastapopoulos per ongeluk zelf een injectie met het serum. Onder invloed van het serum geeft Rastapopoulos tegenover Krollspell toe dat hij van plan was om vrijwel al zijn handlangers, inclusief Krollspell, te vermoorden.

Kuifje en zijn vrienden weten met de hulp van Bobbie te ontsnappen uit de bunker. Kapitein Haddock en Kuifje nemen de benevelde Rastapopoulos en de dokter gevangen en bevrijden Carreidas. Rastapopoulos weet wanneer het serum bij hem is uitgewerkt te ontsnappen en vindt Allan terug. Allan trommelt de Sondonesiërs op om hen te achtervolgen. Kuifje hoort plotseling echter een vreemde stem in zijn hoofd, die hem de ingang van een geheim gangenstelsel wijst. De Sondonesiërs durven hier niet naar binnen te gaan, omdat zij het gebouw herkennen als een oude verboden tempel. Rastapopoulos gaat daarom enkel met Allan, Spalding, Colombani en Boehm achter hen aan.

Door met behulp van de geheimzinnige stem bij een beeld een mechanisme in werking te zetten kunnen Kuifje en zijn vrienden diep in de tempel doordringen. Dokter Krollspell is ook bij hen, hij is uit zelfbehoud overgelopen. Inmiddels hebben ze de onhandelbare Carreidas opnieuw gekneveld. In de tempel ontmoeten ze de wetenschapper Mik Ezdanitoff. Deze verklaart dat de tempel duizenden jaren geleden gebouwd is als een ontmoetingsplaats tussen ruimtewezens en een klein aantal ingewijde aardlingen, waaronder hijzelf. Ezdanitoff beschikt derhalve over een apparaat waarmee hij zijn gedachten op anderen kan overbrengen, zodat hij Kuifje en zijn vrienden de geheime gang in kon leiden.

Enige tijd later arriveren ook Rastapopoulos en zijn handlangers bij het beeld met de geheime doorgang, waar ze de hoed van Carreidas zien liggen. Ze kunnen het mechanisme echter niet vinden. Rastapopoulos laat Allan een lading explosieven halen om de hele zaak op te blazen. In de tussentijd vindt een lichte aardschok plaats. Allan komt zwaar toegetakeld terug bij Rastapopoulos: de Sondonesiërs zijn na de aardschok in blinde paniek op de vlucht geslagen en hebben Allan zwaar mishandeld toen hij hen probeerde tegen te houden. De schurken blazen de geheime ingang op, maar dit heeft catastrofale gevolgen. De ontploffing zorgt ervoor dat een door de aardbeving veroorzaakte scheur in de luchtsluis van de vulkaan nog groter wordt, zodat de tempel vol lava begint te stromen.

De vrienden slagen er onder leiding van Ezdanitoff in om op tijd het kratermeer te bereiken. Zonnebloem blijft achter in de gangen waar hij iets ontdekt; Kuifje kan hem nog net op tijd redden. Kuifje en zijn vrienden worden hierna door Ezdanitoff onder hypnose gebracht en meegenomen door een ufo, vlak voordat de grote eruptie plaatsvindt. Rastapopoulos en zijn vier handlangers hebben de ramp ook overleefd door in de rubberboot van Carreidas' vliegtuig te vluchten. Ze worden door de ufo ontdekt en door Ezdanitoff gehypnotiseerd, waarna ze aan boord van de ufo worden gehaald en door de aliens meegenomen naar een onbekende bestemming.

Kuifje en zijn gezelschap (behalve dokter Krollspell, die elders wordt achtergelaten) worden nog steeds onder hypnose afgezet in de rubberboot. De volgende dag worden ze ontdekt door een vliegtuig dat opnamen van de uitbarsting maakt. Nadien weten zij door toedoen van Ezdanitoff vrijwel niets meer van het gebeurde, al kan kapitein Haddock zich vaag iets herinneren over hete onderaardse gangen. Men denkt dat Spalding en de piloten van het vliegtuig op tragische wijze zijn omgekomen. Alleen Bobbie weet nog alles.

Het verhaal eindigt als Serafijn Lampion een reportage over de mysterieuze gebeurtenissen op televisie ziet. Uit die reportage blijkt dat Krollspell ook met geheugenverlies is teruggevonden. Zonnebloem onthult echter nog iets bijzonders: het geheimzinnige voorwerp dat hij in de grotten vond. Hoewel hij zich niet kan herinneren waar hij het voorwerp gevonden heeft, heeft een grondige analyse uitgewezen dat het gaat om een legering van nikkel, ijzer en kobalt. Dergelijk puur kobalt bestaat niet op Aarde, dus moet het voorwerp wel uit de ruimte afkomstig zijn.

Achtergronden

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Voor Mik Ezdanitoff ("is-dat-niet-tof?"), van het blad Komeet baseerde Hergé zich rechtstreeks op de Franse schrijver en televisiepersoonlijkheid Jacques Bergier, samen met Louis Pauwels oprichter van het blad Planète.
  • Het supersonische vliegtuig in dit album, de Carreidas 160, werd ontworpen door medewerker Roger Leloup, die later zijn eigen stripreeks Yoko Tsuno opstartte.
  • Het personage Laszlo Carreidas is gebaseerd op de Franse luchtvaartpionier Marcel Dassault.
  • De naam Sondonesië is een toespeling op een nog te vormen onafhankelijk land, ontstaan uit de Soenda-eilanden.
  • Het verhaal bevat enkele impliciete en expliciete verwijzingen naar de Tweede Wereldoorlog. Zo heeft kapitein Haddock het bijvoorbeeld over "een bende Messerschmitts", als hij vanwege een vuurgevecht gedwongen is tussen de vleermuizen te duiken. Carreidas vertelt aan het eind van het verhaal dat zijn verloren gegane hoed een "Bross en Clackwell van voor de oorlog" was. Impliciete verwijzingen zijn er in de vorm van de boosaardige dr. Krollspell, die volgens Hergé een voormalig nazi-geleerde zou zijn, en de piloot met de Duits aandoende naam Hans Boehm.
  • Oorspronkelijk had Hergé 64 pagina's voor dit verhaal uitgetrokken. Vanwege het verplichte formaat van 62 pagina's is een twee pagina's durende scène aan het eind, waarin de rubberboot waar Kuifje en zijn vrienden in zitten uit zee wordt gered, volledig weggelaten.[1]
  • Dit Kuifje-verhaal lijkt zich, op de laatste drie pagina's na, af te spelen binnen 24 uur.
  • In dit verhaal en het laatste volledig afgewerkte album uit de reeks, Kuifje en de Picaro's, paste Hergé een iets andere tekenstijl toe, met o.a. meer close-ups. Alleen de eerste bladzijde van Vlucht 714 naar Sydney is nog helemaal in de traditionele stijl getekend.
  • Net als Kuifje en de Picaro's zijn niet alle bondgenoten van Kuifje moreel gezien onder de "goeden" te rekenen. Carreidas blijkt een onsympathieke, kleingeestige man, die zich weinig om zijn medemens bekommert en op kinderachtige wijze vals speelt. Dr. Krollspell is in eerste instantie een handlanger van Rastapopoulos, maar loopt uiteindelijk over naar Kuifjes zijde; hij doet dit echter niet uit gewetensbezwaren, maar omdat hij er inmiddels achter is dat Rastapopoulos van plan was hem te vermoorden als zijn taak erop zat.

De ballonstrip werd voor het eerst gepubliceerd in de weekbladen Kuifje en zijn Franstalige evenknie Tintin. Wekelijks, van week 39 in 1966 tot en met week 34 in 1967, werd er één pagina met vier stroken afgedrukt. Het eerste album kwam uit in mei 1968.[2]

  • Aan het begin van Jan Wolkers' boek Turks fruit wordt de ruzie tussen Carreidas en Rastapopoulos op het moment dat beiden onder invloed van het waarheidsserum zijn aangehaald.[3]
  • Het uitgangspunt van de televisieserie Lost is zeer vergelijkbaar met Vlucht 714 naar Sydney. De personages vinden bijvoorbeeld ondergrondse architectuur en tunnels, en treffen verschillende bedreigende en surrealistische situaties waarbij sommigen gegijzeld worden. In de strip was Sydney de bestemming, terwijl in Lost Oceanic Vlucht 815 vanuit Sydney vertrok.
[bewerken | brontekst bewerken]
  • (fr) Vol 714 pour Sydney, Tintin.com
  • (en) Flight 714, Tintinologist.org
Wikiquote heeft een of meer citaten van of over De avonturen van Kuifje#Vlucht 714 naar Sydney.