vrijetijdssector
- vrije·tijds·sec·tor
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vrijetijdssector | vrijetijdssectoren vrijetijdssectors |
verkleinwoord |
de vrijetijdssector m
- de bedrijfstak die zich bezig houdt met recreatieve voorzieningen
- ▸ Ook de werkgelegenheid krijgt er een boost door, zegt Crum. "Eén op de vijftien banen in Drenthe is gerelateerd aan de vrijetijdssector. Er zijn zelfs gemeenten waar dat één op de drie is."[1]
- ▸ Voor Overijssel is het toerisme een grote kans op meer werkgelegenheid. Nu al werken 35.000 mensen in de vrijetijdssector en de gedeputeerde denkt dat dit aantal fors kan stijgen, juist in gebieden waar de werkgelegenheid nu onder druk staat.[2]
- Het woord vrijetijdssector staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Roel Pauw“Drenthe wil meer toeristen trekken: 'Stilstand is achteruitgang'” (Maandag 18 maart 2019, 09:00), NOS
- ↑ Weblink bron “Al die toeristen, waar laat je die?” (Woensdag 10 oktober 2018, 06:00), NOS