[go: up one dir, main page]
More Web Proxy on the site http://driver.im/Naar inhoud springen

Mac Curtis

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Mac Curtis
Mac Curtis
Algemene informatie
Geboren Fort Worth (Texas), 16 januari 1939
Geboorteplaats Fort WorthBewerken op Wikidata
Overleden Weatherford (Texas), 6 september 2013
Overlijdensplaats WeatherfordBewerken op Wikidata
Land Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten
Werk
Genre(s) country, rockabilly
Beroep zanger
(en) AllMusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) IMDb-profiel
(en) Last.fm-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Muziek

Mac Curtis (Fort Worth (Texas), 16 januari 1939Weatherford (Texas), 6 september 2013) was een Amerikaanse country- en rockabillyzanger,[1] wiens carrière begon in het begin van de jaren 1950 en duurde tot kort voor zijn dood.[2]

Mac Curtis groeide op bij zijn grootouders. Ze hadden een boerderij in Olney (Texas), waar hij al vroeg meehielp. Hij kocht zijn eerste gitaar op 12-jarige leeftijd en leerde spelen bij een buurman. Kort daarna nam hij deel aan een talentenjacht waarin hij als tweede eindigde en naar eigen zeggen $15 verdiende.

In 1954 verhuisden Curtis en zijn grootouders naar Weatherford, Texas. Daar speelde hij in zijn vrije tijd met zijn schoolvrienden Jim en Ken Galbraith. Samen noemden ze zichzelf The Country Cats. In hun repertoire namen ze voornamelijk liedjes van Eddy Arnold op. Op zaterdagavond luisterden ze regelmatig naar de Big D Jamboree[3], uitgezonden vanuit het nabijgelegen Dallas. Gedurende deze tijd werd Curtis beïnvloed door de rhythm-and-blues. Hij luisterde vaak naar platen van de zwarte artiest Piano Red en na een concert op school begon het trio voor geld in het openbaar op te treden. Vanaf 1954 was Elvis Presley een regelmatige gast van de Big D Jamboree. Presley overtuigde Curtis en zijn twee vrienden snel van zijn nieuwe rockabilly-geluid en kort daarna voegde zich een drummer bij Curtis' band. Na een concert in Fort Worth in 1955 werden Curtis en zijn band bemiddeld door de zwarte DJ Big Jim Randolph bij King Records, waar Curtis tekende. Zijn eerste sessie vond plaats op 1 april 1956 in de studio van Jim Beck met The Country Cats. In hetzelfde jaar kwam zijn eerste single If I Had Me A Woman uit. Curtis' latere publicatie Granddaddy's Rockin' en You Ain't Treatin' Me Right gaven hem de kans om samen met bekende rockabilly-artiesten te verschijnen in de New York Christmas Rock'n'Roll Revue.

Ondertussen hadden de gebroeders Galbraith de band verlaten, omdat ze niet in het contract waren opgenomen. Ze werden vervangen door Bill Hudson (gitaar) en Kenny Cobb (bas). Nadat Curtis in 1957 afstudeerde, kreeg hij zijn eigen radioshow bij het radiostation KZEE. Maar toen werd Curtis opgeroepen voor het leger en de oproep onderbrak zijn carrière. Curtis werd tijdens zijn militaire dienst voornamelijk ingezet in Seoul, Korea. Hij verscheen ook als muzikant op het American Forces Network.

Na zijn ontslag in 1960 vond hij een heel andere muziekmarkt, de hoogtijdagen van rockabilly waren lang voorbij. In de daaropvolgende jaren zou hij echter nationaal succes hebben als presentator van landelijke radiostations. Na enkele singles bij kleine labels had hij eind jaren 1960 een platencontract bij Epic Records en speelde hij met countrysterren als Lynn Anderson, George Morgan en Bob Luman. Zijn muziekstijl was nu teruggekeerd naar country. In 1968 kwam zijn album The Sunshine Man op #35 in de country album charts.

De rockabilly-revival van de jaren 1970 zorgde ervoor dat Curtis ook succes had met rockabilly.[4] In 1971 was Curtis naar Los Angeles verhuisd, waar hij Ronnie Weiser ontmoette. Samen met Ray Campi tekende hij bij Weisers Rollin' Rock label, dat gespecialiseerd was in rockabilly. In 1977 ging Curtis op tournee door het Verenigd Koninkrijk. Verdere optredens in Europa volgden en Curtis werd een idool van de Europese rockabilly-fanbase. In de jaren 1980 en 1990 reisde Curtis regelmatig naar Engeland, om daar op te treden. In 1988 bracht hij samen met The Rimshots het album Rockabilly Ready uit in Japan.

Mac Curtis werd opgenomen in de Rockabilly Hall of Fame[5] vanwege zijn verdiensten voor rockabilly-muziek.

Mac Curtis overleed in september 2013 op 74-jarige leeftijd.

Jaar Titel Label # Chartklassering
1956 If I Had Me A Woman / Just So You Call Me King 45-4927
1956 Granddaddy's Rockin' / Half Hearted Love King 45-4949
1956 You Ain't Treatin' Me Right / The Low Road King 45-4965
1956 That Ain't Nothin' But Right / Don’t You Love Me King 45-4995
1957 Say So / I'll Be Gentle King 45-5059
1958 What You Want / You Are My Very Special Baby King 45-5107
1958 Little Miss Linda / Missy Ann King 45-5121
1960 Come Back Baby / No Never Alone Felsted 45-8592-V
1962 You're The One / Dance Her By Me (One More Time) Dot 45-16315
1962 Singing The Blues / Ballad Of Black Mountain Shalimar S-982
1962 Doodle Doodle Do / Don't Take My Freedom Brownfield BF 27
1963 Lie and Get By / 12th of June Limelight 3010
1964 Come On Back / 100 Pounds Of Honey Shalimar S-103
1964 Down The Pike / 100 Pounds Of Honey Maridene M-111
1965 I Just Ain't Got / Lie And Get By Le Cam 965
1967 Steppin' Out on You / The Ties That Bind Tower 319
1968 Too Good To Be True / Too Close To Home Epic 5-10257
1969 Love's Been Good To Me / The Quiet Kind Epic 5-10324 - / 64
1969 Sunshine Man / It's My Way Epic 5-10385 54 / -
1969 The Friendly City / Almost Persuaded Epic 10438
1969 Little Old Wine Drinker / Hapines Lives In This House Epic 5-10468
1969 Don't Make Love / Us Epic 10530
1970 Honey Don't / Today's Teardrops Epic 5-10574 63 / -
1970 Early In The Morning / When The Hurt Moves In GRT 26
1971 Gulfstream Line / I'd Run a Mile GRT 41
1972 Ducktail / Sidetrack Mama Rollin' Rock 45-007
1974 You Oughta See Grandma Rock / Granddaddy's Rockin' Rollin Rock 45-016
1974 How Come It / Slip Slip Slippin' In Rollin' Rock 45-018
1975 Johnny Carroll Rock / Rockin' Mother Rollin' Rock 45-026
1975 Pistol Packin' Mama / She Knows All The Good Ways to Be Bad Emee 002
1975 EP
  • Asphalt Cowboy, Parking Lot Lover
  • Pistol Packin' Mama (lange versie)
  • Pistol Packin' Mama (korte versie)
  • Pistol Packin' Mama
Ranwood R 1017
1975 She Knows All The Good Ways to Be Bad / Keep Doin' What You're Doin' Now Ranwood R 1033
1975 Nine Times out of Ten / More Like I Do Now Ranwood R 1041
1976 West Texas Women / We Made It All The Way Ranwood R 1050
1978 Keep Doin' What You're Doin' Now / Pistol Packin' Mama Rollin' Rock 45-043
1980 Hot Rock Boogie / Half Hearted Love / The Hucklebuck Hot Rock HR-001 (VK)
1981 Making It Right / Been Gone a Long Time Rebel Mac 005 (Finland)
1981 For Your Love / Turn Away From Me Rebel Mac 006 (Finland)
1981 I'm Gonna Be a Wheel Someday / Goosebumps Hot Rock HR 010 (VK)
niet gepubliceerde titel
What'll I Do Demo-Band
  • Blue Jean Heart
  • Evil Doll
  • Goosebumps
  • Half Hearted Love (alt. Version 5)
  • Half Hearted Love (alt. Version)
  • No
  • Say So (alt. Version)
  • Somebody Help Me
  • The Squirm
  • 1969: The Sunshine Man
  • 1971: Early In The Morning
  • 1973: Ruffabilly
  • 1974: Rockabilly Kings (VK, met Charlie Feathers)
  • 1975: Good Rockin' Tomorrow
  • 1977: Golden Gospel Favourites
  • 1978: Rock Me!
  • 1979: Rockin' Mother
  • 1981: Texas Rockabilly Legend
  • 1981: Top Cat on Rockabilly Track
  • 1981: Truckabilly
  • 1995: The Rollin' Rock & Rebel Singles Collection
  • 1997: Rockabilly Uprising - The Best of Mac Curtis
  • 1998: Rockabilly Ready (JAP, met The Rimshots)
[bewerken | brontekst bewerken]