afwezendheid
- af·we·zend·heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afwezendheid | afwezendheden |
verkleinwoord |
- het niet aanwezig zijn
- Het woord 'afwezendheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ 2,0 2,1 “De leeuw van Vlaanderen” (1838), Davidsfonds/Clauwaert, ISBN 9063063334